eeuwóe
3£erkbocle
De N. C. R. V. -|
WIST U HET AL
r
DE M ARIA-LEER BIJ ROME
15 MAART 1963
17e JAARGANG No. 35
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48
MedewerkersJ. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, WoerdenDr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo
ik worstel Ds. B. Wentsel, Brouwershaven Mej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke
en ontkom" Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Middelburg.
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
vJ
Volgend jaar zal de Nederlandse
Christelijke Radio Vereniging 40 jaar
bestaan. Veertig jaar N.C.R.V. en dat
betekent, dat er een generatie gekomen
is, die nog maar heel weinig weet van
de oorsprongen dezer vereniging en
van haar geschiedenis. Daarom achten
wij het een goede gadachte, dat dezer
dagen een boekje van de pers is geko
men, waarin Gerard H. Hoek op een
prettige wijze de geschiedenis en de
plaats en de taak van deze vereniging
in ons volksleven behandelt.
Zelf zijn we met de N.C.R.V. opge
groeid, geboren in hetzelfde jaar en ons
vanaf onze prille jeugd de radio in de
huiskamer herinnerend. Eerst nog het
toestel met de spoelen, toen het beken
de blikken doosje, toen de radio's met
ingebouwde luidspreker, maar altijd op
die radio een kaart van de N.C.R.V.
Zo was het bij ons thuis, zo is het nu
nog in ons eigen gezin.
We hebben van Hoeks boekje ge
noten, we hebben er eerlijk gezegd met
een zeker heimwee van genoten. Heel
die geschiedenis, met al die bekende
namen werd ineens weer levend, dat
enthousiasme van vroeger, dat nog een
maal fel opleefde op de Jubo, die liefde
van ons christelijk volksdeel voor onze
eigen christelijke radio. En we hebben
verlangd, dat het weer zo zou mogen
zijn. Naar onze mening zullen velen,
die nog iets van de geschiedenis van
de N.C.R.V. voor de oorlog hebben
meegemaakt, met hetzelfde heimwee
dit boekje lezen. En dan gaat de vraag
rijzen: hoe komt het toch, dat de waar
dering van de N.C.R.V. zo geheel an
ders geworden is Hoe komt het toch,
dat ondanks het grote ledental er toch
zo weinig enthousiasme meer is Hoe
komt het toch, dat de liefde verkoelt
Dan kunnen we wijzen op algemene
verschijnselen, dan kunnen we zeggen,
dat dit nu eenmaal een na-oorlogsver-
schijnsel is en dat de mensen niet meer
zo gauw ergens warm voor lopen. Dat
kunnen we allemaal zeggen en het zal
ook allemaal wel waar zijn. Maar an
derzijds kan men zich na de lezing
van dit boekje toch niet aan de indruk
onttrekken, dat ook de N.C.R.V. op
sommige punten gefaald heeft. Zeker
na de oorlog. De N.C.R.V. wil de om
roepvereniging zijn, die er naar streeft
om midden in de tijdstroom staan
de -de boodschap van het Evangelie
van dag tot dag, in een veelomvattend
programma van informatie, educatie en
variatie, aan heel het volk te brengen.
Dit is iets waarover wij ons niet genoeg
kunnen verblijden, en waar we met
hart en ziel achter zullen moeten gaan
staan als dit laatste tenminste nog
niet het geval is. Er wordt in het boekje
ook over dit educatie en het cultuur
vormende element van' de N.C.R.V.
gesproken, er wordt zelfs uitdrukkelijk
over gesproken en daar zijn we blij
mee. Maaren dat is onze beden
king, wat heeft de N.C.R.V. en dat
betekent, wat hebben wij als leden van
de N.C.R.V. daarvoor gedaan Is
cultuurvorming alleen maar dit, dat de
luisteraars met de cultuur in aanraking
gebracht worden, of is er een eigen in
breng in die cultuur Kuyper heeft er
op gewezen, dat de Here Jezus zegt,
dat er geen duimbreed is van welk ter
rein ook of het is van Hem. Maar be
tekent dit, dat wij die cultuur kerstenen,
door deze over te nemen, natuurlijk na
onze eigen censuur erover Dit is ons
bezwaar ook tegen de CEFA: we krij
gen geen christelijke film, door als
christenen met elkaar naar een film te
gaan kijken, die ook in de bioscoop ge
draaid wordt, we krijgen een christe
lijke film, door met elkaar een film te
maken, die straks aan de wereld ver
toond kan worden. Dan hebben wij
een positief culturele taak.
Enige tijd geleden schreef mr. A. B.
Roosjen tegen de kritiek op de verzuk
ling dat er toch door de gezamenlijke
omroepverenigingen zoveel gemeen
schappelijks gedaan werd en dat men
toch zoveel gemeenschappelijk had, hij
wees daarbij op de hoorspelkern, de
radiokoren en orkesten, de televisie
spelers. Hoewel we het meestal met
de heer Roosjen eens zijn, achtten wij
dit een van zijn zwakste argumenten.
Want hier ligt nu juist het terrein, waar
we gefaald hebben.
Waar is onze christelijke hoorspel-
kern
Waar is ons christelijk radiokoor
Waar zijn onze christelijke acteurs
Waar zijn onze christenmusici
Mogen we zeggen: het gaat er niet
om wie het brengt als het maar gebracht
wordt Of moeten we zeggen: Wij
hebben een woord voor de wereld en
dan moeten we dat ook zelf brengen
Veertig jaar N.C.R.V. Maar een
christelijke toneelschool, een opleiding
voor onze eigen mensen om via het me
dium radio beslag op de wereld te leg
gen, is er niet. En nu hoort men voor
alle omroepen in alle hoorspelen vaak
dezelfde stemmen. Voor onze amuse
mentsprogramma's moeten we leentje
buur spelen. Voor de geestelijke liede
ren zijn er gemeenschappelijke koren.
Wij hebben in onze culturele roeping
gefaald.
We hebben een prachtig studio
complex; we hebben veel met andere
omroepen samen, waarom niet als het
de technische aangelegenheden betreft;
we hebben vele leden, maar we hebben
een taak laten liggen. Een taak, die wij
niet verwaarlozen mogendie we ten
koste van veel moeten realiseren. Ja
renlang was de contributie van de N.C.
R.V. gelijk, toen werd deze verhoogd
om ons een mooier" programmablad
aan te bieden, het ware ons liever als
we deze verhoging hadden gebruikt
Naar aanleiding van de vier arti
kelen die ik in De Kerkbode schreef
over de Maria-leer bij Rome, vond ik
dezer dagen 'n mooi artikel in „Katho
liek archief" van 8 februari, dat ik zon
der de minste commentaar hier over
neem.
„Pater Luigi Ciappi, O.P. is een in
vloedrijk persoonlijkheid in de Romein
se curie. Het annuario Pontificio 1962
(zoiets als ons jaarboekje, n.v.m.) ver
meldt van hem de volgende ambten:
Magister Sacri Palatii Apostolici, con
sultor van het H. Officie, officieel pre
laat in de afdeling der zalig- en heilig
verklaring van de Ritencongregatie,
theoloog van het staatssecretariaatcon
sultor van de pauselijke bijbelcommis
sie, lid van de academische raad van de
pauselijke romeinse theologische aca
demie. Voor het Concilie was hij lid
van de theologische voorbereidings
commissie en nu is hij conciliaire des
kundige.
Rondom het boek De Mariologia et
Oecumenisme (over de Marialeer en
het Oecumenisme n.v.m.) uitgegeven
door de pauselijke internationale
Maria-academie, schreef hij in de Os-
servatore Romano (het officieël orgaan
van de paus, zoiets als ons staatsblad
n.v.m.) van 19 december 1962 'n ar
tikel waaruit we de volgende merk
waardige passages halen.
„Maria, in 't tweede Vaticaans con
cilie tegenwoordig met haar onzichtbaar
maar almachtige omnipotente alles
kunnende n.v.m.) tussenkomst, zal zij
ook voor de Vaders figureren als on
derwerp van hun werkzaamheid De
ontwerpen, welke op het programma
staan, doen een bevestigend antwoord
verwachten, ook al kan de geest, welke
soms temidden van de eerwaardige
vergadering gedurende de twee maan
den van bijeenkomsten fladderde, een
golf van interventies doen vrezen,
welke minder gunstig zijn t.o.v. ver
klaringen van Mariologisch karakter.
Maar waarom, zo zal zich de een
voudige gelovige afvragen, zou de
om tot vorming van onze eigen mensen
over te gaan. Een contributieverhoging
daarvoor willen we gaarne in overwe
ging geven, want daar ligt onze taak:
in de kerstening van de cultuur.
We keren terug tot het boekje, waar
van we de titel nog niet eens noemden.
Deze luidt: „Hier Hilversum, de N.C.
R.V.", een boekje, waarvan we geno
ten hebben, waarbij ook onze beden
kingen gerezen zijn. Bedenkingen die
we met elkaar kunnen wegruimen, door
als leden van de N.C.R.V. er op aan
te dringen, dat er een volkomen gelijk
waardige opleiding komt op positief
christelijke grondslag voor christenen
jongeren opdat wij niet langer zelf af
zijdig blijven staan en zelf bevruchtend
werken op het culturele leven, ook dit
is een evangelische eis. Te lang is dit
een braakliggend gebied geweest, te
lang hebben wij het aan anderen over
gelaten, dat gaat zich als wij het nu
nog niet aanpakken wreken. Een jubi
leummanifestatie, waarin de N.C.R.V.
de middelen verschaft kreeg om een
dergelijke opleiding aan te vatten zou
prachtig zijn.
Rest ons nog een opmerking, eigen
lijk aanmerking, op het boekje, teveel
is naar onze smaak rekening gehouden
met de televisiekijker en te weinig met
de luisteraar, gezien het feit, dat de
gene, die alleen maar een radio heeft
en dat komt heus nog voor maar
raden moet, wie er op de foto's staan
afgebeeld.
vH
DE N.C.R.V. II
Ter aanvulling van het hierboven
geschrevene nemen wij hieronder nog
een gedeelte over van een artikel van
(Ds.) de V(ries in het kerkblad van
de Classis Arnhem:
naam van Maria, welke met een accent
van hemelse versterking weerklonk van
de lippen van de aartsengel bij de aan
kondiging van de menswording van het
Woord en vervolgens dikwijls met kin
derlijke verering en vertrouwen her
haald werd door de Apostelen verenigd
verwekken in de conciliezaal Vreest
in het Cenakel, nu tweedracht moeten
-- men soms, dat een plechtige geloofs
belijdenis, welke niet alleen de reeds
gedefinieerde Maria-dogma's omhelst,
zoals het goddelijk moederschap, de
maagdelijkheid o.a. dat Maria na
de Here Jezus geen andere kinderen
meer gehad heeft n.v.m.) de onbevlekte
ontvangenis en de ten hemelop
neming, maar ook andere Maria-waar-
heden, welke wortelen in de Schrift en
de Traditie, waarvan de liturgie, de
Vaders, de theologen, het algemeen ge
voel der gelovigen getuigenis afleggen,
en welke door het leergezag van de
Kerk verkondigd zijn, de verzoening
onder de zonen van eenzelfde christe
lijke familie zou moeten belemmeren en
niet eerder vergemakkelijken en be
spoedigen
Maar de ware, stevige en volmaakte
eenheid in de boezem van de familie
van wie in Christus geloven zal niet
tot stand kunnen komen door de per
soon en de werking van Maria opzij
te zetten, alsof zij een belemmering zou
zijn voor een zo groot goed of een on
overwinnelijk teken van tegenspraak;
integendeel, de eenheid zal de rijpe
vrucht moeten zijn van een eensgezinde
geloofsbelijdenis wat betreft de cen
trale plaats welke, in vereniging, in af
hankelijkheid van haar Zoon, de
Maagd inneemt in de economie van de'
verlossing welke, gegrondvest als deze
is in het geheim van de menswording
van het Woord, zich vervolgens tot de
voltooiing ontwikkeld heeft langs de
geheimen van het leven, het lijden, de
dood en de verrijzenis van Christus,
waarmee de Moeder intiem verbonden
was
Tot zover pater Ciappi.
M. V. J. d. C.
Als een TV-programma indruist tegen onze
levensstijl en levensovertuiginggeen nood,
de knop naar links, de krant of het boek ge
pakt en binnen drie minuten zijn wij vergeten
wat onze ergernis verwekte.
T enzij
Tenzij dat programma uitgezonden wordt
door ónze omroepvereniging, door ónze
N.C.R.V. Dan zijn we met het omdraaien
van de knop niet klaar, want wij zijn dan,
als lid, medeverantwoordelijk voor datgene,
wat het christelijk deel van ons goede volk,
dat héle volk voorschotelt. En met die brief
kaart, waarop wij in gepeperde woorden ons
lidmaatschap opzeggen, is de N.C.R.V. niet
gebaat en wij blijven er evengoed verant
woordelijk christen om.
Natuurlijk zijn de programma's van de
N.C.R.V. niet altijd even best. Soms is het
stierlijk flauw en vervelend. Soms gaat het, in
ethisch opzicht verder dan een van de an
dere programma's. Vooral het amusement
achten wij beslist het zwakste punt van alle
uitzendingen. Geen wonderDat amusement
ligt ons niet zo. Dat is nooit ons sterkste
punt geweest. Dat hoefde ook niet. Wij had
den, daar tegenover, heel wat andere levens
vulling. Bovendien zijn er christenen, die
(ten onrechte) bezwaar hebben tegen amuse
ment. De Here Jezus had dat in elk geval
niet. Hij deed zijn eerste wonder op een
bruiloft en reken maar, dat het een schoon
feest geweest is.
Wanneer de N.C.R.V. een programma heeft,
waarvan wij menen, dat het beslist ónchriste
lijk is (en dat komt voor) dan schamen wij
ons. Over de N.C.R.V. Jawel, maar allereerst
over onszelf. Dan schamen wij ons er over, dat
wij, als christenen, zoiets aan het Nederlandse
volk voorzetten. Wij zouden dan door dat
kiekkastje heen dat volk wel willen toe
schreeuwen: neemt u ons niet kwalijk, we
kunnen het (nog niet) beter. Maar we blijven
ons best doen. Heb wat geduld met ons. Wij
dachten, dat we dat beter konden doen dan
naar de pen grijpen en de „worstelende"
N.C.R.V. schrijven, dat we niet langer mee
doen. Dat helpt geen zier, want een paar
avonden later wordt de beeldbuis opnieuw aan
de christenen toevertrouwd.
Wij moeten meedoen. Maar dan goed. En
verantwoord. Accoord. Maar dat kan alleen
dan, als elke christen, die lid is, lid blijft en
bidt voor zijn omroep. En protesteert (positief),
als het hem niet aanstaat. En niet op elke
slak zout legt, want al vindt iemand een be
paalde slak niet naar zijn smaak, daar kan
het diertje nog wel goed om zijn.
Wij durven dit alles beweren, omdat we
weten, dat de N.C.R.V. inderdaad worstelt om
het goed te doen. En u moest eens weten hoe
ontzettend moeilijk dat is. Het is een koud
kunstje het de rest van je leven zonder TV te
doen. Maar het is er nu eenmaal. De knop
naar rechts is gemakkelijk. De knop naar links
is voor sommige betweters nóg gemakkelijker.
Maar het programma gaat door. En daar moet
ons christelijk volksdeel de verantwoordelijk
heid voor mee willen dragen. Met ons kiek
kastje in de hoek van de kamer staat veel op
het spel. Er komt meer uit dan weerberichten
alleen. Het gaat om de geest van de mens en
om de geest van ons volk. Kerk, let op uw
saeck
KERKBODE REDACTEUREN
BEDANKEN NIET
Het verheugd ons te kunnen mede
delen, dat de redacteuren van de Leid-
se Kerkbode br. Middeldorp en dr.
Rothuizen hun aanbieding van ontslag,
die zij enkele maanden geleden deden,
hebben ingetrokken. Van tijd tot tijd
zult u dus ook weer in onze kerkbode
op een knipseltje uit een van hun arti
kelen mogen rekenen.
vH
(Een beetje kerkelijke dwaasheid)
Wij wisten het niet en u, geachte le
zer, wist er vast ook nog niets van,
maar het Algemeen Handelsblad wist
het. Het wist wat wij nog niet wisten
en dat niet op politiek, sociaal of eco
nomisch terrein, maar op kerkelijk ter
rein en om nog juister te zijn op ons
eigen eigenste kerkelijke erf.
Het was voor ons een schokkende
ontdekking te bemerken, dat er zo maar,
zonder dat ons eigen A.K.B., dat ons
zo keurig op de hoogte houdt van nieuw
geïnstitueerde kerken, er iets van had
meegedeeld, in de gemeente Kesteren-