eeuwóe 3£erkbocle De Gereformeerden DIAGNOSE van hat CONCILIE t Abonnementsprijs 3,per halfjaar bij vooruitbetaling EN DE BIJBEL PERSOONLIJK SCHRIFTGEBRUIK NëK* KLEINE VOSSEN 14 DECEMBER 1962 17e JAARGANG No. 24 OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150)22 48 Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, WoerdenDr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo ik worstd ^s- Wentsel, Brouwershaven Mej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke cn ontkom" Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Middelburg. Advertenties 12 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 12 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 vJ Deze week ontvingen wij van het Nederlands Bijbelgenootschap een rap port over het bijbelgebruik bij gerefor meerden. Dit rapport, dat opgesteld werd na een uitvoerig en breed opgezet onderzoek, handelt over het gebruik van de bijbel in het gezin en over het per soonlijk bijbelgebruik. Ten aanzien van het eerste komt het rapport tot de volgende conclusies a) het Gereformeerde volk leest trouw aan tafel uit de bijbel b) in de grote stad nemen dagboek en ka lender slechts een geringe plaats in, op het platteland komt dit meer voor, evenals het lezen uit een kinderbijbel. De conclusie dat de Bijbel gelezen wordt mag echter niet zonder meer tot een zekere tevredenheid stemmen, daar is immers ook nog de vraag naar het ,.hoe" van het bijbelgebruik in het gezin. Ten aanzien daarvan laat het rapport echter minder optimistische geluiden ho ren. We lezen ,,De vraag komt op leest en hoort men ook wezenlijk het Woord, ondanks de grote frequentie Neemt men het in zich op of is het een sleur, een gewoonte, die het grote gevaar van automatisme met zich brengt Het is moeilijk te beoorde len wat het bijbellezen nu werkelijk voor betekenis heeft in iemands leven, ook al praat men enkele uren over het geeste lijke leven. Uit de interviews krijgt men nogal eens de indruk dat dit gevaar van automatisme en formalisme niet denk beeldig is. Op het euvel dat men door het lezen went aan een in zekere zin slordige omgang met dé bijbel als iets zo bekends, wordt nogal eens gewezen. Het gevaar van niet echt meer luisteren en zich niet echt openstellen voor de bood schap werd door de geïnterviewden meermalen gesignaleerd. De vraag of al het gelezene wel tot zijn volle recht komt moet helaas wel een open vraag blijven. Hoe het ook zij, de bijbel wordt dan toch regelmatig, elke dag door vrijwel alle gereformeerden in gezinsverband ge lezen en aangehoord". Dat dit laatste van niet te onder schatten betekenis is, zal door niemand ontkend willen worden. Dat dit echter jiiet altijd vrij is van automatisme, for malisme en een slordige omgang met de bijbel is een betreurenswaardige factor. We zouden hieruit kunnen besluiten dat het bijbellezen wel een plaats heeft in vele van onze gezinnen, maar niet de plaats, die het toekomt dat het zodanig is ingevoegd in de traditionele dagelijk se handelingen dat het in plaats van bevruchtend daarop te werken, met deze handelingen op één lijn staat als die zaken, die nu eenmaal iedere dag gebeuren moeten. En dit is funest. Daarom zijn we er niet door de vraag te stellen of er wel trouw in de Bijbel gelezen wordt, maar zullen we ons ook af moeten vragen hoe we daarin lezen en hoe we luisteren. De vraag van Filippus aan de kamer ling .verstaat gij wat ge leest is in dit verband zeker opnieuw te stellen. En hoe vaak zal dan het antwoord niet moeten luiden „eigenlijk niet", waarbij dan de oorzaken van dit „eigenlijk niet" kunnen variëren tot een niet doordacht lezen of een werkelijk niet verstaan. Wij zouden daarom een lans willen breken voor een goede verklaring naast het te lezen Schriftgedeelte, hetzij in de vorm van het kalenderblaadje hetzij in de vorm van een boekje met eenvoudige aantekeningen en samenvatting, hetzij een parafrase. We bespraken nog on langs enkele deeltjes uit de serie „De Bijbel en Zijn Boodschap", voortreffe lijke werkjes voor een bewust bijbelle zen, ook de serie „Parafrase" van de firma Wever bewijst hier uitnemende diensten, terwijl voor een persoonlijk Schriftonderzoek nog altijd de „Korte Verklaring" uitgave, Kok, Kampen, on overtroffen is. Mogen we U aanraden om het eens te gaan proberen met bo vengenoemde ruggesteun, het haalt het bijbellezen uit de sleur van het „gauw even lezen" weg. Wat het persoonlijk bijbelgebruik be treft merkt het rapport op, dat dit onder de grote meerderheid van de Gerefor meerden weinig of niet voorkomt. Als voornaamste oorzaken worden hiervoor de volgende genoemd a) de geringe behoefte om naast de regel matige Schriftlezing na de maaltijd ook nog voor zichzelf de bijbel te gaan le zen. Ook het gebruik op vergaderingen, verenigingen etc. zal hiertoe bijdragen b) maatschappelijk bepaalde factoren zoals een te druk leven en te weinig tijd (en gelegenheid) om zich af te zonderen voor het zelf lezen en verstaan van de bijbel voor meditatie c) de bijbel wordt soms te moeilijk ge noemd om daaruit met vrucht voor zichzelf te lezen d) het is geen gewoonte die van huis uit werd meegekregen. Bij dit alles wordt nog opgemerkt dat in de meeste gevallen het niet-komen tot een persoonlijk bijbelgebruik niet als een duidelijk gemis wordt gevoeld. ..Het persoonlijk bijbelgebruik, dat veel min der gemakkelijk vervalt in een formeel traditionalisme vergeleken bij het ge- Wellicht denkt u dat het nog wat vroeg is om nu al definitief 'n oordeel te vellen over het concilie. Laat ik om te beginnen zeggen dat ik het volkomen met u eens ben. Toch zou ik, nu de eerste ronde is afgelopen (over de litur gie) en de tweede (het schema over de bronnen) door de paus zelf naar latere datum is verwezen, 'n zekere diagnose aangaande het concilie willen stellen. Verleden week hoorde ik ds. Spoel- stra en ds. Besselaar te Arnhem spreken over hun ervaring, te Rome. De verga dering was belegd door de deputaten Rome-Reformatie. Beide sprekers wa ren het er over eens om te zeggen dat er te Rome onder de concilievaders er een vooruitstrevende en er een conser vatieve groep is. Toen ze de namen noemden van de landen die vooruitstre vend waren, viel mij persoonlijk de psy chologische achtergrond van deze lan den op, hetzelfde gevoel had ik voor wat aangaat de conservatieve groep. Aan de hand van de door deze beide ds. genoemde groepen wil ik dit even demonstreren. Als progressieve groep werd ge noemd Nederland, Duitsland, Fran krijk. Nu is het opvallend dat deze eer ste twee landen steeds geconfronteerd worden met de Reformatie. Deze beide landen moeten maken dat het rooms- katholieke geloof toch niet al te ver van Gods Woord komt af te staan. De re den waarom is duidelijk Rome kan zich, waar de Reformatie zo nauw toe kijkt, zich de luxe niet permiteren te ver van Gods Woord af te wijken. Ook oefent de Reformatie hier haar goede invloed op Rome ontegenzeggelijk uit. Frankrijk heeft met heel andere moei lijkheden te kampen. De ontkerstening van Frankrijk. Het niet meer geloven van de massa in de leer van de roomse kerk. drijft Rome er hier toe vast te houden aan wat ze als essentieel in de roomse kerk ziet en los te laten wat ze als bijkomstigheid ziet. Op bezoek bij een vroegere franse collega stelde ik bruik aan tafel, wordt in het algemeen niet beschouwd als een onmisbare reli gieuze „krachtbron"." Voor we ten aanzien van het per soon Schriftgebruik nu het woord „ver schraling" laten vallen zijn er enkele factoren, die we wel in het oog moetën vatten, voornamelijk het onder d) ge noemde, dat het persoonlijk bijbellezen geen gewoonte is, die van huis uit werd meegekregen. Stellen wij de vraag „waarom niet dan moet het ant woord luiden „vanwege de plaats, die het bijbellezen in het gezinsverband be kleedde". Dat we hier echter „bekleed de" schrijven en niet „bekleedt" hangt met het eerder opgemerkte over de plaats van het bijbellezen in het gezin samen. Willen wij daarom van een ver schraling spreken, dan geldt dat in de eerste plaats van het lezen der Schrift in gezinsverband, dit lezen komt niet altijd meer tot zijn recht, dit lezen sloot namelijk het persoonlijk bijbellezen in zich. Waar het echter tot automatisme en formalisme komt, daar is voor het persoonlijke geen plaats meer, en dit merkt en voelt onze jeugd, die daarom zelf naar de bijbel gaat grijpen. Verras send en verblijdend is het dan ook, dat het rapport moet meedelen, dat ten aan zien van het persoonlijk bijbelgebruik „de jeugd er in vergelijking met de ouderen niet slecht afkomt. Er is een tendenz die doet vermoeden dat onder de jongeren en de ouderen boven de 65 jaar het persoonlijk bijbelgebruik nog het meest voorkomt". We zien dus, dat waar het bijbellezen in gezinsverband, in het gedrang gaat komen, de jongeren, die door het for malisme heenzien, en de ouderen, die dit bijbellezen niet waarderen kunnen, zelf naar de bijbel gaan grijpen voor persoonlijk gebruik en dat achten wij alleszins verblijdend. v. H. vast met welke vrijmoedigheid hij de vrijdag vlees at. Naar aanleiding van een opmerking van mij zei hij dat zich in Frankrijk niemand meer aan deze kerkelijke wet (van de r.k. kerk) stoor de. Het was voldoende dat men (zo zei hij het) Gods wet onderhield. Wat eigenaardig is, dat dat kleine België in deze halve maansikkel, zoals men het wel eens heeft genoemd, 'n uit zondering vormt. Eigenaardig, en toch, wanneer men het psychologisch onder de loep neemt, volledig te begrijpen. In België gaat immers op het eerste zicht alles nog goed in de roomse kerk. Waar zou men zich dan druk om maken Het is te begrijpen dat iemand als Mgr. Cal- lewaert, bisschop van Gent, pleit voor het latijn in de mis. Eerlijkheidshalve moet er echter aan toegevoegd, dat de bisschop van Brugge naar vernieuwing streeft. Al met al echter mag men zeg gen dat België in de conservatieve hoek zit. Ook Spanje en Italië zijn overwegend conservatief. Italië voelt in de roomse kerk het oude romeinse rijk herleven. Het is opvallend dat Italië dat ongeveer 10.000 gewezen priesters telt, slechts heel weinig gewezen priesters oplevert die protestant zijn geworden. De reden hiervan is, volgens de vertegenwoordi ger van Italië op 'n contact-vergadering die hierover handelde, dat deze mensen zich meestal nog verbonden voelen aan de roomse kerk, omdat ze haar zien als de draagster van de vroeger Romeinse cultuur. Is dat ook de reden wellicht waarom men er steeds over gewaakt heeft dat de meeste cardinalen Romei nen waren Zeker, dit kader is nu doorbroken, en dat is wellicht de reden waarom de concilievaders niet alles maar zo maar zonder meer aanvaarden. In Spanje ziet men, zoals een priester het aan ds. Besselaar zei, het protestan tisme als iets buitenlands. Dat was ook de reden, volgens deze priester althans, waarom de staat zich meer tegen het protestantisme verzette dan de kerk. De onbekende derde waarmede men rekening moet houden wordt gevormd door het groot aantal missie-bisschop- AAN DE LEZERS In verband met de data van de komende feestdagen zal de kerkbode zowel op 28 december als op 4 januari niet kunnen verschijnen, daar mee het lot van vele andere kerk bodes delend. Het is namelijk on mogelijk om waar de kerstdagen op dinsdag en woensdag en oud- en nieuwjaar op maandag en dinsdag vallen de daarop volgende vrijdagen met een „verse" kerkbode uit te komen. We hopen de volgende week met een extra groot nummer uit te komen om dan weer op 11 januari het eerste nummer van 1963 te laten uitkomen. In het nummer van de komende week zullen de predikbeur ten tot en met zondag 6 januari wor den opgenomen, indien deze tenmin ste tijdig dat wil zeggen vóór of op 17 december jij de uitgever binnen zijn. v. H. pen. Ik ben er mij van bewust dat hier mee niet alles gezegd is wat gezegd zou kunnen worden van de psychologische achtergrond van dit concilie. Toch ge loof ik dat het ook wel eens goed is, al schijnt het dan wat gedurfd, dat we trachten ook deze achtergrond klaar te zien. M. V. J. d. C. We spraken van de kring, waarin 't persoonlijk leven zich beweegt. Elk mens draait in het kleine cirkeltje van eigen leven aldoor rond. Het mag dan zo zijn, dat bij de ene mens de cirkel wat ruimer is dan bij de andere, ten slotte staat elk mens apart, los van de naaste. Dit zien we in dagen van droefheid en van vreugde, waarin we een ander niet ten volle kunnen doen delen. Spreu ken 14:10 zegt 't zo Het hart kent zijn eigen droefheid en in zijn vreugde kan een vreemde zich niet mengen. Elk mens is eenzaam, in zijn innerlijk leven dringt niemand door. En daarover kan een mens dikwijls klagen en soms aan klagen niemand begrijpt me, niemand wil me begrijpen Dit is de klacht van Gods kinderen, wanneer ze onbegrepen hun weg moe ten gaan, zoals we dat lezen van in Ps. 142 „niemand ziet naar me om, nie mand vraagt naar mij". Vooral bij het ouder worden overvalt menig mens deze klacht. Je ziet het kringetje van levens gezellen, van familie en vrienden steeds kleiner worden, de belangstelling voor je lot en leven wordt steeds geringer, men verstaat U niet meer, ook al poogt men dit kleine cirkeltje te doorbreken door zich jeugdiger aan te stellen dan men is, door nieuwe kennissen aan te trekken, door de levenskring telkens weer te verbreden, maar, onherroepelijk duwt en dringt men U in de eenzaam heid terug, totdat men ten leste alleen en eenzaam op z'n kamertje neerligt op 't laatste rustbed. De mensen rondom ons, ook eigen kinderen, moeten ons loslaten, ze kun nen de enige troost in leven en in ster ven niet verlenen, omdat de mens ten diepste alleen volle gemeenschap kan vinden in God, gelijk David dat be zingt in diezelfde Psalm, toen hij van alles en allen zich vergeten voelt, de toevlucht neemt tot God. Dan komt er ruimte, dan komt er heerlijke levensge meenschap „Tot U roep ik, Here, ik zeg Gij zijt mijn schuilplaats, mijn deel in 't land der levenden. Voer mij uit de kerker, opdat ik Uw naam love". Niet, dat David zich nu met weerzin van de mensen afkeert, met 't zeggen wat heb je aan de mensen Immers juist door het geloof in God, door de verbondenheid aan Christus, ontstaat er echte, ware levensgemeenschap-in- de-Here Dan kan er ook sprake zijn van „weest blijde met de blijden en weent met de wenenden".

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1962 | | pagina 1