eeuwóe 3£erkbode ONZE KERKEN U komt toch ook 21 SEPTEMBER 1962 17e JAARGANG No. 12 OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48 Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Woerden Dr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo ik worstel ^s- Wentsel, Brouwershaven Mej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke cn ontkom" Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Middelburg. f Abonnementsprijs 3,per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 12 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 12 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 en de lm Ga Cm Cm Toen in 1958 te Rio de Janeiro het vierde plenaire congres van de Interna tionale Raad van Christelijke Kerken gehouden werd, was ds. J. W. Deenik van de Reformed Churches of New Zealand één van de sprekers. Hij sprak over het onderwerp „Christus en de Wereldraad van Kerken en hij beëin digde zijn lezing met de volgende woor den ,,Wij hebben critiek op de Wereldraad, omdat wij de ijver voor de ware eenheid in Christus daar niet vinden. Maar hoe veel eenheid vinden wij in onze eigen orthodoxe wereld Het schijnt alsof vele rechtzinnigen menen, dat hoe meer de protestantse wereld verdeeld is, het des te beter is. Wij zeggen dat eenheid al leen mogelijk is, indien er ware eenheid in Christus is. Maar indien wij zeggen dat wij werkelijk één in Christus zijn, waarom strijden wij er dan zo weinig voor om deze eenheid in de wereld zichtbaar te maken Wij zeggen dat zo veel denominaties tot de I.C.C.C. behoren. Wij zijn er dankbaar voor. Maar hoe veel heerlijker zou het zijn indien wij op het volgende congres konden rapporteren dat een aantal van deze denominaties elkaar gevonden heb ben in werkelijke christelijke eenheid in de Here. Persoonlijk geloof ik, dat dit een van de zwakste punten is van het rechtzinnig protestantisme van heden. Onder de rechtzinnigheid schijnt een verlangen naar zuiverheid te zijn, maar zeer weinig verlangen naar de eenheid van de Kerk van Jezus. Daarom, beke ring is nodig binnen de Wereldraad. Maar bekering is onder ons evenzeer nodig. O, God, wees ons genadig, ons verwarde, gescheiden, rechtzinnige chris tenen van deze eeuw". Dat was in 1958, toen reeds werd dit geluid vernomen vanuit één van ""de weinige kerken van Gereformeerde sig natuur, die lid van de Wereldraad zijn1). De woorden van ds. Deenik vonden echter weinig weerklank, de eenheid van de I.C.C.C. zo waren velen van mening behoorde een een heid in de verscheidenheid der kerken te zijn, die echter allen stuk voor stuk de Bijbel als Gods Woord aanvaarden. Daarom vond enkele dagen later de rede van prof. v. d. Schuit, die zich stelde op een extreem pluriformiteits- begrip, een zeer open oor. Prof. v. d. Schuit, die sprak over Christus temid den der kandelaren n.a.v. Openbaring 1:12, zei het volgende „Indien kerken elkaar in de waaiheid kunnen vinden, zullen wij de zeven gou den kandelaren manifesteren, die één zijn in Hem die temidden er van wan delt. Deze zeven kandelaren staan niet achter elkaar, maar zij staan in een cir kel rond Christus. Christus is het cen trum van de Wereldkerk, de menigte uit alle natiën, geslachten, volken en tongen. Menigte, en toch een eenheid. Het is het beeld van onze I.C.C.C. In onze Here en Zaligmaker is onze een heid". Dit standpunt heeft men sedert 1958 niet verlaten. Integendeel, de Ameri kaanse Raad van Christelijke Kerken de Amerikaanse tak dus van de I.C.C.C. heeft nog onlangs ver klaard, dat de gescheidenheid der kerk veel gunstiger was dan de eenheid, om dat een groot aantal kerken nu eenmaal meer voor de vrijheid kunnen doen, dan één kerk. Dat hierop gereageerd werd door de Reformed Churches of New Zealand is terecht. Zo was er op het congres een schrijven van deze kerken, waarin de bezorgdheid over dergelijke uitspraken als van de Amerikaanse Raad werd uitgesproken, terwijl van de I.C.C.C. een duidelijk antwoord ge vraagd werd. Het vijfde plenaire congres van de I.C.C.C. heeft echter op deze brief géén antwoord gegeven, daarbij zich het odium van wie zwijgt nl. over de uitspraak van de Amerikaanse Raad stemt toe op zich ladend. Ook ten aan zien van dit punt der kerkelijke eenheid is de I.C.C.C. in gebreke gebleven en dat terwijl er juist naar aanleiding van dit schrijven der Nieuw Zeelandse Ker ken alle gelegenheid was om een duide lijke uitspraak te doen. Of moeten wij de zinsnede uit de Christian Beacon van 30 augustus als een antwoord zien: „Het is de I.C.C.C. door zijn constitu tie verboden voor de organische eenheid van zijn kerken te werken" Zo ja, dan wordt het hoog tijd, dat de consti tutie van de I.C.C.C. herzien wordt en wel zodanig, dat deze in overeenstem ming komt met de Schriften, óók ten aanzien van de eenheid der Kerk. - Een ander bezwaar, dat wij tegen de I.C.C.C. hebben is, dat men zo ver schrikkelijk zelfverzekerd is, iemand heeft het eens zo uitgedrukt„men dankt ontzettend veel, maar gebeden wordt er niet". En inderdaad is dit een uitdrukking, waar mee heel veel gezegd is. Men dankt namelijk voor wat men is en bereikt heeft, maar een toon van verootmoediging wordt helaas niet gehoord. Evenmin bemerken we zo weinig van een bewogenheid met hen, die men zo fel veroordeelt. Deze hou ding spruit echter voort uit een identi ficeren van de zaak van de I.C.C.C. met Gods zaak, men spreekt daarom graag in termen als „verdediging van het evangelie", „strijden voor de waar heid", „de I.C.C.C. als de Reformatie van de XXste eeuw". Men kan zo geen fouten maken en slechts zij, die niet meedoen zijn fout. Vandaar ook de her haalde oproep om zich af te scheiden en zich bij de I.C.C.C. te voegen. Van daar ook, de openingsspeech van het vijfde congres door de president van deze Raad, dr. C. Mc Intire, waarin deze een fontein van aantijgingen deed opspuiten tegen de Wereldraad, de Russ. Orth. Kerk, de aartsbisschop van Canterbury, Kennedy, Hromadka, enz. Dit terwijl het onderwerp, waarover hij zou spreken, luidde „Jezus Christus, dezelfde „Wij geloven dat de Bijbel op vele plaatsen duidelijk leert, dat zij die de Here Jezus Christus liefhebben in waar heid één moeten zijn, ook wat de kerke lijke organisatie betreft. Wij zouden wil len wijzen op plaatsen als Hd. 2 46, Hd. 4 32, I Kor. 1 10 vv., enz-., welke samen met vele andere passages uit de Schrift van de gelovigen vragen dat zij één zijn in geest en verenigd in de ar beid van het Koninkrijk der Hemelen. Wij behoren tot hen, die geloven, dat de verdeeldheid van de Christelijke Kerk inderdaad zonde is. Wij verstaan en handhaven het, dat de Bijbel leert, dat de Kerk van Jezus Christus één moet zijn in haar boodschap, haar leer, haar arbeid, haar zending en in haar organi- - satie" Na er op gewezen te hebben, dat er geen eenheid ten koste van de waarheid mag zijn, dat afscheiding daarom nood zakelijk kan zijn spreekt men uit, dat het toch een zaak van grote vreugde zou wezen indien een dergelijke af scheiding niet noodzakelijk was. Hierbij verwijzend naar de verklaring van de afgescheiden groep van de Thomas Kerk in India, waarin gezegd werd, dat men zich diep bedroefd van de kerk af scheidde. In de harten van allen binnen de I.C.C.C. behoort daarom het verlan gen naar eenheid te leven. Het schrij ven vervolgt „Het is daarom met niet weinig bezorg- heid dat wij een resolutie onder ogen kregen van de A(merican)C.C.C. op het voorstel van Blake-Pike, gepubliceerd in de Christian Beacon, mei 1962. U zult begrijpen, dat wij het voorstel van Blake en Pike niet toejuichen (het betreft hier een voorstel om tot eenheid van ver schillende Amerikaanse kerken te ko men, red.), maar niet op zulke wankele en naar wij geloven onschriftuurlij ke gronden als in genoemde resolutie genoemd worden. Deze luidt „In ons land van vrijheid is het nood zakelijk voor de vrijheid dat onze vele afgescheiden kerken in stand blijven. Tweehonderd en zestig afgescheiden denominaties doen meer voor de zaak der vrijheid en het Evangelie dan één kerk met zijn politieke aspiraties ooit kan doen. Het wezen van Christelijke eenheid is niet één machtige zichtbare kerk die door een hiërarchie wordt geleid, maar de getrouwe prediking van het Evangelie der genade door alle kerken, groepen en personen..." Wij betreuren het te moeten zeggen, dat we het met deze resolutie volkomen on eens zijn en wij hopen en bidden op recht, dat zo iets dergelijks niet in Am sterdam wordt goedgekeurd. Waar schijnlijk is deze resolutie gebaseerd op een of andere independistische kerkleer. Zeker is deze niet geïnspireerd door de Reformatorische leer van de Kerk van Christus". Na nog een citaat gegeven te hebben van wat ds. Deenik op het vierde ple- naire congres in Rio over de kerkelijke eenheid gezegd had, eindigt het schrij ven met de volgende voorstellen 1dat het presidium van de I.C.C.C. over weegt om onder artikel VII van de constitutie als activiteit op te nemen „Alle Christenen en leden kerken op te roepen de waarachtige en Bijbelse Christelijke eenheid in Geest en in Waarheid te bevorderen, en zich in te zetten voor organisatorische eenheid en vereniging van kerken, waar dit mo gelijk is op basis van de geopenbaarde waarheid van Gods Woord" 2) dat het Congres zichzelf over deze zaak uitspreekt in een resolutie, waarin het duidelijk gemaakt wordt dat de bewe ging tegen de verkeerde grondstellingen van de Wereldraad is, maar dat de beweging zijn eigen bijbelse principes ten aanzien van eenheid in de Waar heid handhaaft en dat de beweging zulke verenigingen en herenigingen be vorderd, die in overeenstemming zijn mét en geëist worden dóór het Woord van God. Over het thema zelf echter werd bijna niets gezegd, wel werd het af en toe eens even aangeroerd, zo bijv. toen spreker zei, dat de I.C.C.C. de bewe ging is, die de woorden van de onver anderlijke Christus aanhaalt „Ik ben de weg, de waarheid en het leven nie mand komt tot de Vader, dan door mij", waaraan werd toegevoegd „Deze beweging weigert ook maar het geringste compromis met de oecumeni sche afval. Wij zijn wat de Wereldraad had moeten zijn en geweest zou zijn in dien deze trouw gebleven was aan de reformatorische belijdenissen van het Christendom". Hieraan vooraf echter ging een ana lyse over de herziene basis van de We reldraad, waarbij verteld werd hoe deze basis mee ontstaan was op aandringen van de leiders der Russ. Orth. Kerk, waarop dr. Mclntire zei „De onder communistische controle staande agenten van Nikita Krushchev wilden, dat de Wereldraad een meer „fundamentalistisch" geluid zou geven. Het dient hun doelstellingen beter ook". Zo wordt de Russische Kerk, die vanouds sterk de nadruk op de Drie eenheid gelegd heeft en de erkenning daarvan in de basisformule van de We reldraad als noodzakelijk zag, verweten, dat zij slechts op een meer rechtzinnige basisformule heeft aangedrongen om dat deze de doelstellingen van de agen ten van Krushchev beter zou dienen. Dit zijn klinkklare insinuaties, die al leen maar een plaats hebben in een ri goureus zwart-wit schema, waarin God aan de zijde van wat dan Mclntire „de •vrije wereld" noemt, zou staan. Daarom Daarom kan hij ook spreken van 83 denominaties uit de gehele wereld, „be halve, natuurlijk, achter het IJzeren Gordijn", die lid zijn van de I.C.C.C. Juist dat ene woordje „natuurlijk", dat doet pijn. Het is echter een pijn, die blijkens de publicaties van het congres niet is gevoeld en dat doet nóg meer pijn. Misschien zullen wij nu het verwijt naar het hoofd krijgen, dat we krypto- communisten zijn, omdat we zomaar durven te veronderstellen, dat er ook in de leiding van de kerken achter het IJzeren Gordijn oprechte christenen zit ten. Wij zijn echter van mening, dat dit „onverhoord veroordelen en helpen veroordelen" van anderen zeker niet evangelisch is. Het ware ons daarom liever geweest indien de president van de I.C.C.C. zich aan zijn thema gehou den had en inderdaad gesproken had van Jezus Christus, die dezelfde is en die daarom niet onze verdediging be hoeft, evenmin als het Evangelie ver dedigd behoeft te worden. Het Evan gelie verdedigt zichzelf en de Here Jezus Christus is overwinnaar. Wij zijn niet degenen, die de kerk bewaren, maar het is God zelf, die zich 7000 doet overblijven. Daarom kunnen wij ook niet instemmen met de oproep voor het zesde plenaire congres, wat aange kondigd wordt gehouden te worden van 12—21 augustus 1965 (zonder „D.V.") te Genève. We lezen in deze oproep „Wij zijn zo dankbaar dat de Almach tige God de Internationale Raad van Christelijke Kerken tot aanzijn geroepen heeft om Zijn naam te verheerlijken en Zijn waarheid te verdedigen in deze eeuw van overweldigende afval. God heeft op een zeer genadige wijze dit ge tuigenis gezegend en het gebruikt om 83 bijbelgelovige kerken uit alle delen van de vrije wereld samen te brengen en ze te sterken en te bemoedigen in haar ver kondiging van het Evangelie van Chris tus en om ze bij te staan in haar ver dediging van dit Evangelie. Wij prijzen God voor deze ware oecumeniciteit, die zo geheel anders is als die door de We reldraad van Kerken wordt voorgestaan met zijn inclusivisme en syncretisme". Hoezeer wij het ook betreuren, de vergelijking met het dankgebed van de farizeeër uit de gelijkenis wordt ons als het ware opgedrongen, wanneer we deze woorden lezen. Horen we hier niet doorklinken het „ik dank U, omdat ik niet zo'ben als de anderen"? Nu is het geenszins vreemd dat we' deze klanken horen, wanneer we be denken, dat vele methodistische groe peringen bij de I.C.C.C. zijn aangeslo ten, zodat het geheel een sterk metho distische inslag heeft, waarin weinig of niet met de dagelijkse bekering, maar wel met het eens en voor altijd bekeerd zijn gerekend wordt. Vanuit dit een maal bekeerd zijn, dat zich uitwerkt in bepaalde levensgewoonten bijv. niet roken is de gedachte aan het feit, dat men nog bekering nodig zou heb ben absurd. Hoewel we dus deze ma nier van optreden van de I.C.C.C. kun nen begrijpen, wij kunnen het er niet mee eens zijn. Want staande op dit standpunt komt men zo tot een veroor deling van een ieder, die de inzichten van de I.C.C.C. niet wil delen, vallen er harde woorden ten aanzien van de zen en verheft men zichzelf tot de enige, zuivere en ware oecumene. Maar daar heeft men ook het punt bereikt, dat wij ons -helaas de vraag moe ten stellen of hier inderdaad nog van oecumene sprake is. v. H. x) In zoverre slaat de Remonstrantse hoog leraar dr. Golterman de plank mis, wanneer hij in een recente publicatie van de I.C.C.C. spreekt als van de voornamelijk Gereformeerde I.C.C.C. Ja, U komt toch dames naar de pro vinciale bondsdag van de Gereformeer de Vrouwenverenigingen in Zeeland De vergadering wordt aanstaande donderdag D.V. gehouden in de Nieu we Oosterkerk te Goes. Onder meer vermeldt het programma een inleiding van ds. W. Kats te Goes over het on derwerp „Ons gezin in de branding". Daarnaast nog declamaties, samenzang enz. Natuurlijk wilt U deze dag niet missen en dus komt U ook op de zeven- twintigste naar Goes. Probeert U ook op tijd aanwezig te zijn, d.w.z. om kwart vóór tien. U zult zeker geen spijt van deze „snipperdag" hebben, die ook aan de huisvrouw wel eens toekomt. Ook niet-leden zijn hartelijk welkom. v. H.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1962 | | pagina 1