KERKGANG IN NEW YORK LAAT VOORJAAR men al aan 50, 60 bezoekers toe. Men deelt eerst folders met uitnodiging uit bij de boten in de haven. En geleidelijk groeit hier een prachtig werk de zgn. .summer" worship in Missions (in de winter is de haven van Montreal een tijdlang gesloten wegens ijsgang). Aan een eigen school is men hier nog niet toe. De plannen zijn er wel. Maar de moeilijkheid is de afstand. De lang ste straat van Montreal is 45 km. Hoe komen die kinderen naar en van school. Maar om de eigen kinderen toch iets van de Chr. levensbeginselen bij te brengen organiseert men in de vacantie de zgn. bijbelschool. Studenten van de Chr. Ref. Church uit Grand Rapids en jongelui uit de jeugdbeweging hebben daar de leiding. Twee a drie weken wordt elke dag enkele uren besteed aan bijbelvertelling, bijbelspel enz.; uit dit werk is gegroeid in Montreal een soort zondagsschool waar nu al 100 buiten kerkelijke kinderen komen. De mensen zijn er zelf stil van geworden. Wij kunnen ons hier in Nederland niet voorstellen de probjemen waarvoor de mensen worden geplaatst, die in zulk een kerk leiding geven. O ja zeggen zij achteraf, dit is een goede greep hier moest iets gebeuren. Maar de uitvoe ring, het hoe En nu kom ik even op Nederland. Zouden wij niet eens even de moeite nemen om in te denken welke geloofskracht en moed er nodig is, om hier elke dag aan 't werk te gaan. Om op te bouwen van de grond af, om har ten van mensen warm te maken voor Ik wil, aldus prof. Brillenburg Wurth in ,,Geref. Weekblad", in dit artikel eens iets vertellen over een zondag die ik tijdens mijn verblijf in Amerika in New York mocht doorbrengen en een kerkdienst die ik daar in de gelegenheid was mee te maken. In Nederland is in de laatste jaren van allerlei zijde ge klaagd over het euvel van afnemend kerkbezoek vooral in de grote steden. In Amerika verneemt men die klacht veel minder. Dat zal wel samenhangen met het verschijnsel waarop we in een vorig artikel wezen, dat nl. de religie daar nog een veel groter plaats in de samen leving inneemt. Dat blijkt o.a. ook in de pagina's aan kondigingen van kerkdiensten in de grote Amerikaanse pers. Dat zijn maar niet eentonige lijsten zoals die ook in onze couranten wel voorkomen, zo en zo laat op die plaats die en die dominee. Elke kerk of religieuze groep heeft daar haar eigen advertentie de grote en voorname kerken grote en indrukwek kende advertenties, de kleine naar rato, en dan met een bekendmaking van het thema van de preek. Want men preekt meer over een thema dan over de bijbel. Die zaterdagavond-pagina's met aan kondigingen van de kerkdiensten geven ons ook een duidelijke indruk van de geestelijke en kerkelijke kaart van dit grote land. Wij denken wel eens dat in Nederland alleen er veel verschei- deze zaak, om in zulk een stad mensen te zoeken en op te sporen. Toen mijn vrouw en ik in de loods van de Holl. Amerikalijn stonden te wachten op de douanebeambten, kwam er een jonge man naar ons toe ,,Waar kan ik U mee helpen En ineens viel de beklemming, die toch ieder mens even overvalt in een vreemde wereld van je af. Onze jongeman stond daar aan de haven vanwege de Chr. Ref. Church om mensen op te vangen, de weg te wijzen. Om te voorkomen dat men verloren raakt en verdwaalt. Uzult misschien vragen waarom schrijft u niet over het kerkelijk leven in 't algemeen. Wel ik ben bezig in drukken op te doen. Stel u voor dat ik het nu al wist. Maar toen ik deze din gen hoorde van ons familielid, dacht ik: Hier moeten de mensen in Holland iets van weten. Want die even met zijn hart en zijn gedachten bezig is met de vraag: wat betekent Christus' rijk en Christus' evangelie daar in zulk een metropool, die is ontroerd en kan haast niet anders dan even stil bidden Heiland der we reld, wilt U ook daar op die voorpost Uw kinderen gebruiken om velen te ze genen. Om op het kruispunt van wegen van mensen van allerlei ra's, taal, le vensstandaard, even een baken te zijn van de weg naar de grote" haven, waar het ankeren eeuwig veilig is, om te zijn een wegwijzer naar de metropool van de hemel, waarvan Jezus de Ko ning is. E. JANSEN. denheid en verdeeldheid op kerkelijk gebied is. Nu, Amerika behoeft in dit opzicht voor ons niet onder te doen. Men heeft ook daar een eindeloze scha kering van kerkgenootschappen en godsdienstige gezindten, alle mogelijke sektarische en algemeen religieuze be wegingen niet te vergeten. Christian Science, Theosophie, Yogisme en ga maar door hebben daar aanhangers in massa. Ik wilde nu graag eens een echte Amerikaanse dienst meemaken. In Ne derland had ik van verscheidene van mijn vrienden die New York bezocht hadden gehoord Ga toch vooral Nor man Vincent Peale, de beroemde pre dikant van Marble Collegiate Church eens horen. Deze kerk is een van de oude Amerikaanse kerken van Neder landse oorsprong. Ze dateert al van enkele eeuwen terug. Maar ze heeft na verloop van tijd haar typisch puriteins karakter wel heel erg verloren en is wel in vele opzichten volkomen ver amerikaniseerd. 'k Had ook sommige van de in het Hollands vertaalde pre kenbundels van Norman Vincent Peale gelezen. Merkwaardige lectuur Het Evangelie voor de mens voor wie het slagen in het leven en succes in zaken, hoe algemeen menselijk het verlangen daarnaar ook mag zijn, toch wel een nog groter plaats dan bij de meesten van ons in West-Europa en Nederland innemen. Welnu, ik ging dan zondagmorgen al vroeg op weg naar zijn kerk. Hij zou twee diensten hebben om kwart voor tien en elf uur. En ik wou ze beide meemaken om te beter mijn indruk te kunnen verifiëren. De kerk van Vincent Peale bevindt zich in het hart van de wereldstad New York op de Fifth Avenue, de indruk wekkendste New Yorkse boulevard vlak bij de beroemde wolkenkrabber Empire State Building. Door de week is daar heel de dag een drukte van mensenmassa's, die daar winkelen en zaken doen. Nu op zondagmorgen was het heerlijk rustig. Je hebt dan de ge legenheid de schoonheid, die een stad als New York althans in bepaalde op zichten heeft, eens rustig op je te laten inwerken. Toen ik de kerk binnenkwam was die al bijna tot de laatste plaats bezet. Het is een prachtig gebouw, daterend uit, ik denk het begin van de vorige eeuw. Alles maakt een deftige, gedistingeerde indruk. Het is dan ook echt dat kon je meteen wel zien de kerk voor de haute chique", de .society-people" van de Amerikaanse samenleving. Wat je opviel was dat er wel niet vele maar toch wel ook een aantal deftige neger families waren. De ontvangst was keu rig. Je wordt direct door een heer met een witte anjer in het knoopsgat naar je plaats geleid en voorzien van een bulletin, een orde van de dienst met alle mogelijke gegevens. Een uitstekend ge oefend koor begeleidt de zang en zingt ook enkele nummers alleen. Op 't plat form voor 't koor nemen in zwarte toga gekleed de drie predikanten die samen de dienst leiden, plaats. De liturgie is niet uitbundig, niet zo veel verschillend van in de meeste kerken. Men zingt de ,,hymnus" uit de bekende presbyteri aans-engelse bundel. Een van de din gen, die me opnieuw troffen, was hoe in zulke hymns een stuk echte bijbelse vroomheid bewaard is gebleven. De sfeer van de preek en van de hymns en gebeden ligt vaak ver uit elkaar. Inder daad, het is waar wat vaak betoogd is in de liturgie blijft soms het beste van het kerkelijke erfgoed tegenover aan tasting door een modernistische en libe ralistische geest bewaard. En nu de preek Het onderwerp was direct al iets wat men van Norman Vin cent Peale verwachten kon. Het was eigenlijk het thema, dat in bijna al zijn preken terugkeert, hoe rijk ook geva rieerd, de godsdienst van de gezonde en geslaagde Amerikaanse mens. Dit maal was het aldus geformuleerd Health and prosperity may be yours", d.w.z. Gezondheid en welvaart kun nen uw deel zijn". Ik was benieuwd of hij een tekst zou kiezen en zo ja, welke dat zou zijn. En ja, inderdaad, hij koos een tekst. Want, zei hij, zijn hoorders moesten weten dat wat hij zei niet zijn eigen getuigenis, maar Gods getuigenis, het getuigenis der waarheid was, waarvan ze ten volle zeker konden zijn. Hij sprak daarom over 3 Joh. 2 „Geliefde, ik bid, dat het u in alles wel ga en dat gij gezond zijt, gelijk het uw ziel wel gaat". Ik moet eerlijk zeggen, dat ik heel niet aan dit woord gedacht had. Maar Norman Vincent Peale had het opeens, zei hij, ontdekt. En het zei precies datgene waar het hem om te doen was. Wij willen allen dat het ons wel gaatwe wensen welvaart. Maar wan neer gaat het ons wel en varen wij wel? Als het onze ziel wel gaat. Er werd, vond hij, tegenwoordig in de liberale theologie veel te weinig over de ziel van de mens gesproken wel over de psyche maar niet over de ziel. En dat was wat anders. Dat was het diepste in de mens, waar de mens in contact komt met het mysterie van het Universum, met God. Die ziel moet het wel gaan doordat ze met dat oneindige geheimenis in harmo nie is. Maar dan is ook 's mens wel vaart en gezondheid in de meest vol strekte zin gewaarborgd. Ook gezond heid Dat is tegenwoordig echt een typisch Amerikaans begrip in deze eeuw van de „wereld-volksgezondheid". Gezond heid heeft voor de Amerikaan de plaats ingenomen van het ,,heil" in de Schrift. Een gezond mens te zijn, zonder span ningen, conflicten, dat is zijn ideaal. Ook nu in de preek van Vincent Peale kwamen er reeksen voorbeelden van mensen die op het punt stonden van een „mental breake down", een psy chische instorting, maar die geholpen, volop en afdoende geholpen waren door zijn boodschap van de echte geestelijke gezondheid door de harmonie met God. Hij verteld o.a. een verhaal van een kennis van hem, een enorme zakenman, die ook door zijn prediking het geheim van die geestelijke gezondheid had le ren kennen en nu een tevoren onver moed fenomenaal succes in zijn zaken beleefde. Het werd ons als het ware voor ogen geschilderd hoe dat ging. Op een gegeven ogenblik haalde de predi ker uit de zak van zijn toga een stuk of wat papiertjes te voorschijn van de grootte van dollarbiljetten. En hij ver telde, dat waren papiertjes die deze vriend in zijn zak had. Op het ene stond „Zoek het Koninkrijk Gods en alle dingen worden u toegeworpen" op het andere „Bid en gij zult ont vangen enz.". Dat waren allemaal be loften van God. En nu moest je maar vast geloven, dat die onvoorwaardelijk gehonoreerd werden evengoed als bank biljetten bij de beste bank. Die boodschap werd onmiskenbaar met een enorme gloed en bezieling en met veel welsprekendheid voorgedra gen, telkens door enkele geestigheden gekruid, die niet nalieten een klein lach salvo in de kerk te doen opklinken. Het was typisch toen men in de tweede dienst dat alles precies op dezelfde ma nier „opgevoerd" kreeg. Het geheel van de dienst was niet oninteressant, maar onbeschrijfelijk arm. Als dit nu Amerikaanse godsdienst is en er is reden om aan te nemen, dat het zeker niet het slechtste op dit ge bied is dan is er niet zoveel reden om voldaan er over te zijn dat de kerk gang in Amerika toch nog behoorlijk op peil is. Want dit was nu van a<z een „evangelie naar de mens". Was het liberale theologie in de zin van loo chening van de bijbelse waarheden Dat zeker niet. Je zou bijna zeggen FEUILLETON door HUGO KINGMANS HOOFDSTUK I 1) Als Jan Stelmaker het paard voor de lage wagen heeft gespannen, waarop de ploeg is gelegd, stopt hij zijn pijp met eigen geteelde en zelf-gefermenteerde tabak, en wil naar het land rijden, om daar de schaar door de kluiten te jagen het moet bouwrijp gemaakt worden voor het volgend jaar, het vijfde oorlogsjaar. Boven de lage gordijntjes worden de hoofden van de boer en de boerin zichtbaar. Jan heft lachend de hand ten groet omhoog en wil het paard aanzetten, als op de fiets, een grote mand op de bagagedrager, een man het erf oprijdt. Nu pas bemerkt Jan de wielrijder de mist op deze sombere novembermorgen heeft hem aan het oog ont trokken. „Mogge", zegt hij, als de fietser Piet Wilmink, de enige winkelier van betekenis in het dorpje afstapt. Er volgt geen morgengroet terug. De man valt met de deur in huis ,,'t Is afgelopen, Jan, met de oorlog". „Watblief? Maak dat de kat wijs!" „De keizer van Duitsland is naar ons land komen vluch ten. In de buurt van Maastrischt over de grens gekomen." De mond van Jan Stelmaker valt open van verbazing „Laat je niks wijs maken, man. 't Is te gek, om los te lopen". „Zo. Er moet toch eens een eind aan komen Het zag er niet te best uit aan het front. En nou is er in Duits land revolutie uitgebroken. De generaals moeten aan de keizer gezegd hebben doe maar gauw afstand en ver dwijn naar Nederland. De ouwe Hindenburg zal de troe pen naar de Heimat terugbrengen. Zo is 't, of je het ge looft of niet." Op dat moment wordt de schuurdeur opengestoten en de boer, Arend Konijnenbelt, klompen aan de voeten, verschijnt op het toneel hij heeft als het ware gevoeld, dat Wilmink iets bijzonders heeft dat is daar niet een gewoon kletspraatje. „Wilmink." „Konijnenbelt. 'k Heb groot nieuws, man. De oorlog is afgelopen." „Wat je zegt", meent de boer bedachtzaam. „Is het een smoes of is het waar „Het is waar, Konijnenbelt. Ik zeg het net tegen Jan, maar die gelooft het niet dat keizer Wilhelm naar ons is komen vluchten. In Duitsland lusten ze hem niet meer. Het is er volslagen revolutie." Intussen heeft de boer zijn vrouw gewenkt, die ook al scherper oplette dan gewoonlijk, als op het erf een paal mannen staan te praten. „Revolutie in Duitsland? Dat is ook niet best. „Burgeroorlog is nog erger dan oorlog", meent Konij nenbelt. „Misschien wel. Maar daar hebben wij geen last van. Voor ons is het van belang, dat de oorlog voorbij is." „De oorlog voorbij, Wilmink?" Voor de derde maal moet de winkelier zijn verhaal doen, nu aan de boerin. „Gode zij dank, dat de ellende voor de wereld voorbij is. Zou Kees nu ook naar huis komen Maar wat staan we hier te kleumen. Kom binnen mensen." De kruidenier zet zijn rijwiel tegen de schuurdeur en volgt de boerin naar binnen. Zo ook de beide andere mannen. Want Jan gaat ook even mee. Hij laat het paard paard en de ploeg ploeg dit is een gewichtig moment niemand zal er aanmerking op maken, dat hij zijn werk een moment in de steek laat hij, op wie nooit een op merking behoeft te worden gemaakt. Hij is diep onder de indruk deze tijding betekent voor hem heel watze is meer dan simpel het feit, dat de oorlog afgelopen is, dat het neutrale Nederland niet lan ger aan de rand van de afgrond loopt, elk ogenblik in gevaar, te worden meegesleurd in de krijg der volken. Wat Wilmink daar vertelt, raakt hem persoonlijk. Hij ziet, als in één oogopslag, in het verleden, in het heden, in de toekomst. „Drie koffiedrinkers, Sanna", hoort hij, als uit vage verten, de boerin zeggen. „Nog geen koffie Zet dan goeie, echte." „Zitten jullie nog zo dik in de koffie informeert Wil mink schelms. „Dik, dik, dat is wat anders. Maar we hebben nog wel wat achteraf voor een dag als vandaag." „Wat is er nou aan de hand vraagt Sanne. Al meer dan tien jaar is zij dienstbode bij vrouw Konijnenbelt. Zij kan een potje breken. „Meid, de oorlog is voorbij. Nou weet je het." Sanne laat bijna de met water gevulde ketel, die zij over het vuur in de ouderwetse schoorsteen hangen wil, uit de handen vallen. „Hoe kan dat nou Zo ineens „Een oorlog zie je meestal aankomen. De vrede komt uit de lucht vallen", zegt de boer filosofisch. „Uit de lucht of niet uit de lucht, God zij geloofd en gedankt, dat de ellende voorbij is", merkt de boerin op. „Zo is het, moeder." Wilmink zegt niets. Hij haalt lichtelijk de schouders op. Hij gunt Konijnenbelt en diens vrouw hun mening, al moet hij van dat vroom gedoe niets hebben. Sanne werpt een paar ruwe blokken hout op het vuur, dat hoog opvlamt. De koffie zal nu spoedig gezet zijn. In afwachting daar van zet Konijnenbelt zich aan tafel, de tabakspot naar zich toetrekkende, de pijp stoppend en ook Wilmink aan biedend. „Weet je ook bijzonderheden, Wilmink „Niet veel meer. 'k Heb alles gezegd wat Assink mij verteld heeft." Assink is de directeur van het kleine postkantoortje. Hij heeft getelefoneerd met het kantoor in Utrecht, waar de kranten bulletins verspreiden." „Het schijnt dus wel waar te zijn", merkt Jan Stel maker op. „Je hoeft niet te twijfelen", antwoordt de kruidenier. „Het is zo vast, als de toren vaststaat. De oorlog is af gelopen." November 1918. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1962 | | pagina 2