eeuwóe
3£erkbocle
Wandelingen door de wereld van het Oude Testament
Een pleidooi voor
Monumentenzorg
17e JAARGANG No. 6
10 AUGUSTUS 1962
„Ik worstel
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, WoerdenDr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kêpelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ërmelo
Ds. B. Wentsel, Brouwershaven Mej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke
en ontkom" Mevrouw C. van Zwe'denvan Alkemade, Middelburg.
f
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
Er was eens een oude kathedraal, een
monument uit lang vervlogen tijden.
Reeds in het begin der middeleeuwen
werd zij in gebruik genomen en sedert
dien hebben vele generaties binnen haar
muren gekerkt. In al die eeuwen had
zij wel enige veranderingen ondergaan,
om maar het meest ingrijpende voor
beeld te noemen ze maakte de refor
matie mee, die haar van binnen een ge
heel ander aanzien gaf. Niet meer het
altaar, maar het Woord Gods kwam
centraal te staan, alles werd geschikt
rondom de kansel, waarop dit Woord
opengeslagen lag. Verder kwamen ep
in de loop der eeuwen wel enkele klei
ne wijzigingen, maar zij doorstond ze
alle en stond daar als een monument,
dat getuigenis aflegde van het geloof
van haar bouwmeesters en van de va
deren die haar zo inrichtten, dat allen
die haar gezochten gericht werden op
het Woord des Heren. Zo stond ze
daar als een monument van de oude
kerk en de kerk der reformatie. Zo
stond zij daartotdat de twintigste
eeuw kwam en met die eeuw alle mo
derne zakelijkheid van die eeuw. En
zo verrees er op het plein voor de ka
thedraal een hypermoderne telefooncel
van staal en glas. Sommige kerkgangers
die zondags ter kerke gingen in de oude
kathedraal en die ook uit hun moderne
flatwoningen kwamen konden het maar
matig waarderen, dat deze telefooncel
voor de kathedraal zo veel moderner en
zakelijker was dan hun oude kerkge
bouw. Zij vonden dat er iets aan ge
daan moest worden, een bouwcommis
sie werd in het leven geroepen om de
kathedraal in overeenstemming te bren
gen met de eisen van de moderne tijd.
..Wij willen niet dat ons kerkgebouw
in vormgeving en stijl achterblijft bij de
eisen van de tijd", zo klonk het op de
gemeentevergadering, die kort na de
instelling van de bouwcommissie gehou
den werd, ,,wij willen een kerkgebouw,
dat met de telefooncel op het plein kan
wedijveren in moderne vormgeving".
Daarop toog de bouwcommissie aan het
werk om na verloop van tijd -er wa
ren inmiddels al weer enige gemeente
vergaderingen geweest aan de ge
meente een plan voor te leggen, dat ge
heel in overeenstemming was met de
nieuwe zakelijkheid. Het plan hield in
strak trekken van alle gebogen lijnen,
uitbreken van alle vensters en gebrand
schilderde ramen om deze te vervangen
door moderne stalen ramen, en nog veel
meer, te veel om op te noemen, in ieder
geval het was een revolutionair plan.
zo revolutionair, dat het practisch de
totale sloop van de oude- en complete
nieuwbouw van een nieuwe kathedraal
betekende. De gemeentevergadering
die zoals als overal door slechts een
klein percentage van het totale kerk
volk bezocht werd juichte en de ka
thedraal werd een telefooncel in het
groot. Maar velen van de familiehoof
den, de ouden, die 't eerste huis hadden
gezien weenden.
Natuurlijk, dit is maar een sprookje,
zo iets zou misschien héél mis
schien aan de andere zijde van de
oceaan kunnen gebeuren, maar niet in
Europa en zeker niet in ons eigen land
je. Wij hebben immers een Rijksdienst
voor Monumentenzorg, zonder welke
het niet mogelijk is om ook maar één
steentje in een gebouw, dat op de lijst
van deze dienst geplaatst is, te ver
plaatsen. Deze rijkdienst ziet met argus
ogen toe, dat monumenten ook monu
menten blijven en niet ten prooi vallen
aan nieuwe zakelijke inzichten, waarin
geen ruimte meer is voor iets dat klas
siek is.
Deze dienst legt echter wel haar be
schermende hand op klassieke bouw
werken, ook kerkgebouwen, maar niet
op de liederen die in die kerkgebouwen
gezongen worden. Liederen, psalmen en
gezangen, die zeker even klassiek zijn
als het gewelf waaronder ze weergal
men, zo niet klassieker. Naast veel ge
rijmel vinden wij zo in onze oude psalm
bundel ontroerende klassieke liederen,
die het geloofsgetuigenis van genera
ties geweest zijn. We vinden ze ook
in de gezangenbundels van de Ned.
Hervormde- en Lutherse Kerk. Sommi
ge van deze liederen zijn eeuwen oud
en een eeuwenoud geloofsbezit geweest.
Maar toen kwam de twinstigste eeuw
en met déze eeuw de plannen voor een
nieuwe psalmen- en gezangenbundel.
Dat is iets waar we werkelijk dankbaar
voor mogen zijn, teveel psalmen bleven
vanwege hun ,,berijmeling" of vanwege
de remonstrantse inslag ongezongen en
teveel gezangen, die eeuwenlang het
geloofsbezit der kerk geweest zijn, ble-
r
ZUCHTEN cn ZUCHTEN
6. Nieuwjaarsfeest - Loofhuttenfeest
Het wordt tijd, dat wij onze wandel
schoenen weer eens aantrekken voor
verdere speurtochten door de wereld,
waarin het O.T. ons verplaatst. Het
moet inderdaad weer een speurtocht
worden, want we zijn nog steeds op
zoek naar het Nieuwjaarsfeest, dat de
Israëlieten volgens vele geleerden ge
vierd moeten hebben. Dat zou dan het
Loofhuttenfeest geweest moeten zijn.
ven buiten ons bereik. Maar dat ver
schillende klassieke monumenten van
het geloofslied, daarom totaal gesloopt
zouden moeten worden voor volledige
nieuwbouw, dat wil er bij ons niet in.
Wanneer de proeve van de gezangbun
del, die nu nog slechts in handen van
enkele bevoorrechte scribenten in de
kerkelijke pers berust, officieel voor
publicatie is vrijgegeven hopen wij daar
enkele staaltjes van te geven. En wat
de psalmberijming betreftNeem en
lees. Inderdaad er zijn vele verbeterin
gen, maar laten we er voor waken, dat
de monumenten staan blijven.
v. H.
<17leditatie
y
Bij een vorige gelegenheid hebben we
nagegaan wat de voorschriften voor
het Loofhuttenfeest ons op dat punt
leerden, 't Resultaat was: de wet brengt
dit feest nergens in verband met Nieuw
jaar. Het enige is dat het volgens Ex.
34 32 valt ,,bij de wisseling van het
jaar". Dat is een nogal vage uitdruk
king. Bovendien blijkt uit plaatsen als
Lev. 23 39 dat het op de 15e van de
maand viel en niet op de eerste, zoals
we bij een nieuwjaarsfeest zouden ver
wachten.
De vraag geeft het O.T. ons aan
leiding het loofhutten-(inzamelings-)
feest als Nieuwjaarsfeest te zien, moe
ten we dus voorlopig met ,,nee" beant
woorden.
Maar nu gaan we een wandeling ma
ken in andere richting. We gaan nu nr.
wat het O.T. zegt over Nieuwjaar
(-sdag, -sfeest) en vragen ons af of
er daarbij iets is dat naar het Loofhut
tenfeest wijst. Evenals de vorige keer
gaan we onze wandeling ook weer uit
strekken tot het latere Jodendom.
Wat het O.T. betreft, zijn we dit
maal gauw klaar. Dat zegt nl. over
Nieuwjaar heel weinig en over een
Nieuwjaarsfeest niets. We hebben de
volgende gegevens.
Volgens Ex. 12:2 moet Nisan (de
maand van 'de uittocht uit Egypte)
voortaan de eerste maand van het jaar
zijn. Dat wijst er op, dat het vroeger
niet de eerste maand was. Dat klopt
met Ex. 34 22. waar staat dat het
Loofhuttenfeest omstreeks de jaarwis
seling viel. Volgens deze tekst heeft de
jaarwisseling dus plaats in het najaar,
na de inzameling der vruchten, en niet
in het voorjaar (Nisan is ongeveer wat
bij ons maart/april is). Er zijn dus
eigenlijk twee tellingen. Volgens de
ene is Nisan de eerste maand, 't Loofh.
valt dan in de 7de maand, de maand
Tisjri. Deze telling vinden we in Ex.
12:2, Lv 23:39. Volgens de andere
telling is Tisjri de eerste maand en dus
Nisan de zevende. Deze telling vinden
we in Ex. 34 22. Hier lopen dus twee
kalenders door elkaar heen. Zodoende
is het tweemaal per jaar nieuwjaarsdag:
op 1 Nisan en op 1 Tisjri. Er wordt
wel aangenomen, dat met 1 Nisau het
..kerkelijke" jaar begon en met 1 Tisjri
het burgerlijke. We kunnen dit verder
laten rusten, waar het nu op aankomt
is dat we op geen van beide data in
het O.T. van een nieuwjaarsfeest ho
ren. Alleen lezen we in Lev. 23 24 en
Num. 29 1 dat er op 1 Tisjri bazuin
geschal weerklonk, niet gewerkt werd
en een heilige samenkomst werd gehou
den. (Dit slaat niet op het Loofhutten
feest, want dat begon pas 15 Tisjri.)
De gegevens zijn dus wel zeer sober.
Maar ze doen toch vermoeden dat er
met de maand Tisjri als eerste maand
en met 1 Tisjri als eerste dag van het
jaar iets aan hand was. Wat betekende
dat hoornblazen Wat hield die heilige
vergadering in Op grond van het
O.T. zijn die vragen niet te beantwoor
den.
Maar het is zeker, dat Israël de
nieuwjaarsdag niet ongemerkt voorbij
liet gaan. Zoals we vroeger al zagen
altijd hebben alle volken aan de jaar
wisseling aandacht geschonken. Ook
de volken rondom Israël. En de schaar
se gegevens in het O.T. wijzen ook in
die richting. En vooral bij de latere
Joden speelde, blijkens berichten uit de
tijd van de Here Jezus, nieuwjaar een
grote rol. En dat zal wel niet ineens
uit de lucht zijn komen vallen, maar van
ouds zo geweest zijn.
Voor de latere Joden is 1 Tisjri de
nieuwjaarsdag. Hij draagt vooral het
karakter van gerichtsdag God plaatst
in de hemel de troon der genade en de
troon van het gericht en spreekt recht
over alle mensen. De boeken, waarin
alles staat opgetekend wat men in 't
voorbije jaar gedaan heeft, worden op
geslagen. In verband met de oordeels
gedachte staat ook die van de bekering.
Wie niet veroordeeld maar ook nog
niet in het Boek des Levens ingeschre
ven wordt, omdat het goede en het
kwade in z'n leven elkaar zo ongeveer
in evenwicht houden, krijgt nog een
termijn van bekering toegewezen, en
wel tot de Grote Verzoendag (10 Tisj
ri). Zo wordt nieuwjaar ook een dag
van boete, die heenleidt naar de ver
zoening. Terwijl tevens op die dag
iemands lotgevallen voor het komende
jaar worden vastgesteld Deze ge-
dachtengang doet vrij sterk denken aan
de betekenis van nieuwjaar bij b.v. de
Babyloniërs (zie onze 4de wandeling).
Ook daar boete, verzoening en lotsbe-
paling.
de ganse schepping in al haar delen zucht
ook wij zelfzuchten
de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke
verzuchtingen. Rom. 8 22, 23, 26.
Om elk misverstand bij voorbaat de pas af te snijden in het Schrift
gedeelte, waar uit bovenstaande gekortwiekte (het deed een beetje pijn
teksten genomen zijn, wordt geen klaagzang aangeheven, maar een lof
zang wordt namelijk bezongen de hoop op de heerlijkheid van de kin
deren Gods. Die hoop vormt het uitgangspunt (vs 18) en het eindpunt
(vs 30) van deze lofzang.
Maarvormt dit drievoudig zuchten dan geen storend element in
deze schone symphonie
Neen. toch niet. Het getuigt in dit verband juist van Paulus' zin voor
werkelijkheid.
Paulus legt in Rom. 8 herhaaldelijk getuigenis af van de zekerheid van
z'n geloof en van de hoop die in hem is. Hij weet het zeker Gods kin
deren wacht de toekomstige heerlijkheid. Vandaar deze lofzang
Maar Paulus staat nog wel zo met beide benen op de begane grond,
dat hij ook nog van iets anders weetvan het lijden van de tegenwoor
dige tijd. Van verdrukking en benauwdheid, van lijden en leed, van een
zaamheid en ellende, van angst en armoede, van desillusie en disharmo
nie. Paulus heeft uit deze diepten van ellende wel horen opgaan het ge
kreun en gesteun, het gekerm en het geween. Het zuchten van de ganse
schepping in al haar delen en het zuchten van de kinderen Gods. Een
zuchten uit diepe nood naar hoger heerlijkheid. Een zuchten naar God.
U. die -dit stukje nu leest, weet er misschien ook van mee te praten.
Als deel van die ganse schepping, als een van die kinderen Gods kent
U het ook dat zuchten. In welgekozen bewoordingen bidden gaat niet
meer. Ja zelfs het stamelend gebed besterft LI op de lippen. U kunt alleen
maar meer zuchten. Zuchten in koor met de ganse schepping in al haar
delen, samen met de kinderen Gods.
Zuchten wat is dat Zuchten, dat is spreken zonder woorden.
Zuchten, dat is klanken uitstoten. Zuchten, dat is taal zonder gramma
tica. Zuchten dat is spreken zonder stem. Een zucht is een stemloze
ademtocht. Zuchten, dat is diep ademhalen én dan uitademen. Een zucht
begint met ..orkaan-kracht" om te eindigen in „windstilte". Een zucht is
als een fietsband, die leegloopt. Een zucht getuigt van een gevoel van
hopeloosheid en uitzichtloosheid.
Zo zucht de ganse schepping in al haar delen, zo kunnen kinderen
Gods zuchten
Mijn God, waar was mijn hoop, mijn moed gebleven
Ik was vergaan in al mijn smart en rouw.
Dit zuchten is bidden zonder woordenen zonder verwachting.
zonder hoop. Is schijnbaar zinloos bidden. Is op zichzelf bezien geen
bidden meer.
Een kind van God kan zo zwak zijn. dat het niet meer bidden kan.
alleen maar zuchten. Een kind van God kan gebeds-lam zijn, zoals,een
vogel vleugellam. Hopeloos schijnt dat.
Goddank, er is nog Iemand die zucht de Geest. Hij pleit met onuit
sprekelijke verzuchtingen. Onuitsprekelijke. Voor wie „onuitsprekelijk"
Voor de Geest Zou Hem iets te veel en te machtig worden Nee toch
Neen. onuitsprekelijk voor de kinderen Gods. Niet onuitsprekelijk voor
de Geest. Wat geen kind van God vermag, vermag de Geest van God
zuchtend wóórden spreken. Hij brengt het lijden van de tegenwoordige
tijd onder woorden, maar ook de onvoorstelbare heerlijkheid der toe
komende eeuw „die geen oog heeft gezien en g'een oor heeft gehoord
en in geen mensenhart is opgeklommen". Hij zet ons zuchten om in een
gebed van door Hem wel gekozen bewoordingen, vol van verwachting
en hoop. in Zijn zuchten.
Als U niet meer kunt bidden, niet meer kunt stamelen tot God, alleen
maar meer zuchten, weet dan dit de Geest komt onze zwakheid te hulp.
Zo daalt Zijn kracht op U in zwakheid neer
Wacht dan, ja wacht, verlaat LI op de Heer.
Op de hulp van zijn Geest.
Begrijpt U nu, dat Paulus toch kan zingen Kunt U het ook
Oostkapelle G. GOMMER.