eeuwóe
3£erkbocle
Het verlossende Woord?
Instemming van verre
r
.J
De helft is U niet aangezegd.
29 JUNI 1962
17e JAARGANG No. 52
OFFICIEEL WEEKBLAD TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48
MedewerkersJ. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. D. J. Couvée, Bennekom
Drs. A. Elshout, KoudekerkeDs. A. Koning, Oud-VossemeerDr. P. C. Kraan, Vlissingen
ik Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, MiddelburgMej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke
cn ontkom" Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Middelburg.
t
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 2438
Giro no. 42280
V
c:Yïleditatie
,,Het woord des Heren kwam tot fona."
fona 1:1.
Dat trof allerongelukkigst. Hoeveel mensen zijn er niet in de wereld,
die er naar snakken, dat het Woord des Heren tot hen komt Ze snak
ken naar vastheid, zekerheid, waarheid. Hoevelen bidden om een duide
lijk Woord des Heren voor onze tijd
Hoevelen het er ook mogen zijn, Jona hoort er niet bij. Jona kent de
Here wel zo'n beetje, en hij past er wel voor op met de Here beter kennis
te maken. Zoveel weet hij wel, dat je het dan alleen maar moeilijker
krijgt. En daar kijkt hij wel voor uit.
En nu wil het ongeluk, dat het woord des Heren juist kwam tot Jona.
Wat trof dat nu ongelukkig.
En bovendien dan nog een woord, dat je niet zo maar aan kunt horen
en dan naast je neer leggen. Hij moet nog iets gaan doen ook Jona
krijgt een duidelijke opdracht. En niet eens een kleintje. Een kolossale
opdracht. Voor Jona Juist voor Jona
Ongelukkiger kan het al niet treffen. Hoe kan de Here het zo uitzoeken!
,,Het woord des Heren kwam tot Jona."
Was Jona geen mens van gelijke beweging als wij, leek Jona niet zo
sprekend op ons, je zou met de Here kunnen glimlachen om dat korte
kleine zinnetje Het Woord des Heren kwam tot Jona. Uitgerekend tot
dat kleine mannetje.
En wat is dat geweldig, dat de Here juist Jona er uitgekozen heeft.
Wat is dit een triomfantelijke geschiedenis. Hier zie je duidelijk ,,Het
woord Gods is niet geboeid". Het woord des Heren is niet gebonden aan
onze wetten, is niet gebonden aan grote mannen, aan leiders het is niet
gebonden aan helden en sprekers. Het moet in de wereld gepredikt door
een Jona. eentje, die er niets voor voelt.
Hier zie je ook ,,Wij vermogen niets tegen de waarheid, maar wel
voor de waarheid En hoe Het ging om de bekering van de Nine-
vieten en omdat Jona zich er tegen verzet, wordt er ook nog de beman
ning van een zeeschip tot de Here gebracht.
Gods wegen zijn wonderlijk. Als je ogen daarvoor open gaan, ver
wonder je je voortdurend. Wat is God groot
Gods opdracht kwam tot Jona. Maar Jona maakte zich op om te vluch
ten. Jona is bang. Hij voelt er niets voor. Hij kan niet geloven dat de
Here dit tegen hèm zegt. Op de vlucht voor Gods opdracht.
Is dat mogelijk Kun je daar onderuit komen Zou Jona Ps. 139 niet
kennen
„Here, waarheen zou ik gaan voor Uw Geest, waarheen vlieden voor
uw aangezicht Dat is het waanzinnige van de zonde handelen tegen
beter weten in.
De Here kwam tot ons in Zijn Woord en Geest. En nog steeds zijn
er mensen op de vlucht. Dat is waanzin. Er is geen ontkomen aan, zelfs
niet in de zelfmoord. Verhardt u niet, maar laat u leiden
En de grote duif, de Heilige Geest, zal op de kleine duif, Jona, neer
dalen. Zijn en zijn getuigenis zal de bekering van een wereldstad bewer
ken. In plaats van naar Ninevé, worden wij geroepen tot getuigen in
Jeruzalem en tot het uiterste der aarde. Er is geen ontkomen aan, aan
het Woord van God. Met de vlucht win je niets. Met gehoorzaamheid
alles. Door het Woord en de Geest van God.
Domburg/Westkapelle F. L. VAN DER BOM.
Overpeinzingen van een kerkbode-redacteur bij een artikel in het
Zeeuws Dagblad.
Eindelijk is het dan zover, dat de ..grote" pers zich bemoeit met het grote
aantal kleine week- en maandbladen, die onder de namen Kerkbodes, kerk-
blaadjes of gemeentenieuws enz., keer op keer bij de leden der diverse kerken
in de bus glijden.. We zijn werkelijk blij, dat nu door de grote pers een ieder
ineens is opgeschrikt om zich te realiseren, hoe ontstellend groot dit aantal wel
is. Wellicht dat dit zou kunnen voeren tot een zekere rationalisering van het
geheel. Immers zoals het nu gaat, wordt het werkelijk te bar.
Bij de uitgeverij Kok te Kampen is
dezer dagen een boekwerk verschenen,
dat we graag in ieders handen zouden
zien, het betreft het werk van ds. H.
Volten te Rhenen getiteld ..Rondom
het Belijden der Kerk". Een boek waar
in het gaat om de kerkelijke hereniging
voornamelijk met de Ned. Herv. Kerk.
Ds. Volten. dat spreekt uit dit werk
duidelijk, is een van de velen, die ge
kweld worden door de verschrikkelijke
verdeeldheid der kerk van Christus.
Het is daarom ook dat hij zich door de
actie der .Achttien" aangesproken voel
de en streven wil naar kerkelijke één
wording. Moet deze éénwording echter
gepaard gaan met een reductie van de
belijdenis Ds. Volten meent, dat het
niet anders zal kunnen, niet omdat hij
het niet met de gereformeerde belijdenis
eens zou zijn, maar wel omdat er in de
drie formulieren ook bijkomstige zaken
aan de orde komen, die een ander nu
eenmaal anders kan zien, zonder dat hij
ophoudt een christgelovige te zijn. Wij
gaan dan opereren met het begrip der
pluriformiteit", zo ontzeggen wij nie
mand de christennaam en zo hoeven we
tegelijkertijd niets op te geven. Terecht
echter voert Volten aan, dat de Schrift
de pluriformiteit niet kent, doch slechts
de ene Kerk des Heren. De Schrift kent
immers geen kerk van Paulus, Cefas en
Appollos en daarnaast ook nog Chris
tus Is Christus gedeeld vraagt de
apostel.
Uitgaande van deze ene Kerk des
Heren kunnen we niet anders, dan met
ds. Volten ijveren voor de eenheid.
Maaren dan komen onze bezwa
ren opzetten, kan dat wel en waar ko
men we dan terecht, komen we tenslot
te niet bij een algemene kerk terecht,
die nog wel Christelijk heet. maar de
Christus niet meer belijdt Wordt zo
doende de eenheid niet de allesbeheer
sende factor waaraan alles, de waar
heid incluis, opgeofferd wordt Die
kant lijkt het inderdaad uit te gaan in
het streven dat wij vandaag de dag als
het oecumenische eenheidsstreven beti
telen, die kant lijkt het ook uit te gaan
in de actie van de achttien, waarvan ds.
van Houten schrijft, dat men de vrijzin
nigheid bewust wil accepteren en waar
van ds. de Wilde in Kerk en Wereld
schrijft dat we hier te doen hebben met
..oecumenisch gereformeerden", -die de
geur van groene weiden geroken heb
ben, voor wie perspectieven zijn open
gegaan de ruimte, theologisch en gees
telijk van de hervormde kerk, de ruimte
van de oecumene en van wie de benau
wing van het fundamentalisme begint
af te vallen. Wanneer wij deze geluiden
horen, dan roepen wij ,,ho", dan wil
len we al niet meer van hereniging ho
ren, wanneer de fundamenten van het
geloof moeten wijken dan kunnen wij
niet meer voor hereniging zijn. Maar
wat zijn deze fundamenten Zijn dat
de Drie formulieren Dan verliezen we
de wereldkerk uit het gezicht. Of zijn
dit de apostolische grondprincipes, zo
als samengevat in het apostolicum, is dit
niet het evangelie der vrije genade zon
der verdienste onzerzijds doch het bloed
van Golgotha De rechtvaardiging van
de goddeloze om niet Waar het vast
houden hieraan fundamentalisme"
heet, en dat heet én is het voor dr. A.
de Wilde en anderen in de groene wei
den van de Ned. Herv. Kerk. daar kun
nen wij niet meegaan, daar kunnen we
alleen maar ons verzetten, zoals we ons
blijven verzetten tegen elke vorm van
vereniging met- en elke oecumene van
hen die de Christus der Schriften niet
willen belijden. Daarom hebben wij ook
onze handtekening onder het getuigenis
van de „Vierenzestig" geplaatst. Niet
omdat we tegen hereniging zouden zijn,
en niet omdat we van mening zijn, dat
hereniging alleen maar mogelijk is,
wanneer alle anderen zouden buigen
voor een letterlijke binding aan de drie
formulieren, maar wél omdat we van
mening zijn, dat in de Kerk geen ander
evangelie gebracht mag worden, dan
van de voor onze zonden gekruisigde
(vervolg 4e kolom bovenaan)
Nog meer verspilling.
Behalve immers het feit, dat er naast
de diverse provinciale en classicale or
ganen de plaatselijke blaadjes als pad
destoelen uit de grond oprijzen, zijn
vele van deze bladen allen met hetzelf
de nieuws gevuld. Werd er in het be
treffende artikel nogal laatdunkend
over het „knippen" gesproken dat ver
schillende redacteuren doen, de bladen
die wij lezen, en het zijn er niet weinige,
weten meestal toch nog iets objectiever
uit andere bladen te knippen, dan som
mige kerknieuwsredacteuren van dag
bladen. Deze zijn er' soms meesters in
om met voorbijgaan van de „point" van
een artikel juist datgene er uit te knip
pen wat met de totale strekking van dit
artikel net niets te maken heeft. Tegen
het knippen richten onze bezwaren zich
dus niet zozeer. Integendeel wij zouden
het toejuichen wanneer alle grote kerk
bodes een knipselrubriek aan hun ko
lommen toevoegden om zodoende een
spiegel te bieden van hetgeen in andere
kerkelijke bladen en dan niet alleen
van eigen kerk geboden wordt.
Waar we echter wel bezwaar tegen
hebben is dat vele persberichten en
tegenwoordig beginnen zelfs al enkele
uitgevers met het publiceren hiervan om
hun boeken aan te kondigen klakke
loos in de meeste bladen en blaadjes
worden opgenomen. Men schijnt voor
toezending van dergelijke berichten in
aanmerking te komen zo gauw men er
gens in een lijst van kerkelijke bladen
is opgenomen. En wie de wekelijkse
stapel persberichten, ingezonden be
richten etc. die aan de verschillende
redactie-adressen worden toegezonden
ziet, ontdekt, dat er wekelijks wel een
halve kerkbode te vullen is met al deze
toegezonden stukjes. Waar velen hun
ner een dankbaar gebruik maken om
hun bladen vol te krijgen, is het resul
taat, dat zeer vele kerkelijke bladen
soms voor de helft of meer op elkaar
lijken. Daarbij komt, dat verschillende
bladen in één en hetzelfde gezin terecht
komen, waar men dus „vergast" wordt
op gelijkluidend „nieuws". Met opzet
plaatsen we het woord „nieuws" tussen
aanhalingstekens, want tegen de tijd
dat het in de gezinnen terecht komt
heeft het vaak ook al indien het wer
kelijk niéuws betreft in de dagbladen
gestaan. We zouden daarom willen
(vervolg op pagina 2)
en opgestane Christus. Wél omdat de
apostel zegt dat al bracht een engel uit
de hemel een ander evangelie, hij ver
vloekt zij, wel omdat Johannes zegt:
zo iemand deze leer niet brengt ont
vangt hem niet in uw huis.
En nu ligt het boek van ds. Volten
voor ons en hij blijkt er net zo over te
denken, hij schrijft (p. 150) dat het het
charisma van de gerformeerde kerk is,
dat zij hier van geen transigeren weet.
Waar men ook een gereformeerd
bedehuis binnenstapt daar zal men
dit Evangelie horen, hoe gebrek
kig de liturgie en hoe schor de stem
van de prediker soms is. Dit is het fun
damentele, dat ook Volten niet wil los
laten, niet KAN loslaten. Hij schrijft
dan ook dat op de wijze der achttien
het verzet der „64" begrijpelijk wordt
en men de zaak der hereniging juist te
gen werkt. Letterlijk
„Het zou een tragische afloop zijn wan
neer „de 18" die de eenheid willen, onze
kerk in tweeën zouden breken, omdat
zij het evangelie niet duidelijk stellen.
Onze gereformeerde broeders en zusters
leven naar Gods Woord, wanneer zij
dan niet meegaan. En vele, vele her
vormde broeders en zusters zouden zo'n
hereniging diep met ons betreuren".
Daarom vraagt ds. Volten aan de
18 wat is uw grondslag en dringt hij
aan op een duidelijke uitspraak. Hij
vraagt ook aan de 64 wat is uw grond
slag voor hereniging Als dat de drie
formulieren zouden zijn, dan blijft de
kerk gescheurd. Wat de 64 betreft, zij
kunnen elk voor zich slechts antwoor
den, zij hebben zich gezamelijk tot de
kerkeraden gewend met de bezwaren
die zij hadden, zij bestaan niet als groep
of actie. Wat echter schrijver dezes be
treft, hij antwoordt dat er naar zijn me
ning slechts één grondslag is, het ene
fundament dat gelegd is en geen ander.
Het fundament, dat ook ds. Volten niet
wil en niet kan loslaten. De éne vaste
grond, Christus, die door sterven aan
Zijn kerk het leven gaf. En naar ons
bekend is zijn er meerdere onderteke
naars van het Getuigenis der 64, die
evenzo denken.
Tussen het eenheidsstreven, dat deze
fundamenten voorbijgaat en hen, die
daarom „nee" zeggen, vgl. de uitspraak
van onze particuliere synode, doch niet
minder de eenheid der Kerk des Heren
begeren, ligt nu het boek van Volten.
Een boek, dat zich in één ruk lezen laat,
wellicht ook in één ruk geschreven is.
Men kan daarom kritiek hebben op
sommige punten er uit, we willen daar
niet aan beginnen, het gaat om de
grondgedachte. En deze gedachte ach
ten wij ter juister tijd in onze kerken
neergelegd. Hiermede kan constructief
werk verricht worden, kerkopbouwend
werk. Men leze dit werk, bestudere het
en make het tot onderwerp van ge-
sprekskringen. We hebben langzamer
hand „kreten" genoeg gehoord, nu
wordt het tijd om bezonnen bezig te
zijn. Daartoe kon in dit werk het ver
lossende woord wel eens gesproken zijn.
v. H.
Zoals de lezers van ons blad zich
zullen herinneren, richtten in een
twaalftal Zeeuwse predikanten zich met
een protestschrijven tot de kerkeraad
van Rotterdam in verband met de al
daar in januari gehouden „Vijfkerken-
tocht". Naar wij uit het mededelingen
blad van de Geref. Kerk van Hoek, Z.
VI., vernemen, kon één der Rotterdam
se predikanten zich volkomen met dit
schrijven verenigen. Het betreft de
vroegere predikant van Hoek, ds. F. L.
Schalkwijk, thans verbonden aan de
kerk van Rotterdam voor de missionaire
dienst en werkzaam in Brazilië. .Ds.
Schalkwijk schreef
„Uw artikeltje, of liever Uw brief le
zend in het Centraal Weekblad ten aan
zien van de vijf-kerken-tocht, wilde ik
LI slechts doen weten, dat ik van harte
instem met Uw bezwaren".
v. H.