eeuwóe
^Cerkbode
J
4 FEBRUARI
Wereldhulpactie
KERK EN EREDIENST m
r
vJ
17e JAARGANG No. 31
2 FEBRUARI 1962
OFFICIEEL WEEKBLAD TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150)22 48
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. D. J. Couvée, Bennekom
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Oud-VossemeerDr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Mej. F. A. Groot Nibbelink, Grijpskerke
Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Middelburg.
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 2438
Giro no. 42280
*9Tleditatie
HET GEHEIM VAN DE TERUGKEER
,,Ik zal opstaan en naar mijn vader gaan
Lucas 15 18a.
Niet zo n gemakkelijk besluit om terug te keren We lezen het in de
gelijkenis alsof de verloren zoon er wel vanzelf toe moest komen
gedwongen door honger en ellende. Maar het was niet zo vanzelf
sprekend. Wie weet hoe lang hij dit heeft uitgesteld. Het valt immers
niet mee om te moeten toegeven dat je helemaal verkeerd bent geweest
En dat zou hij toch wel eerst moeten doen; als hij straks zijn vader weer
onder ogen komt, kan hij niet beginnen met een vraag om onderdak, en
eten, en kleding, en werk. Vooraf moet hij zijn grote schuld erkennen
en dan maar afwachten hoe het verder met hem zal gaan.
Maar dat is allemaal niet eenvoudig. Een mens heeft z'n trots, en
die zit hem vaak lelijk dwars, als het om deze soort van dingen gaat.
Als je al zóver gegaan bentzó'n groot woord hebt gehadzó
overtuigd bent geweest van je eigen goed recht en eigen goede in
zichten dan terug te moeten keren
We weten er alles van. Al hebben we dan niet de ervaringen van
de verloren zoon opgedaan, we kunnen er toch wel inkomen. Hoe lang
duurt het soms niet voor wij, al betreft het maar een kleinigheid, willen
toegeven dat we fout waren Het kan wel eens jaren duren Wat
proberen we tot het laatste toe onszelf te handhaven.
En daarbij is er de valse schaamte. (,,Ik zie mezelf al gaan Wat
zullen ze daar thuis wel van hem denken (en achter de hand fluisteren).
Hij ziet z'n oudste broer al verstolen glimlachen: ,,Zo, zohij komt
dus toch maar weer naar huis."
Ja, hij komt toch maar weer naar huis. Het is wel een wonder als
een mens zover komt. Het ,,ik zal opstaan" heeft vaak een lange voor
geschiedenis. Maar dan is het een geschiedenis waarin God werkt.
Schuldbelijdenis is geen mensenwerk. Als wij ertoe komen, kunnen we
allereerst God danken voor zijn genade en voor zijn Geest, waardoor
waardoor ook alléén ,,ons onze gebreken van harte leed worden",
zoals het Avondmaalsformulier zegt.
Hij komt naar huis. Misschien ten langen lestemaar hij komt
We kunnen ons nog afvragen waar hij eigenlijk de moed vandaan haalde
om zijn vader nog weer onder de ogen te komen. Maar bij het denken
aan huis kwamen hem wel eerst de dagloners voor de geest, die tenminste
hun dagelijks brood haddenmaar bij die buitenkant bleef hij toch
niet staan. Op het laatst zag hij zijn vader. En de moed om terug te
keren kan hem toch niet uitsluitend door de wanhoop zijn ingegeven:
Hij ontleent die aan het geloof, dat ondanks alles wat er gebeurd is, zijn
vader hem toch nog liefheeft. Toch nogongeacht zijn eigen liefde
loosheid van toen en zijn treurige zwerversstaat van nu
De enige grond voor onze vrijmoedigheid om terug te keren naar
huis. We hebben al even aan het Avondmaalsformulier gedachtwe
herinneren ons de woorden uit het formuliergebed: Verleen ons
Uw genadedat wij niet twijfelen, of Gij zult eeuwig onze genadige
Vader zijn, Die ons onze zonden nimmer toerekentIs dat niet het
geheim van de terugkeer
Lewedorp. S. OEGEMA.
Negen jaar geleden trof ,,de ramp"
ons land en vooral Zeeland en de
Zuidhollandse eilanden. In gedachten
worden we teruggeplaatst naar die af
schuwelijke nacht, toen het water met
geweld zich een weg baande door de
doorbroken dijken. We denken terug
aan het vele leed, de vele verliezen,
aan hen die van ons heengingen, aan
al die zware slagen, die werden toe
gebracht. Maar we kunnen er niet
aan denken zonder ook terug te zien
op de vele hulp, die spontaan vanuit de
gehele wereld geboden werd, aan de
balsem op de wonde, die tot ons kwam
in de weg ook van kerkelijke hulpver
lening vanuit de wereldkerk. Vele
buitenlandse kerken hielden spontane
inzameling voor het getroffen Neder
land.
En nu negen jaar na die verschrik
kelijke nacht mogen we ons weer in een
rijke welvaart bevinden, leven wij in
een welvaartsstaat. We hebben deze
welvaart echter niet alleen voor ons
zelf, maar om de Here er mee te die
nen, om, zoals in 1953 velen de weg
gingen tot ons om materiële hulp te
bieden, er mee te gaan tot de ander in
zijn gebrek. Tot die ander, waarin
Jezus ons tegenkomt. De ander dichtbij
en de ander ver weg, en wat is „ver
weg" in deze tijd De nood in India
ligt vanavond op uw tafel in 't avond
blad, de hongersnood in Oost-Azië
ligt 's morgens naast ons ontbijt en
..Peru" komt tijdens de middagmaaltijd
door de radio. De nood van de wereld
ligt naast onze deur.
Zojuist verscheen bij het Algemeen
Diaconaal Bureau een boekje over
Hong-Kong, een paradijs vol ellende
en verdriet. We bladeren er even in:
grote flatgebouwen, pakhuizen van
2500 a 3000 Chinezen, zij huisvesten
de gelukkigste van de ongelukkigen,
daarnaast: „krotjes" is het onderschrift
van de foto, het is nog te zacht uitge
drukt en 500.000 mensen leven, nu ja,
leven, in onbeschrijfelijke ellende. We
lezen van anderhalf miljoen vluchtelin
gen, slachtoffers van uitputting, he
roïne, etc., etc. Een wereld vol ellende
gaat open. De helft was ons niet aan
gezegd. Toe, bestelt u het werkje eens,
70 cent op giro 2211 ten name van het
A.D.B. en u weet, wat uw welvaart
betekent, U weet tegelijkertijd wie de
naaste is, die God op uw weg geplaatst
heeft, die tienduizenden ellendigen
daar in het Verre Oosten.
Een vorige maal vertelden wij iets
over de reis van Dr. van Klinken, over
zijn bezoek ook aan Pakistan en Iran,
over de nood, die in Algerije heerst.
Schreeuwende nood, die wij met
onze welvaart mogen dienen, dienen in
het „Werelddiaconaat", in de dienst
van de kerken aan de wereld. Daar
gaan we deze zondag weer voor col
lecteren. Vorig jaar hebben onze ker
ken begrepen wat van hun gevraagd
werd. een groot bedrag werd bijeenge
bracht, maar de nood is nog groter en
de nood wordt steeds groter. Hoe klei
ner de wereld wordt, hoe meer ellende
er op onze weg en voor onze deur
komt te liggen. En wie is de naaste
van de man geweest, die onder de
rovers gevallen was Die barmhartig
heid aan hem gedaan heeft God
roept ons op om naaste te zijn, elke dag
opnieuw en zondag in de collecte voor
het werelddiaconaat.
v. H.
Ze vinden elkaar opnieuw
Misschien hebt u ook gehoord, dat
onze Synode zojuist Deputaten be
noemde met de opdracht de Orde van
Dienst, die we nu volgen, „in obser
vatie te nemen" en straks een her
vormde concept-orde op de synode
tafel neer te leggen. Zij zullen vanzelf
op hun weg vinden die andere Depu
taten, die moeten nagaan, hoe de vie
ring van het Avondmaal het beste tot
zijn recht kan komen. Wanneer zo
gemeenschappelijk gezocht wordt
naar het juiste gelaat van de Gerefor
meerde Eredienst, dan krijgen we weer
uitzicht op die ene Eredienst van de
christelijke Kerk, die gevierd wordt
rondom de brandpunten: het gepre
dikte Woord en het gebroken Brood.
Om deze brandpunten weeft zich het
patroon van de chr. Eredienst. Han
delingen 2 42 geeft ons een beeld van
de liturgie der oergemeente in minia
tuur: en zij bléven volharden bij het
onderwijs van de apostelen, de gemeen
schap, het breken van het brood en
de gebeden. Ja, ze horen van oudsther
bij elkaar: „het onderwijs der aposte
len" en „het breken van het brood"
Beiden verkondigen hetzelfde Woord,
Het Woord, dat vleesgeworden is:
Jezus Christus. Dit Woord roept om
een antwoord van de gemeente. En dat
wordt gegeven in gebed en offerande.
En daar hebt u ineens het grondpa
troon van de Eredienst: Lezing en uit
leg van de H. Schrift gebeden en
offeranden de Dankzegging (het
dankgebed, dat Christus uitsprak, voor
dat Hij het brood nam) en de com
munie. Langzamerhand wordt dit
grondpatroon uitgebouwd en verrijkt.
Voorbeelden: in de 6e Eeuw dringt
het Credo (Geloofsbelijdenis) de li
turgie binnen als antwoord op het ge
predikte Woord Het prachtige
Dankgebed vóór het Avondmaal (zie
meente: „de harten omhoog - wij
heffen ze tot den Heer". Met de In
stellingswoorden en met het Gebed om
de Heilige Geest vindt u dit alles terug
in ons Avondmaalsformulier, maar veel
COLLECTE
WERELDHULPACTIE
ZONDAG 4 FEBRUARI 1962
In de meeste Protestantse Ker
ken wordt 9 jaar na de nationale
ramp in Zeeland weer een col
lecte gehouden.
Gemachtigd door de Generale
Synode van onze Kerken doen de
Deputaten voor de Algemene
Diakonale Arbeid weer een be
roep op onze gemeenteleden.
De ons geschonken welvaart
heeft een doel, n.l. om hiermee te
DIENEN. Niet iedereen kan uit
gezonden worden. Wel wordt
van ieder kerklid de persoonlijke
inzet gevraagd: meeleven, gebed
en offer.
210.000 folders werden gratis
aan veel diakonieën ter beschik
king gesteld. Hierin staat duide
lijk ons dienstbetoon omschreven.
De N.C.R.V. hoopt op zondag
avond 4 februari in de rubriek
„Nieuws uit de Kerken" (des
avonds om 7 uur) enkele indruk
ken weer te geven over de ge
houden collecte.
is er van zo'n oorspronkelijke plaats
geraakt (zie slotartikel). Zoals overal
groeide ook in de liturgie der kerk het
onkruid met de tarwe mee. Hier en
daar overwoekerde het onkruid de
tarwe. In het gewaad van een aantal
gebeden drong de offergedachte bin-
boven) wordt al spoedig ingeleid door
de beurtspraak tussen Dienaar en ge
nen, waardoor de viering van het
Avondmaal misvormd werd tot de vie
ring van het Misoffer. Met de Kerk
vergroeit ook haar liturgie.
Betekent dit nu, dat onze Deputaten
(in samenwerking met de Werkgroep)
de opdracht hebben om een nieuwe
liturgie te „maken" Dat zij verre. Dat
zouden ze ook niet kunnen. Liturgie is
niet een artikel, dat u op eigen houtje
kunt „maken": zo enkele punten onder
elkaar, een soort programma. Want
de liturgie is het bezit van de Kerk
van alle eeuwen en alle plaatsen. En
alleen in gemeenschap met alle heiligen
krijgt u uitzicht op de ene liturgie van
de christelijke Kerk, die er al blijkt te
zijn. Calvijn heeft in zijn dagen ook
nooit gepoogd een nieuwe liturgie te
maken. Kerkhervorming betekende
voor hem liturgische her-vorming:
d.w.z. de liturgie, die er al was, uit
zuiveren van woekerend onkruid. Cal
vijn heeft beter dan Datheen gezien,
wat Her-vormde en dus Christelijke
Eredienst is. Hij wijst de juiste weg
naar herstel.
Dat herstel zal van „binnen uit"
moeten plaats vinden, vanuit het cen
trum Dat betekent, dat we als ge
meente opnieuw oog zullen moeten
krijgen voor de oorspronkelijke twee-
etenheid van de prediking van het
Woord en de bediening van het Heil.
Avondmaal. Wij hebben van dit woord
twee-eenheid de laatste helft geschrapt
en hebben er dus twee van gemaakt:
twee gescheiden Diensten, zoals Ds.
Fr. de Jong zeer terecht opmerkte in
het Lustrum-Novembernummer van
„Bezinning". En dan dreigt onherroe
pelijk het gevaar, dat de 4 a 6 Avond
maalsdiensten van het jaar worden be
schouwd als „uitzonderlijke" Diensten.
Terwijl een Dienst, waarin het Avond
maal niet bediend wordt, dan „nor
maal" zou zijn. Maar deze opvatting
past niet in de liturgie van de Kerk der
eeuwen, te beginnen met de aposto
lische tijd. En wanneer de nieuwbe
noemde Deputaten dan nu de Orde
van Eredienst op de helling brengen,
dan kan het dus nooit alleen maar
gaan om een poging tot herordening
van de huidige zondagmorgendiensten,
maar dan zal tegelijkertijd in deze her-
vormingsarbeid ook de liturgie van de
H. Tafel betrokken dienen te worden,
opdat de gemeente de twee-eenheid
van de prediking van het Woord en
de bediening van het H. Avondmaal
weer gaat ontdekken. Ik hoop, dat de
viering van het Avondmaal weer in
de Orde van Dienst zal worden opge
nomen. Want daardoor zullen we
langzamerhand weer gaan zien, dat een
Dienst zonder Avondmaal eigenlijk
niet af is.
Dat betekent natuurlijk niet, dat het
Avondmaal nu plotseling 52 keer per
jaar gevierd zal worden. Maar dat be
tekent wel, dat wij vaker dan 4 keer
per jaar zullen mogen proeven, dat de
Here goed is De volgende keer wordt
deze serie afgesloten met een kort ar
tikel en de beantwoording van een
vraag.
Aardenburg. J. D. DE VRIES.
DE GENADELEER BIJ ROME
Na een spreekbeurt die ik verleden
week te Vroomshoop gehouden had.
zei een rooms-katholiek tegen mij:
„Dominee, wij rooms-katholieken be
lijden ook dat wij uit genade zalig
worden, en niet uit de werken, ik weet
niet of u dat weet
Ik heb deze man toen aangetoond in
hoever hij met z'n gezegde gelijk had,
maar hem tevens laten zien waar de
rooms-katholieke leer en de Bijbel uit
elkaar gaan, om tot een tegenover
gestelde conclusie te komen.
Wellicht, beste lezer, zal dit gezegde
van deze rooms-katholiek U interes
seren en ook het antwoord dat wij als