I
DOOR WATER EN VUUR
de gemeerïte
KLEINE
VOSSEN
Wat een sombere gedachten
Wat een stille tranen
Wat een morrelen aan gaskranen
Wat een verwijten„niemand zorgde
voor mijn ziel".
In het buitenland viel me een klein
boekje in handen
„Zij die alleen in het leven staan" („Die
allein ins Leben stehen").
Ik vond er ook het volgende verhaal in.
Er is een ongehuwde vrouw.
Vereenzaamd. Verbitterd.
Kantoorwerk.
's Avonds alleen naar huis.
Op een kamer bij een norse hospita, met
een ongelukkig kind.
De ogen van deze jonge vrouw zijn als
de ramen van een leeg huis.
Eens staat ze voor een bloemenwinkel.
Loopt plots naar binnen.
Koopt het lelijkste plantje dat er in de
etalage staat.
Waarom Verwantschap
Door haar zorg begint het prachtig te
bloeien.
Ze koopt andere, dergelijke plantjes.
Hospita verbaasd. Wordt vriendelijker.
Komt met planten die het bij haar, in
haar kamer, helemaal niet „doen"
Op een avond thuiskomend, zit het on
gelukkige kind van de hospita voor de
deur op haar te wachten
„Mag ik de mooie bloemen eens zien
Het zit daarna telkens in haar kamer.
In de ogen van deze eenzame vrouw
komt al meer licht en leven.
Maakt u het verhaal zelf maar af.
Wat doet u, eenzamen
Kan dit verhaal u helpen
Of de regel uit het gebed van Franciscus
van Assisi. „Heer, geeft dat ik maar
niet bemind wil worden, maar beminnen
wil dat ik maar niet geholpen wil wor
den, maar helpen wil
v. H.
Inderdaad dat doet ze, als ze elke zon
dag in haar erediensten samenkomt. Als
het goed is, worden dan ook allerlei con
crete dankzeggingen en voorbeden ge
daan, die verband houden met het leven
van alledag. Dit is een elementair be
standdeel van een eredienst. De ervaring
leert echter, dat het niet zo gemakkelijk
is om het gebed, in de Kerk gedaan, voort
te zetten in de gezinnen en in „de bin
nenkamer".
Vandaar, dat het Zendingscentrum al
sinds jaren gebedsbrieven voor de zen
ding ter beschikking stelt, die nu al in
meer dan 11.500 exemplaren worden
verspreid. De gebruikers van deze gebeds
brieven zijn dankbaar voor de leiding, die
hiermee aan hun gebeden wordt gegeven.
Vanuit deze kring kwam de vraag op,
of het niet goed zou zijn om naast de
zendingsgebedsbrieven nog andere gebeds
brieven samen te stellen, die dan betrek
king zouden moeten hebben op het kerke
lijk leven in de ruimste zin van het woord.
Bij de overweging van deze vraag kwa
men we echter voor zulke practische moei
lijkheden te staan, dat het ons onuitvoer
baar leek om een tweede gebedsbrief het
licht te doen zien. Daarom kozen we een
andere weg, die we graag willen gaan met
medewerking van de redactie van dit blad.
Voortaan hopen we in alle kerkelijke
bladen (weekbladen en kerkbodes) in de
kring van De Gereformeerde Kerken we
kelijks een oproep tot dankzegging of
voorbede te doen verschijnen ten aanzien
van die zaken, die verband houden met
het kerkelijk jaar of betrekking hebben op
een zaak, die op een bepaald moment ac
tueel wordt. We denken hierbij aan in
ternationale politieke spanningen, natuur
rampen e.d. Aan de gemeenteleden wordt
dan verzocht om gedurende een week in
het gezinsgebed en in het persoonlijk ge
bed de aangegeven dankzegging of voor
bede op te nemen. Natuurlijk is het niet
de bedoeling om iemand, wie dan ook,
iets op te leggen. Wat we gaan doen is
niets anders dan de helpende hand bieden
bij de concretisering van onze gebeden.
We hopen van harte, dat zo het ideaal
bereikt wordt van een gemeente, die „een
drachtig volhardt in het gebed".
Prof. Dr. W. F. de Gaay Fortman
Mej. J. P. Koen
Ds. P. N. Kruyswijk
Ds. G. N. Lammens
Ds. A. M. Lindeboom
Dr. J. M. van Minnen
Ds. E. Pijlman
Ds. B. Richters
Prof. Dr. Herman Ridderbos
Mevrouw W. Ridderbosde Rooy.
Prof. Dr. R. Schippers
C. P. Sybrandi
Ds. G. Toornvliet
Ds. W. A. Wiersinga
Ds. Y. van der Zee.
Heel wat luchtkastelen zijn dezer
iagen in puin gevallen. Wat hebben
ouders en kinderen zich al niet voor
gesteld van de komende vacantie In
letterlijke zin waren deze toekomstver
wachtingen gebouwd op de „lucht-" en
weersgesteldheid. Nu, dan is 't wel een
grote teleurstelling geworden voor ve
len, vooral voor hen, voor wie hun
vacantieweek juist viel in de natte
moesson van half augustus.
En dan werd 't voor een christen een
hele opgaaf om z'n goed humeur te be
waren, iets wat toch verwacht mag
worden van hen, die juist een preek
hoorden zoals ik zondag 1.1. over
Phil. „Verblijd U in de Here ten al
len tijde". Een leger vossen bestormen
dan onze geestelijke hofopstandig
heid, humeurigheid, landerigheid en
naargeestigheid. Daarom zou 't goed
zijn op vacantietochten vooral 't psalm
boek niet te vergeten.
Voor ons was 't minder teleurstel
lend, daar we bij eigen familie, ja, bij
eigen dochters onder dak waren, maar
als je in een hotel moet verblijven
wat ons maar één dag overkwam
en je betaalt de niet geringe pension-
prijs, terwijl je opgesloten ben in een
donkere kamer-op-het-Noorden en je
in de gelagkamer moet kijken naar de
televisie met een programma van aller
lei onzinnige filmpjes, dan is 't een
toer om niet even miezerig te worden
als het weer.
Maar op onze reizen door Brabant,
Utrecht, Gelderland, Overijssel, Dren
the naar de stad Groningen dachten
we aan onze achtergelaten landbouwers
op Tholen en vergaten 't niet, dat de
Koning ook van het veld gediend wordt.
Hun goede oogst is ook onze vreugde,
hun teleurgestelde verwachtingen zet
ook ons onder druk.
(vervolg op pag. 3)
GEESTELIJKE VOLKSGEZONDHEID
VERLIEFDVERLOOFDGETROUWD
EEN PAAR MEDISCHE OPMERKINGEN.
Hiermede los ik dan een gedeelte van de belofte in, welke Ds. Elshout deed
in zijn artikeltje over hetzelfde onderwerp in de Zeeuwse Kerkbode van
18-8 j.l.
Want inderdaad, als dokter heb ik ook nog wel enige opmerkingen te
maken, als het gaat om verloving en huwelijk.
De ideale situatie, dat er alleen maar gezonde jongemannen en gezonde
jonge vrouwen bestaan, die zich met elkaar verloven en tenslotte trouwen,
bestaat nu eenmaal niet en daardoor hebben wij in de realiteit van het leven
rekening te houden met het feit, dat er zo hier en daar aan elk der huwelijks
partners wat mankeert.
De vraag is nu alleen maar, hoe ernstig zijn deze mankementen en wat zijn
de eventuele gevolgen daarvan voor het komende huwelijk?
Mijn eerste advies in deze is dan, dat U deze vragen niet op Uw eigen
houtje of alleen maar met behulp van dierbare familieleden gaat proberen te
beantwoorden, maar dat U hiertoe zich wendt tot een arts, waarin U ver
trouwen stelt.
Ook wanneer U meent, dat er aan U of Uw toekomstige huwelijkspartner
niets mankeert, kan het van groot belang zijn, een dokter te raadplegen, omdat
hij in staat is, verborgen gebrekjes of ernstige afwijkingen te constateren, van
welks bestaan U helemaal niet op de hoogte was.
Bovendien kan hij U vertellen, dat een bepaalde familierelatie tussen de
partners soms ernstige consequenties in het huwelijk kan hebben. Wanneer
b.v. de huwelijkspartners neef en nicht zijn, dan leert de ervaring, dat in die
huwelijken kinderen geboren worden, die een grote kans hebben op een ern
stig aangeboren defect b.v. doofstomheid.
Zo is er dan alle reden, dat elke huwelijkspartner zich voor het huwelijk
geneeskundig laat onderzoeken en voorlichten.
Dat dit nog steeds niet algemeen plaats vindt, wijt ik aan de ten onrechte
bestaande schroom bij vele huwelijkscandidaten, terwijl voorts ook de angst
voor vermeende of vermoede kwalen hierbij een rol speelt.
Verder meen ik, dat nog teveel huwelijken te lichtvaardig worden afgesloten
en dat jeugdige overmoed en gebrek aan verantwoordelijkheidsbesef hiertoe
hun steentje bijdragen.
Bovendien geloof ik, dat talrijke huwelijkscandidaten opzien tegen de con
sequenties van de eventueel gevonden gebreken vóór hun huwelijk. Hier
liggen in de practijk n.l. veel problemen.
Het geneeskundig onderzoek heeft b.v. aangetoond, dat één der partners
niet in staat is om kinderen te verwekken of te krijgen.
Wat doet men met zulk een wetenschap
Is het eigenlijk maar niet veel eenvoudiger om je van te voren maar niet
te laten onderzoeken en dus onwetend te zijn
'k Heb wel eens de indruk gekregen, dat dit inderdaad de redenering was.
Speelt ieder mens op zijn tijd niet eens graag voor struisvogel
Persoonlijk stel ik mij op het standpunt, dat de huwelijkscandidaten zich
vrijwillig beiden aan een geneeskundig onderzoek dienen te onderwerpen en
dat zij dan, voorgelicht door de arts, samen de zaak verder moeten bespreken.
Vanzelfsprekend, iedere arts zal bereid zijn, bij een eventueel moeilijk ge
sprek te bemiddelen en te adviseren. Vergeet echter nooit, dat de uiteindelijke
beslissingen nooit door de arts, maar altijd door U beiden genomen dient te
worden en dat deze beslissing geheel voor Uw eigen verantwoordelijkheid
komt.
Wat kunnen zulke gesprekken moeilijk zijn.
Wat komt het er dan op aan, hoe het werkelijk met de liefde tussen die
twee staat.
Maar is het niet beter, dat al zulke zaken uitgesproken worden nog vóór
het huwelijk, nu er nog gelegenheid is om eventueel zijn houding te veranderen,
dan dat in het huwelijk deze zaken aan de orde komen en een ernstige be
dreiging voor dat huwelijk kunnen betekenen Wat zal het er op aan komen,
dat er eerlijk en open tussen de gesprekspartners gesproken kan worden.
Hierbij vind ik het echter heel natuurlijk, dat er toch ook weer een zekere
schroom bestaat. Vooral wanneer het om de intieme zaken van het sexuele
leven gaat, is deze schroom heel begrijpelijk, ja zelfs noodzakelijk. Per slot zijn
zij nog geen echtpaar en trouwens, in welke huwelijk bestaat er op dit gebied
niet altijd nog een zekere schroom en heeft iedere huwelijkspartner zo zijn
eigen intieme zaken, die hij of zij toch maar liever voor zichzelf houdt
En last but not least Er kan gebeden worden.
Gelukkig, het gebeurt slechts weinig, dat er zulke zaken bij het geneeskundig
onderzoek gevonden worden, dat daarvan ernstige consequenties voor het
huwelijk te verwachten zijn.
Meestal zijn het niet zulke ernstige zaken en dikwijls zal er helemaal niets
gevonden worden.
Ook dan heeft het onderzoek zijn grote nut.
Er gaat een grote geruststelling uit van het feit, dat het onderzoek heeft
plaats gevonden en niets ernstigs werd aangetoond.
Vermeende kwaaltjes kunnen definitief aan de kant worden gezet of tot
hun ware proporties worden teruggebracht.
Angst voor bepaalde aandoeningen kan weggenomen worden.
En gaat U zo maar door.
Tot slot levert het bezoek bij Uw dokter U nog een ander voordeel U
kunt samen eens rustig met hem praten over wat U van het komende huwelijk
verwacht. Dan kan hij U adviseren over een verstandige samenleving van man
en vrouw en misschien kunt U dan ook eens praten over wat U zo samen
denkt over verantwooxde gezinsvorming. Misschien daarover weer eens een
andere keer. Dr. P. C. KRAAN.
Feuilleton
door
J. BRANDENBURG
Een verhaal uit de bezettingstijd
XLVII
Kan ik de Schelde niet ergens met een bootje over
gezet worden Is dat niet veel veiliger
De jonge man schudde het hoofd.
De hele Schelde staat onder controle en als ze je
op de Schelde in een bootje ontdekken ben je zeker de
pisang. Je moet het zo onopvallend mogelijk doen en daar
om is het 't beste, dat je gewoon met de boot gaat.
En als ik in Terneuzen ben?
Dan moet je naar Clinge zien te komen, en dan vraag
je naar wachtmeester De Kuinder. Die is goed en zit in
de ondergrondse. Die heeft al meer piloten de grens over-
geholpen. Hij zal je wel verder de weg wijzen. Trouwens
hij weet al van jullie komst af. Er gaan er tegelijk met
jullie meer de grens over.
Er viel niet veel meer te praten.
Henk fietste opnieuw de weg terug.
De weg was hem zo vertrouwd en bekend. Maar het
was een vreemde gewaarwording zich te realiseren, dat
dit voor lange tijd de laatste keer kon zijn en misschien
ook voorgoed de laatste keer. Want hij begreep
wel, dat wat er ging gebeuren, hoogst gevaarlijk was.
De avond was donker. Alle ramen der huizen waren
afgeschermd, nergens was een kiertje licht te ontdekken.
Bij Vlissingen schoten lichtbundels het luchtruim in en
zochten tastend de hemel af naar vliegtuigen, die blijk
baar weer overkwamen.
In de verte hoorde hij al geronk
Bij het hek sprong hij van de fiets en liep over het
grindpad naar de schuur, waar hij zijn fiets opbergde.
Peinzend stond hij een ogenblik naar de donkere lucht
te staren, die zwaar bewolkt, geen plekje openliet voor
sterrenschijnsel.
Even afgesloten als die donkere lucht lag zijn toekomst
voor hem. Hij wist het. En opnieuw stond hij in weife
ling of hij zijn vader toch maar niet zou inlichten. Was
het niet hard, zó weg te gaan Maar hij overwoog ook
opnieuw, dat zijn vader het hem zou willen verhinderen,
terwijl toch ook het gevaar groot bleef, dat wanneer zijn
vader op de hoogte was, later, wanneer hij gezocht werd,
dit het verhoor van zijn vader maar moeilijker zou kun
nen maken.
Zo draaiden zijn gedachten maar in een cirkel rond
Diezelfde avond, toen de anderen naar bed waren,
schreef hij in zijn kamer de brieven.
Afscheidsbrieven
Eén aan zijn ouders en de meisjes één aan Wim en
één aan dominé Versendaal.
Hij vertelde kort en zakelijk hoe alles in elkaar zat.
Ze moesten met niemand er over spreken en zich niet
ongerust maken. Hij diende de goede zaak. De Londense
radio zou hun wel spoedig de goede overkomst berich
ten. Ze moesten maar luisteren naar het bericht, dat zou
worden aangekondigd onder „Tommy nummer 26
dat zou betekenen, dat het van hem kwam.
Toen de brieven geschreven waren, legde hij ze in ge
sloten enveloppen in zijn kast boven op een stel kleren.
Daar zou zijn moeder in elk geval het eerste zoeken.
Maar toen de woensdag dichterbij kwam, werd het al
moeilijker. Hij liep door de boomgaarden, over het erf,
streelde Kazan en de beide meisjes wisten niet, hoe ze
het hadden met hun broer, die alle humor plots scheen
verloren te hebben en lief tegen hen deed op het senti
mentele af.
En zijn moeder
Hij durfde haar niet recht in de ogen zien, bang dat
zij, voor wie hij nooit een geheim lang had kunnen be
waren, in zijn ogen dit geheim lezen zou.
De piloot, die weer volkomen op krachten gekomen
was, dank zij de goede zorgen van zijn beschermer, sprak
hem moed in. De kerel scheen tenvolle te beseffen, wat
het Henk kostte om alles in de steek te laten. Het weer
zien zou straks immers alles goed maken Hij zou worden
ingelijfd bij het Nederlandse corps. Hij kon een opleiding
volgen voor piloot en straks zou hij ook de bommen over
Nederland naar Duitsland brengen en hij zou daarbij
denken aan Rotterdam
En Middelburg, voegde Henk er aan toe.
Toen het woensdag geworden was, had hij zich over
alles heen gewerkt. Hij stoeide met Gerda en waarschuw
de Dina voor haar hart, die Rudolf was toch maar een
Duitser
De meisjes keken elkaar verbaasd aan. Wat mankeerde
die uitgelaten Henk De ene dag zegt hij geen woord
en de andere dag is hij niet tot zwijgen te brengen.
Hij zal zelf verliefd zijn, meende Dina, dan doen
jongens zo raar
Henk vertelde, dat hij een afspraakje had met de jon
gens van oom Henk in Kortgene. Hij ging die avond naar
Kortgene en zou eerst de volgende dag terugkomen. Ze
moesten maar niet te vroeg op hem rekenen
Toen liep hij voor de laatste maal de tuin, maakte een
praatje met Kazan, die zijn zware voorpoten tegen zijn
borst legde, als vroeg hij de tocht te mogen meemaken.
Hij kon geen hartelijk afscheid nemen van de huisge
noten. Hij zou zijn moeder en beide zusters hebben willen
omhelzen en haar veel willen zeggen, maar hij moest on
verschillig en gewoon doen. Morgen kwam hij immers
weer terug Hard was het zijn vader geen hand ten af
scheid te kunnen geven, hem niet éénmaal recht in de
ogen te kunnen zien om de herinnering aan een laatste
blik van hem te kunnen meenemen, naar die vreemde,
onbekende en gevaarvolle toekomst. Het kon niet
Ze moesten allemaal volstrekt onwetend blijven. Het
was voor allen het beste zo.
Met de fiets in de hand liep hij het erf af. Zijn vader
zat, als gewoonlijk in zijn kantoortje over brieven en
rekeningen heen gebogen. Hij zag nog juist, dat hij even
het hoofd ophief en hem met een gewoontegebaar van de
rechterhand groette.
Het was het laatste wat hij van zijn vader zag.
Zijn moeder liep met hem mee tot aan het hek.
Oom Henk de groeten. Dus tot morgen. Je weet
niet hoe laat je thuis bent
(Wordt vervolgd)