DOOR WATER EN VUUR GREPEN UIT DE HISTORIE Onder dit opschrift zal de heer Geldhof te Middelburg onze lezers gedurende een aantal weken bezig houden met de kerk- schiedenis tussen Reformatie en Franse Revolutie te Middelburg. De heer Geldhof heeft hiervoor geput uit een aanzienlijke hoeveelheid archiefmateriaal, zodat we een goede indruk krijgen van het kerkelijk le ven met zijn vreugden en moeilijkheden in de oude tijd. DE ALGEMENE KERKERAAD DER NEDERDUITS-HERVORMDE GEMEENTE TE MIDDELBURG Inleiding. Na de overgang van Middelburg aan Willem van Oranje in februari 1574 en het daaropgevolgde vertrek van de vele priesters, monniken en nonnen, kwam al spoedig een provisionele (voorlopige) kerkeraad bijeen. Men be gon allereerst met diakenen te kiezen, en dit kon werkelijk geen uitstel dul den. Het was nodig meer dan nodig zelfs. Het tweejarig beleg door de Geu zen had een schier ondraaglijke hon gersnood doen ontstaan. Handel en scheepvaart, ambachten en neringen la gen stil, en geen verdienste betekende honger. Elke dag werden de levensmid delen schaarser, omdat er geen aanvoer van buiten kwam, en de schamele ge meente" was ten prooi aan de nijpend- ste armoede. En de beter gesitueerden zagen hun geld wegsmelten als sneeuw voor de zon, want wat kostte een stuk je vlees van een hond of een kat wat betaalde men niet voor een rat of wat muizen Wie was zo rijk, dat hij nog wat lijnzaadmeel bezat Wie had de wrede pest overleefd Wat was er verdriet hoe heerste de ellendeVerzachting van het lot der ongelukkigen gedoogde het minste uitstel niet. In juli volgde de verkiezing van ouderlingen. De predikanten maakten met de voorlopige kerkeraad uit een aantal ge schikt en bekwaam geachte personen negen dubbeltallen. Zij werden aan de gemeente ter verkiezing voorgesteld, en de broeders ontvingen de ernstige ver maning, om ..den Heeve vyeriglyck te bidden, dat God door Synen Geest hun verstand regeerde tot desen handel". De helft van de gekozen ouderlingen zou jaarlijks moeten aftreden, om het dienen niet te ,,swaer" te maken en opdat vele broeders ,,mogten leeren te regeeren". De namen van de voorgestelde per sonen werden in de kerken aangeplakt, want de Middelburgse bevolking nam na de verdrijving van Mondragon en zijn trawanten al spoedig zó sterk toe, dat de broeders elkaar ,,nyet ofte naeu- welycks en kenden". Meer dan twee en een halve eeuw bleef deze wijze van benoemen door de gemeenteleden met ondertekende brief jes voortduren ondanks allerlei mis bruiken, waarover vaak ernstig werd geklaagd. De lust tot stemmen was dikwijls niet groot. Vooral in de zeventiende eeuw was de opkomst van de gemeen teleden vaak zó verflauwd, dat de ver maningen van de kansel en de huisbe zoeken van de ouderlingen, de lauw heid ,,niet en conden verwinnen". Al spoedig om juist te zijn na de Middelburgse synode van 1581 - werkten ook de diakenen aan de sa menstelling van de dubbeltallen mee en tien jaar later ook gedeputeerden uit de stedelijke regering. Blijkbaar wilde de Middelburgse vroedschap in kerke lijke aangelegenheden een woordje meespreken. Zo was dus tussen de kerkeraad en de stadsregering een vorm van samen werking ontstaan, die zich in de loop der jaren aanmerkelijk zou uitbreiden. Want de heren op het stadhuis zouden zich nu en dan gedwongen zien, de hulp van de predikanten, ja, zelfs van de kerkeraad in te roepen, als ,,het schamele gemeen" ontevreden was en met oproer dreigde, welk dreigen niet altijd ijdel bleek. Op hun beurt zochten de predikan ten, ouderlingen en diakenen herhaal delijk hulp bij de stedelijke raad, want een deel van onze vaderen en vooral de jeugd waren vaak minder vroom en hingen sterker aan de „waereldsche ge- neuchten", dan men zo vaak geneigd is te denken. En de predikanten èn de leden van de raad der kerk hadden maar al te vaak met de grootste moeilijkheden te kampen. Zij streden dikwijls een zware strijd, die somtijds zonder uitzicht scheen. Welke misstanden moest men dan zoal bevechten Laat ik er enige mogen noemen. 1°. De ,,paepsche dolingen ende superstitiën" (bijgelovigheden). Na tuurlijk hadden niet alle Roomsen Mid delburg verlaten, en elke ,,papisterie moest ten strengste worden geweerd. Bovendien er ontstonden „dange- reuse" (gevaarlijke) sekten. 2°. De ontheiliging van de sabbath, vooral in de zomer het z.g. duin- of spelerijen en het daarmee gepaard gaande drankmisbruik, om van andere, ernstiger uitspattingen maar te zwijgen. 3°. Dronkenschap, vaak gevolgd door handtastelijkheden het rumoer van de spelende en tierende jeugd rond en voor de kerken, tot zelfs hun lawaai op de kerkhoven toede overdadige maaltijden op bruiloften, partijen, schut ters- en gildefeesten en bovendien het dansen. Ja, het dansen (tussen haakjes las U Kleine vossen in de Kerkbode van 25 november 'Keiharde waarheden, vond U niet?) Och, de strijd tegen het dansen en zijn gevaren van toen gaat, jammer genoeg nog onverdroten voort. Hij moet nog altijd gestreden zijn, en de overwinning schijnt thans verder dan ooit. 4°. De zeer gewaagde kleding van talrijke vrouwen, die zij zelfs niet ont zagen, in de kerken te dragen en velen grote (en gerechtvaardigde!) „erger- nisse" gaf. 5°. De kerkeraad had bovendien nog heel wat andere moeilijkheden te overwinnen. Perikelen, die weliswaar niet altijd strijd, maar toch allerlei moei lijkheden met zich brachten en de broeders dwongen, hun ogen en oren steeds open te houden. GEESTELIJKE VOLKSGEZONDHEID A. J. Boom, Zenuwarts, Drs. A. Elshout, Dr. P. C. Kraan, Chirurg. Correspondentie over deze rubriek te richten aan Drs. A. Elshout, Koudekerke. Officier van Justitie eist strenge straffen tegen automobilisten, die onder drank invloed enz. enz., lazen we in een krant. Er zijn mensen, die van mening zijn, dat men deze wegpiraten niet zwaar genoeg kan straffen. Hun mening verandert meestal, wanneer het iemand uit hun naaste omgeving betreft. ,,Hoe is het mogelijk hij was toch geen dronkaard kan men dan te horen krijgen. Er zijn ook critici, die zelf bij snelverkeer alcohol gebruiken, omdat zij van mening zijn, dat het gebruik van een kleine hoeveelheid geen kwaad kan. Wist U, dat we bij alcoholgebruik de controle verliezen over ons lichamelijk en geestelijk evenwicht Het besturen van een auto vereist de grootst mogelijke aandacht, waarom de minste verflauwing van de aandacht van de chauffeur fataal kan zijn. Geringe hoeveelheden alcohol spelen reeds een rol hoeveel te meer dronkenschap, dat een bedreiging vormt voor het leven van de chauffeur endat van anderen. Vanaf het begin der mensheid werden er alcoholhoudende dranken gebruikt enmisbruikt. Denkt U maar aan de geschiedenis van Noach uit Genesis 9. Bij verloving, huwelijk en geboorte drinkt men op het welzijn van de hoofd persoon. Het glaasje hoort er nu eenmaal bij, zodat het niet ,,goed staat", wan neer men hiervoor bedankt. Als iemand niet meedrinkt wordt hij dikwijls het mikpunt. Mogelijk kent U gevallen, waarin de alcohol ontzettend veel leed heeft ge bracht. Heeft U toen antwoord kunnen geven op de vraag ,,Wat dreef toch deze man of deze vrouw tot die ellende Laten wij de mens met alcoholproblemen niet veroordelen of minachten. Alcohol stopt" niet voor rang, stand of levensbeschouwing. Laten wij deze mensen, die ziek zijn, niet vergeten in ons gebed en laten wij ze helpen het advies en de hulp in te roepen van hun huisarts of een consultatiebureau voor alcoholisme. Alcoholisme is een ziekte, die uiteraard de verantwoordelijkheid van de patiënt niet opheft. De huisarts, de psychiater en de maatschappelijk werkers van het consultatiebureau voor alcoholisme kunnen met vereende krachten veelal de goedwillende patiënt genezen. Het is echter niet een kwestie van even flink zijn of een tabletje slikken, maar het is een jarenlange strijd op leven en dood met een vijand, die sterker is dan de wil van een mens. Ook in onze provincie en onder onze gemeenteleden is een aantal mensen, voor wie de alcohol meer betekent dan voor de anderen. Zij drinken om aan hun zorgen of spanningen te ontkomen, om hun minderwaardigheidsgevoel te onderdrukken, enz. enz. De alcohol „lost" alles op. In werkelijkheid bedriegen zij zichzelf, want de oorzaak van de problemen wordt niet weggenomen. Al cohol kan wel tijdelijk rust brengen, terwijl het leven, er in de roes wellicht iets rooskleuriger uitziet. Er is sprake van ALCOHOLISME bij iemand, als hij maar een enkel glas wil drinken en het er toch vele worden, of als hij tegen beter weten in toch drinkt en er allerlei redenen voor verzint, of als hij zijn gezins- of maatschappelijk leven er door verstoort, of als hij gedronken heeft, niet meer weet, wat hij precies heeft gedaan, of als hij op een feestje ongemerkt een paar glaasjes meer tracht te drinken óf een handigheidje verzint om enige extra glaasjes te bemachtigen. Weet U dat bij het drinken de gemeenschap een grote rol speelt De drink gewoonten van een bepaald dorp of land hebben een grote invloed op het ont staan van alcoholisme bij sommige personen. Indien in een bepaalde gemeen schap niet wordt gedronken, dan zal iemand, die wel drinkt direct opvallen. Omgekeerd zal de mens met alcoholproblemen lange tijd onopvallend blijven in een milieu, waar ook de gezonde mensen regelmatig of vrij veel drinken. Dan zal de alcoholist pas in het eindstadium van zijn ziekte opvallen, bijv. wanneer zijn omgeving ontdekt, dat hij 's morgens eerst iets moet drinken om op gang te komen óf als men ziet, dat hij zijn gezin en zijn werk geheel ver waarloost. Het kan ook gebeuren, dat het eerst tot een behandeling komt, als de man met-alcoholmoeilijkheden in een dusdanige geestestoestand verkeert, dat on middellijke opname in een ziekenhuis noodzakelijk is. Alcoholisten moeten leren inzien, dat er aan hun af en toe onmatig drinken iets te doen is. Een consultatiebureau voor alcoholisme streeft naar beïnvloeding van het milieu in engere en ruimere zin, opdat dit begrip krijgt voor de bijzondere positie van de man met alcoholproblemen, als ook om daardoor zijn weder aanpassing in het maatschappelijk proces te bevorderen. Er wordt aandacht geschonken aan de gezinssituatie en godsdienstige beleving van de patiënt aan diens werkmilieu en vrijetijdsbesteding, enz. ALCOHOLISME is een ziekte, die mogelijk meer dan enige andere ziekte alle vezels van lichaam en ziel aantast. Niet alleen hersenen, lever en spieren functioneren anders, maar ook het verstand, de wil en het gevoelsleven. De alcoholist kan tot een ander leven komen niet alleen tot een behoorlijk maatschappelijk leven, doch daarenboven ook tot een juiste houding tegen over God. A. J. BOOM. R. VISSER. Feuilleton door J. BRANDENBURG Een verhaal uit de bezettingstijd XXVII Hij sprong over de afrastering en liep het dijkje langs, dat met een bocht naar de weg draaide, die naar het kanaal liep. Steeds meer sporen van de gevechten waren hier te zien. Tegen de dijkhelling lag een paard met een schot door de kop, terwijl een granaat een deel van de rechter voorpoot had verbrijzeld. Het was een afschuwelijk ge zicht. En daar, wat lag daar Hij durfde het zich nauwelijks bekennen. Daar lag een mens, een Frans soldaat, juist op de hoek van de dijk, waar een loopgraaf in de helling was gegraven. Hij lag een weinig voorover, alsof hij in diepe slaap verzonken ws. De Wilde beefde. Een stuk rood gekleurd gras, doortrokken van het bloed, toonde, dat een schotwond een plotseling einde aan het leven van deze mens had gemaakt. Toen De Wilde de bocht van de dijk om gegaan was, bleef hij een ogenblik verstard staan. Er lagen hier negen lijken op een afstand van misschien vijftig meter verspreid. Hij liep er langs en bleef toen plotseling staan. In één er van herkende hij het lijk van de officier Char- bon. Zijn helm lag naast hem op de grond. Zijn rechter knie lag een weinig opgetrokken langs zijn linkerslaap ging een spoor van geronnen bloed. Zijn vingers grepen krampachtig in de door granaatkartetsen opgewoelde aar de, en zijn gelaat lag recht achterover, terwijl twee ver glaasde ogen, als in opperste verbazing naar de verre hemel staarden. De Wilde nam een soldatenjas, die op enige afstand op de grond lag en bedekte daarmee het lijk van de officier. Hij had geen kracht dit slagveld verder af te speuren. Met knikkende knieën ging hij naar huis terug. Hij vertelde de burgemeester, wat hij gezien had en deze zou de plaatselijke commandant waarschuwen, op dat de slachtoffers hun laatste rustplaats ontvangen moch ten. Nóg hoorde hij het„Bon courage van de officier tegen Henk roepen toen deze dinsdagmorgen naar Wal cheren vertrok De twee jongens fietsten Zuid-Beveland uit, waar zij langs de gehele weg de sporen van de oorlog aantroffen. De brug over het kanaal was opgeblazen en langs een grote omweg, over de sluisdeuren bij Wemeldinge moes ten zij, via Yerseke zien weg te komen. De grote kerk van Yerseke was geheel verwoest en verschillende woon huizen lagen in puin. In andere dorpen was het al niet veel beter. In Brabant hoorden zij al bijzonderheden over de ver woesting van Rotterdam. Vluchtelingen, die onderkomen zochten bij familie in Zeeland en in de Westhoek van Brabant vertelden hen, dat de gehele binnenstad was ver nietigd en er dertigduizend doden waren. Hoe is het met de Pompenburgsingel vroeg Theo met bevende stem. Geheel verwoest, geen huis staat er meer overeind, alleen het gebouw van de Incassobank is blijven staan, werd geantwoord. De mensen stapten weer haastig op de fiets, want ze waren moe en wilden onderkomen hebben. Dan is ons huis ook weg, zei Theo verslagen. Misschien is het wel zo erg niet, meende Wim, de mensen overdrijven altijd graag. Ze kwamen over de Moerdijkbrug, die inderdaad ge heel in tact gebleven was en toen zagen zij al van verre een zwarte rookzuil als een geweldige kolom boven een der Rotterdamse havens de lucht in stijgen. Iemand wist te vertellen, dat dit een der mooiste boten van de Holland-Amerikalijn was. Ze fietsten Feijenoord binnen, waar een klein deel van de Rosestraat in puin lag. De brug over -en daar begon de verwoesting. Reeds voor de Willemsbrug stonden ze voor een verpletterende aanblik. Van de Boompjes was niets meer te zien, een kale vlakte, met stompen steen, hopen gruis en hier en daar een geraamte van een wo ning, een fabriek of een pakhuis. Ze konden tot aan de andere zijde van de stad zien, een dorre vlakte met hier en daar rokende puinhopen. Aan de brug werden ze gecontroleerd en eerst toen Theo verteld had, waarom hij de stad in wilde, verkregen zij toegang. Het was moeilijk de plaats te vinden, waar eens de Pompenburgsingel geweest was. Het spoorwegviaduct wees de richting, maar dat was ook het enige. Van heel de Goudse Singel was niets meer over, alle huizen tussen Nieuwe Haven en de Goudse Rijweg waren weggevaagd. Ze stonden voor de plaats, waar ongeveer het huis ge staan moest hebben. Het was iets voorbij de Bosjeskerk, die eveneens was afgebrand. Theo stond naast zijn fiets. Hij zei geen woord, maar Wim hoorde zijn tanden klapperen. Er kwam een politieagent op hen af, die belangstellend vroeg Wat zoeken jullie hier Hier is het huis geweest van zijn vader en moeder. Hij was bij ons in Zeeland en nu vindt hij het zo terug. Waar zouden zijn ouders zijn vroeg Wim. De man haalde de schouders op. Je kunt eens gaan informeren op het stadhuis. Dat staat nog overeind zoals je ziet. Daar heb je het. Wim knikte. De man liep door en Theo draait zich langzaam om. Overal waren vrachtauto's bezig met het vervoeren van puin. Het stof stoof omhoog en brandde in hun ogen. Als ze maar niet dood zijn, zei Theo. Ze zullen wel gevlucht zijn. Er zijn er toch zoveel gevlucht. Kom maar mee, dan zullen we eens gaan vragen. Ze waren niet den enigen, die aan de speciaal daarvoor ingerichte loketten, naar vermiste personen vroegen. Toen ze eindelijk aan de beurte waren, wist niemand hen bestheid te geven. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1961 | | pagina 2