^ieeuwóe Do Balk on do Splinter BEN IK MIJNS BROEDERS HOEDER? V.. Van de wijde, ruige Heide 16e JAARGANG No. 32 3 FEBRUARI 1961 OFFICIEEL WEEKBLAD TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND „Ik worstel" en ontkom MedewerkersJ. A. van Bennekom, MiddelburgDr. A. J. Boom, VlissingenDs. D. J. Couvée, Bennekom Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. W. C. van Hattem, Terneuzen Ds. A. Koning, Oud-Vossemeer Dr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Mej. F. A. Groot Nibbelink te Grijpskerke Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Goes J. Wattel, Gapinge. f n Abonnementsprijs 3,per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 12 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 12 ct. Drukkers-Uitr -rs Littooij Oli "-ff Spanjaardstra 47 Middelburg, Tel. 2438 Giro na 42280 v.J cïïleditatie doe eerst den balk uit uw oog weg, dan zult gij scherp kunnen zien om den splinter uit het oog van uw broeder weg te doen. Matth. 7 5. Ziehier, de bekende kwestie van de balk en de splinter. Wat, dacht u, zou ons het meest interesseren Die balk Of die splinter Ik denk wel het laatste Let maar op we zijn altijd op de een andere manier met de ander bezig en dan is er ook altijd wel iets te noemen dat ons in die ander irriteert. Geen wonder, dat we op onze medemensen zoveel hebben aan te merken en er wat van hebben te zeggen. Of we dan helemaal geen critiek op anderen mogen hebben Och, jawel. Maar weet u wat zo erg is. Die critiek is vaak onbarmhartig en liefdeloos. Of dacht u soms, dat die man altijd op z'n vrouw loopt te vitten omdat hij haar zo lief heeft Zij heeft er wat mee te stellen. Vandaag heeft hij hier wat van te zeggen en morgen is het weer wat anders. En hoe zo ook probeert om het mijn heer" naar de zin te maken, het is nooit goed Je zult met zo'n muggen zifter getrouwd zijn Ben je dan niet te beklagen Kijk, wie op die manier bezig is met de splinter in het oog van een ander, is toch te voorbarig. Er zal namelijk eerst iets anders moeten ge beuren Wat Wel die balk, die balk uit eigen oog, die moet éérst weg. U weet toch wat we hieronder hebben te verstaan Al die dingen waarmee we constant God irriteren. Endat is niet zo weinig Altijd nog veel en veel meer dan wat ons in een ander irriteert. Daar moet u nu eens 5 minuten over nadenken. Misschien komt u dan van de ene balk op de andere. Misschien gaat u dan met uw eigen balk naar het hout, waaraan de Here Jezus heeft gehangen Wat dat hout al niet te betekenen heeft God heeft het dan toch maar gepresteerd om over al die onhebbelijkheden van ons heen te komen. Hij zal er ons nooit of te nimmer meer mee te lijf gaan Over liefde gespro ken Maarkunt u nu nog een ander uw liefde onthouden Dat bestaat niet. Dit verandert ons leven radicaal. En als er dan nog in het oog van een ander een splinter gevonden wordt, die er nodig uit moet Dan zullen we het anders moeten doen dan die bedrijfsleider, die ont zaggelijk veel critiek had op de jongste bediende (en terecht) en vol stond met de opmerking „Jijprul Maar daar is de jongen, die het toch al moeilijk genoeg heeft om mee te komen, niet mee geholpen Hoe dan wel 'k Kan 't niet een, twee, drie zeggen, 't Hoeft ook niet. De liefde immers is vindingrijk genoeg. Die is er in ieder geval steeds op uit om olie in de wonden te gieten en niet azijn. Maar nu zijn we al aardig in de buurt van de barmhartige Samaritaan uit de gelijkenis. Wat meer is in het gevolg van De Barmhartige Samaritaan, die om de balk uit ons oog weg te doen zich aan de balk liet spijkeren. Nieuwdorp. A. F. GOEDENDORP. Indertijd heeft de uitgever van onze kerkbode in het uitzicht gesteld het in stellen van een rubriek, waarin „vond sten" op het brede terrein van de theo logie konden worden weergegeven. Dat leek mij een uitstekend idee en ik hoop dat het er metterdaad ook van komt. Door lectuur en eigen overdenking kan men soms tot ontdekkingen komen, die mogelijk eens in een lezing of arti kel of preek worden benut of soms sim pel opgeborgen blijven in privé aante kenschrift of geheugen. Het kan toch de moeite lonenbe paalde vondsten wat ruimer ruchtbaar heid te verschaffen, hetzij ten dienste van beter inzicht hetzij om ze te laten vermorzelen door gegronde kritiek. Mag ik van deze kolom eens gebruik maken,voor een proeve? Enkele maanden geleden keerde een lid van mijn gemeente terug van fami liebezoek in Canada. Voor haar gezinsleden nam ze wat souvenirs mee en voor haar dominee een aantal radiopreken van The Chris tian Reformed Church. Eén van deze preken of beter bood schappen was van de hand van Rev. Peter Eldersveld onder de titel Kee pers or Brothers, wat betekent „Hoe ders of broeders". Deze predikant had als tekst gekozen de bekende vraag van de Here God aan Kaïn: „Waar is Abel uw broeder?" en het nog meer bekende antwoord van Kaïn „Ben ik mijns broeders hoeder?" Nu weten we allemaal dat deze bru tale wedervraag van Kaïn heel veel ge bruikt wordt om vragenderwijs de aan dacht van de mensen te vestigen op hun sociale verplichtingen. En het is natuurlijk goed steeds weer een beroep te doen op de mens, dat hij. vanuit het evangelie toch vooral ernst maakt met zijn verantwoordelijkheid tegenover de medemens. Alleen en dit wordt in bovenge noemde boodschap uiteengezet de vraag van Kaïn kan voor dit doel niet gebruikt. En waarom niet Ds. Eldersveld zegt er dit van Wij zijn geneigd om Kaïns vraag te beant woorden en te zeggen „Ja, je bent Abels hoeder!", maar God beantwoordt deze vraag niet. God ging aan deze vraag voorbij, omdat deze niet op zijn plaats was. God beschouwde dit weder woord van Kaïn als een poging er tus sen uit te draaien. Indien God had ge antwoord, dan zou het als volgt hebben geluid „Nee, je bent niet de hoeder van je broeder, in feite is dat nu pre cies je denkfout. Je dacht maar dat je zijn hoeder was en daarom meende je dat je hem zelfs het leven kon benemen. Je had er integendeel vanuit moeten gaan dat je zijn broeder was en niet zijn hoeder. Stelt U zich voor, zo illustreert Ds. Edersveld, dat U een broer heeft en dat U probeert zijn hoeder te zijn. U Woningnood. Naar het schijnt is de ontstemming binnen de a.r. partij over haar eigen kamerfractie nog niet geheel gedoofd. Het leek haast een uitslaande brand. Men sprak er zelfs van de zelf verko zen kamerleden „de woestijn in te zen den". Tientallen abonné's op Trouw zouden hebben bedankt voor dit in be zettingstijd reeds zo trouwe blad. Uit begrijpt wat er dan gebeurt. U mag dan de beste bedoelingen hebben, maar LI komt gegarandeerd in moeilijkheden met hem. Hij wil dankbaar zijn voor eventuele hulp, maar hij wil zeer be paald zijn eigen hoeder blijven. Van U verlangt hij dat U zijn broeder is en dat kunt U niet zijn in de ware zin van het woord, indien U zich slechts als zijn hoeder gedraagt. Hoeder en broeder zijn niet gelijke begrippen. De volgende pikante toepassing geeft deze predikant ook nog Zo ook ten opzichte van de rassen discriminatie. Er zijn er die zeggen, in de naam van broederschap, dat de manier om al de problemen op te lossen van span ning tussen de rassen eenvoudig hierin gelegen is door vrijheid en gelijkheid te geven aan hen die deze zegeningen niet genieten. Ongetwijfeld, het is zeker waar dat ongelijkheid ten aanzien van de rassen fout is en wij zijn verplicht alles wat in ons vermogen is te doen om dat on recht te herstellen. Wij geloven dat alle mensen als gelijkwaardigen geschapen zijn en dat zij gelijke kansen behoren te hebben. In een democratie is geen plaats voor vooroordeel en discrimina tie. Maar hieruit volgt niet, zoals sommige mensen schijnen te denken dat dit te maken heeft met broeder schap, dat door vrijheid en gelijkheid te geven wij betere broeders worden. Het kan juist een andere weg beteke nen, dat het ons namelijk hoeders maakt. Hoe komt het dat zij, aan wie deze onvervreemdbare rechten zijn verleend, zo dikwijls een afkeer hebben van hen, die ze hun gaven Een nieuw soort spanning ontstaat, die niet beter is, maar eerder slechter. Waarom Omdat broeders geen broeders kun nen bevrijden. Alleen hoeders kunnen dat. En zij, die eerst bevoogd zijn gewor den en later bevrijd, zijn niet bepaald bereid hun vroegere voogden of hoe ders als broeders te beschouwen. De werkelijkheid is dat zij zelfs trachten dc orde om te keren en zelf hoeders te worden. Ik meen dat deze toepassing wel te denken geeft. De practijk van de vrij making in Azië en Afrika stelt wel ter dege het probleem van voogdij en ont voogding met alle spanningen van dien. De bedoeling van dit artikel is slechts te wijzen op de in groot en klein ver band vaak verkeerd toegepaste vraag van Kaïn. Predikanten, die over deze tekst wil len preken, of deze tekst willen gebrui ken ter illustratie van een verwante tekst, zijn dus gewaarschuwd, tenzij de stelling van deze Canadese predikant onhoudbaar blijkt. Hetgeen bewezen moet worden. Y. J. T. wraak op de moedige hoofdredacteur Niet erg anti-revolutionair. Ik zóu wel eens willen zien hoe al deze verontwaardigden zélf gehuisvest zijn. Misschien is er onder hen niet één, die zelf slecht woont of jaren lang reedè tevergeefs zoekt naar een woning. Eerlijk gezegd, heb ik mij over dit soort verontwaardiging een beetje ge schaamd. Hebben de sociaal-democraten dan toch gelijk, dat het binnen onze partij niet overloopt van sociaal meedogen Dat de „conservatieven" het telkens weer winnen van de „progressieven" Ja maar valt iemand mij in de rede mocht de fractie eigenlijk zegt men dr Bruins Slotmocht hij het kabinet wagen aan slechts 2500 huizen? In dat „slechts" openbaart zich voor mijn besef een schrikkelijk gebrek aan medeleven met de nu reeds 15 jaar du rende nood van onze naaste. Het is zoveel gemakkelijker om voor tien gulden meedogen te gireren voor Kongolezen of Taltenezen, in het alge meen voor de versten. Doch om een werkelijk of [er te brengen voor wie vlak naast ons woont, of juister niet „woont", of in een krot, of zó, dat de opeengehoopten dagelijks met elkaar over hoop liggen Want „inwoning" verdragen engelen zelfs niet op de duur. Op aarde bleven ze tenminste nergens lang. Slechts 2500 woningen Hebt ge u al eens gerealiseerd, dat dit ruimte betekent voor 12.500 men sen Een kleine stad Twaalfduizend vijfhonderd naasten, die aan het eind van dit jaar, waarin we elkander alle maal goedkoop heil en zegen wensten, nog net zo ver zijn als verleden jaar én het jaar daarvoor, toen gij, lezer, misschien ook al zo ruim, zo prettig woondet Denk u dat in Stel het u voor, dat gij, die mogelijk nog geen dag zonder goede huisvesting zijt geweest, dat gij één van die twaalf duizend vijf honderd verbitterde, vergeefse woning zoekers waartEn dat gij in üw nood dan een mede-gelovige, ruim behuisde, zoudt horen zeggen waar maken ze nou ruzie over Over „maar" 2500 woningen Wel, wel, en het is nog geen 3J/£ procent van wat er gebouwd wórdt Ja, ja, maar voor die twaalf duizend èn voor de duizenden wach tenden achter hen, beduidt het voor 100 géén woning Wacht even, werpt een ander mij tegen, de minister had toch al toege stemd in de 2500 méér, die de roomse fractie vroeg Waarom nu de k.v.p. willen overtroeven met nóg eens zo veel goedkopere huizen Indien ik juist ben ingelicht, dan heeft de psycholoog de Quay, wél een wenk gegeven aan zijn eigen partijge noten, tot hoever het ministerie wilde gaan, maar heeft elk overleg met de protestantse partijen ontbroken. Jam mer, dat de tovenaar Romme ziek is. Wie weet had deze meester-compromis- maker beter dan professor de Quay de zaak kunnen „lijmen". Wat ik dan had gewild Dat de minister zou hebben gezegd ik leg de motie naast mij neer. Ik durf niet meer huizen te beloven. Ik heb het niet in mijn hand. Dat moest hij voor zijn geweten uitmaken. Maar dat de beide protestantse frac ties niet de „zondebok", de heer Bruins Slot alléén! hun verlangen na drukkelijk handhaafden, ik voor mij ben het er nog steeds volkomen mee eens. Vier jaar geleden werden er reeds 88.397 woningen gebouwd. In 1958 steeg het aantal tot 89.000 En nu, drie jaar later zakken we af tot 80.000 Misschien 82.500 En dat na 15 jaar, vijftien jaar onafgebroken nood Bedenk daarbij, dat het woningtekort momenteel 106.000 bedraagtHonderd en zes duizend Dat bovendien élk jaar zeker 55.000 woningen normaal nodig zijn, enkel om de groei der bevolking bij te houden Dat hierbij nóg eens 12.000 woningen moeten geteld voor sanering en krot opruiming Verwerk gij dat nu eens, niet als goed-behuisde, maar als lang-verloof- de, die nog steeds maar niet trouwen kuntWat 'n verdriet èn wat 'n zede lijk gevaar Of als jong paar, dat dan ten langen leste maar bij ouders of vreemden inkroop, doch nu dagelijks

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1961 | | pagina 1