r eeuwóe 3£erlzhocle ^kCerótjeeót 1960 kleine vossen Van de wijde, ruige Heide 16e JAARGANG No. 26—27 23 DECEMBER 1960 OFFICIEEL WEEKBLAD TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND Redacteur: Dr. C. Stam, Goes; Westwal 2, Telefoon 0 11005906 Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, VlissingenDs. D. J. Couvée, Bennekom Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. W. C. van Hattem, Terneuzen Ds. A. Koning, Oud-Vossemeer Dr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Mej. F. A. Groot Nibbelink te Grijpskerke Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Goes; J. Wattel, Gapinge. Abonnementsprijs 3,per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 12 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 12 ct. Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, Tel. 2438 Giro no. 42280 Dat woord feest" moet u toch maar aanhouden. Ook al komt alles in de we reld niet even feestelijk voor de dag. Best mogelijk, dat u in het leven meer aanlei ding vindt tot een wat gedrukte stemming, dan tot feest. Trouwens, er zijn altijd omstandigheden, die ons kunnen drukken. Ik heb dat in deze eeuw zó overvloedig meegemaakt, dat het tenslotte geen indruk meer zou achterlaten. Nu weer onenigheid in die heel oude, ethiopische dynastie. Een verward Afrika, en ga maar door. Een wereld in beroering. Daarnaast treffen u berichten over vrese lijke rampen. Bij velen is het licht getem perd. En, wij bereiden ons voor, om het kerst feest te vieren Lijkt het geen schrille, bittere, tegen stelling Toch houden wij vast aan het woord „feest". Als u zich maar goed voorstelt, hoe dat feest verloopt. Wij hebben hier niet het oog op allerlei feestelijke inrichting van huis en tafel. Dat is de hoofdzaak niet. U kunt uw best ge daan hebben om het met „kerst" gezellig te maken, terwijl toch de zin van het kerst feest daarbij niet aanwezig is. Daarom willen wij elkaar vóór houden, waar het om te doen is. Om geloof te heb ben in het wonder, dat God er bij kwam Deze enkele regel zegt in 't kort, waar de Kerstvreugde moet beginnen. God komt er bij Waarbij Bij deze verwarde mensenwereld, waar zij elkaar niet „hebben" kunnen, en waar men gezamenlijk breekt inplaats van bouwt. Daar komt God bij. Hij schuift, om zo te zeggen, in het Kind van Bethlehem, tussen de mensen in. God gaat nu Zelf het werk ter hand nemen om deze wereld te redden, eer het té laat is. Daartoe gééft Hij in Bethlehem een zui ver leven uit Maria, door het wonder Een leven, dat in alles op het onze gelijkt, en dat toch in alles geheel anders is. Om dat hier geen schuld op rust. Dit leven is gaaf uit Maria aangenomen. Op dit ogenblik hebben de eeuwen ge wacht. 't Werd op aarde steeds erger. Dat is heus niet alleen het geval in onze tijd. Er is een doorlopende toename van boosheid. Het leven, dat zich van God heeft losge scheurd, neigt naar de ondergang. Daarheen ontwikkelt zich de aarde. Bij alle vooruitgang. De mens is niet de bouwer van het heel al, gelijk hij zelf dat droomt. Als 't wonder tussen beide komt Dat wil zeggen als God ons leven bin nen komt. Dan gebeurt het onmogelijke. Dan wordt het leven gezet in de richting van de vernieuwing, 't Is elk jaar weer aangrijpend om op te merken in het kerst evangelie, welk een verandering de komst van het Kind te weeg brengt. Eenvoudige herders, geleerden, onder gaan met Jozef en Maria de gelukkige in vloed van het komen Gods. De engelen wereld raakt in beweging en het loflied voor God wordt aan de mens op aarde geleerd. Juist waar bij 't schepsel alles is vast gelopen, daar geeft God opening van de heilsweg. Zo heeft Hij eenmaal Thamar ingeschakeld, en Rachab, om de heilige li nie door de trekken met een verzondigd bestaan. Zij waren vastgelopen God opent nieuwe mogelijkheden. Ook in Davids huis. Er is zo goed als niets van over, maar uit Maria weet God herleving te brengen. De viering van het Kerstfeest moet ons hieraan doen denken. Wij zouden anders denken, dat wij we reld en mens wel konden afschrijven. Maar, het kerstevangelie leert het, Gods heil daagt. De morgen komt De morgen van de heerschappij van Jezus Christus. Alle beloften van kerst gaan in vervul ling. In die overtuiging mogen wij onze dagen doorbrengen. Met wat feestelijkheid om ons heendat is het ergste niet. Als maar ons hart stil wordt onder de over denking van dit komen Gods. God vindt akelige toestanden onder mensen. Ziekenhuizen waar véél ellende heerst. Maar, Hij komt er bij. Reddend en ver lossend. Laat dat tot ons spreken. En Hij grijpt anders in dan wij. denken. Kerstfeest geeft diepe bewogenheid over het wonder. Zó hebt gij gelukkige kerstdagen. C. St. Een jaar van. 1960, ja, hoe zullen wij het benoemen? Als het regen-jaar? Als het jaar van de toto Van de aardsatellieten Van de nog steeds toenemende welvaart Of juist het jaar van de herhaalde mislukking Van de groeiende angst? Van al' schrikkelijker chaös en onzekerheid Ja, hoe Want, nu het ten einde spoedt, wat blijkt er dan onnoemelijk veel gepasseerd. Of misschien ook juist weinig werkelijk gevorderd Het lijkt in elk geval 'n jaar van verrassingen, van scherpe contrasten te zijn geweest. Maar goed, wat, wie springt nu onder dat vele en verwarrende duidelijk naar voren Chroestsjow Of toch soms Kennedy Kennedy We zaten in 'n kring bij el kaar en vroegen wie zou jij stemmen Het was nog midden in de Amerikaanse verkiezingstournée. Allen antwoordden Nixon. Op één na. Waaróm, infor meerden alle anderen haast boos. Wel, we zijn al zo lang geregeerd door allemaal ouwe mannetjes Adenauer, de Gaulle, Eisenhower. Het wordt nu wel es tijd, dat er 'n jonge, frisse kracht aan het roer komt met nieuwe ideeën. Nu is Kennedy gekozen, zij het met 'n steeds krapper meerderheid en komt hij binnenkort aan het hoofd van wat hij zelf niet meer de machtigste staat acht, maar die hij het weer wil, nee, zal maken. En in dit „zal" ligt mijn grootste bezwaar te gen Kennedy. Ondanks de door ieder te volgen tele visie-debatten en de talloze uiteenlopende kritieken in binnen- en buitenlandse bla den, kunnen wij niet meer dan een indruk hebben. Welnu, de indruk die ik kreeg was die van 'n mens van wat erg grote zelfbewust heid misschien van zelfingenomenheid. „Als ik president wordt", om één van zijn niet bepaald schuchtere zelfbeoordelingen aan te halen „als ik president wordt, zal ik mij zeker zorgen maken over de belang rijke beslissingen die moeten worden ge nomen. Maar ik geloof, dat ik in staat zal zijn ze te nemen zonder de nacht daarna slapeloos door te brengen". Klinkt dat niet wat overmoedig voor 'n man, die nog nóóit een beslissing van we reldformaat, heeft behoeven te nemen, zo als de nu haast gesmade Eisenhower, toen deze ondanks dat het weer hem nog tegen was, bevel gaf voor de oversteek van zijn millioenenleger naar Frankrijk Eén van de vele zware beslissingen, die hij toen als generalissimus en later als de machtigste president heeft moeten nemen, naar het mij lijkt zonder óóit gesnoef vooraf of daarna, gelijk van de candidaat-president vóór zijn verkiezing reeds Napoleon sliep onder alle omstandig heden. Chroestsjow schijnt ook weinig last van slapeloosheid te hebben. Beiden mannen zonder merkbaar geweten. Maar van Da vid, één der allergrootsten van alle tijden, lees ik het ootmoedig woord „ten tijde dat ik zal vrezen, zal ik op LI hopen". David, de held en het genie, wil het wé ten, dat het hem nu en dan bang om het hart is geweest. En als hij 'n keer zegt „in vrede kan ik mij te ruste begeven en aanstonds inslapen", dan alleen, omdat de Here hem „ruimte gemaakt heeft in be nauwdheid". Nixon miste op het televisieraam alle charme, vooral ook de bijna onafgebroken tandpasta-reclame-lach van zijn tegenstan der. Eer leek hij ernstig op het sombere af, weinig aantrekkelijk voor jonge dames en voor de nog al gedurfde Amerikaanse jeugd in het algemeen. Ook miste hij de steun van een uitgebreide klittende fami lie met 'n kapitaal van 200 miljoen en de natuurlijk nooit openlijk uitgesproken steun van Kennedy's kerk. Want, terwijl de Protestanten natuurlijk weer verdeeld ble ven, zelfs op het nippertje, toen 20 Lu therse dominees hun ruime blik toonden door openlijk voor de roomse candidaat partij te kiezen, doch geen enkele roomse priester voor de protestant Nixon, hebben alle roomsen waarschijnlijk in één gesloten phalanx gestemd naar hun geloof, veeleer dan alle overige kiezers. Het deed dan ook enigszins potsierlijk aan in één onzer r.k. bladen na de verkiezing van hun ge loofsgenoot te lezen, dat Amerika voor het eerst „zijn volwassenheid" had ge toond", door een rooms katholiek te ver kiezen Hóé onvolwassen zijn dan nog steeds alle r.k. landen, steden en dorpen, waar, bij mijn weten, géén protestant het ooit brengen zou tot zelfs maar een can- didatuur voor enig regeringsambtZie Bergen op Zoom. Dat Kennedy, ofschoon rooms, thans toch uit de bus kwam in het sterk pro testantse Amerika, bewijst m.i. eer onvol wassenheid, een zeker puerilisme, het tem perament en de wijsheid van de jeugdclub. Democraten hadden reeds eer de multi miljonair verkoren tot hun vertegenwoor diger. Daarna heeft iets meer dan de helft (met weer pueriel geknoei bij de telling van de bonte natie van gouddelvers en cowboys deze kapitalist op het schild ver heven. Zijn rijkdom scheen hem voor deze democraten begerenswaardig te maken bo ven de eenvoudige, eens armelijke mijn werkerskinderen Nixon en zijn vrouw Pat, die zich heel bescheiden na de teleurstel lende uitslag onder tranen liet ontvallen er zal voor mij wel niets anders overblij ven dan dat ik weer onderwijzeres word... Hoe pueriel bovenal in onze apocolypti- sche tijd de charme en het kapsel van de twee vrouwen méé te laten wegen, waar bij, naar het eenparig oordeel van ons bo venvermeld gezelschapje, Amerika ook al de voorkeur gaf aan de o.i. minst aardi geMaar ja, ook Jackie is 'n rijkeluis kind. De énige keer, dat ik Nixon heb zien lachen en hoe gulis geweest ter stond na zijn nederlaag, toen hij tot zijn verrassing door duizenden bij zijn aan komst in Washington werd toegejuicht. Dit ootmoedig verrast zijn, deze gulle lach op dit moment, doen mij natuurlijk niet zeggen, dat hij de betere president zou zijn geweest, doch wel 'n bescheidener, misschien zelfs 'n biddende, zoals Eisen hower, die wel geen genie, maar een zeld zaam coördinator van de lastigste gene raals en van zeer contrasterende legers uit elkaar niet altijd vertrouwende volken, zich heeft betoond en na zijn overwinning een werkelijk vredezoekend regent met een christelijk geweten. Wil dit nu zeggen, dat ik om Kennedy voor Amerika en het „Westen" de toe komst somber in zie Ja, indien hém was gegeven alle macht in hemel en op aarde. Doch die eigenlijke macht blijft aan Hem, die de nederigste was van alle mensenkinderen en in Wiens hand ook het bestuur is over het netelig 1961. Bovendien, hoe machtig ook de presi dent van Amerika gedurende vier jaar mag zijn, hij wordt bijgestaan door vele anderen en gecontroleerd door 'n con gres, dat wel 'n goed tegenwicht zal vor men voor al te riscante experimenten. Al les kan nog meevallen. Zijn eerste benoe mingen tonen hem reeds bezadigder dan zijn verkiezingsspeeches. Maar dat hem wel veel wijsheid mag worden toegebeden, bedenke al wie Chroestsjow en terecht blijft wantrouwen. Het puerilisme van onze tijd demon streerde zich ook bizar duidelijk in deze andere machthebber, die voor het oog en oor van de hele wereld, zijn herhaalde neerlagen en ergernis afreageerde met schoengeroffel. Zelfs de afgevaardigde van het rode Ghana was dit kwajongensgedoe toch te bar. Maar niet de groot-nozem van Cuba, Fidel Castro, van wiens drie-uren- toespraak waarnaar weinigen bleven luisteren Chroestsjow bij zijn terug keer aan zijn „Waarde Moskouse kame raden" verklaarde „Grote indruk maakte de schitterende rede van de heldhaftige zoon van 't Cubaanse volk, Fidel Cas tro" Zal Kennedy in 1961 China erkennen Zal hij Chroestsjow de kluif van Berlijn toewerpen Zal hij in coëxistentie geló ven Zeker, men mag de Russische volken niet verwarren met de communistische partij, zo min als de Chinezen met hun oorlogszuchtige leiders. De moeilijkheid blijft, hoe men, zonder het contact met deze getyranniseerde volken te verliezen, hun onbetrouwbare purperen chefs, schaakmat kan zetten. Of het de niet steeds tactvol optredende Amerikanen zal gelukken met het beproefde adagium „verdeel en heersdoor de eerzuchtige Chinezen tegen de over het paard getilde Russen tegen elkaar uit te spelen Zeker is, dat China en de Sovjet het niet geheel eens kunnen zijn. Allereerst is daar het verschil in fase van ontwikkeling, dan in mentaliteit en tenslotte in belang. Terwijl Rusland industriëel en technisch reeds ver is gevorderd, maar daardoor ook zoveel kwetsbaarder en voorzichtiger dan het nog achterlijke China, dénken ook de Chinese leidslieden, die zoveel korter ge leden in binnenlandse oorlogen verwikkeld waren, dénken zij veel meer militair, veel oorlogzuchtiger dan de tot rust, tot zekere weelde gekomen Russen onder hun nu technisch en economisch denkende chefs. Heeft niet Chroestsjow gezegd, dat zijn opvolger waarschijnlijk een scheikundige zal zijn De Rus wéét beter hoeveel er van zijn moeizaam verworven bezit op het spel staat bij het uitbreken van een derde wereldoorlog. De Chinees heeft zoveel minder te verliezen, tenzij... mensen! en hoe gemakkelijk denken de wrede kop stukken over dat enorme mensenreservoir van meer dan 600 miljoen Chinezen, bij wie het dank zij een jaarlijkse miljoenen- aanwas op een paar miljoen gesneuvelden meer of minder niet aankomt. Wie daar aan denkt, wordt het bij de ingang van 1961 koud om het hart. Door dat nevelig 1961 straalt echter CTïleditatie CHRISTUSGEBOORTEKAARTJE LI is heden de Heiland geboren, namelijk Christus, de Here, in de stad van David. Lc. 2:11. Op Kerstdag, of die nu al of niet op een zondag valt, hebt u geen post te verwachten, de bestelling vindt op deze dag niet plaats. En toch vindt ieder van ons op deze feestdag een blij bericht, een goede boodschap in z'n brievenbus of op de deurmateen geboortekaartje, af komstig j;."'? «d>e hemel en gericht tot ons die op de aarde leven, vermel dend de geboorte van een kind, van hèt Kind. Nog meer dan dat het geval is in 't gewone leven, als we van vrienden of kennissen zo'n kaartje krijgen toegestuurd, zijn wij er nu zelf bij be trokken. Als de engel Gods bericht overbrengt, dan richt hij zich rechtstreeks tot dé mensen U is geboren, 't Gaat ons onmiddellijk aan. Wij hebben er een Broer bij gekregen, 't speelt alles zich af in ons eigen huis, ons eigen hart. Daarom zullen we met dit kaartje ook niet zo mogen handelen als wij met andere kaartjes doen, die plaatsen we op de schoorsteen of in de rand van de spiegel. Daar prijken ze een tijdje, totdat wij iets van ons hebben laten horen als felicitatie en dan verdwijnt het kaartje weer, je kunt ze tenslotte niet altijd blijven bewaren. Maar met het bericht de blijde boodschap van Kerst moeten we anders handelen, die moet de ereplaats in ons hart gaan innemen en die dan ook behouden. Want heden is het feest en heden is altijd vandaag. Wij staan wel achter het Kerstfeit, maar dagelijks midden in het Kerstfeest. Dan is en blijft het ook feest in ons hart en dan zullen we dat ook niet onder stoelen en banken steken. Onze blijdschap zal zich meedelen aan iedereen, zal aanstekelijk werken en zo zullen we dan in optocht naar de kribbe gaan, we zullen gaan met onze geschenken. En het mooiste ge schenk voor onze Heiland is ons hart, vol liefde en overgave aan Hem. Laat dit Kind uw Here, uw Meester zijn, laat Hem Koning wezen in uw hart, dan zal Hij ook uw Heiland willen zijn, Degene, Die u redt van uw zonden, want daartoe is Hij gezalfd. God Zelf heeft Hem aangewe zen, ons aangegeven, Hij is binnen gekomen, houdt Hem daar dan nu ook. De hemel is opengegaan, het bericht is verspreid, ook in uw huis is het binnen gekomen. Pak deze hemelse post op, lees en herlees en luister naar de verlossing, die u er uit tegen klinkt. En vertel het verder mij is heden mijn Heiland geboren, namelijk Christus, mijn Here, hier in mijn hart. Zo kunt u blij Kerstfeest vieren, heden, nu u Gods post hebt ontvangen. Heinkenszand N. H. HEINER. het licht van Gods Woord. Hoe luider de atheïst Chroestsjow God als een moderne Goliath heeft gelasterd, toen hij in de hoogste vergadering der V.N. schreeuwde: „Jullie geloven toch in een Drie-enig God Waarom dan niet in 3 secretarissen- generaal De wereld wordt niet geregeerd bij de gratie Gods, maar bij de gratie van het machtige Sovjetvolk", des te eer zal in vervulling gaan „Het zal gedaan zijn met de geweldenaar, en de spotter zal vergaan en allen, die op boosheid zinnen, zullen uitgeroeid worden, zij die een mens om een woord schuldig verklaren en val strikken leggen in de poort voor wie op komt voor het recht, en die met ijdele be weringen terzijde dringen wie het recht aan zijn zijde heeft. Te dien dage zullen de doven Schriftwoorden horen, en van donkerheid en duisternis verlost, zullen de ogen der blinden zien. En ootmoedigen zullen steeds meer vreugde hebben in de Here, en de armsten onder de mensen zul len juichen in de Heilige Israëls". Want het jaar 1961 zal zo min als 1960 dat van Chroestsjow of Tsjoe-en-Lai zijn of van welke pocher der aarde ook, dochvan de Heer! Annus Domini 1961 Bennekom. D. J. Couvée. Dat was me even een mooi gevlekt „vosje" vorige week 'k Was er zelf trots op en laat 't beestje nog even rondlopen. Het mooi-getekend vlekje bestond in „rondom de geldbeurs is de temperatuur vaak ver beneden nul. En laat ons niet te hard oordelen wanneer je zelf in bezit of inkomen toeneemt, moet je hard stoken om de vorst uit je hart te houden!" Genoeg, anders wijst men ons op de vos „zelfgenoegzaamheid" in eigen gaard. Rondom Kerstmis en Nieuwjaar is 't buiten koud, soms grimmig koud en is 't dus des te aangenamer rond de haard of oliestook. Maar, nu kan ik wel de kou uit kamer en kleding stoken, maar ontdooit mijn winter-ziel nog niet door deze warm te. Ja, bij alle verwarmende feest-hcerlijk- heden van gezelligheid en gebak kan onze ziel bevroren blijven, wanneer 't alleen- verwarmend Kerstevangelie niet in onze harten brandt. Bij de ware gelovige, bij 't volk Gods, dat leeft bij de gloed van Gods erbarmen in het zenden van Zijn Zoon, is er alleen echte Kerstverheuging. Immers, er is zo veel, oneindig veel heer lijkheid in de verkondiging, dat Jezus de heerlijk-warme hemel verliet om op deze verkilde aarde 't vuur van Gods ontfer ming te ontsteken. En nu wij zitten in ons landje finan- tiëel, sociaal, kerkelijk bij een gloeiend- hete kachel, vergeleken bij zoveel wereld streken, waar 't, bij ons vergeleken, steen koud is, ook al woont men bij de evenaar. Willen wij nu echt delen in de liefelijk heid en zaligheid van de blijde boodschap van Gods brandende liefde tot een wereld in de verstijving der zonde en in het in onze, door centrale verwarming aangena me, soms luxueuse kerkgebouwen, dikwijls met gloed voorgedragen Kerstevangelie, genieten, dan zullen we van onze door gloeide haardstede kooltjes-vuur moeten overdragen naar de uitgedoofde haarden van onze medemensen en medevolken, waar men de verwarmende adem van 't Evangelie van Christus' komst niet kent, of waar het is uitgeblust. Als je kouwelijk steeds maar bij een heet-gestookte kachel zit, wordt je toch uiteindelijk weer koud. Hoe meer we van de liefde van Christus-tot-ons doorstraald worden, zullen we warmte afstralen naar buiten. Een gezellig, gezegend en daardoor zegenend Kerstfeest Uit het oude-Vossenland. P.S. We droegen weer enkele kooltjes- vuur uit naar de uitgedoofde haarden in 't geëstelijk-kille Frankenland. Hartelijke dankbrieven bereikten ons, waarin bijzon der Wed. Richard haar erkentelijkheid uitdrukt tegenover allen, die haar leed en rouw verlichten. Ik kwam nog achter een ander geval, waar men zucht en zwijgt! Ook in deze familie hopen we Kerstvreug de te kunnen brengen, daartoe in staat ge steld door christenen, die Christus willen volgen op de weg van zelfverloochenende liefde en toewijding. Hier weer enkele kooltjes-vuurK. te M. 2,50; N.N. te 's-H. A. K. ƒ30,— T. te Kr. ƒ5,Geref. Vrouwenvereen. Lewedorp 10,goed zo gift in coll. G.K. te Domburg f 5,T. te B.o.Z. ƒ5,— H. te W. ƒ2,50; P. te K. 2,50; v. d. S. te B. 5,— Zr. de R. te S. 2,50; Th. te KI. 25,J. te Oosterbeek 2,50 N.N. te M'. 10,— v. d. L. te VI. 10,—; Diaconie G.K. Koudekerke 10, Met blijde Kerst- en Nieuwjaarsgroet, opklinkend uit 't blijde gironummer 220659 van Ds A. Koning te Oud-Vossemeer. GA IN TOT DE VREUGDE VAN UW HEER! In Memoriam Ds. A. C. Heij, geboren 26 maart 1877, overleden 15 december 1960. Maandag j.l. hebben we „onze oude do minee" ten grave gedragen. Uit de grote belangstelling bij de begrafenis bleek wel, dat Ds. Heij, hoewel reeds gedurende 14 jaar emeritus, nog allerminst vergeten was. Hoe kon het ook anders Een predi kant, die 28 jaar lang eenzelfde gemeente beeft mogen dienen, ontvangt bij getrouwe arbeid van God de genade, een stempel op die kerk te drukken. Van 1918 tot 1946 heeft de gemeente .van Koudekerke van de rijke gaven, die

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1960 | | pagina 1