r
eeuwóe
3£erlzhocle
^kCerótjeeót 1960
kleine vossen
Van de wijde,
ruige Heide
16e JAARGANG No. 26—27
23 DECEMBER 1960
OFFICIEEL WEEKBLAD TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Dr. C. Stam, Goes; Westwal 2, Telefoon 0 11005906
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, VlissingenDs. D. J. Couvée, Bennekom
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. W. C. van Hattem, Terneuzen Ds. A. Koning, Oud-Vossemeer
Dr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg
Mej. F. A. Groot Nibbelink te Grijpskerke Mevrouw C. van Zwedenvan Alkemade, Goes;
J. Wattel, Gapinge.
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 ct.
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, Tel. 2438
Giro no. 42280
Dat woord feest" moet u toch maar
aanhouden. Ook al komt alles in de we
reld niet even feestelijk voor de dag. Best
mogelijk, dat u in het leven meer aanlei
ding vindt tot een wat gedrukte stemming,
dan tot feest.
Trouwens, er zijn altijd omstandigheden,
die ons kunnen drukken. Ik heb dat in
deze eeuw zó overvloedig meegemaakt,
dat het tenslotte geen indruk meer zou
achterlaten.
Nu weer onenigheid in die heel oude,
ethiopische dynastie. Een verward Afrika,
en ga maar door. Een wereld in beroering.
Daarnaast treffen u berichten over vrese
lijke rampen. Bij velen is het licht getem
perd.
En, wij bereiden ons voor, om het kerst
feest te vieren
Lijkt het geen schrille, bittere, tegen
stelling
Toch houden wij vast aan het woord
„feest".
Als u zich maar goed voorstelt, hoe dat
feest verloopt.
Wij hebben hier niet het oog op allerlei
feestelijke inrichting van huis en tafel. Dat
is de hoofdzaak niet. U kunt uw best ge
daan hebben om het met „kerst" gezellig
te maken, terwijl toch de zin van het kerst
feest daarbij niet aanwezig is.
Daarom willen wij elkaar vóór houden,
waar het om te doen is. Om geloof te heb
ben in het wonder, dat God er bij kwam
Deze enkele regel zegt in 't kort, waar
de Kerstvreugde moet beginnen.
God komt er bij
Waarbij
Bij deze verwarde mensenwereld, waar
zij elkaar niet „hebben" kunnen, en waar
men gezamenlijk breekt inplaats van
bouwt. Daar komt God bij.
Hij schuift, om zo te zeggen, in het Kind
van Bethlehem, tussen de mensen in. God
gaat nu Zelf het werk ter hand nemen om
deze wereld te redden, eer het té laat is.
Daartoe gééft Hij in Bethlehem een zui
ver leven uit Maria, door het wonder
Een leven, dat in alles op het onze gelijkt,
en dat toch in alles geheel anders is. Om
dat hier geen schuld op rust.
Dit leven is gaaf uit Maria aangenomen.
Op dit ogenblik hebben de eeuwen ge
wacht.
't Werd op aarde steeds erger. Dat is
heus niet alleen het geval in onze tijd. Er
is een doorlopende toename van boosheid.
Het leven, dat zich van God heeft losge
scheurd, neigt naar de ondergang.
Daarheen ontwikkelt zich de aarde.
Bij alle vooruitgang.
De mens is niet de bouwer van het heel
al, gelijk hij zelf dat droomt.
Als 't wonder tussen beide komt
Dat wil zeggen als God ons leven bin
nen komt.
Dan gebeurt het onmogelijke.
Dan wordt het leven gezet in de richting
van de vernieuwing, 't Is elk jaar weer
aangrijpend om op te merken in het kerst
evangelie, welk een verandering de komst
van het Kind te weeg brengt.
Eenvoudige herders, geleerden, onder
gaan met Jozef en Maria de gelukkige in
vloed van het komen Gods. De engelen
wereld raakt in beweging en het loflied
voor God wordt aan de mens op aarde
geleerd.
Juist waar bij 't schepsel alles is vast
gelopen, daar geeft God opening van de
heilsweg. Zo heeft Hij eenmaal Thamar
ingeschakeld, en Rachab, om de heilige li
nie door de trekken met een verzondigd
bestaan. Zij waren vastgelopen God
opent nieuwe mogelijkheden.
Ook in Davids huis. Er is zo goed als
niets van over, maar uit Maria weet God
herleving te brengen.
De viering van het Kerstfeest moet ons
hieraan doen denken.
Wij zouden anders denken, dat wij we
reld en mens wel konden afschrijven.
Maar, het kerstevangelie leert het, Gods
heil daagt.
De morgen komt
De morgen van de heerschappij van
Jezus Christus.
Alle beloften van kerst gaan in vervul
ling.
In die overtuiging mogen wij onze dagen
doorbrengen. Met wat feestelijkheid om
ons heendat is het ergste niet. Als
maar ons hart stil wordt onder de over
denking van dit komen Gods.
God vindt akelige toestanden onder
mensen.
Ziekenhuizen waar véél ellende heerst.
Maar, Hij komt er bij. Reddend en ver
lossend.
Laat dat tot ons spreken.
En Hij grijpt anders in dan wij. denken.
Kerstfeest geeft diepe bewogenheid over
het wonder.
Zó hebt gij gelukkige kerstdagen.
C. St.
Een
jaar van.
1960, ja, hoe zullen wij het benoemen?
Als het regen-jaar? Als het jaar van de
toto Van de aardsatellieten Van de nog
steeds toenemende welvaart Of juist het
jaar van de herhaalde mislukking Van de
groeiende angst? Van al' schrikkelijker
chaös en onzekerheid Ja, hoe
Want, nu het ten einde spoedt, wat
blijkt er dan onnoemelijk veel gepasseerd.
Of misschien ook juist weinig werkelijk
gevorderd Het lijkt in elk geval 'n jaar
van verrassingen, van scherpe contrasten
te zijn geweest. Maar goed, wat, wie
springt nu onder dat vele en verwarrende
duidelijk naar voren Chroestsjow Of
toch soms Kennedy
Kennedy We zaten in 'n kring bij el
kaar en vroegen wie zou jij stemmen
Het was nog midden in de Amerikaanse
verkiezingstournée. Allen antwoordden
Nixon. Op één na. Waaróm, infor
meerden alle anderen haast boos. Wel,
we zijn al zo lang geregeerd door allemaal
ouwe mannetjes Adenauer, de Gaulle,
Eisenhower. Het wordt nu wel es tijd, dat
er 'n jonge, frisse kracht aan het roer komt
met nieuwe ideeën.
Nu is Kennedy gekozen, zij het met 'n
steeds krapper meerderheid en komt hij
binnenkort aan het hoofd van wat hij zelf
niet meer de machtigste staat acht, maar
die hij het weer wil, nee, zal maken. En
in dit „zal" ligt mijn grootste bezwaar te
gen Kennedy.
Ondanks de door ieder te volgen tele
visie-debatten en de talloze uiteenlopende
kritieken in binnen- en buitenlandse bla
den, kunnen wij niet meer dan een indruk
hebben.
Welnu, de indruk die ik kreeg was die
van 'n mens van wat erg grote zelfbewust
heid misschien van zelfingenomenheid.
„Als ik president wordt", om één van zijn
niet bepaald schuchtere zelfbeoordelingen
aan te halen „als ik president wordt, zal
ik mij zeker zorgen maken over de belang
rijke beslissingen die moeten worden ge
nomen. Maar ik geloof, dat ik in staat zal
zijn ze te nemen zonder de nacht daarna
slapeloos door te brengen".
Klinkt dat niet wat overmoedig voor 'n
man, die nog nóóit een beslissing van we
reldformaat, heeft behoeven te nemen, zo
als de nu haast gesmade Eisenhower, toen
deze ondanks dat het weer hem nog tegen
was, bevel gaf voor de oversteek van zijn
millioenenleger naar Frankrijk Eén van
de vele zware beslissingen, die hij toen als
generalissimus en later als de machtigste
president heeft moeten nemen, naar het mij
lijkt zonder óóit gesnoef vooraf of daarna,
gelijk van de candidaat-president vóór zijn
verkiezing reeds
Napoleon sliep onder alle omstandig
heden.
Chroestsjow schijnt ook weinig last van
slapeloosheid te hebben. Beiden mannen
zonder merkbaar geweten. Maar van Da
vid, één der allergrootsten van alle tijden,
lees ik het ootmoedig woord „ten tijde
dat ik zal vrezen, zal ik op LI hopen".
David, de held en het genie, wil het wé
ten, dat het hem nu en dan bang om het
hart is geweest. En als hij 'n keer zegt
„in vrede kan ik mij te ruste begeven en
aanstonds inslapen", dan alleen, omdat de
Here hem „ruimte gemaakt heeft in be
nauwdheid".
Nixon miste op het televisieraam alle
charme, vooral ook de bijna onafgebroken
tandpasta-reclame-lach van zijn tegenstan
der. Eer leek hij ernstig op het sombere
af, weinig aantrekkelijk voor jonge dames
en voor de nog al gedurfde Amerikaanse
jeugd in het algemeen. Ook miste hij de
steun van een uitgebreide klittende fami
lie met 'n kapitaal van 200 miljoen en de
natuurlijk nooit openlijk uitgesproken steun
van Kennedy's kerk. Want, terwijl de
Protestanten natuurlijk weer verdeeld ble
ven, zelfs op het nippertje, toen 20 Lu
therse dominees hun ruime blik toonden
door openlijk voor de roomse candidaat
partij te kiezen, doch geen enkele roomse
priester voor de protestant Nixon, hebben
alle roomsen waarschijnlijk in één gesloten
phalanx gestemd naar hun geloof, veeleer
dan alle overige kiezers. Het deed dan
ook enigszins potsierlijk aan in één onzer
r.k. bladen na de verkiezing van hun ge
loofsgenoot te lezen, dat Amerika voor
het eerst „zijn volwassenheid" had ge
toond", door een rooms katholiek te ver
kiezen Hóé onvolwassen zijn dan nog
steeds alle r.k. landen, steden en dorpen,
waar, bij mijn weten, géén protestant het
ooit brengen zou tot zelfs maar een can-
didatuur voor enig regeringsambtZie
Bergen op Zoom.
Dat Kennedy, ofschoon rooms, thans
toch uit de bus kwam in het sterk pro
testantse Amerika, bewijst m.i. eer onvol
wassenheid, een zeker puerilisme, het tem
perament en de wijsheid van de jeugdclub.
Democraten hadden reeds eer de multi
miljonair verkoren tot hun vertegenwoor
diger. Daarna heeft iets meer dan de helft
(met weer pueriel geknoei bij de telling
van de bonte natie van gouddelvers en
cowboys deze kapitalist op het schild ver
heven. Zijn rijkdom scheen hem voor deze
democraten begerenswaardig te maken bo
ven de eenvoudige, eens armelijke mijn
werkerskinderen Nixon en zijn vrouw Pat,
die zich heel bescheiden na de teleurstel
lende uitslag onder tranen liet ontvallen
er zal voor mij wel niets anders overblij
ven dan dat ik weer onderwijzeres word...
Hoe pueriel bovenal in onze apocolypti-
sche tijd de charme en het kapsel van de
twee vrouwen méé te laten wegen, waar
bij, naar het eenparig oordeel van ons bo
venvermeld gezelschapje, Amerika ook al
de voorkeur gaf aan de o.i. minst aardi
geMaar ja, ook Jackie is 'n rijkeluis
kind.
De énige keer, dat ik Nixon heb zien
lachen en hoe gulis geweest ter
stond na zijn nederlaag, toen hij tot zijn
verrassing door duizenden bij zijn aan
komst in Washington werd toegejuicht.
Dit ootmoedig verrast zijn, deze gulle lach
op dit moment, doen mij natuurlijk niet
zeggen, dat hij de betere president zou
zijn geweest, doch wel 'n bescheidener,
misschien zelfs 'n biddende, zoals Eisen
hower, die wel geen genie, maar een zeld
zaam coördinator van de lastigste gene
raals en van zeer contrasterende legers uit
elkaar niet altijd vertrouwende volken,
zich heeft betoond en na zijn overwinning
een werkelijk vredezoekend regent met
een christelijk geweten.
Wil dit nu zeggen, dat ik om Kennedy
voor Amerika en het „Westen" de toe
komst somber in zie
Ja, indien hém was gegeven alle macht
in hemel en op aarde. Doch die eigenlijke
macht blijft aan Hem, die de nederigste
was van alle mensenkinderen en in Wiens
hand ook het bestuur is over het netelig
1961.
Bovendien, hoe machtig ook de presi
dent van Amerika gedurende vier jaar
mag zijn, hij wordt bijgestaan door vele
anderen en gecontroleerd door 'n con
gres, dat wel 'n goed tegenwicht zal vor
men voor al te riscante experimenten. Al
les kan nog meevallen. Zijn eerste benoe
mingen tonen hem reeds bezadigder dan
zijn verkiezingsspeeches. Maar dat hem
wel veel wijsheid mag worden toegebeden,
bedenke al wie Chroestsjow en terecht
blijft wantrouwen.
Het puerilisme van onze tijd demon
streerde zich ook bizar duidelijk in deze
andere machthebber, die voor het oog en
oor van de hele wereld, zijn herhaalde
neerlagen en ergernis afreageerde met
schoengeroffel. Zelfs de afgevaardigde van
het rode Ghana was dit kwajongensgedoe
toch te bar. Maar niet de groot-nozem van
Cuba, Fidel Castro, van wiens drie-uren-
toespraak waarnaar weinigen bleven
luisteren Chroestsjow bij zijn terug
keer aan zijn „Waarde Moskouse kame
raden" verklaarde „Grote indruk maakte
de schitterende rede van de heldhaftige
zoon van 't Cubaanse volk, Fidel Cas
tro"
Zal Kennedy in 1961 China erkennen
Zal hij Chroestsjow de kluif van Berlijn
toewerpen Zal hij in coëxistentie geló
ven
Zeker, men mag de Russische volken
niet verwarren met de communistische
partij, zo min als de Chinezen met hun
oorlogszuchtige leiders. De moeilijkheid
blijft, hoe men, zonder het contact met
deze getyranniseerde volken te verliezen,
hun onbetrouwbare purperen chefs,
schaakmat kan zetten. Of het de niet
steeds tactvol optredende Amerikanen zal
gelukken met het beproefde adagium
„verdeel en heersdoor de eerzuchtige
Chinezen tegen de over het paard getilde
Russen tegen elkaar uit te spelen
Zeker is, dat China en de Sovjet het
niet geheel eens kunnen zijn. Allereerst is
daar het verschil in fase van ontwikkeling,
dan in mentaliteit en tenslotte in belang.
Terwijl Rusland industriëel en technisch
reeds ver is gevorderd, maar daardoor ook
zoveel kwetsbaarder en voorzichtiger dan
het nog achterlijke China, dénken ook de
Chinese leidslieden, die zoveel korter ge
leden in binnenlandse oorlogen verwikkeld
waren, dénken zij veel meer militair, veel
oorlogzuchtiger dan de tot rust, tot zekere
weelde gekomen Russen onder hun nu
technisch en economisch denkende chefs.
Heeft niet Chroestsjow gezegd, dat zijn
opvolger waarschijnlijk een scheikundige
zal zijn De Rus wéét beter hoeveel er
van zijn moeizaam verworven bezit op het
spel staat bij het uitbreken van een derde
wereldoorlog. De Chinees heeft zoveel
minder te verliezen, tenzij... mensen!
en hoe gemakkelijk denken de wrede kop
stukken over dat enorme mensenreservoir
van meer dan 600 miljoen Chinezen, bij
wie het dank zij een jaarlijkse miljoenen-
aanwas op een paar miljoen gesneuvelden
meer of minder niet aankomt. Wie daar
aan denkt, wordt het bij de ingang van
1961 koud om het hart.
Door dat nevelig 1961 straalt echter
CTïleditatie
CHRISTUSGEBOORTEKAARTJE
LI is heden de Heiland geboren, namelijk Christus,
de Here, in de stad van David. Lc. 2:11.
Op Kerstdag, of die nu al of niet op een zondag valt, hebt u geen post
te verwachten, de bestelling vindt op deze dag niet plaats.
En toch vindt ieder van ons op deze feestdag een blij bericht, een goede
boodschap in z'n brievenbus of op de deurmateen geboortekaartje, af
komstig j;."'? «d>e hemel en gericht tot ons die op de aarde leven, vermel
dend de geboorte van een kind, van hèt Kind.
Nog meer dan dat het geval is in 't gewone leven, als we van vrienden
of kennissen zo'n kaartje krijgen toegestuurd, zijn wij er nu zelf bij be
trokken.
Als de engel Gods bericht overbrengt, dan richt hij zich rechtstreeks
tot dé mensen U is geboren, 't Gaat ons onmiddellijk aan. Wij hebben
er een Broer bij gekregen, 't speelt alles zich af in ons eigen huis, ons
eigen hart.
Daarom zullen we met dit kaartje ook niet zo mogen handelen als wij
met andere kaartjes doen, die plaatsen we op de schoorsteen of in de
rand van de spiegel. Daar prijken ze een tijdje, totdat wij iets van ons
hebben laten horen als felicitatie en dan verdwijnt het kaartje weer, je
kunt ze tenslotte niet altijd blijven bewaren.
Maar met het bericht de blijde boodschap van Kerst moeten we anders
handelen, die moet de ereplaats in ons hart gaan innemen en die dan ook
behouden. Want heden is het feest en heden is altijd vandaag. Wij
staan wel achter het Kerstfeit, maar dagelijks midden in het Kerstfeest.
Dan is en blijft het ook feest in ons hart en dan zullen we dat ook niet
onder stoelen en banken steken. Onze blijdschap zal zich meedelen aan
iedereen, zal aanstekelijk werken en zo zullen we dan in optocht naar de
kribbe gaan, we zullen gaan met onze geschenken. En het mooiste ge
schenk voor onze Heiland is ons hart, vol liefde en overgave aan Hem.
Laat dit Kind uw Here, uw Meester zijn, laat Hem Koning wezen in
uw hart, dan zal Hij ook uw Heiland willen zijn, Degene, Die u redt van
uw zonden, want daartoe is Hij gezalfd. God Zelf heeft Hem aangewe
zen, ons aangegeven, Hij is binnen gekomen, houdt Hem daar dan nu ook.
De hemel is opengegaan, het bericht is verspreid, ook in uw huis is het
binnen gekomen. Pak deze hemelse post op, lees en herlees en luister
naar de verlossing, die u er uit tegen klinkt. En vertel het verder mij is
heden mijn Heiland geboren, namelijk Christus, mijn Here, hier in mijn
hart.
Zo kunt u blij Kerstfeest vieren, heden, nu u Gods post hebt ontvangen.
Heinkenszand N. H. HEINER.
het licht van Gods Woord. Hoe luider de
atheïst Chroestsjow God als een moderne
Goliath heeft gelasterd, toen hij in de
hoogste vergadering der V.N. schreeuwde:
„Jullie geloven toch in een Drie-enig God
Waarom dan niet in 3 secretarissen-
generaal De wereld wordt niet geregeerd
bij de gratie Gods, maar bij de gratie van
het machtige Sovjetvolk", des te eer zal
in vervulling gaan „Het zal gedaan zijn
met de geweldenaar, en de spotter zal
vergaan en allen, die op boosheid zinnen,
zullen uitgeroeid worden, zij die een mens
om een woord schuldig verklaren en val
strikken leggen in de poort voor wie op
komt voor het recht, en die met ijdele be
weringen terzijde dringen wie het recht
aan zijn zijde heeft. Te dien dage zullen
de doven Schriftwoorden horen, en van
donkerheid en duisternis verlost, zullen de
ogen der blinden zien. En ootmoedigen
zullen steeds meer vreugde hebben in de
Here, en de armsten onder de mensen zul
len juichen in de Heilige Israëls".
Want het jaar 1961 zal zo min als 1960
dat van Chroestsjow of Tsjoe-en-Lai zijn
of van welke pocher der aarde ook,
dochvan de Heer!
Annus Domini 1961
Bennekom. D. J. Couvée.
Dat was me even een mooi gevlekt
„vosje" vorige week 'k Was er zelf trots
op en laat 't beestje nog even rondlopen.
Het mooi-getekend vlekje bestond in
„rondom de geldbeurs is de temperatuur
vaak ver beneden nul. En laat ons niet
te hard oordelen wanneer je zelf in
bezit of inkomen toeneemt, moet je hard
stoken om de vorst uit je hart te houden!"
Genoeg, anders wijst men ons op de vos
„zelfgenoegzaamheid" in eigen gaard.
Rondom Kerstmis en Nieuwjaar is 't
buiten koud, soms grimmig koud en is 't
dus des te aangenamer rond de haard of
oliestook. Maar, nu kan ik wel de kou
uit kamer en kleding stoken, maar ontdooit
mijn winter-ziel nog niet door deze warm
te.
Ja, bij alle verwarmende feest-hcerlijk-
heden van gezelligheid en gebak kan onze
ziel bevroren blijven, wanneer 't alleen-
verwarmend Kerstevangelie niet in onze
harten brandt.
Bij de ware gelovige, bij 't volk Gods,
dat leeft bij de gloed van Gods erbarmen
in het zenden van Zijn Zoon, is er alleen
echte Kerstverheuging.
Immers, er is zo veel, oneindig veel heer
lijkheid in de verkondiging, dat Jezus de
heerlijk-warme hemel verliet om op deze
verkilde aarde 't vuur van Gods ontfer
ming te ontsteken.
En nu wij zitten in ons landje finan-
tiëel, sociaal, kerkelijk bij een gloeiend-
hete kachel, vergeleken bij zoveel wereld
streken, waar 't, bij ons vergeleken, steen
koud is, ook al woont men bij de evenaar.
Willen wij nu echt delen in de liefelijk
heid en zaligheid van de blijde boodschap
van Gods brandende liefde tot een wereld
in de verstijving der zonde en in het in
onze, door centrale verwarming aangena
me, soms luxueuse kerkgebouwen, dikwijls
met gloed voorgedragen Kerstevangelie,
genieten, dan zullen we van onze door
gloeide haardstede kooltjes-vuur moeten
overdragen naar de uitgedoofde haarden
van onze medemensen en medevolken,
waar men de verwarmende adem van 't
Evangelie van Christus' komst niet kent,
of waar het is uitgeblust.
Als je kouwelijk steeds maar bij een
heet-gestookte kachel zit, wordt je toch
uiteindelijk weer koud. Hoe meer we van
de liefde van Christus-tot-ons doorstraald
worden, zullen we warmte afstralen naar
buiten. Een gezellig, gezegend en daardoor
zegenend Kerstfeest
Uit het oude-Vossenland.
P.S. We droegen weer enkele kooltjes-
vuur uit naar de uitgedoofde haarden in
't geëstelijk-kille Frankenland. Hartelijke
dankbrieven bereikten ons, waarin bijzon
der Wed. Richard haar erkentelijkheid
uitdrukt tegenover allen, die haar leed en
rouw verlichten. Ik kwam nog achter een
ander geval, waar men zucht en zwijgt!
Ook in deze familie hopen we Kerstvreug
de te kunnen brengen, daartoe in staat ge
steld door christenen, die Christus willen
volgen op de weg van zelfverloochenende
liefde en toewijding.
Hier weer enkele kooltjes-vuurK. te
M. 2,50; N.N. te 's-H. A. K. ƒ30,—
T. te Kr. ƒ5,Geref. Vrouwenvereen.
Lewedorp 10,goed zo gift in
coll. G.K. te Domburg f 5,T. te B.o.Z.
ƒ5,— H. te W. ƒ2,50; P. te K. 2,50;
v. d. S. te B. 5,— Zr. de R. te S. 2,50;
Th. te KI. 25,J. te Oosterbeek 2,50
N.N. te M'. 10,— v. d. L. te VI. 10,—;
Diaconie G.K. Koudekerke 10,
Met blijde Kerst- en Nieuwjaarsgroet,
opklinkend uit 't blijde gironummer 220659
van Ds A. Koning te Oud-Vossemeer.
GA IN TOT DE VREUGDE VAN UW
HEER!
In Memoriam Ds. A. C. Heij,
geboren 26 maart 1877,
overleden 15 december 1960.
Maandag j.l. hebben we „onze oude do
minee" ten grave gedragen. Uit de grote
belangstelling bij de begrafenis bleek wel,
dat Ds. Heij, hoewel reeds gedurende 14
jaar emeritus, nog allerminst vergeten was.
Hoe kon het ook anders Een predi
kant, die 28 jaar lang eenzelfde gemeente
beeft mogen dienen, ontvangt bij getrouwe
arbeid van God de genade, een stempel
op die kerk te drukken.
Van 1918 tot 1946 heeft de gemeente
.van Koudekerke van de rijke gaven, die