SAMENTREKKING
van KRACHTEN
J
Met Ambtelijk Gezag
zestiende jaargang No. 12 Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland vrijdag i6 september 'óo
Bekendmaking
ATTENTIE
Provinciale Dag
ZEEUWSE KERKBODE
Berichteji en opgaven Predikbeur
ten tot dinsdagsmorgens te zenden
aan de drukkers Littooij Olthoff,
Spanjaardstraat 47, Middelburg
HoofdredacteurDr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 5906.
Redacteuren Ds A. Koning, Ds J. B. van Mechelen, Ds Y. J. Tiemersma,
Drs A. Verschoor.
Drukkers: Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280
Abonnementsprijs: 3,^- per half
jaar (bij vooruitbetaling).
Afzonderlijke nummers 12 cent.
Advertentiën 12 cent per mm.
Er zal in menig gezin over de Olym
pische spelen wel een woordje gewis
seld zijn. De krant en de radio hebben
ons daarover ingelicht, en sommige
beelden gaf de televisie door. Wie de
marathon-loop van ruim 40 km zag,
die heeft wel het hoofd geschud. Me
nigeen jakkert zich af vóór zijn tijd,
om Olympisch goud of zilver. Stel u
voor, een hardloop uit midden-Zeeland
naar Bergen op Zoom De waarde van
zulk een inspanning is mij niet in alles
duidelijk, hoe 'n grote plaats ik graag
inruim voor de sport.
In het water kon Nederland nog zo'n
beetje meedoen, 't Waren geen over
dreven successen, maar er zat toch wat
in. Overigens moeten wij erkennen, dat
wij tussen de andere volken werkelijk
achter bleven. Je bent in eigen land ge
makkelijker verafgood, dan dat je een
rol speelt tussen de velen van elders".
Een harde en leerzame les.
De krachten moeten ingespannen
worden tot het uiterste, wil men in de
toekomst „meedoen".
De apostel Paulus heeft de training
in zijn tijd in de Griekse wereld als
voorbeeld gesteld, in de geestelijke vor
ming. Alle krachten moeten worden
samengetrokken op één enkel punt.
Vooral hierbij geldt, dat wie té veel
wil doen, tenslotte niets doet. Dat zal
ze in Nederland wel ingepeperd wor
den door de sport-leiders.
Samentrekking van krachten.
Uit tegenspoeden kan een mens véél
leren. Niet alleen op sportgebied, maar
in het hele leven.
Wij raken hier aan een euvel, dat
onder christenen waarlijk niet vreemd
is. Verbrokkeling van kracht
U kunt haast geen terrein van het
christelijk leven en de arbeid noemen,
waar deze verbrokkeling zich niet voor
doet. In de openbaring van de kerk is
dit een moeilijk te aanvaarden ver
schijnsel. Allemaal naast elkaar, soms
tegenover elkaar, zonder dat de ge
wenste vrucht wordt gedragen. Vaak
worden verkeerde hartstochten wakker
geroepen, die allesbehalve de geeste
lijke ontwikkeling ten goede komen.
Als je naast de éne christelijke school
een andere stelt, naast de ene opleiding
een andere, als je in feite bezig bent
met uit het leven te isoleren, dan is er
van samentrekking van krachten geen
sprake.
Helaas brengt dit verschijnsel in de
kerkelijke wereld niet voldoende on
rust. 't Is al lang zo geweestEn,
de geaardheid van ons volk spreekt hier
een woordje mee. Op politiek terrein
zijn wij er ook niet vreemd aan. Eigen
partij, eigen opvatting en levenskijk
hebben de boventoon. En, hoe de teke
nen van de tijd ook zijn, en welke som
bere verwachting wij van de toekomst
mogen hebben, nergens komt het zo
ver, dat men zegt wij gaan maar ,,bij
elkaar".
Samentrekking van kracht
Op een bepaald gebied is dit gebrek
aan het bijeen brengen van krachten
bepaald bedenkelijk. Wij denken hier
bij aan de christelijke pers. Vooral de
dagblad-pers.
Wie iets wéét van de geschiedenis
van het christelijk dagblad, die heeft
kennis gemaakt met allerlei misère.
Roem maar niet op de verleden tijd.
Nooit kon een christelijk dagblad in
ons land goed bestaan. Sommigen heb
ben er kapitalen ingestoken, maar het
was geen vruchtbaar bedrijf. Nergens.
En, wij willen toch allemaal onze
,,streek-krant" hebben.
Kijk, hier ligt de moeilijkheid.
Wie met de uitgave van een blad
nader op de hoogte is, die weet, dat
je in geen enkele streek het vereiste
aantal abonnementen kunt krijgen. In
geen enkele provincie.
Men zoekt het dan ook in combina
tie van uitgaven. Ook buiten Zeeland.
Jawanneer alle christelijke ge
zinnen de krachten samentrokken op
dit mooie doel samen een pers, die
verkondigen wilmaar in de prak
tijk laat een groot deel het „zitten".
Dat ideaal lokt hen niet aan.
Wanneer een christelijke krant naar
uw oordeel mislukt, onderzoek dan ern
stig hoe of de medewerking is. U zult
dan in vele gevallen tot de slotsom
'V
Ingevolge een besluit van de
Particuliere Synode der Gerefor
meerde Kerken van Zeeland van
8 september 1960 zal vanaf 1 ok
tober 1960 de Zeeuwse Kerkbode
worden uitgegeven door de Fa.
Littooij 6 Olthoff te Middelburg.
Plannen betreffende vernieuwing
en een meer gevarieerde inhoud
zijn in een ver gevorderd stadi
um. De toegezegde medewerking
om een en ander te kunnen ver
werkelijken, is bepaald verras
send.
Jn het nummer van vrijdag 30
september zullen de plannen wor
den gepubliceerd. Het nummer
van 7 oktober zal het eerste num
mer zijn in nieuwe vorm.
komen, dat door gebrek aan samen
trekking van kracht een uitgave mis
lukt. Dat wil zeggen door de schuld
en nalatigheid van de christenen
Ik geloof, dat de tijd gekomen is,
om elkaar deze dingen ronduit te zeg
gen. Zelfs op het gebied van kerke
lijke blaadjes is het opmerkelijk, hoe
graag wij „een eigen orgaan" vertroe
telen. Gevolg, dat een behoorlijke ker
kelijke pers moeilijk kan bestaan. En
zo is het eveneens op het gebied van
de dagbladen.
Nu schuilt er een gevaar.
Stel, dat een dagblad u niet bevalt,
of niet meer bevalt. Dat kan. Dat kan
zelfs zó ver gaan, dat u liever veran
dert. Wat ik dan wil zeggen is dit
u moet niet vragen welke krant ver
schijnt er nu nog in onze provincie
U moet zich afvragen waar ben ik
geestelijk het meest aan verwant
Niet zo beperkt van opvatting zijn,
als de ene krant niet voldoet, dan maar
de andere. Die behoort óók tot onze
provincie Richt dan uw blik naar de
grotere uitgaven, die wij nog altijd heb
ben. Maak dan deze uitgaven mede
sterk door uw toetreden als abonnee.
't Is mogelijk, dat u voor zaken een
krant er bij wilt hebben. Dat is wat
anders. Maar de voorlichting moet u
zoeken op christelijk erf. Daar moet u
wat voor over hebben.
We hadden beter in ons land na de
oorlog „één groot-christelijk dagblad"
kunnen hebben. Met vertakkingen naar
verschillende streken. Het is er helaas
niet van gekomen. Waar wij allen aan
moeten denken, dat is de samentrek
king van kracht. Het leven is geen
Olympisch spel, maar wel een kamp,
een wedloop. Paulus zegtloop zó, dat
gij in aanmerking komt voor een krans!
Dat doen we niet, wanneer wij zon
der meer gaan overschakelen op een
andere zendermaar wij zullen ons
inspannen om ook de voorlichting in
het christelijk leven te dienen en te
zien als een nationaal belang.
Omdat dit in Zeeland nogal in het
brandpunt staat, is het nodig om de
stem te laten horen. Onze provincie
betekent niet de grens voor de moge
lijkheden op christelijk gebied die
grens ligt ruimer en wij moeten daar
goed rekening mee houden, om niet tot
verkeerde stappen over te gaan.
C. St.
Mijn telefoonnummer is veranderd,
is nu geworden 5906, Goes. Wilt u
allen hiervan kennis nemen
C. Stam.
van de Gereformeerde Vrouwenver
enigingen in Zeeland, te houden op
woensdag 21 september 1960 in de
Geref. Kerk, Paul Krugerstraat 17,
Vlissingen.
Morgenvergadering, aanvang 10.30 uur
precies.
Middagvergadering, aanvang 2 uur.
Referaat van Ds. E. Jansen te Goes,
over Israels toekomst".
Een paar maal heb ik iets gezegd
over het gevaar, dat ons kerkelijk en
geestelijk leven bedreigt, als we alles
maar zo vanzelfsprekend vinden.
Ik zal niet zeggen, dat er geen aan
leiding is. We leven in een wereld,
waarin de techniek een hoge vlucht
heeft genomen. Praktisch „kan" tegen
woordig alles. Er mogen moeilijkheden
zijn, er mag, om die moeilijkheden te
overwinnen, een paar miljoen meer mee
gemoeid zijn, maar de techniek staat
werkelijk nergens voor. De wetenschap
heeft zich zó gespecialiseerd, dat lang
zamerhand de diepste geheimen van
Gods schepping voor de mens worden
blootgelegd en mogelijk is inderdaad
de tijd niet ver meer, dat we ook rustig
buiten deze aarde eens een kijkje gaan
nemen.
En we zijn kinderen van onze tijd.
Dat is nu iets, dat wèl vanzelf spreekt.
Niemand kan zich van zijn eigen tijd
en eigen milieu losmaken. Toen de vo
rige eeuw de eerste trein reed tussen
Amsterdam en Haarlem stonden velen
met angst in het hart het hellemonster
aan te staren, maar die angst is nu wel
vergaan. Mogelijk, dat we met betrek
king tot de ruimtevaart er nog iets van
hebben overgehouden.
We verwonderen ons bijna over
niets meer. We zijn gewoon alles te
verklaren en te begrijpen. Wat inder
daad vooruitgang betekent. We hebben
aan de geweldige vooruitgang van de
wetenschap ontzaglijk veel te danken.
We mogen voor veel dingen wel heel
erg dankbaar zijn. Maar soms lijkt het
me toch ook weer een verarming. Het
leven wordt er zo koel door, zo ver
zakelijkt. Er blijft geen plaats meer
voor het wonder, er is geen oprechte
verbazing meer, die ons klein en stil
maakt.
En ik meen nog altijd, dat we die
verwondering niet missen kunnen. Als
een vader zich over de wieg van z'n
pasgeboren kindje buigt en in diepe
verwondering zegt„moe, nu ligt ons
kindje, dat we al zo lang verwachtten,
hier, nu zijn we echt vader en moeder
geworden, hoe is het mogelijk dan
zullen deze ogenblikken in het leven
van die vader en moeder wel tot de
allerbeste van hun leven blijven be
horen.
Voor die verwondering blijft bizon-
der in het geestelijk leven altijd plaats.
Want wat we ook verklaren en begrij
pen kunnen, maar niet dat een zondaar
zalig wordt. Dat een architect een kerk
bouwt, kan ik begrijpen, maar als die
kerk eenmaal klaar is en dat ik daar
dan iedere zondag komen mag, om er
de Here te ontmoeten en het woord
van verzoening en schuldvergeving uit
zijn mond te horen, dat zal ik nooit
kunnen begrijpen. Dat is iets, waar ik
me tot in het diepst van mijn ziel al
tijd weer over verbazen zal.
Ik weet het niet, want de gedachten
des harten zijn altijd moeilijk te door
gronden en ook in het rapport over de
stand van het geestelijk leven spreken
deputaten in dit opzicht met gepaste
reserve en bescheidenheid, maar het
kon toch wel eens zijn, dat deze ver
wondering ons bij ons kerkgaan al te
veel ontbreekt.
Is er niet het gevaar, dat we ook vrij
vanzelfsprekend naar de kerk gaan
Uit gewoonte, in getrouwheid, gehoor
zaamheid of hoe je het verder ook noe
men wilt, maar niet met de diepe in
nerlijke verbazing, dat we daar komen
mógen Het is toch immers ónze kerk,
die we zelf hebben gebouwd van onze
eigen centen
Deze zelfde ongeestelijke houding
speelt ons misschien ook wel eens par
ten in het luisteren naar de preek. Het
bekende rapport spreekt over gebrek
aan ambtelijk gezag. Dat we de dienaar
des Woords te weinig zien als gezant
des Heren. Dat we wel luisteren naar
zijn preek, maar te weinig beseffen,
dat daarin het Woord des Heren tot
ons komt.
„De preek heeft uiteraard haar men
selijk en hierom gebrekkige, onvolko
men, dus voor kritiek vatbare kant.
Stijl, voordracht, ordening der gedach
ten, keuze van beelden en vergelijkin
gen, soms zelfs de exegese en opvat
ting van de tekst kunnen aanleiding
tot rechtmatige kritiek geven. Maar dit
geeft niemand recht aan deze onvol
maakte zijde van de prediking te blij
ven hangen. De kerk behoort de ge
loofskracht op te brengen hier door
heen te breken. Door de dwaasheid
der menselijke prediking is God bezig
zalig te maken wie geloven. Deze man
spreekt in zover en naarmate hij zijn
opdracht trouw vervult met gezag. In
hem is de Here aan het woord. Dus
mag er niet vrijblijvend gehoord wor
den. Aldus zegt de Here Here en Hem
mogen we niet laten praten." (Rap
port bladz. 33.)
Hiermee in verband staat ook de
kritiek op de preek. We vinden vaak,
dat er mooi, schitterend gepreekt is,
maar letten daarbij maar al te vaak
eenzijdig op stijl, voordracht, keuze
van beelden enz. En te weinig, of wel
het Woord van God in getrouwheid is
gebracht.
Ook het zoeken van een predikant
hangt hiermee samen. Over het be-
roepingswerk is al zo veel gesproken
en ik zal niet ontkennen, dat ook hier
in wel eens ongeestelijke factoren een
rol spelen. Al moet direct toegegeven,
dat het vaak een hele toer is om voor
een bepaalde gemeente een geschikte
dienaar des Woords te vinden. Daar
bij zal men zeker op allerlei factoren
hebben te letten.
Maar dan is er ook nog, wat we
dan noemen de voorziening in de
dienst des Woords op vakantiezonda
gen of andere vrije zondagen van de
predikant. Niet zelden treffen we het
dan aan, dat met grote nauwgezetheid
gezocht wordt naar iemand, die vooral
„mooi" preken kan. Als de eigen do
minee een keer absent is, wil men
graag iets goeds hebben.
Of een predikant het Woord des
levens verkondigt en een getrouw ge
zant is van zijn Koning, komt niet in
aanmerking. Zelfs durft men, als het
door omstandigheden eens zo loopt,
wel duidelijk van zijn ongenoegen blijk
te geven, door uit de kerk weg te blij
ven. „Hij is het maar, daar loop ik niet
naar." Maar als men de „voorziening"
wat in eigen hand heeft, zal men zich
wel wachten, zo'n dienaar uit te nodi
gen. Liever reist men stad en land af
en vertelefoneert kapitalen, om toch
vooral een „goeie" te krijgen.
Och, deze dingen moesten onder
ons zo niet zijn. Van de gemeente ver-