Een NIEUW begin
ARJOS-JUBILEUM
vijftiende jaargang No. 23 Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland vrijdag 4 december 1959
MEDITATIE
van de Vlaamse Gaai
ZEEUWSE KERKBODE
Berichten en opgaven Predikbeur
ten tot Dinsdagsmorgens te zenden
aan de drukkers Littooij Olthoff,
Spanjaardstraat 47, Middelburg.
Hoofdredacteur: Dr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 2563.
Redacteuren Ds A. Koning, Ds J. B. van Mechelen, Ds A. Schippers, Drs A. Verschoor
Medewerker: Ds D. J. Couvée, Bennekom.
DrukkersLittooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280
Abonnementsprijs3,per half
jaar (bij vooruitbetaling).
Afzonderlijke nummers 12 cent.
Advertentiën 12 cent per mm.
Indien zij naar Mozes en de profeten niet
luisterenLucas 16 vs 31.
Recht op een bijzondere behandeling
Ja, dat kun je hier op aarde hebben. Het ligt er maar aan welk
een positie je in de samenleving inneemt. Als de Koningin een
officieel bezoek brengt aan de één of andere stad in ons land, dan
wordt zij met al het daarbij behorende eerbetoon ontvangen. En
dat is niet meer dan normaal. Zelfs normaal in de volle zin van het
woord, d.w.z. overeenkomstig de daarvoor gestelde norm, de daar
voor geldende regel.
Maar als iemand onzer op een vacantietrip dezelfde stad door-
fietst, dan zal er géén officiële ontvangst plaats hebben. Natuurlijk
niet.
Deze voorbeelden kunnen naar believen vermeerderd worden.
En laten we dankbaar zijn, dat het leven ook deze variaties kent.
Onze maatschappijvorm kent gelukkig nog niet een zodanige een
vormigheid als die welke men in de „socialistisch" geregeerde sta
ten huldigt. Overigens zou het een interessante vraag zijn of de
daar in het Oosten theoretisch gehuldigde gelijke behandeling voor
allen ook werkelijk in alle opzichten wordt doorgevoerd. Echter
afgezien daarvan, het is voor ons allen een vaststaand feit, dat de
wijze waarop iemand tegemoet getreden wordt, waarop iemand
behandeld wordt, zich richten moet naar de positie die die mens
in het leven inneemt. Er is in de samenleving der mensen een legi
tiem recht op een bijzondere behandeling.
Maar hoe is het nu in de geestelijke dingen
Zijn er ook mensen die aan de God de eis kunnen stellen dat
Hij hen op een andere, een meer „buitengewone" wijze tot de zalig
heid leiden zal dan Hij in de regel doet En u voelt terstond, zulke
mensen zijn er niet. Om de heel eenvoudige reden, dat er niemand
is die tegenover God èrgens aanspraak op kan doen gelden.
De rampzalige rijke man uit Lucas 1 6 dacht er anders over. Als
tijdens zijn leven iemand uit de doden was verschenen om hem apart
te vermanen, dan zou hij zich zeker hebben bekeerd en was hij
nooit in de buitenste duisternis terecht gekomen, zo meent hij. Maar
nu dat voor hem geen zin meer heeft, bestaat deze mogelijkheid
er in ieder geval nog altijd ten behoeve van zijn vijf nog in leven
zijnde broers.
En daarom, vader Abraham, zend Lazarus naar ze toe. De wet
en de profeten, die mogen dan voor de anderen de geëigende mid
delen zijn, maar mensen als mijn broers en ik, die hebben toch zeker
daarnaast nog wel recht op „iets bijzonders".
Zend Lazarus
Het blijkt overigens tevens dat deze rijke man nog volkomen
„ongebroken" denkt. Vroeger was het zo, dat mensen als hij over
anderen beschikken konden en hij kan zich niet indenken, hoe het
na dit leven anders zou kunnen zijn. Hij beschikte over Lazarus
tijdens diens leven, waarom zou Abraham niet over Lazarus kunnen
beschikken in de hemel
Abrahams antwoord is afdoende.
De middelen die tot de zaligheid leiden zijn voor allen hetzelfde.
Wie de „gewone" middelen versmaadt, zal ook niet door „iets
buitengewoons" tot bekering worden gebracht. Indien zij naar
Mozes en de profeten niet luisteren
Hoe waar dit is, is gebleken in de geschiedenis van Israël. Israël
had de wet en de profeten, opdat het daardoor tot Christus en in
die weg tot de zaligheid zou worden gebracht. Maar toen Israël
deze boodschap, die uit de wet en de profeten te vernemen was,
naast zich neerlegde, bleek het ook onbekeerlijk toen na Jezus'
opstanding het evangelie van de opgestane Here gepredikt werd.
Dit is één van de vele dingen die de bekende gelijkenis van de
rijke man en Lazarus ons leren wil. Ook wij zullen het met de
„gewone" genademiddelen doen. Dat zal dus voor ons zijn het
luisteren naar de evangelieverkondiging, het gebruik van de sacra
menten. En voorts natuurlijk ook het gebed en de persoonlijke bijbel
lezing. Er is niemand die aanspraak kan doen gelden op een „bij
zondere" behandeling. En waarom niet Omdat ook van deze din
gen geldt dat God zegt „dit is de weg, wandelt daarop" Ja ook
daarom. Maar vooral om deze reden het „gewone" evangelie is
helemaal niet zo gewoon. Want het is een kracht Gods tot behou
denis voor ieder die gelooft. En het heeft tot inhoud „wat geen
oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en wat in geen mensen
hart is opgekomen (1 Cor. 1 vs 9).
St. Laurens. CHR. VAN ULDEN.
Wie zou in de kring der gereformeer
den niet verlangen, dat allen gingen sa
men wonen, die de geref. belijdenis lief
hadden. Het kerkelijk vraagstuk in ons
land zou daardoor in een heel ander
stadium komen.
Intussen, wat wij dan vurig begeren,
is nog niet ineens tot stand gekomen.
Er wordt nog zoveel afstand bewaard
tussen die belijders der drie formulieren.
Onze synode had het nader kontakt met
de christel. gereformeerden gewild.
Men moet in het geloof ook stoute stap
pen doen. Wanneer de christel. gere
formeerden, na wat er nu in Utrecht
besloten is, anders tegenover ons staan,
dan zou ik zeggen broeders, wacht nu
niet te lang. De geschikte tijd zou ook
kunnen voorbijgaan.
Iets dergelijks zou men willen ten op
zichte van de vrijgemaakt gereformeer
den. Erg veel gunstige persstemmen
heb ik daar nog niet ontdekt. De beste
was van prof. dr. H. J. Jager, die bij
het terzijde stellen van 1905, 1942 en
1946 de opmerking maakte men moet
er van uitgaan, dat deze beslissing
voortgekomen is uit een oprecht ver
langen naar eenheid.
Mogelijk zijn er nog meerdere op
merkingen gemaakt, die tot mij niet zijn
doorgedrongen. Maar bij prof. Jager is
het tenminste zó, dat hij uitgaat van de
oprechte bedoeling onzerzijds om met
onze broeders en zusters weer te ver
enigen.
Als nu dergelijke geluiden meerder
werden, dan zagen wij de weg tot een
nieuw begin misschien beter dan op 't
ogenblik. Er wordt zoveel vernomen,
dat anders klinkt.
Wat de vergadering van vrijgemaak
te predikanten door de pers wereldkun
dig maakte, ging wel een totaal andere
richting uit. Nu weet ik wel, een ver
slag heeft slechts betrekkelijke waarde.
Maar, het is aan de andere kant óók
waar, wanneer „Trouw" mij voorlicht
over wat op zo'n vergadering gesproken
is, dan mag ik daar van uitgaan.
Nu, men is het daar blijkbaar goed
eens geweest met elkaar, dat de roeping
tot vrijmaking nog niets is verminderd.
Ook niet, nadat Utrecht de vervan
gingsformule terzijde stelde.
Alweer, afgaande op het verslag in
„Trouw", heeft één ding mij sterk ge
troffen. Op die vergadering, in Den
Haag gehouden, zijn argumenten tegen
onze synoden aangevoerd, waardoor
het niet mogelijk tot enige toenadering
te komen. Verder voorzag de referent
voor de toekomst weer hetzelfde theo
logische geredeneer over verbond en
uitverkiezing.
Toen ik dit laatste las, dacht ik zou
de referent ook in staat geweest zijn
om perioden te noemen, waarin dat niet
gebeurde? Misschien nog het meest...
na 1905, toen er een tijd van gelukkig
samengaan in het kerkelijk leven was.
Maar, gaat u terug achter 1905, in de
vorige eeuw, dan is er over deze vragen
heel wat gesproken en geschreven. Zou
dat ooit een argument kunnen zijn,
waarom wij maar beter bij elkaar van
daan blijven Juist in een onderlinge
verscheidenheid, bij éénzelfde belijden,
ligt het bijzondere van de Kerk. Stelt
men de eis over alles gelijk denken...,
dan gaat men zich van de ruimte dei-
Kerk verwijderen.
Erger lijkt mij de logica van het ge
houden betoog, door ds Jac. v. Nieuw
koop te Scheveningen. Het sluit als een
bus. Hebben onze synoden vroeger pro
fetisch gesproken, dan moet men daar
nu eigenlijk bij blijven. Het hele verle
den onzer Kerken wijst uit, dat wat in
Utrecht gebeurde, in feite zonder stijl,
ernst en waarheid is. Tenslotte werden
de synodale broeders opgeroepen om
wakker te worden.
Aldus spraken de vrijgemaakte pre
dikanten onder elkaar. Wanneer men
elkaar nu in de ban van zulke beschou
wingen houdt, dan is het vrijwel uitge
sloten dat er van toenadering kan spra
ke zijn. Als men buiten dit klimaat ver
keert, vraagt men met pijn en verwon
dering zich af, hoe het toch mogelijk is,
dat men zó vastlopen kan.
Kan het dan werkelijk niet, dat broe
ders en zusters elkaar naderen en boven
het verleden uitkomen
Ik laat nu daar, hoe men over dat
verleden wil oordelen. Maar, kan men
dan niet meer tot elkaar naderen, om
samen een nieuw hoofdstuk in de ker
kelijke geschiedenis te beginnen Kan
men zich niet eens meer verplaatsen in
de omstandigheden, dat er sprake is van
een vergeten van wat achter is
In Luk. 15 gaat het toch anders, wan
neer de verloren zoon thuis komt.
Nu kan men uiteindelijk wel beweren,
dat men de toekomst donker inziet.
Maar, daarbij geldt toch voor elke
kring, in hoever wij er toe bijdragen,
dat wij gezamenlijk het licht tegemoet
reizen. Wanneer gezegd wordt, dat er
alleen hereniging mag komen in gebon
denheid aan Gods Woord, dan zijn wij
dat allen met elkaar eens. De vraag
dringt zich alleen op, wat men onder
gebondenheid aan Gods Woord ver
staat. Is dat het eigen inzicht, of
kan ook het inzicht van anderen daarbij
nog van betekenis zijn
Deze vragen roepen om zijn minst tot
bezinning. Ook van hen, Ook van hen,
die de problemen blijkbaar hebben op
gelost en die als enige eis de vrijmaking
zien staan.
Juist bij zulke bezinning zou het on
derling gesprek van betekenis zijn.
Het comité „dubbel dertien" treft
de goede toon. Dit zijn samen 26 vrij-
gemaakten en gereformeerden in Gro
ningen. Zij zouden niets liever dan een
nieuw begin maken. Zij willen in ge
loof elkaar naderen en de leiding aan
God overlaten. Dit is in Groningen een
hoopvol geluid. Te hopen dat zij Ds
D. van Dijk meekrijgen
Ja, de weg naar een nieuw begin.
Zou iemand durven beweren, dat het
die kant niet uitmoet Bij het betreden
van die weg hebben wij allen het oude
achter te laten. Door de enge poort ko
men wij tot elkaar anders niet.
Daarbij zal het nodig zijn, dat wij
achterlaten het al te menselijke, dat het
kerkelijk leven bederft.
Komt u er iets mee verder, wanneer
u altijd maar weer oude narigheden op
haalt en u zo goed blijft herinneren,
wat er toen en toen allemaal gebeurd
Als het dan niet mogelijk blijkt, dat
wij ook maar één stap op de weg naar
elkaar toe zettendan liggen er
metterdaad donkerheden over de Kerk.
Maar, ze liggen wel wat anders, dan
sommigen deze aanwijzen. Niet het ge
bed om vrijmaking, maar om een nieuw
begin is op zijn plaats. Bij de vraag om
vrijmaking gaat het nog om het trekken
in een bepaalde richting. Een nieuw
begin, het daarbij in het geloof aan God
overlatend, tot welke ontwikkeling wij
komen.
Dan bidden wij naar elkaar toe, in
de hoop, dat wij uiteindelijk op hoger,
plan mogen komen. C. St.
Het 30-jarig bestaan van deze jon
gerenorganisatie zal worden gevierd in
Utrecht. Vrijdag 11 dec. a.s., 's avonds
8 uur, Bid- en dankstond, in het ge
bouw der chr. geref. kerk, Wittevrou-
wensingel, waar Ds D. Biesma Jr., chr.
geref. pred., en Ds A. J. Jorissen, Ned.
Herv. predikant hopen voor te gaan.
Verder muziek en samenzang.
Op zaterdag 12 dec. is dan de grote
toogdag in Tivoli, Lepelenburg, Utrecht.
Aanvang 10.15 uur. Men stelle zich
spoedig in verbinding met het Kuyper-
huis, Dr Kuyperstraat 3, Den Haag,
over kaarten, prijzen en wat dies meer
zij C. St.
KERKELIJKE
DOCUMEN TA TIE-DIENS T
Een bureau voor kerkelijke documen
tatie wil kerkeraadsleden een overzicht
geven van wat er zo al in de kerkelijke
pers staat. U krijgt citaten uit alle mo
gelijke bladen, die u anders zeker niet
leest. Het is zeker van belang om bij
te zijn in deze tijd. Daarom willen wij
graag deze onderneming toejuichen en
ten zeerste bij de kerkeraden aanbeve
len. De heer Ros, uit Rotterdam, die
hierin de leiding heeft, is op het gebied
van de journalistiek alleszins bekwaam,
pm het belangrijke naar voren te bren
gen. Moge dit werk slagen Het adres
is Torenlaan 51, Rotterdam 8.
C. St.
Tot de hoogtepunten van classicaal
leven behoort de classicale vergadering
zelf. Niet, dat iedereen daar evenzeer
van overtuigd is
Zelf loop ik nooit te zingen, omdat
ik gelukkig weer naar de classis mag
gaan
Er zijn ook anderen, die niet zo
enthousiast zijn. Ze verlangen op zo'n
vergadering al maar naar het einde en
ze kijken sommige sprekers a.h.w. de
woorden weer in hun monden terug.
Voor zulke broeders is het smartelijk,
als een vergadering te lang duurt. Ze
zijn al gauw van mening, dat alles wel
veel korter kon en dat elk woord ver
spild is aan een weinig belangrijke zaak.
Deze tendens neemt toe, naarmate de
vergadering langer duurt en het ver-