HERSTEL
Kerkelijke Eenheid
van de Vlaamse Gaai
VACANTIEMAAR HOE
vijftiende jaargang No. 9 Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland vrijdag 28 augustus '59
MEDITATIE
ZEEUWSE KERKBODE
Berichten en opgaven Predikbeur
ten tot Dinsdagsmorgens te zenden
aan de drukkers Littooij Olthoff,
Spanjaardstraat 47, Middelburg.
Hoofdredacteur: Dr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 2563.
Redacteuren Ds A. Koning, Ds J. B. van Mechelen, Ds A. Schippers, Drs A. Verschoor
Medewerker: Ds D. J. Couvée, Bennekom.
Drukkers: Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280
Abonnementsprijs: ƒ3,per half
jaar (bij vooruitbetaling).
Afzonderlijke nummers 12 cent.
Advertentiën 12 cent per mm.
,,En toen Hij de schaven weggezonden had, ging
Hij de berg op om in de eenzaamheid te bidden.
Bij het vallen van den avond was Hij daar
alleen."
Mattheüs 14 23.
Het is druk om Jezus.
Dan ontvlucht Hij de drukdoende scharen door de berg op te
gaan.
Daar wil Hij tot rust komen.
Een ogenblik alleen zijn.
O111 nieuwe krachten te verzamelen.
Door de stilte van de avond op Zich te laten inwerken.
Ja maar, bovenal door het gebed
Door de gemeenschap met Zijn Vader.
Wij, mensen van onze gejaagde tijd ontvluchten ook het drukke
beweeg van het alledaagse gebeuren door onze vacantie door te
brengen in bos of aan strand.
Daar willen we dan tot onszelf komen.
Temidden van de stilte der bossen.
Onder het eentonig geruis der golven die onverpoosd op ons
aan komen rollen en stukbreken op het verlaten strand.
Och, en dan hebben we veel voor op hen voor wie het vacantie-
beclrijf niet veel meer inhoudt dan razen" langs de wegen.
Als we het voornaamste dan nog maar niet vergeten en dat is
hetgebed.
Want alleen in de gemeenschap, met God komt cle mens tot
ware rust, komt de mens tot zichzelf.
Als we Hem zoeken in Jezus Christus, onze Here, wordt een
vrede geboren die alle verstand te boven gaat.
En die vrede alleen kan de rust naar lichaam en geest zó be
dauwen, dat ze vrucht draagt voor Zijn Koninkrijk.
Als we daar nu maar aan toe komen
Dan zijn we niet tevergeefs met vacantie geweest
Arnemuiden. H. K. POELMAN Azn.
Ik zou het aantal stukken wel eens
bij elkaar willen zien, die bij de synode
van Utrecht zijn ingekomen in verband
met de vervangingsformule en de e.v.
toenadering tussen gereformeerden en
vrijgemaakt-gereformeerden. Vermoe
delijk zal de kommissie, die deze zaak
heeft voor te bereiden, wel niet precies
weten hoe zij er door moet komen.
Het is wel goed, om daar aan te
denken.
Wij hebben zo onze mening, en daar
naar gaan wij te werk. De synode moet
kennis nemen van allerlei gevoelen en
trachten om iedereen recht te doen.
Een taak, waarbij gebed en wijsheid
en véél geduld nodig zijn.
Ook de vereniging tot herstel van
de kerkelijke eenheid der geref. belij
ders zond een omvangrijk stuk in. Het
zijn conclusies, waartoe men door sa-
menspreking gekomen is. Ook niet-
theologen hebben aan de gesprekken
deelgenomen. Gereformeerden, vrijge
maakt-gereformeerden en christelijk ge
reformeerden waren de deelnemers. De
vrucht, door deze ontmoeting geoogst,
krijgt u hier te lezen.
Vanzelf draagt dit alles een partiku-
lier karakter. Hier was geen vertegen
woordiging van Kerken, daarom moet
men ook bij de beoordeling geen ge
volgtrekking maken voor de één of an
dere kerkelijke kring.
U krijgt nu de konklusies, zoals zij
bij de kerkbode binnenkwamen.
KONKLUSIES
geresulteerd uit sainensprekingen,
welke gehouden zijn tussen leden,
theologen en niet-theologen, van de
Gereformeerde, Vrijgemaakt-Gerefor
meerd en Christelijke Gereformeerde
Kerken.
I. Aangaande Belofte en Genadever-
bond.
a. Als uitgangspunt is genomen de
overtuiging, dat in de Drie Formu
lieren van Enigheid voldoende dui
delijk wordt weergegeven wat de
Heilige Schrift ons openbaart over:
verbond, doop, belofte en wat daar
mee in verband staat.
b. De Kerk heeft er voor te waken, dat
zij in haar uitspraken niet verder
gaat dan het formuleren van dat
gene, wat in de Heilige Schrift dui
delijk wordt geopenbaard.
c. Hieruit volgt, dat het noodzakelijk
is, dat in de Kerk alleen gebonden
wordt aan datgene, wat op gezag
van de ITS. onbetwistbaar als norm
voor het geloof kan worden gesteld.
d. Ten aanzien van de in discussie ge
nomen onderwerpen is het uitgangs
punt, dat God Zijn verkiezend wel
behagen naar Zijn vrijmacht reali
seert in de weg van het verbond
der genade.
e. Bijzondere nadruk vraagt wat bele
den wordt in Zondag 27 H.C. antw.
74, dat de belofte van het genade-
verbond niet alleen aan de gelovige
ouders, maar ook aan al hun kin
deren toekomt, waarbij het duidelijk
voor ogen dient te staan, dat tot de
inhoud van die belofte ook behoort
de Heilige Geest en Zijn werk in
de realisering van het toegezegde
heil.
f. Tegen deze achtergrond en hieruit
voortvloeiend, is het noodzakelijk en
zinvol de kinderen der gemeente te
plaatsen in hun verantwoordelijk
heid en hen te roepen tot geloof en
bekering in het persoonlijk aanvaar
den van de belofte en roeping van
het verbond.
g. Zovelen die belofte gelovig aanne
men en deze roeping volgen, doen
dat krachtens de wederbarende ge
nade van de Heilige Geest, naar
Gods eeuwige verkiezing.
h. Het verband tussen verkiezing en
verantwoordelijkheid, tussen belofte
en roeping moet de kerk niet pro
beren doorzichtig te maken en in
een formulering te grijpen. £ij kan
en mag ,,de diepten Gods niet door
zoeken" (D. Leerregels I, 12), maar
kan alleen gelovig, belijdend naspre
ken wat God in Zijn openbaring
haar heeft gezegd.
II. Aangaande de prediking in de ge
meente van Christus.
a. De prediking is ambtelijke bedie
ning van het Woord Gods in de
samenkomsten van de gemeente in
gevolge de rechtstreekse opdracht
van Christus.
b. Naar de belofte van de Eleilige
Schrift in Romeinen 10 werkt de
Heilige Geest het geloof door de
prediking van het Woord van
Christus, het middel der genade.
Zie ook de Catechismus in Zondag
7 en 25.
c. De prediking van het Woord is ook
bediening van de Sleutelen des
Hemelrijks", waardoor het Hemel
rijk wordt ontsloten en toegesloten.
Zie Matth. 16:19, Joh. 21/3 en
Catechismus Zondag 31. ,,Zegt den
rechtvaardige dat het hem zal wel
gaan, want hij zal de vrucht zijner
daden eten. Wee den goddeloze
het zal hem slecht gaan, want het
werk zijner handen zal hem worden
vergolden" (Jes. 3:10/1).
d. In de prediking gaan de voortdu
rende oproep en het bevel uit tot
bekering en geloof (Mare. 1:15,
1 Joh. 3 23) waarbij tevens de eis
tot zelfbeproeving tot haar recht
dient te komen.
e. De prediking brengt dus het Woord
Gods in zijn volle rijkdom het
heilswerk van de Vader, de Zoon
en de Heilige Geest in zijn innige
verbondenheid. Hierdoor heeft de
prediking een belangrijk pastoraal
(ook normatief) karakter. De Grote
Herder van de kudde wil haar wei
den met al haar noden en zonden
en haar leiden op de weg van vreug
de en dankbare dienst in deze we
reld.
III. Aangaande de christelijke toleran
tie.
Een levend functionneren van de
christelijke tolerantie binnen de Kerk
is van essentieel belang. Er dient ruim
te te bestaan voor verschillende gevoe
lens binnen het raam van Schrift en
Belijdenis deze ruimte dient afgepaald
te zijn tegen alles wat hiermee kenne
lijk in strijd is.
Wanneer dit tolerantie-begrip leeft
in de kerken, zowel ten aanzien van
dogmatische verschillen als van kerk
rechtelijke opvattingen en visies op le
vensstijl en -wandel, behoeven bij ge
meenschappelijke binding aan de cen
trale heilswaarheden, deze zaken geen
oorzaak tot handhaving van de schei
ding tussen onze kerken te zijn.
Zoals u bemerkt, zijn belangrijke on
derwerpen ter tafel geweest. B.v. ver
kiezing en verantwoordelijkheid, de
roeping der prediking, en de christe
lijke verdraagzaamheid. Onder een
drietal hoofden zijn de onderwerpen
samengevat. Elk op zichzelf levert vol
doende stof voor gesprek en benade
ring van elkaar.
Het is niet de bedoeling, om de ver
schillende onderdelen nu reeds te be
spreken. De konklusies zijn ter synode
ingezonden, wij wachten liever af, wat
daarvan het gevolg zal zijn. Bijzondere
nieuwe en opzienbarende dingen krij
gen wij in de konklusies niet te lezen.
Bij een enkele vraagt men zich zelfs af,
waarom nadere behandeling op dat
punt nodig was.
Maarhet wordt u allen ter le
zing aanbevolen en ongetwijfeld wordt
u-versterkt in de gedachte, dat onze
synode zwaar werk te verrichten heeft.
C. St.
Gelukkig mogen we in Zeeuws
Vlaanderen de periode na de vacantie
met vrij hoopvolle gevoelens tegemoet
gaan, wat betreft de vervulling der va
catures.
De kerk van Hoek verheugt zich in
de kennismaking met haar nieuwe pre
dikant, de kerk van Zaamslag mag te
gemoet zien, dat haar pastorie weer
spoedig wordt bevolkt en de candidaat,
die het beroep naar Aardenburg aan
nam, bereidt zich reeds voor op het
peremptoir examen, dat D.V. op 15
september ter gewone classisvergade-
ring zal worden afgenomen.
Dit is een ander beeld dan voor de
vacantie. Gelukkig heeft de moeilijke
situatie niet te lang geduurd, want er
bleek wel enige slijtage bij de collega's,
die overbelast werden.
Uiteraard zijn we nog niet door alle
perikelen heen en vergeten we niet, dat
de kerk van Terneuzen zich nog inspant
om weer een eigen dienaar des Woords
te kunnen beroepen, maar, classicaal
bezien, is er toch geen noodsituatie
meer. En waar Zaamslag aan het clas-
sicale leven zelfs een predikant met
veel ervaring hoopt te mogen bieden,
daar zijn de donkere wolken als door
een wondere hand opgelost. Slechts
kleine nevels wachten nog op het verder
doorzetten van de zonnekracht. Een
blauwe lucht, als die van de natuur om
ons heen, spreidt zich uit boven ons
kerkelijke landschap.
En passant mag ik melden, dat ook
de werving voor abonnementen, on
danks de vacantietijd enige voortgang
heeft gemaakt. Aardenburg werd ver
rijkt met 5 nieuwe abonné's. Ik had er
tevoren twee misgesteld, zodat Aar
denburg thans 19 abonnementen rijk is
en daarmede al bereikt heeft het getal,
dat een der grotere gemeenten arm is.
Oostburg verheugt zich in het her
stel der gezondheid van de vis, die als
christelijk symbool haar toren siert. Het
was een tijd lang maar akelig gesteld
met dit dier, want het zat op zijn hoog
verheven standplaats zo vast als een
muur, geheel in strijd met zijn beweeg
lijke aard. Nu is het weer herleefd. Er
is heel wat stellagewerk nodig om zo'n
reparatie te kunnen volbrengen, maar
het is aan de andere kant gemakkelijk.
Men geeft aan een aannemer opdracht
en deze zorgt voor de rest.
Hoeveel moeilijker is het op de be
gane grond, waar de kerk zelf zich een
levend lichaam moet betonen. Daarmee
neem ik de draad op van mijn lopend
verhaal.
De diepste vraag naar de welstand
en kracht der kerk is toch wel die naar
de sterkte van haar geloofsovertuiging.
Het symbool van de vis leidt onze
gedachten als vanzelf terug naar de
oude christelijke kerk in haar groei te
midden der wereld.
Nu wij op de eeuwen achter ons te
rug zien, treft ons toch wel bijzonder
haar grote groeikracht en haar levende
wortel. Als deze levende wortel be
schouw ik de diepe overtuiging, dat zij
als enige de boodschap der waarheid
en van het heil had. Zij bezat deze rijk
dom niet in een uitgebouwd systeem.
Daar was nog niet voldoende tijd voor
geweest, maar als de enige troost in
leven en sterven. Het leven in die troost
was in die dagen niet gemakkelijk. Las
ter en vijandschap knaagden als wes
pen aan haar leven. De dood dreigde
maar al te vaak. In haar midden had
zij de belijders, die ter verantwoording
hadden gestaan om hun geloof en vele
martelingen standvastig hadden verdra
gen. Maar al deze benauwenis werd
in de schaduw gesteld door het voor
uitzicht, dat men met Christus de Heer
zou delen in Zijn heerlijkheid. Zijn
aanwezigheid werd levend ervaren in
een eenvoudig, maar enthousiast ge
loof.
Ook nu wil ik de schaduwkanten
niet voorbij zien. De hoge heerlijkheid
van het evangelie, zoals Paulus dit ver
tolkt had met zijn getuigenis van de
rechtvaardiging door geloof alleen,
werd niet steeds in volle kracht door
leefd. H^t strenge, naar het ascetische