van de Vlaamse Gaai
Even stilstaan
MENE - MENE
Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland
MEDITATIE
HET AFSCHEID VAN Ds C. BOON
ZEEUWSE KERKBODE
VIJFTIENDE jaargang No. 8
Berichten en opgaven Predikbeur
ten tot Dinsdagsmorgens te zenden
aan de drukkers Littooij Olthoff,
Spanjaardstraat 47, Middelburg.
Hoofdredacteur: Dr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 2563.
Redacteuren Ds A. Koning, Ds J. B. van Mechelen, Ds A. Schippers, Drs A. Verschoor
Medewerker: Ds D. J. Couvée, Bennekom.
Drukkers: Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280
VRIJDAG 21 AUGUSTUS '59
Abonnementsprijs: ƒ3,per half
jaar (bij vooruitbetaling).
Afzonderlijke nummers 12 cent.
Advertentiën 12 cent per mm.
Daniël 5.
Een hand, alleen maar een Hand verscheen op de blanke muur
van de Koninklijke feestzaal in Babel. Een Hand, die schreef.
MN. MN, TKL, PRS.
Wie zal dit schrift verklaren Babels geleerden kunnen het niet.
Maar God Zelf geeft naast Zijn Woord ook dienaars des
Woords, die dat Woord van God mogen verklaren en toesnijden.
Daar is Daniël. Geleid door Gods Geest verklaart hij dat godde
lijk schrift en past het ook toe Gewogen Nog eens gewogen -
Te licht bevonden Aan het oordeel prijsgegeven.
Dit wordt gezegd tegen Belzazar, de laatste Koning van het eens
zo fiere Babylonische Rijk. Belzazar heeft ongetwijfeld de ge
schiedenissen van Nebukadnezer gekend. Van diens dromen, van
diens waanzin, van diens belijdenis bij de vurige oven. Dat wil
zeggen Belzazar wist van de levende God. Heeft 't hem iets
gedaan
Nee integendeel. Hoewel er een overvloed van kannen en
bekers in 't paleis zijn, ontheiligt hij de kannen en bekers van de
Here door die te gebruiken op zijn dronkemansfeest. Wat is dat
anders dan verzet openlijke godslastering
Dan komt die Hand. En dat Schrift. En het Oordeel.
God heeft dat leven geteld nog eens God heeft geduld
gehad.
Maar Gods geduld is niet eindeloos.
Daniëls requisitoir is fèl. Maar de kern ligt hier Gij hebt o
koning Belzazar uw hart niet verootmoedigt hoewel gij dit
alles wist. En God hebt gij niet verheerlijkt.
„Hoewel gij dit alles wist."
Wij weten ook ,,dit alles". Gedoopt, christelijke opvoeding,
christelijke school, catechisatie, kerk.
Maar hebben wij onszelf verootmoedigd Hebben wij God
verheerlijkt Daar gaat 't om.
God ziet ons. God telt ons. Mene mene ja God heeft
geduld Maar eindeloos is dat geduld toch niet
Verootmoedigen. God verheerlijken. Hoe kunnen wij dat
Door klein te zijn door onze zonden te belijden, door te
knielen voor het kruis. Geloven in Jezus Christus en in diens ge
nade, daar wordt je heel ootmoedig van. En daarin wordt God
geëerd, verheerlijkt.
De Vader, omdat dan Zijn Zondaarsliefde wordt aangegrepen.
De Zoon, omdat op Zijn Kruisverdienste wordt gepleit. De Geest
omdat Diens Kracht wordt afgesmeekt.
Hoe meer een mens zich verlaat op Gods genade alleen, hoe
meer God verheerlijkt wordt.
En dan
Dan legt Jezus al Zijn gehoorzaamheid voor u in de weegschaal.
Want wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen.
Dan worden wij wèl gewogen.
Maar niet te licht bevonden.
Want dit zegt Jezus „Voorwaar, voorwaar, ik zeg u wie Mijn
woord hoort en Hem gelooft die Mij gezonden heeft heeft
eeuwig leven, want hij is overgegaan uit de dood in het leven.
Domburg. A. J. DONDORP.
Een paar dingen, belangrijk genoeg
om mee bezig te zijn, wil ik deze keer
noemen.
Dat is dan in de eerste plaats de
„Kirchentag", die in Duitsland werd
gehouden. Het televisie-scherm gaf er
in vele kamers wat van te zien. Het
is een geweldig gezicht om die duizen
den en duizenden daar bijeen te zien,
getrokken door het evangelie.
Als wij aan andere massa-betogingen
terug denken, dan is zulk een „dag der
Kerken" in Duitsland zeker „een te
ken".
In het daar gesproken woord ontbrak
ook het begrip niet voor de eigen schuld
in de wereldnood. Zeker is de Kerk in
de jaren na 1930 niet geestelijk sterk
geweest tegenover „het grote gevaar".
Misschien heeft het: „duitser-zijn" nog
meer gesproken dan het „christen-zijn".
Daarom is het aangrijpend, uit duitse
mond temidden van zoveel duizenden,
een ootmoedig getuigenis te beluiste
ren. Als God daardoor Zijn werk voort
zet, dan valt er nog veel te verwachten
en dan hebben de christenen in andere
landen meeleven te tonen.
Uit Azië, Afrika waren christenen
aanwezig, die hun belijdenis deden ho
ren. Het was een krachtige oproep om
„de mens van andere gelaatskleur!' niet
in de hoek te zetten. Als gouverneur
Faubus dat eens mede beluisterd had
Dan hebben jongeren èn ouderen
gesproken over het feit, dat heden ten
dage de jongere en oudere generatie
elkaar niet meer verstaan. Het was een
meisje, dat hier nogal hoog van de to
ren blies. Of zij billijk was
De verwijten kwamen achter elkaar,
als golfjes van het water. De ouderen
begrijpen de jongeren niet meer
De ouderen willen, dat de jongeren
naar de Kerk gaan, maar de taal der
Kerk begrijpen zij nietEnfin, ik
begreep al gauw uit de bewogenheid
van dit vrouwelijk gemoed, dat het roer
om moet. Jammer genoeg vernamen wij
niet, hoe het wèl moet, en dan brengt
de kritiek niet veel verder.
Een „oudere" erkende schuld, dat
zij de jeugd wel uit het oog verloren
hadden, maar hij sprak tegelijk van
grote belangstelling voor de jeugd en
haar vragen, en verzekerde de steun
van het geslacht van gisteren voor het
geslacht van heden.
Verder was er een hartstochtelijke
bede om de eenheid tussen Oost- en
West-duitsland. Men verlangde naar
de christenen èn het volk aan de an
dere kant van „de lijn" en hoopte op
een ontmoeting op een volgende „Kerk
dag".
Als bisschop Dibelius uit Oost-Ber-
lijn naar voren komt, dan grijpt het aan.
Een man, die om zijn geloof voor zijn
leven voorzichtig moet zijn. Een verte
genwoordiger van de christenheid in
de verdrukking. Wat doen wij, uiterst
bevoorrechte mensenMaar geen
kritiek, omdat hij wat anders „ligt"...,
maar dankbare erkenning, dat er zulke
dienaren zijn.
Er liepen meer bisschoppen rond.
Dat woord „werkt" in onze kringen wel
eens aanstekelijk. Maar, je schrijft het
nu een beetje plezieriger neer, sinds
het pleidooi weer wordt gevoerd voor
een moderator, of hoe u een kerkelijk
leidsman verder zoudt willen betitelen.
Misschien hebt u er liever helemaal
geen een.
Vrijheidzelfstandigheid
Eenheid voor volk en Kerk, telkens
de schare op 't hart gebonden, in kort
gebed gebracht tot God.
Als deze eenheidsbeweging mocht
slagen, dan zal dit in Europa en de
wereld een belangrijke invloed uitoefe
nen.
Zo worden hiermee enkele zaken van
deze dag der Kerken naar voren ge
bracht. Op zichzelf is het al een ver
schijnsel, dat te denken geeft zovele
duizenden christenen bij elkaar. Zelfs
werd aandacht geschonken aan het in
uitzicht gestelde concilie van Johannes
XXIII. Er was dus wel ruimte voor de
gedachte, èn voor de fantasie. Het is
te hopen, dat de kracht der Kerk voor
al zal blijken in de afzonderlijke ge
meenten. Daar moet een band groeien
tussen de verschillende geslachten.
Daar moet het gebed leven, om begrip
voor elkaar en om de gemeenschap met
elkaar.
Van deze massa-bijeenkomst een
sprong naar een heel andere vergade
ring, die 25 aug. a.s. hoopt bijeen te
komen in openbare zitting.
Onze generale synode.
In juni geopend, hebt u sedertdien
niet veel meer van haar gehoord. Wel
is er in de kommissies hard gewerkt,
en er is een stapel gereed gekomen,
klaar voor behandeling in publieke zit
ting. Wij horen straks wel meer over
psalmen, gezangen, formulieren, enz.
Voor mij zelf trok ik even een paral
lel tussen een paar zaken op de „Ker-
kendag", en de synode. Ook op deze
vergadering komt de vraag van de een
heid aan de orde. Eenheid tussen ge
reformeerde belijders.
Tegenover de bewogenheid bij ons.
als het over dit onderwerp gaat, stond
de ijzingwekkende kalmte en kritiek in
andere kring. Met groot vertrouwen
mag de behandeling ter synode worden
tegemoet gezien. Het gaat om zeer
hoge, geestelijke belangen.
Moge een samenbindende kracht door
de gelederen der gereformeerden gaan,
die elkaar nog altijd een beetje
„vreemd" aankijken.
Ja, en dan de verhouding tussen
ouderen en jongeren. Deze komt wel
niet opzettelijk aan de orde, maar toch
speelt die een rol bij tal van onderwer
pen. De jongeren hebben de kerkelijke
spanningen van het verleden niet be
wust meegemaakt. Zij kijken een beetje
vragend rond. Waarom gaat „die ge
reformeerde" rechts, en wandelt „gind
se gereformeerde" links
Zelfs valt het moeilijk door enige
studie tot een goed inzicht te komen.
Bovendien bestaat er bij ons de neiging
om over die periode te zwijgen. Uit
brieven, die mij telkens van vrijgemaak
te zijde bereiken, bemerkt men, dat
daar de historie niet vergeten wordt,
en de eenzijdige kennisname gaat daar
nog van vader op zoon.
Zo staat een jonger geslacht anders
tegenover de Kerkvragen dan de oude
ren. Wij moeten dat willen verstaan,
en vóór alles er voor waken, dat er
verwijdering zou groeien tussen een
paar generaties op grond van kerkvra
gen.
Deze dingen tellen mee.
Dat behoeft nog niet direkt te bete
kenen, dat alles naar de idee der jon
geren moet verlopen. Zij zullen op hun
beurt de inleiding tot de jongste ge
schiedenis niet afwijzen en zeker zich
wachten voor een eenzijdige voorlich
ting, die maar tot één conclusie kan
leiden de vrijmaking. Er mag toch wel
gevraagd worden, dat wij van de kerk
geschiedenis der laatste 20 jaar iets
weten.
Uit wat ik zo hoorde en las, de laat
ste tijd, zag ik de mogelijkheid naar
voren komen van een verschillend ver
staan en waarderen van de feiten.
Ook kerkelijke geschillen kunnen uit
elkaar drijven. En wij hebben vóór al
les te bewarende eenheid door de
band van de vrede.
Moge er veel gesproken worden over
en gebeden worden voor onze generale
synode C. St.
Zondag 16 augustus j.l. viel het af
scheid van Ds C. Boon van St. Lau
rens. Hij heeft daar sinds 26 oktober
1947 gearbeid, nadat hij eerst 16 jaren
de kerk van Duurswoude had gediend.
28 dienstjaren telt zijn ambtelijk leven,
waarin hij de vreugden en de moeiten
van het ambt heeft leren kennen.
Schaduwen vielen, toen zijn leven
vereenzaamde als weduwnaar. Totdat
eindelijk ziekte hem aangreep, die de
terugkeer naar de aktieve dienst on
mogelijk maakte. Wel mocht hij aardig
herstellen, maar God gaf niet meer de
Men moet voorzichtig zijn met het
critiseren van ons kerkelijk leven van
de „goede oude tijd" uit. Dat was wel
de tendens van mijn vorig artikel.
Nu wil ik mij afvragen, of de inner
lijke kracht van onze kerken zo groot
is, dat wij in het geheel der christelijke
kerken een bezielende en stuwende
kracht kunnen vormen.
Men begint een zaak meestal te be
kijken van de buitenkant om dan naar
binnen door te dringen. De veelomvat
tendheid der activiteiten van onze ker-
beschikking over de kracht om te pre
ken en de gemeente te verzorgen.
Dan gebeurt er wel het een en ander
in de stilte. In de kracht van de over
winning vroeg en verkreeg kollega
Boon emeritaat.
Vooral aan vragen inzake de kerk-
regering gaf de, nu bene emeritus,
zijn aandacht. Treffend was bij zijn af
scheid, dat Ds Boon de hoop uitsprak
op toenadering tussen de kerken. Moge
hij „in ruste" er iets van zien, dat dit
ideaal de verwezenlijking meer nabij
komt.
Collega Boon, ontvang de dank uit
Zeeland voor wat u in het kerkelijk le
ven hebt mogen doen. C. St.
ken gezamenlijk leest men enigszins af
uit de lijst van door de Generale Sy
node benoemde deputaten.
Het aantal deputaten is legio, zoda
nig zelfs, dat ze worden onderverdeeld
in groepen. De letters van het alfabet
van A tot en met K zijn nodig om de
groepen aan te duiden. De grootte van
deze groepen varieert weer van vier tot
twaalf deputaatschappen. Een front
naar verschillende richtingen van niet
minder dan 79 deputaatschappen.
Het spreekt vanzelf, dat niet al deze