de Hervorming Vrijspraak als Cadeau Van de wijde, ruige Heide Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland MEDITATIE ZEEUWSE KERKBODE VRIJDAG 31 OKTOBER 1958 Berichten en opgaven Predikbeur ten tot Dinsdagsmorgens te zenden aan de drukkers Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg. Hoofdredacteur: Dr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 2563. Redacteuren: Ds A. Koning, Ds. H. Pestman, Ds Y. J. Tiemersma, Drs A. Verschoor MedewerkerDs D. J. Couvée, Bennekom. Drukkers: Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280 VEERTIENDE jaargang No. 18 Abonnementsprijs3,per half jaar (bij vooruitbetaling). Afzonderlijke nummers 12 cent. Advertentiën 12 cent per mm. en worden om niet gerechtvaardigd uit zijn genade door de verlossing in Christus Jezus. Rom. 8: 2j. Wat weten we het, als we onder elkaar zijn, goed, dat mijn roomse vriend abuis is, wanneer hij stelt: De hemel moeten we zelf verdienen! En wat kunnen we op de studeerkamer, of tijdens een bespreking, alweeronder ons, op onze vereniging, Calvijn met zijn „Alles ter ere Gods" de erepalm toekennen boven Luther, die vaak (maar niet uiteindelijkbleef steken in de vraag, die we egoïstisch kleuren Hoe vind ik een genadig God Maar krijg nu eens een morele klap op het hoofd, doordat u bruut geconfronteerd wordt met de dreigende dood, zo maar ineens, pardoes vlakbij Wat zit het er dan diep en vast inStraks sta ik voor de heilige troon van de hemelse Rechter. En hoe nijpt dan de vraagZal hij mij vrij spreken Dat is immers waar het in onze tekst om gaat gerechtvaardigd worden, dat isvrijspraak ontvangen in het gericht. Om in een proces door de aardse rechter vrijgesproken te worden kan ik bewijzen van mijn onschuld meebrengenquitanties overleggen. Maar in het jongste gericht? Als God dan komt met Zijn schulden- register, dan zal dat kloppen met de uitspraak van mijn geweten. Worden beide boeken naast elkaar gelegd, dan stemmen ze overeen: Tegen al Gods geboden overtreden. Dat is de hoogste majesteitsschen nis. Dus mag de hoogste Rechter eisenDE EEUWIGE DOOD. Vrijspraak heb ik niet verdiend. Vrijspraak kan ik niet verdienen. Best doen en goede voornemens baten niet. Dat lijkt eeuwig hopeloos. Maar dan komt het evangelie met de blijmare: GOD WIL VRIJ SPRAAK GEVEN BIJ WIJZE VAN CADEAU; zo maar gratis, voor niemendal. Omdat Christus de straf droeg voor de Zijnen. En nog wil ik dat uit mij zelf niet aannemen. Liever ploeter ik levenslang om deugden te etaleren. Eerder wil ik steunen op mijn strijd, mijn berouw, mijn angsten. Maar vrijspraak als cadeau aan nemen neen, dat willen wij niet. Dat wil ik niet, maar allicht U ook niet. Da Costa mag zeggen: „God geeft de Christus en het geloof neemt Hem aa;i. Kan het eenvoudiger?" Wij willen niet van genade leven en dan nog „dank u" zeggen toe. Vrijspraak als cadeau aanvaarden we pas, wanneer Gods genade ons te machtig wordt; wanneer we ons gewonnen geven aan Zijn Geest. Dan pas zien we Gods genade als de enige bron en Christus' bloed als de prijs, van onze loskoping. Dan pas verstaan we en aan vaarden we: Vrijspraak door Gods genade alleen. Dan roemen we in heilige verwondering: Door genade word ik vrijgesproken. Ja, door genade ben ik een kind van God. Yerseke. J. E. BOOY. <zDemocratie Juist op de 31e oktober verschijnt dit jaar onze kerkbode. Ook al zou dat een enkele dag schelen, dan zouden wij ook aan het feit van de hervorming aandacht schenken. Maar nu ligt het als vanzelf voor de hand. Het merkwaardige van de historische datum 31 oktober 1517 is, dat op die dag in de gehele wereld er zelfs geen vermoeden was, dat de inzet van de gees telijke strijd tegen de hiërarchie van Rome, en tegen opvallende dwalingen, nu was gekomen. Luther zelf heeft daar in het minst niet aan gedacht, toen hij zijn 95 stellin gen spijkerde aan de deur van de slot kapel te Wittemberg. Iiij deed dat om een akademisch dispuut uit te lokken, zoals deze in die tijd geregèld werden gehouden. Maar, hij was tegelijk de gehoorzame monnik, die niet de minste begeerte had om met het rooms-katholicisme te bre ken. Zijn 95 stellingen zijn onlangs weer uit het latijn vertaald, door Ds F. v. d. Heyden, Herv. predikant. Er is een toe lichting bijgevoegd, en een portret van Luther, Wie op giro 911351 van Ds F. v. d. Heyden, Tramstraat 13, Lochem, 40 cent stort, krijgt een exemplaar thuis. Bij meerdere exemplaren wordt er kor ting gegeven. Flet zou niet verkeerd zijn, wanneer wij allen over een exemplaar van die stellingen beschikken. Wij leren daaruit, waarin Luther het pausdom aantast, de aflaat bestrijdt, enz. Als de ware schat der kerk noemt Lutherhet hoogheilig evangelie van de glorie en genade van God '(stelling 62). De laatste tijd zijn wij nogal eens met het pausdom, bezig geweest, in verband met het overlijden van paus Pius XII. In tal van bladen zijn artikelen aan hem gewijd, en als kerkvorst en' geleerde is hij geprezen. Daarbij is er echter ook op gewezen, dat hij de paus is geweest, die door de afkondiging van het dogma van Maria-hemelvaart, de kroon zette op de Maria-verering. Dit kan ons alleen maar „stil" maken en te prijzen valt hier niets. Misschien heeft op deze 31e oktober het conclave al de keus gemaakt en is de nieuwe paus bekend. Wij willen ech ter onze aandacht maar liever daarvan afwenden, om die te richten op het mach tige werk Gods in de hervorming. Klein, en onopvallend, is het begon nen. Zelfs de paus van die tijd schonk er eerst weinig aandacht aan. Maar, welk een verbazing bij Luther, toen die stel lingen in korte tijd overal bekend ble ken, en de gemoederen niet weinig be roerden. Flij had het woord gesproken, dat weerklank vond in menig hart. De geld zucht, die het pausdom beheerste, was tot groeiende ergernis. De aflaathandel verwekte weerzin. De werkelijke ziels zorg leed schade. Ennu komt daar ineens dat stuk, dat verwijst naar het evangelie 't Is nog maar een beginstadium. Maar, deze verwijzing naar het evangelie zal doorwerken. Luther zelf kwam uit het Woord tot de ontdekking, hoe God wilde gediend worden door de gemeente. En, hij heeft het zijne er toe bijgedragen, om de ge meente onder de levende verkondiging- van het Woord te brengen. Geestdrijverij heeft hij gehaat en bestreden, en hij wil de „door het geloof alleen" anderen tot de heerlijkheid leiden. Tegenover de overmacht van Rome, en allerlei politieke gevaren, moest de kleine schare worden toegerust met de kracht der genade, in en dóór het evan gelie te ontvangen. Flet is gekomen tot overtuiging, die stand hield. Breder is het werk van de hervorming- uitgegroeid, toen ook andere hervormers de strijd tegen Rome gingen strijden. Daarbij wordt met name gedacht aan Calvijn. Hij heeft het stempel gezet op de ar beid, nog altijd aangeduid met de naam Calvinisme. Zonder in te gaan op de mis kenning van zijn werk in de loop der eeuwen, mogen wij zeggen, dat Calvijn de kerngedachten van het evangelie naar voren bracht, over kerk en ambt Bijbels licht deed opgaan, en dat hij, wat het al gemene leven betreft, meer hervormend heeft doorgewerkt dan Luther. Het blijft te betreuren, dat zijn pogin gen tot toenadering tot het Lutheranisme niet de gewenste uitwerking hebben ge had. Reeds in die eerste tijden van de hervorming zien wij de jammerlijke ver deeldheid, die naar buiten veel kracht heeft gebroken. Waarschijnlijk zou een fusie of federatief verband in gunstige zin hebben gewerkt op de voortgang van het Lutheranisme. Maarde geschie denis heeft een ander verloop gehad. Wij mogen ons, bij de herdenking van de hervorming, wel afvragen, waartoe dit terugzien naar het verleden ons moet brengen. Eerst tot grote dankbaarheid jegens God, Die de Kerk terug bracht van allerlei dwaling tot de zuivere open baring van de gemeenschap met Christus, ontdaan van alles, wat mensen in de loop der eeuwen daaraan hadden toegevoegd. Maar, dan roept die herdenking ons ook, om in de kracht van het evangelie te blijven reformeren. Er mag nooit stil stand zijn in het leven der kerk, maar het evangelie moet worden onderzocht en toegepast naar de omstandigheden van de tijd, waarin de kerk zich bevindt. Trouw aan het Woord, blijft het beslis send element. Verder moet er sterk ge dacht worden aan de psalmregelik ben een vriend, ik ben een metgezel, van al len, die Uw Naam ootmoedig vrezen (Ps. 119). Het is een droef verschijnsel, als men selijke hartstocht triomfeert onder de schijn van „dienst des Heren". Dan ver killen de harten. Zoeken naar samenbin ding' zal voor de toekomst van groot be lang zijn. Daarbij moeten wij niet aldoor één kant blijven uitkijken, maar ook el ders zien of daar „werkingen Gods" vallen op te merken. In de volks-samenleving zal „een ver staan van de christenen van elkaar", van reformatorische invloed kunnen zijn. Er kan beter opgemerkt worden: „zij zoe ken elkander", dan dat er geconstateerd wordt: „zij.... bijten naar elkander". Elk kind der hervorming heeft de roe ping God groot te maken in een oprech te wandel naar Zijn Woord. Wie hier voor ijvert en strijdt tegen het kwade, en God blijft bidden om hulp, die werkt dóór in de zin der hervorming. Flet is hard nodig in ons goede vaderland. C. St. Flet gebeurt niet zelden, dat ons pres- byteriale kerksysteem „demokratisch" wordt genoemd. Veel-schrijvers aan kerkeraden, veel sprekers op gemeentevergaderingen be roepen er zich op, als op 'n onomstote lijk feit. Vooral dan, wanneer iemand eigen op dringerig woord wil presenteren voor dat van „de meerderheid", waarmee alles in Gods gemeente voor hen schijnt gezegd en beslist. 'n Ander stelt in 't openbaar 'n pi kante vraag, die hij met liefdeloze moed wil maandenlang verzuimd heeft te bren gen, waar hij behoort en béter, sneller had kunnen beantwoord worden. Flet was deze „stemgerechtigde" ook niet om het antwoord te doen. Maar om „stemming" te maken in 'n vergadering en te pogen de kerkeraad te regeren door het rumoer van énkelen en het zwijgen van „de meerderheid".... dei- meestal niet talrijke aanwezigen. Worden metterdaad de gereformeerde kerken „demokratisch" geleid Omdat de liberale Robert Fruin, ken ner der vaderlandse geschiedenis als wei nigen, maar niet die van Christus' kerk en slechts oppervlakkig van onze Dordtse kerkenorde, dit heeft beweerd We zouden voorlopig kunnen volstaan met het in deze meer gezaghebbend woord van prof. H. Bavinck aan te ha len „In het zichtbare is Zijn regeering niet democratisch noch monarchaal noch oligarchisch, maar aristocratisch-presby- teraal" Alvorens de vraag: hééft Christus' Kerk met „demokratie" zelfs wel iets gemeen? willen wij Bavincks uitspraak toetsen aan historische feiten.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1958 | | pagina 1