Boodschap aan het Volk Jftxelaria Weekblad van de Gereformeerde Kerken in Zeeland MEDITATIE ZEEUWSE KERKBODE TWAALFDE JAARGANG no. 21 Berichten en opgaven Predikbeur ten tot Dinsdagsmorgens te zenden aan de drukkers Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg. Hoofdredacteur: Dr C. Stam, Westwal 2, Goes, Telefoon 2563. Redacteuren: Ds D. J. Couvée, Ds A. Koning, Ds Y. J. Tiemersma, Drs A. Verschoor. Drukkers: Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg, Telefoon 2438, Giro 42280 VRIJDAG 23 NOVEMBER 1956 Abonnementsprijs3,per half jaar (bij vooruitbetaling). Afzonderlijke nummers 12 cent. j Advertentiën 10 cent per mm. Maandag jl. is de boodschap ge publiceerd, door verschillende kerken gericht tot ons volk. Wij nemen eerst de boodschap in haar geheel over. De Ned. Herv. Kerk, de Evang. Lutherse Kerk, de Alg. Doopsgezinde Sociëteit, de Rem. Broederschap, de Unie van Baptistengemeenten, de Ev. Broedergemeenten en de Oud-Kath. Kerk, hebben zich tot het Nederland se volk gewend met een boodschap die als volgt luidt: „Weer vaart over de wereld de verschrikking van oorlog en tyranniek geweld. Duizenden vielen reeds als slachtoffer. Het recht in de samenleving der volkeren wordt in de ergste mate ge schonden, doordat het Hongaarse volk, worstelend om de vrijheid, eigen regering en maatschappijvorm te be palen, door de willekeur van macht en geweld wordt neergeslagen en on derdrukt en in angst en slavernij moet leven. Maar de klem, welke dit optreden van Rusland op het geweten van de gehele wereld moet leggen, is ver zwakt en de ontwikkeling van de volkerenverhouding tot een rechtsge meenschap belemmerd, nu tevens door Engeland en Frankrijk naar geweld werd gegrepen om, met terzijdestel ling van de beslissing van geschillen langs vreedzame weg, te trachten eigen oplossing daarvan af te dwin gen. Het is thans nodig de gelegenheid aan te grijpen om tot een definitieve regeling van alle hangende kwesties in het Midden-Oosten te komen. Om deze redenen doen wij een be roep op onze regering om krachtig en vastberaden in de bestaande interna tionale organen, met name in de Ver enigde Naties, de gerechtigheid zo te dienen, dat het onrecht, waar dan ook, aan het licht worde gebracht en dat besluiten worden genomen, welke in de huidige nood uitwegen kunnen bieden. Wij gedenken de kerken in de ver schillende landen, die met ons in de Wereldraad van Kerken verbonden 'zijn. In Hongarije, waar zij met hun volk door de zwaarste beproevingen heen gaan. In het Midden-Oosten, waar zij in afkeer van het Westen zich ook drei gen af te wenden van de kerken in het Westen en onz'e broederlijke ge meenschap op het spel staat. Wij gedenken ook het volk Israël in zijn bedreigd bestaan. Laten wij ons verenigen met de kerken in alle landen die in nood zijn, in het gebed tot de almachtige God, opdat Hij regeringen ën volkeren lei- de op de wegen van gerechtigheid en vrede en opdat Hij uitbreiding schen- ke aan allen, die smartelijk lijden on der vervolging en verdrukking." De ernstige bedoeling, welke in deze boodschap blijkt, om de schending van het recht in de samenleving der volke ren af te wijzen, heeft 'zeker onze in stemming. Wat wij echter betreuren, dat is de merkwaardige uitspraak over het optre den van Engeland en Frankrijk in het midden-oosten. Dit zou een verzwak king brengen voor het beroep op het geweten, bij wat Rusland het kleine Hongarije aandeed. Wij moeten openlijk bekennen, dat de klem van dit betoog ons ten enen male ontgaat. Naar ons oordeel is er geen vergelijking te maken tussen de overval van Hongarije en het Engels- Franse optreden in het midden-oosten. In dit laatste geval is eraan voorafge gaan een schending van destijds geslo ten contracten betreffende het Suez- kanaal, waarvan de termijn nog lang niet verstreken was. Zodra Egypte hiermede begon, is er geprotesteerd en geconfereerd. Men heeft geprobeerd, in de weg van over leg tot een, althans voorlopige, oplos sing te komen. Dat hiertoe niet is be sloten, ligt zeker minder aan Engeland en Frankrijk, dan aan Egypte. En wat de kwestie van de staat Israël betreft, ieder kan weten, dat het leven van die staat voortdurend wordt be dreigd vanuit de Arabische wereld. Voor Israël is het een levensvraag... zijn ófniet zijn! Wij zijn hier dus wel midden in ge weldige politieke kwesties. En het is voor ons de vraag, of de kerken er goed aan doen, een veroordelend vonnis uit te spreken over een gewapende inter ventie, waaraan zoveel pogingen tot toe nadering waren voorafgegaan. En om dan dit optreden te durven betrek ken in een vergelijking met Ruslands overval van Hongarije, vinden we stellig onjuist. Het verloop van het Engels- Franse optreden was héél anders. De redelijkheid heeft niet ontbroken, om dit gewapend optreden direct te staken, zodra de verenigde naties hier het toe zicht wilden overnemen. Wil men dat brengen in hetzelfde vlak van Ruslands overval van een volk, dat al jaren zucht onder een schrikbe wind, en dat nu de ongelijke strijd ver koos boven een zich schikken onder het ontzettende leugen-systeem? Mogen de kerken op een dergelijke manier het on derscheidingsvermogen ondermijnen Engeland en Frankrijk waren bereid tot een behoorlijke regeling van de vra gen in het midden-oosten. Egypte niet. Dat mogen, wij niet uit het oog verlie- z'en. EnRusland is nergens toe be reid, dan om onder zijn juk de Honga ren te doen lijden, terwijl het bovendien tegen het Westen dreigende taal uit. Wij betreuren het, dat de kerken zich in deze boodschap zó lieten gaan, en daarmede oorzaak gaven, dat men de tekenen van de tijd niet op juiste wijze onderscheidt. Als wij het volk Israël gedenken in zijn bedreigd bestaan, dan moeten er dus zijn, die dat bestaan in gevaar bren gen. Als men eens wil onderzoeken, welke moeilijkheden de chr. kerk in de wereld van de Islam ondervindt, dan begrijpen wij niet, waarom de gemeen schap met de kerken in het Westen op het spel staat. Men mocht meer 't oog open hebben voor een politiek in het midden-oosten, waarvan de opzet door zichtig begint te worden. Met het gebed om bescherming van de onderdrukten stemmen wij van harte in. Maar, wij willen daarbij graag, dat de kerk aan het volk duidelijk maakt, welk een groot verschil in optreden er kan zijn bij interventie. Deze duide lijkheid is naar onze mening in deze kerkelijke boodschap niet te vinden. C. St. 'n Leerplan. Er worde, liefst door de classis zelf, 'n soepel leerplan vastgesteld, opdat de stof zoveel mogelijk overal gelijk zij1). Nü gebeurt het dat 'n leerling soms in vier jaar zijn 7de predikant krijgt (in Rotterdam was ik voor velen zelfs de 8ste!) door verhuizing, wisseling van predikant of wijk en daardoor nooit z'elfs maar éénmaal heel de catechismus is doorgekomen, ook al kwam zulk 'n slachtoffer trouw! Zoiets en het is historisch! maakt het gewijde onderricht tot 'n aan fluiting. Nu ik het mij alles weer goed indenk, vraag ik mij af: hoe is het toch mogelijk, dat in 'n tijd van steeds meer geperfec tioneerd onderwijs voor de spijs die ver- en te kennen de liefde van Christus Ef. 8:19a. Zó staat het in het gebed van de Apostel Paulus voor de gemeente, die zijn brief zal ontvangen (vers 14—19). Paulus bidt voor haar, uitdrukkelijk: „Om die reden buig ik mijn knieën voor den Vader Wat zal Paulus aan God vragen? Daar waren veel zonden in die gemeente. Lees maar de vermanin gen en opwekkingen, die vanaf Hoofdstuk 4 volgen. Hoogmoed, liefde loosheid, onverdraagzaamheid, heidense leefwijze, en nog meer. Voordat Paulus daarop zal wijzen, gaat hij bidden. Voor hen die moeten worden vermaand en bestraft. En wat hij voor hen gaat vragen, is o.m. dat zij mogen kennen de liefde van Christus. Dat is een schoon gebed. Hier wordt inderdaad gevraagd dat, waar aan wij het meest behoefte hebbenU kunt er van op aanwordt dit gebed verhoord, dan komt het óók tot krachtig geloof, nederigheid, onderlinge liefde, eenheid, levensreinheid. Dit gebed moet ons wel toespreken. Want de liefde van Christus is ons behoud. Dat Christus' kerk bestaat, dat ze verlost is van schuld en oordeel, dat ze verzoend is met God en erfgenaam van het eeuwige leven: het is alles door de liefde van Christus. Daarom moeten we vóór alles die liefde kénnen. Eerst dan kan het komen tot het belijden daarvan, voor God en mensen, met woord en daad. U verstaat wel, hier wordt niet maar verstandelijk kennen bedoeld. De liefde van Christus kennendan word ik door die liefde in beslag genomen. Mijn verstand en hart, mijn hele innerlijk wordt door die liefde bewogen. Tot zulk kennen moet mijn hart daii ook worden geopend. God moet mijn innerlijk daarvoor openbreken, anders ben ik ongevoelig voor Christus' liefde, kan die niet door mij worden gekend. Dat is de grote nood der wereldmensenharten, millioenen bij mil- lioenen, gesloten voor de liefde van Christus. Alle leed en ellende in de wereld is daarop terug te voeren. En dat is de grote genade Gods over allen, die écht gelovenhun hart geopend voor de liefde van Christus. Ként U die liefde? Liefde kan alleen gekend worden door de er varing van die liefde. Zo is het met de liefde onder mensen. De vrouw kent de liefde van haar man, doordat zij zich voorwerp weet van zijn liefde. De liefde van Christus wordt óók gekend, doordat wij ons voorwerp weten van Zijn liefde. Doordat ik me bewust ben: Die liefde is ook tot mij uitgegaan, heeft mij aangeraakt, wordt mij voortdurend betoond. Christus is ook voor mij in de dood gegaan, nu leeft en werkt Hij ook voor mij in de hemel. Mijn leven is door den Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven. De liefde van Christus te kennen houdt in, dat ik rijk gemaakt ben door die liefde. Merkt U welDe Apostel Paulus vraagt in zijn gebed niet iets dat aan de omtrek ligt. Maar in het centrum. Een gemeente die de liefde van Christus niet bewust kent, daarin niet rijk is, en daarom niet ver langt die liefde méér te kennen, zo'n gemeente kan niet bloeien. Ze staat open voor de zonde in elke vorm. Een onversterkte stad te midden van vijanden. Neemt U dan Paulus' gebed overVoor Uzelf. Voor de gemeente waartoe U behoort. Voor Christus' kerk op aarde. Bidt om de liefde van Christus te mogen kennen. Meer. Steeds meer. Als de liefde van Christus meer werd gekend en het hart en dus het leven beheerste. Dan zou er meer krachtig geloof openbaar worden. Meer liefde tot en meer eenheid onder elkaar. Minder twist en sluiten van het hart voor de naaste. Meer levensheiliging. Minder wereldsgezindheid. Meer geestdrift om de grote liefde van Christus te verkondigen aan de naaste, in Zending en Evangelisatie. Om die liefde te prijzen, door woord en daad, in een wereld vol nood. St. L. C. B. gaat, de kerk van Jezus Christus derge lijke dwaasheden gedoogt! Eens kreeg ik 'n bepaald excellerend student op catechisatie later is hij als één der knapsten afgestudeerd die mij op mijn vraag hoe het met zijn ken nis van de waarheid stond, meedeelde: we zouden bij ds. H. juist voor de derde maal met hetKort Begrip begin nen! Als de goede Herman Fankelius het wist! Of die andere student, die van 'zijn dominee 'n boekje kreeg. Hij had zijn „herder" begreep dat onmiddellijk toch niet veel tijd om op catechisatie te komen. Hij moest dat maar eens doorlezen en daarna deed hij zonder ooit gecatechiseerd te hebben belijde nis van geloof in de gereformeerde kerk, die hij later verliet, zeker niet het minst, omdat hem nooit iets gedoceerd was over zijn eigen kerk en belijdenis, of de betekenis van verbond en sacrament, maar vanz'elf wel door de N.C.S.V. en andere „oecumenische" (lees: onkerke lijke) invloeden 'n „ruimer" standpunt was bijgebracht, aleer hij van eigen standpunt op de hoogte was gebracht! Zie, dat zijn toch dingen, die niet moesten künnen voorkomen in onze ker ken. Méér dan door Barth of Sartre worden ze door gebrek aan serieus toe zicht bedreigd. De voorbeelden, die wij gaven, zijn slechts enkele van de vele die wij niet van horen-zeggen hebben, doch uit eigen ervaring. En die vanzelf nog slechts weinige zijn in het groot aantal slordigheden over heel het land, waar bij wij zelf de jeugd zoek maken. Voor zwervende schipperskinderen wordt sedert jaren terecht naar nood zakelijke eenheid in het lesrooster ge streefd en dit jaarlijks voor heel het land vastgesteld.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1956 | | pagina 1