OFFICIEELB BERICHTEN der onrijpe imitatie is nu wel voorbij en wij zullen als Volk ons zelf wel blijven. Onze liefde en dankbaarheid jegens het Engelsche Volk zal er niet onder lijden, ge tuige de onvergetelijke en enthousiaste ontvangst, welke ons Volk aan Winston Churchill heeft bereid. Maar als er één ding werkelijk de moeite waard zou zijn van Engeland over te nemen, dan is het stellig de gewoonte om de sportwedstrijden te doen houden op den Zaterdagmiddag. Het misbruiken van den Zondag voor de sport, de ontheiliging van den Dag des Heeren, heeft onder ons Volk bedenkelijke en droeve afmetingen aangenomen. Het is een vertreden van het 4de gebod des Heereni Het is bovendien ook liefdeloos voor alle christenen, die van de sport houden, maar om Gods wil en des gewetens wil den Dag des Heeren daaraan niet kunnen en mogen geven. De Synode der Ned. Herv. Kerk heeft een commissie ingesteld om het vraagstuk te onderzoeken om de wed strijden te verplaatsen naar den Zaterdagmiddag. Wij waardeeren deze activiteit, hopen het beste, maar vreezen met groote vreeze voor het resultaat. Wij zijn bezorgd, dat hier ook zal geldenTerwijl de Senaat vergadert, .gaat Saguntum verloren. - In welke richting gaat de stroom van het sportleven Zondag 12 Mei was een veeg teeken. Duizenden en duizenden menschen stroomden naar het stadion. De Nederl. Spoorwegen lieten dozijnen extra treinen rijden. We zijn weer vrij en het oude spel van voor den oorlog gaat weer beginnen. Den Zondag prijsgegeven aan de roes en de opwinding van de sport. Pijnlijk is dit alles voor wie gehoopt hadden, dat ons Volk, door de beproeving gelouterd, meer ernst zou maken met de geboden Gods, meer eerbied zou toonen ook voor de overtuiging van duizenden, die den Zondag willen heiligen voor den dienst des Heeren en de ge meenschap der Kerk. Met hen wordt bij de organisatie der wedstrijden niet gerekend. Zij mogen toezien. De sportwereld wordt zoo een bedreiging voor het Evangelie. Het rumoer van het stadion overstemt het luiden der kerkklokken. Wie verstaat, hoe bitter noodig ons volk de boodschap van het Evangelie behoeft te midden van verwording en verwildering, hij kan niet anders dan deze Zondagsontheiliging door de sport, diep betreuren. Dubbel pijnlijk was het daarom dat onze Vorstin en ons Prinselijk Paar Zondag 12 Mei ook in het stadion aanwezig waren. Meer dan wij zeggen kunnen, smart ons dat en wij weten dat duizenden, wier trouw en liefde voor Oranje onaantastbaar zijn, met ons deze smart kennen. Wij hopen en bidden, dat dit pijnlijk gebeuren ons 'in de toekomst gespaard moge blijven. Laat onder ons ook om deze dingen het gebed voor Vorstenhuis en Volk zich vermenigvuldigen. De oproep van ons Wilhelmus zij ons aller richt snoer Tot God wilt U begeven Zijn Heilzaam Woord neemt aan. M. N.J.H. TEST UW BIJBELKENNIS le. Welke is de eerste boom in den Bijbel genoemd (de boom des levens en de boom der kennis des goeds en des kwaads niet meegerekend). 2e. Welke boom groeide in één dag op 3e. Welke boomén weigerden koning te worden 4e. In de takken van welke boomen moest een koning komen en teeken van God 5e. Onder welken boom vond een man Gods rust VAN EN OVER „ONZE JONGENS" 3. EEN ZONDAG IN SAGIL (MALAKKA). VI. Het is een heele verbetering vergeleken met ons vorige kamp. Daar leefden we in tenten. Wel eens gezellig voor een tijdje. Je hebt zoo het idee alsof je uit kampeeren bent. Maar je moet je met veel dingen behelpen. Het water moet met tankwagens aangevoerd worden. Een paar keer per dag tap je er een emmervol uit, dan kun je je weer heerlijk verfrisschen. Dat is wel\ noodig, want het is hier snikheet. Met behulp van een etensblikje laat je het koele water van hoofd tot teenen loopen. Het meest gemakkelijk krijg je een bad, wanneer er zoo'n echt-tropische stortbui komt. De eerste keer dat we zoo'n plasregen kregen, werden we er door verrast. Het was midden in den nacht. Het water stroomde de tenten binnen, de meeste mannen sliepen op den grond en dreven dus de tent uit. Zelf sliep ik op een tafel en kwam er dus droog af. Den volgenden dag werden er greppels gegraven om de tenten heen. Daarmee was het gevaar bezworen. Toch waren we erg blij, dat we dit heete stofkamp verlaten gingen. Misschien waren we daarom wel den laatsten nacht in een ietwat baloorige stemming. Het was ongeveer twaalf uur. Ik was juist op mijn tafel gekropen om de zoete rust te zoeken. De aalmoezenier scharrelde nog even rond de tent. Plotseling hoorde ik hem roepen „De tent van onze buren gaat tegen de vlakte." In een ommezien sta ik buiten. Een prachtig schouwspelBij het licht van de sterren en een paar zaklantarens zie ik een viertal luitenants onder het zeil vandaan kruipen. Heel hun hebben en houden ligt er nog onder bedolven. "We lachen ons bijna krom maar bieden toch dadelijk de helpende hand, d.w.z. ik ga middèn in de ruïne 2itten op een tafel om orders uit te deelen voor het opruimingswerk. Jammer is het dat niemand zich aan mijn bevelen onderwerpt, het werkt alleen maar nog te meer op de lachspieren. Er wordt gevraagd naar den dader en er wordt gezonnen op wraak. Het duurt niet lang of er worden weer enkele tenten omver getrokken. Het wordt een formeel gevecht. De bewoners verdedigen zich met den moed der wanhoop. Er klinkt zelfs een schot. Zelf zwaai ik met een formidabelen stok om ons „huis" tegen alle aanranders te beschermen. Enkele pinnen zijn al uit den grond getrokken, de meeste touwen hangen al slap, de tent wankelt, maar met vereende krachten blijven we meester van het terrein. De buren slapen het verdere van den nacht in onze tent. Als belooning krijg ik den volgenden morgen twee slangen huiden cadeau. Denzelfden dag gaan we verhuizen. Ons nieuwe kamp, dat is een onverwachte luxe. Hier wonen we in prachtige bungalows van een enorme rubberonderneming. Op onze kamer is zelfs een vaste waschtafel. Om het gebouw een schitterende tuin met bloeiende boomen, een verrukkelijk uitzicht op den Mount Ophir, een dicht begroeiden berg van ongeveer 1400 m. hoog, de top permanent in de wolken. Maar onze compagnieën liggen hier verspreid over een afstand van een 40 km. Ik heb het dus 's Zondags verbazend druk. Om negen uur begint de eerste kerkdienst. In den tuin van onze villa, in de schaduw van een prach- tigen boom zitten de mannen. Zelf sta ik in de zon, maar zoolang je bezig bent, vergeet je de warmte. Om 10 uur is de dienst afgeloopen. De auto staat al voor. We rijden naar het hospitaal, de zieken mogen niet vergeten wordenals we er aankomen heeft de wind mijn kleeren al weer gedroogd. Veel hebben we hier niet aan. Een kwartier later suizen we alweer langs den weg. De wegen zijn goed. De chauffeur kan zijn hart ophalen. Om 11 uur zijn we vergaderd op het breede balcon van een mooie bungalow; hier hebben ze een klein kofferorgeltje,vdaar zing je toch veel beter bij. Na afloop van den^aienst zoek ik nog enkele patiënten op. Eén zit nogal in den put. Hij mankeert aan zijn knie. De dokter heeft gezegd, dat hij misschien wel verder ongeschikt zal zijn voor den militairen dienst. Hij is een uitstekend soldaat, vol idealen naar Indië ge trokken het is ook geen kleinigheid wanneer je dan zooiets uit den mond van een dokter hooreri moet. Om één uur ben ik weer thuis, het eten is al op, maar ze hebben nog wel iets voor mij bewaard. Dan geniet ik een uurtje zachte rust op de tafel. Een half uurtje voor bereiding voor de dagsluiting, dan roept de claxon mij weer naar beneden. Een half uur rijden, van vier tot vijf kerkdienst bij de derde compagnie. Er zijn niet veel kerkgangers, verschillende zijn den berg op. Ze hebben de verhalen gehoord over olifanten, die zich daar schuil houden, een ander heeft er een wasbeer ontmoet, je hebt er een schitterend -vergezicht over de omgeving. Het is ook erg verleidelijk om er uit te trekken. Je moet wel vast in de schoenen staan om den heelen middag voor een kerkdienst thuis te blijven. En verreweg de meesten zijn helaas ver van beslist wat den dienst des Heeren betreft. Ik besluit meteen om den volgenden keer den dienst ook maar 's avonds te houden. Om zeven uur kan ik nog net de dagsluiting „thuis" houden. Dan voor den laatsten keer erop uit. Om half negen beginnen we. Ik zie verschillende jongens, die. anders niet gewoon zijn om naar de kerk te gaan. Een enkele zingt niet meedie kent de meest bekende psalmen en gezangen dus niet. Het brengt me over de teleurstelling van den middag heen. Voor den zesden keer mag ik vandaag de goede boodschap brengen, het blijde bericht van de verlossing van ons leven door Jezus Christus de Zaligmaker. Dan gaan we nog een poosje gezellig bij elkaar zitten en zingen wat bij een mandoline en guitaar. Om elf uur ben ik thuis. Moe maar voldaan, het is gelukt, ik heb ze allen kunnen bereiken. Nog vlug een briefje naar Holland. Daar mogen ze er geen schade van hebben, dat we hier in Malakka zoover uit elkaar liggen. En morgenochtend om acht uur vertrekt de post al. H. FRANSEN, Staf IV. Reg. Stoottroepen. KORT VERSLAG van de vergadering der kerken in de classis Zierikzee op Woensdag 8 Mei 1946. Art. 1. Opening namens de roepende kerk van Nieuwerkerk door br. van Dijke. Hij laat zingen Psalm 131 4. Leest voor 2 Thess. 2 en gaat voor in gebed, waarna hij de broeders welkom heet. Art. 2. Nazien der credentialen - door Oosterland. Alle kerken zijn wettig vertegenwoordigd. Oosterland en Zierikzee hebben een instructie. Brouwershaven heeft een diaken afgevaardigd, aan wien keurstem verleend wordt. Art. 3. Constitueeren der vergaderingDs. Scholing, praesesDs. Dorst, assessorDs. Voorneveld, scriba. De praeses spreekt een openingswoord, waarin 'hij Ds. Dorst, Ds. Voorneveld en de kerk van Wissekerke feliciteert en Ds. Greving welkom heet. Art. 4. Lezing en vaststelling der notulen. Art. 5. De begrooting wordt vastgesteld op f 500. waarbij Brouwershaven voor ditmaal wordt vrijgesteld. Art. 6. Ingekomen stukken a. eenige correspondentie van Deptt. der Generale Synode over komen op de classis. b. schrijven van de „vrijgemaakte" kerk van Brouwers haven. Met droefheid wordt hieruit geconstateerd, dat deze kerk het samenleven met de Geref. kerken verbroken heeft. Dit schrijven zal door moderamen beantwoord worden. c. schrijven van Ds. Meester via br. Davidse. Zijn classicale opdracht als ziekenhuispredikant wordt niet verlengd. In zijn plaats wordt Dg. Greving aan gewezen. d. van de classis Tholen1 beurt in de 2 maanden wordt toegezegd. e. van de classis Ommen over de kerk van Daarlerveen. f. van den Kerkeraad van Goes convocatie voor Part. Synode. g. van de Generale Synode de laatste uitspraken. h. van de classis Schiedam, Amersfoort, Tiel, Dokkum en Drachten over predikanten, die kerkverband ver braken. i. van commissie uit Leiden over ziekenhuispredikant. Als deputaat hiervoor wordt aangewezen br. v. d. Hoeve te Sir Jansland (giro 275773). j. van Deptt. voor geestelijke verzorging zeevarenden, k. van Ds. van Krimpen over E.K.C. 1. schrijven van Ds. v. d. Berg. m. schrijven van Cand. Visser. Art. 7. Na de pauze wordt de vergadering voort gezet na het zingen van Ps. 118 7. Art. 8. Onderzoek van dhr. Vingerling. Deze houdt een leerrede over Rom. 5 20 b en wordt daarna gevraagd door Ds. Veenstra "over Richt. 4 Ds. Voorneveld over Rom. 5Ds. Scholing over dog matiek Ds. Dorst over kennis der H. Schrift. Na eenige-bespreking wordt aan br. Vingerling toe gestaan tot aan de volgende classis in de classis Zierik zee te oefenen. Art. 9. Rapporten a. Ds. Dorst over Evangelisatie. b. Ds. Dorst en Ds. Veenstra over Zending. c. Ds .Greving over de „papieren" van Ds. v. d. Berg. d. Ds. Veenstra over Zending onder de Joden. e. Ds. Voorneveld over afscheid van Ds. v. d. Berg en intree Ds. Greving. j. br. van Dijke over Theol. Hoogeschool. g. Ds. Scholing over Geestelijke Verzorging militairen en Hulpbehoevende kerken. h. over nazien der boeken van br. van Dijke. Art. 10. Tot afgevaardigden naar de komende Part. Synode worden gekozen pr. pred. E}s. H. Scholing en Ds. H. Veenstrasec. pred. Ds. S. Greving en Ds. H. Voorneveldpr. ouderl. br. W. v. d. Berg en br. W. van Dijke sec. ouderl. br. A. M. den Boer en br. J. de Ridder. Art. 11. Instructies. Van Oosterland voor voorziening in den dienst des Woords en steunaanvrage. Gevraagde steun wordt toe gezegd. Art. 12. Tot nieuwe deptt. worden benoemd voor kerkvisitatie Ds. S. Greving en Ds. H. Veenstra sec. Ds. Voorneveld en Ds. Scholing voor voorber. examinaDs. S. Greving en Ds. H. Scholing voor art. 13 Ds. H. Scholingsec. Ds. H. Veenstra voor Zending als sec. Ds. Visser voor Evangelisatie Ds. Visser voor Radiokerkdiensten Ds. Greving voor geestelijken arbeid in R. Pruisen Ds. Greving voor Evangelisatie in België Ds. Visser voor verstrooide Geref. in IndiëDs. H. Scholing. Art. 13. Rondvraag naar crt. 41. Brouwershaven vraagt over kerkelijke goederen. Wordt advies gegeven. Tot consulent wordt aange wezen Ds. Voorneveld, eveneens voor Scharendijke, terwijl voor Zonnemaire, Nieuwerkerk en Oosterland wordt aangewezen Ds. Greving. Voor de kerk van Brouwershaven wordt één collecte gevraagd. (Br. C. J. van der Bijl, Duivendijke, giro 387042). Geersdijk vraagt als consulent Ds. Veenstra, die wordt aangewezentevens afvaardiging bij afscheid van Ds. Dorst op 26 Mei a.s., waarvoor de consulent wordt aangewezen. Kamperland over den duur der collecten voor oor logsschade. Zal op Part. Synode gevraagd worden. Wissekerke vraagt voortzetting der classis op Vrijdag 24 Mei voor het examen van cand. Visser. Art. 14. Regeling vacaturebeurten Ds. Greving Brouwershaven (Juni), Bruinisse (Juli), Oosterland (Sept.). Ds. Scholing Zonnemaire (Juni), Brouwershaven (Juli) Scharendijke (Sept.). Ds. VoorneveldNieuwerkerk (Mei), Scharendijke (Juni), Zonnemaire (Juli), Brouwershaven (Aug.). Ds. VisserOosterland (Juli), Zonnemaire (Aug.), Bruinisse (Sept.), Brouwershaven (Oct.). Ds. VeenstraBruinisse (Juni), Oosterland (Aug.), Brouwèrshaven (Sept.), Scharendijke (Oct.). Art. 15. Rondvraag. Ds. Veenstra vraagt wijziging der classicale quota. Commissie benoemdDs. Veenstra, br. Davidse en br. de Ridder. Ds. Dorst vraagt nazien van de stukken voor zijn ont slag. Worden gecontroleerd en geteekend. Br. Davidse vraagt nazien van zijn boeken. Zijn Kerkeraad zal dat doen. Ds. Greving spreekt dank uit voor zijn welkom. Art. 16. Volgende vergadering op Woensdag 2 Oct. Roepende kerk Oosterland. Moderamen Ds. Veenstra, praesesDs. Scholing, assessorDs. Greving, scriba. Art. 17. Na dankgebed worden de korte notulen gelezen en goedgekeurd, waarna de vergadering uit eengaat. Op last der classis, L. DORST, h.t. assessor.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1946 | | pagina 2