ZEEUWSCHE T KERKBODE 14 JiU UITGAVE VAM DE DER GEREFORMEERDE PARTICULIERE 5YF10DE K ERKEfl in Z EELAMD „EEM PAQ ÜVE VOORHOVE No. 46 VRIJDAG 24 MEI 1946 1ste jaargang Hoofdredacteur: Dr N. J. HOMMES. Redacteuren: Ds JOH. BOOIJ, Ds W. M. LE COINTRE, Ds A. A. OOSTENBRINK en Ds J. A. TIEMENS Drukkerij LITTOOIJ OLTHOFF, Middelburg Abonnementsprijsper halfjaar bij vooruitbetaling f 2,50. Afzonderlijke nummers 10 ct. Advertentiën 20 ct. per regel Berichten, opgaven predikbeurten enz. tot Dinsdagmorgen te zenden aan de drukkers Liitooij Olthoff, Middelburg, Spanjaardstraat 47. Telefoon 2438. Giro 42280 HET KLEINE GETAL Want waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in het midden van hen. Matth. 18 20. In verband met de Kamerverkiezingen is er veel gecijferd in de laatste dagen. Hoopvol en begeerig zag iedere partij, toen de stembus openging, naar het stern- mental, dat op haar candidaten was uitge bracht. Naar mate het cijfer groeide, nam de vreugde der verwachting toe. En toen het getal der rechtschen einde lijk het getal der linkschen overtrof, kon den we met blijdschap en dankbaarheid op den verkiezingsstrijd terugzien, Natuurlijk was deze blijdschap niet on gegrond. We hebben werkelijk reden tot dank. Het cijfer der rechtschen is inder daad het hoogst. En wij beschouwen deze meerderheid als een geschenk van God, Die alle dingen bestuurt naar Zijn eeuwi gen raad en voorzienigheid. Maar toch is er ook reden ootmoedig en bedachtzaam te zijn bij het zien van groote getallen. Zoo licht sluipt er iets in onze ziel van het wereldsch-uitwendige, het vleeschelijk-imperialistische. Wanneer wij al deze stemmen, die wij geteld, hebben, nu eens konden wegen in de weegschaal Gods, zou dan onze vreugde rijzen Is een groote meeting ook altijd een be wijs van groote geestelijke kracht Is een volle kerk ook steeds een teeken van vol heid des geloofs Opmerkelijk is in de geschiedenis van het Christendom, dat het zijn hoogste glorie had in tijden, toen het anatal gering was. In het groote getal kan een gevaar schui len, namelijk, dat wij ons vertrouwen gaan stellen op de menschelijike macht. In het kleine getal kan een zegen ver borgen zijn, namelijk, dat wij ons diep af hankelijk gevoelen van God. Laat ons daarom, nu wij de overwinning behaald hebben, dubbel op onze hoede zijn voor hoogmoed en ijdel zelfvertrouwen. Laat ons bedenken, dat Christus anders telt dan wij. Jezus zag ook graag een groote schare en het doel van Zijn werk is bijeen te vergaderen in den hemel een schare, die niemand tellen kan. Maar Jezus zag toch allereerst het hart aan. Hij vroeg niet hoeveel menschen zijn hier maar wat beweegt de men schen van binnen Hij zei tot de discipelen ,,Waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in het midden van hen." D i t is het criterium, de maatstaf ln Mijn Naam Dat is zoekend Mijn ge meenschap, pleitend op Mijn werk Ziet, als dat er is, als daar iets van is, dan is Jezus tegenwoordig met Zijn gena de, majesteit en Geest. Al zijn er maar drie menschen Al zijn er maar twee Ja^zéjfs als er maar één is, komt Hijr Hoe langdurig en innig heeft Jezus niet gesproken tot-die ééne vrouw aan de Ja- cobsbron, in wier hart een ware behoefte geboren was aan vrede met God. Was het Jezus te veel om te verschijnen aan die ééne Maria Magdalena, die Hem met tranen zocht Wees daarom niet ongerust, gij eenzame zieke, die des Zondags niet mee kunt op gaan naar de plaats, waar Gods volk ver gaderd is. Ge moet wel iets missen, want er is een heerlijk bezielende kracht in een saamgevloeide menigte, die eenparig God zoekt en looft. Maar ge behoeft niet jaloersch te zijn. Jezus wil ook komen tot u tot u alléén Mits ge tot den Vader roept in Zijn Naam. Engelen kwamen als boden Gods tot dien éénen, eenzamen Jacob, die daar lag te slapen in de woestijn. Zou God ook niet uw huis, uw ziekbed, waarop gij, worste lend met krankheid en zorgen, neerligt, willen maken tot een Bethel, waar de open hemelpoort u wordt getoond in een zalig verschiet Niet in de eerste plaats dus het groote getal Maar wel de innerlijke kracht, door het geloofscontact met den levenden Hei land, aan Wien gegeven is alle macht op aarde en in den hemel. Niet allen, die rechts gestemd hebben, zullen straks ook staan aan Jezus' rechter handals Hij komt ten oordeel. Onze overwinning over de wereld, over de zonde, geschiedt tenslotte niet door kracht, noch door geweld, noch door het groote stemmencijfer, maar door den Geest des Heeren. En als instrument wil God daartoe ge bruiken uw oprecht en levend geloof. Want dit is de overwinning, die de we reld overwint, namelijk ons geloof. (1 Joh. 5:4.) Kruiningen, J. KOOLSTRA. Ds. HEY 40 JAAR DIENAAR DES WOORDS Maandag 27 Mei hoopt Ds. A. C. Hey van Koude- kerke den dag te gedenken, dat God hem 40 jaar ge leden stelde in het ambt van Dienaar des Woords. Begonnen te. Molenaarsgraaf 27 Mei 1906, vandaar naar Tienhoven 24 Aug. 1913, kwam hij 10 Nov. 1918 te Koudekerke. Verreweg het grootste gedeelte van zijn ambtelijke loopbaan ligt dus in Zeeland. Bijna 28 jaar heeft Ds. Hey in Zeeland mogen arbeiden. Wij zeggen met opzet in Zeeland. Al was Ds. Hey in de eerste plaats verbonden aan de gemeente te Koudekerke, hij heeft tegelijk in velerlei arbeid de Zeeuwsche Kerken mogen dienen. Jarenlang was Ds. Hey een vertrouwd© figuur op de Part. Synode. Tal van deputaatschappen heeft hij in den loop dier jaren vervuld. Met Ds. Scheele van Kapelle-Biezelinge, die den vorigen Zondag üfscheid nam, vormde hij vele jaren een soort tweemanschap, dat men geregeld op de ker kelijke vergaderingen zag. Zij genoten het volle ver trouwen onzer Zeeuwsche Kerken en de Part. Synod* vaardigde Ds. Hey ook af ter Gen. Synode. Wij wenschen Ds. Hey, den nestor onzer predikanten, met wien wij ook door vriendschapsbanden verbonden zijn, van harte geluk met dit bizonder voorrecht om terug te mogen zien op een veertigjarige ambtsbediening. Wanneer wij denken aan de kortheid van het men- schenleven, dan is zulk een lange ambtsperiode een groote zegen Gods. A.s. Maandagavond hoopt Ds. Hey in het midden, zijner gemeente een gedachtenis-predikatie te houden. Het zal hem dien dag en avond niet aan hartelijk® belangstelling en medeleven ontbreken. Daarvoor neemt hij een te groote plaats in in ons midden. Niet alleen in zijn gemeente, maar ook in de classis Middelburg. Het is goed als wij ons levenswerk afsluiten, terug te zien en te overdenken. Wij verstaan dat het onzen ambtsbroeder niet aan gedachten en overleggingen des harten zal ontbreken, vooral niet als hij zijn leven en arbeid in Zeeland overdenkt. Hier immers heeft hij gewerkt in volle kracht op de middaghoogte van het leven. Hier gaf hij zich aan velerlei werk. Wij denken aan zijn arbeid voor de zending als Gen. Dep. Wij denken aan zijn ijver voor de Vrije Universiteit. Jarenlang was hij hier onze trouwe voorzitter van het Prov. Comité. Hiér in Zeeland smaakte hij de volle vreugde van huwelijks- en gezinsleven. Hier zag hij zijn kinderen opgroeien. Hier proefde onze broeder ook de bittere alsembeker van het lijden. De slagschaduwen van dood en rouw vielen de laatste jaren over hem en zijn gezin. Eerst nam God van hem weg zijn lieve vrouw. Daarna verloor hij op zoo smartelijke wijze zijn knappen, intelligenten, oudsten zoon. Wij hebben hem gezien, geknakt en geslagen. De Heere heeft Ds. Hey in de zware beproevingen gesterkt. Maar de litteekenen van deze wonden zullen ook op den herdenkingsdag er zijn. Het kan niet anders. Daarom zal Maandag 27 Mei een dag van blijdschap zijn, getemperd door smartelijke herinneringen. Maar toch een dag van blij en dankbaar gedenken, Wij weten dat onze nestor zal erkennen De Heer® was goed. Zoo zien wij het ook. Wij danken God voor wat Hij ons in Ds. Hey heeft geschonken. Wij zien in hem een stuk continuiteit en vastheid van kerkelijk leven. Deze erfenis laat Ds. Hey ons achter. Wij aanvaarden haar dankbaar en met de belijdenis Soli Deo Gloria. M. N.J.H. PIJNLIJK GEBEUREN Zondag 12 Mei hebben we in Amsterdam gehad een Internationalen Voetbalwedstrijd tusschen Nederland en België. Mag men „De Sportwereld" gelöoven van Maandag 13 Mei, dan was dat een geweldig gebeuren. De Belgen werden daar met 63 geslagen. Het Vaderland kan dus rustig zijn. Wij behaalden een „onaantastbare zege". Het zij zoo. Wij gunnen ons voetbalminnend publiek de vreugde over de behaalde overwinning. Wij hebben niets tegen het voetbalspel. Wij achten het een zéér mooie en sportieve bezigheid. Wij verstaan de spanning, waarmede liefhebbers en kenners een wed strijd volgen. Dit kunnen wij waardeeren. Maar er is iets anders dat ons hart met zorg en droefheid vervult. Dat is de onstellende ontwijding van den Dag des Heeren. Tijdens den oorlog, toen voor een groot deel de sportbeoefening stil lag en na de capitulatie is er gesproken en geschreven over de verplaatsing van d® sportwedstrijden naar den vrijen Zaterdagmiddag e* wel naar Engelsch model. De oorlog en de bevrijding bracht ons in nauw contact met de Engelschen. Heel begrijpelijk werden de Engelschen voor ons favoriet. De vereering sloeg hier en daar zelfs over naar een onrijpe imitatie van al wat Engelsch was. Zoo zelfs, dat er waarschuwende stemmen opgingen om toch niet te vergeten de plicht ons zelf te blijven als Nederlandsch Volk. De roes der overwinning en daarmede de roes

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1946 | | pagina 1