ZEEUWSCHE T KERKBODE UITGAVE VAM DE DER GEREFORMEERDE PA RTICU LIERE K ERK EU 1 n 5 Y n O DE Z EELAtfD 31 October Kerkhervorming. Beter in de hand des Heeren dan in de hand van menschen. X „EErj DAG Itl UVE VOORHOVEn tS j J_[j BETER PAN PUIIEHD ElPEfcS" No. 18 VRIJDAG 2 NOVEMBER 1945 1ste jaargang Hoofdredacteur: Dr N. J. HOMMES. Redacteuren: Ds JOH. BOOIJ, Ds W. M. LE COINTRE, Ds A. A. OOSTENBRINK en Ds J. A. TIEMENS Drukkerij LITTOOIJ OLTHOFF, Middelburg Abonnementsprijs: per halfjaar bij vooruitbetaling f 2,—. Afzonderlijke nummers 9 ct. Advertentiën 20 ct. per regel Berichten, opgaven predikbeurten enz. tot Dinsdagmorgen te zenden aan de drukkers Littooij Olthoff, Middelburg, Spanjaardstraat 47. Telefoon 2438. Giro 42280 WAARLIJK VRIJ ALLEEN DOOR DEN ZOON. Joh 8 36. Niet een ieder, die meent vrij te zijn, is dat ook metterdaad. Ook de vrijheid heeft haar surrogaat, dat soms wordt aangezieh voor de echte vrijheid. Dat was zoo bij die lieden, die den bezet tingstijd nog niet zoo ellendig vonden, die oordeelden, dat men de Duitschers belasterde, als men hun verweet dat ze onze vrijheid roofden. Het Duitsche volk streed immers voor de vrijheid van Europa ook voor de onze En zij toonden toch dat ze het goed met ons meenden Ze gelden de collecte in voor Winterhulp ze brachten het instituut Arbeidsdienstvoor de arbeiders wilden ze zorgen door Arbeids front. Deze menschen voelden zich heel behagelijk onder de Duitsche bezetting. Maar zoo oordeelden niet de echte Vader landers. Die doorzagen de leugen, die walg den van het surrogaat met z'n schijn voor deden. Zoo was het bij het grootste deel van ons volk. ^Koenraad'' van den Arbeids dienst werd weggespotarmen weigerden de gave van Winterhulpde arbeiders wilden niets weten van het Arbeidsfront en de boeren niets van een landstand. De eenige goede houding was die van het verzet, lijdelijk verzet en zoo veel mogelijk ook actief verzet. Er waren er vele, die in het actief verzet voor groote gevaren ,niet uit den weg gingen hun vrijheid, zelfs hun leven, daarvoor in de waagschaal stelden. In dien weg kwam de ware vrijheid terug. De weg naar de vrijheid bègon met het pijnlijk besef van het verlies der vrijheid. Met het leed dragen daarover. Met het zuchten daaronder en met het zoeken naar de middelen om die echte vrijheid terug te krijgen. Met een surrogaat van de vrijheid stelden zich ook tevreden de Joden, die we ontmoeten in Joh. 8 Ze misten hun Nationale vrijheid en toch durfden ze beweren Wij zijn Abrahams zaad en hebben nooit iemand gediend hoe zegt Gij dan Gij zult vrij worden (Joh. 8 33). Ze waren dienstknechten van de R'omeinen. Maar durfden zeggen,,Wij zijn vrij en hebben nooit iemand gediend". Zoo bleek 'daaruit, dat ontbrak het pijnlijk gemis van de vrijheid. Ze vonden het surrogaat nog niet zoo slecht. Ze waren dienstknechten derzonde(Joh. 834) en toch waanden zij zich vrij toch wezen ze met verontwaardiging .af Jezus' woord, dat de waarheid hen moest vrij maken. Ze ver heugden zich met het surrogaat van de ware vrijheid. Voor de vrijheid is noodig, te wandelen in de waarheid, zich niet te laten misleiden door een schijn-vrijheid ook niet als die schijn-voordeelen brengt-. Onze Nationale vrijheid mochten we terug ontvangen in de weg van het afwijzen van een schijn-vrijheid en van schijn-voordeelen. Die Nationale vrijheid is nog niet de volle vrijheid. Het is mogelijk, dat we dan nog dienstknechten der zonde zijn. Alleen als de Zoon, als Christus, ons zal vrijgemaakt hebben zullen wé waarlijk vrij zijn. Om in die vrijheid te deelen moeten we ons laten leiden door de waarheid, die in Christus is, die Hij zelf is. Laat ons dit bedenken, nu we weer vrij werden. Waarlijk vrij worden we alleen door den Zoon Gods, door Hem die de waarheid is. De weg naar de vrijheid is niet een gemak kelijke weg, ook niet naar deze vrijheid. Die weg vraagt het prijsgeven van de illusie, dat we buiten Christus vrij zijn. Die wèg vraagt het prijsgeven van vee!, dat ons aangenaam is. Die weg vraagt het geloof, dat Jezus de waarheid is omdat Hij ons waarlijk vrij maakt. We hebben verworpen het surrogaat, dat men ons gaf als vergoeding voor het gemis onzer Nationale vrijheid, om als Nederlanders te kunnen leven. Laat eins evenzoo verwerpen het surrogaat, dat men ons biedt als vergoe ding voor het gemis om als mensch Gods te kunnen leven, en Iaat ons de ware vrijheid zoeken door Christusdan zullen we die vinden. De Zoon maakt waarlijk vrij. HEIJ. Maarthen Luther sloeg op 31 Oct. 1517 zijn 95 stellingen aan. Wij gedenken dit feit dankbaar, want dat beteekende de doorbraak van Gods souve- reine genade zonder eenige verdienste onzerzijds in een wereld bedolven onder een centenaarslast van doe- en werkheiligheid. Wij laten hier volgen een artikel van Ds. Ganze- voort uit Gent in de Kruisbanier: „31 October 1517 is een dag geweest, die van heel groote beteekenis wordt geacht in de geschiedenis van de Christelijke Kerk. Het was de dag, waarop Maarten Luther openlijk zijn getuigenis deed uitgaan tegen den aflaathandel, waarvan hij de schadelijke gevolgen bij het volk had ervaren. Zijn getuigenis, vervat in 95 stellingen, was opgesteld in het Latijn en in de eerste plaats bestemd voor de geleerde wereld; maar op een wonderlijk snelle wijze bereikte' het het volk in breede kringen en greep het de harten aan. De strijd was ingezet, waarin Rome's macht zich zou keerén tegen hen, die alleen naar Gods Woord hun denken en leven wilden richten, en de Christenheid in het Westen zou wor den verscheurd. Dikwijls zijn Luther en de andere hervormers van Roomsch-Katholieke zijde geteekend met kleur.en zoo donker, dat er van een menschelijk beeld nauwelijks sprake meer kon zijn. Zij waren in die voorstellingen godvergeten boosdoeners, die aan allerlei schandelijke zonden zich overgaven en wier rampzalig einde in overeenstemming was met hun leven. De waarheid overwint. Vooral in de laatste jaren heeft meer dan één R. K. geleerde van een andere beschouwing getuigenis gegeven. Erkend is, dat het verval van de Roomsche Kerk wel zeer scherp aan het licht trad in den schan delijken aflaathandel in Luthers dagen, een handel, waarbij de vergeving van zonden gemaakt wei^l tot een handelsartikel én de* aflaatprediking ontaardde in marktschreeuwersreclame. En treffend is opgemerkt, dat, wanneer de ontzettende slag, waardoor, de Kerk verscheurd werd, kon aangebracht zijn door een op- pervlakkigen geest zonder religieuze diepte, dat een zware aanklacht zou zijn tegen de Kerk. Met andere woorden: Waren' Luther en de andere hervormers zulke ijdele eerlooze mannen geweest, zooals zij zoo dikwijls het R.K. volk zijn voorgesteld, wat moot dan de Kerk in hun dagen waard geweest zijn, dat zij zulk een invloed van hun optreden kon ondergaan? De erkenning breekt baan, dat het den hervormers te doen was om de juiste verhouding tot den heiligen God. Dit is de levensstrijd geweest van Luther, die om God te vinden het klooster heeft gezocht en in het klooster zich heeft afgemarteld om toch maar te komen tot vrede met God, den rechtvaardigen Rech ter. „Ik heb altijd gedacht zoo zegt hij O, hoe zult 'ge eenmaal vroom worden en genoeg doen, om een genadigen God te verkrijgen? En door zulke ge dachten ben ik tot het monnikenleven gedreven en heb mij afgemarteld en geplaagd met vasten en kou en een streng" leven". In plaaats van een hart, dat in volmaakte liefde voor God wilde leven, vond hij in zich de>'zucht om zichzelf te handhaven tegen God, de oude natuur, die van God zjch zoekt los te maken. En uit de diepten van zondebewustzijn kwam hij eerst op, toen hij gezien had, dat Gods recht in Jezus Christus, Zijnen Zoon, is vervuld en God alleen door Zijn genade vrede en leven schenkt aan wie in oprecht geloof tot Hem de toevlucht nemen. De rechte verhouding tot den heiligen God, daar om is het evenzeer een man als Calvijn te doen ge weest. Hoe. kunnen wij, menschen, die naar Gods beeld zijn geschapen, zóó leven, dat God door ons tot Zijn eere komt? Daarvoor is noodig, dat de zondaar zijn hoop op Christus stelt om door Hem te ontvan gen verzoening en vrede met God, maar daarvoor moet hij dan ook zijn gansche leven zóó onderwerpen aan Gods Woord, dat al zijn gedachten en begeerten, al zijn woorden en werken gericht worden op de eere Gods. Dit alles is niet te bereiken door onze kracht, want als zondaren zijn wij gansch en al bedorven door de zonde. Hier is eenig en alleen te roemen in Gods genade en barmhartigheid, die om Christus' wil de zonde vergeeft en door den Heiligen Geest het leven vernieuwt. Ook de hervormers zijn zondige menschen geweest. Zij zelf zijn de eersten om het te belijden. Maar hun hart was op God gericht en in hun levensstrijd stond Hij in het middelpunt. Daaruit alleen is hun machtige invloed te verklaren, die tot in onze dagen doorwerkt. Wie dit erkent, weet zich aan hen verwant. Want ook nu nog is de, groote levensvraag, waarop wij allen persoonlijk het antwoord moeten geven: Wie is de heilige God voor u? Ziet ge Hem ver van u, als een toornend rechter, Die om uw zonden u moet ver derven door Zijn rechtvaardige oordeelen; of ziet ge Hem in Christus als een barmhartig God, Dien gij niet kunt verzoenen door uw boetedoeningen en werken, maar Wiens genade alleen u redden kan en Dien gê^dan alleen ook waarlijk kunt eeren in een leven, Hem in heilige liefde gewijd? Daarom ging het in vroeger eeuwen. Daarom gaat het ook nu. Ook voor u." De Roomsche geleerde Denifle uit de vorige eeuw eindigt zijn boek over Luther met de woorden: „Luther in U is niets goddelijks". Sindsdien is- het oordeel ook van Roomsche geleerden gematigder ge worden. Wij zeggen met dank in onzg harten: Luther, wij danken God, dat Hij Lï als instrument gebruikt heeft om zoo heerlijk de goddelijke genade voor zondaren te openbaren! M. N. J. H. Het smartelijk conflict dat onder ons is gekomen en dat geleid heeft tot een wilde raadselachtige kerk scheuring onder leiding van Prof. Schilder met zijn „Acte v&n Vrijmaking en Wederkeer"houdt ons nog steeds bezig en moet dat ook doen. Wie waarlijk zijn Kerk liefheeft, zal van harte- bereid zijn om desnoods dag en nacht voor haar aan het front te zijn. Daarom is het een verkwikking te merken hoe gaandeweg het hartelijk medelevens ook van de eenvoudigen

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1945 | | pagina 1