ZEEDWSCHË KERKBODE.
FAMILIE
BERICHTEN
UIT DE PERS*
KERKNIEUWS*
OFFICIEELE BERICHTEN.
PLAATST UWE
IN DE
HIJ HEEFT HET GEZEGD.
Zal een kind aan de trouw van zijn ouders
twijfelen En zal het 't woord van vader en
moeder niet gelooven Immers, het kind-zijn
brengt het vertrouwen mee, en waar dat ver
trouwen ontbreekt, daar hapert wat aan het
kind-zijn daar kan ook wat haperen aan het
vader- of moeder-zijn. Ik geloof, dat we steeds
daaraan moeten denken, ook bij de opvoeding
van de kinderen, welke de Heere ons heeft ge
geven. Vaders woord ,,ja", moet „ja" zijn, en
omgekeerd, en als vader of moeder hun kind iets
beloven, dan moet het kind staat kunnen maken
op het gegeven woord. Dat doet het kind „van
nature", het „kind-zijn" brengt dit als vanzelf
mee, eneen kinderziel voelt zoo teer.
Goed. Dit geldt van aardsche vaders en moe
ders, en van kinderen. Maar door de genade
Gods zijn allen, die in Christus gelooven, tot
kinderen Gods aangenomen. Ze mogen bidden
onze Vader. En dat is maar geen term, maar een
gebed dat de Heere Jezus ons zelf heeft geleerd,
en onze catechismus verklaart deze aanspraak
zoo mooi als hij zegt, dat wij „onze Vader" moe
ten en mogen zeggen, ja, dat de Heere Jezus ons
dat zelfs geboden heeft„Opdat Hij van stonde
aan, in het begin onzes gebeds, in ons de kinder
lijke vreeze en toevoorzicht (dat is geloofsver
trouwen) tot God verwekke". Nu, zouden we
dan geen staat maken op 's Heeren Woord en
gaan twijfelen aan Zijn beloften Immers neen.
Die beloften Gods zijn de pleitgrond voor ons
bidden, zijn de kracht voor ons gelooven, zijn de
steun in ons lijden, de wapenen in ons strijden.
Dan lees ik de brief aan de Hebreen, en vind
daar in hoofdstuk 13:5: „Want Hij heeft ge
zegd Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet ver
laten". Ziet, dit Woord des Heeren, en vele
andere van denzelfden inhoud, moet staan in het
centrum van ons leven. Want dit woord is ac
tueel. In welke omstandigheden verkeerden de
Hebreen Ze werden vervolgd, waren tot groote
armoede gekomen, en nog donkerder wolken
dreigden. Die Hebreen werden bezorgd. Zouden
ze straks nog wel te eten en te drinken hebben
Er waren er zelfs, die zich krampachtig vast
klemden aan het aardsche goed, alsof dat hun
zou kunnen helpen. Maar het Woord des Hee
ren komt tot hen en zegtUw wandel zij zonder
geldgierigheid, en zijt vergenoegd met het tegen
woordige, wantHij heeft gezegd Ik zal u
niet begeven en Ik zal u niet verlaten.
Hij heeft het gezegd. Dat Woord des Heeren
geldt voor alle tijden. Dat blijkt ook wel hieruit,
dat ge het vaker in de H. Schrift vindt. Aller
eerst in Deut. 31 6 en 8. Dan spreekt de 120
jaar oude Mozes. Hij zal Kanaan niet mogen
binnengaan, en het volk zal dezen leider moeten
missen, en Jozua zal in zijn plaats treden. De
vijanden zijn talrijk en het zijn reuzen. Mag Mo
zes nu terugtreden Is het volk nu niet ellendig
Neen, want „Hij (de Heere) zal u niet begeven,
noch u verlaten".
Verder Jozua 1 5. Mozes is gestorven Jozua
treedt metterdaad in zijn plaats. Hij staat gereed
op Gods bevel het beloofde land in bezit te. ne
men. Zal het kunnen Ja, want de Heere spreekt:
„Ik zal u niet begeven, en zal u niet verlaten".
Ook nog 1 Kronieken 28 20. David spreekt
tot Salomo. De oude koning gaat heen, zijn jonge
zoon zal hem opvolgen. Hij mag den tempel des
Heeren bouwen. David heeft dat niet mogen, niet
kunnen doen. Zal Salomo het kunnen Ja, want
David spreekt op Gods bevel„De Heere God,
mijn God, zal met u zijn Hij zal u niet begeven,
en Hij zal u niet verlaten".
De pauze was afgeloopen.
Dan zat Frits weer in de zaal, die zoemde.
Prachtig daar daagde Kuiler al op.
Een applausje.
De dirigent hief z'n stokje.
En Frits luisterde luisterde, liet zich weer
wiegen op de deining der muziek, de heerlijke
muziek, die aangolfde die vertolkte 't groote
heimwee van z'n ontroerde ziel
Dat Elly er nu was.
Nu!
HOOFDSTUK VII.
„Meneer Heeterdonk, u daar
„Ja. Kan 'k je even spreken
„Natuurlijk, natuurlijk, kom u verder."
Heeterdonk wipte naar boven, gaf Frits gul
een hand.
,,'t Is toch goed met El", keek Frits verrast.
„Best in orde hoor, de groeten van je meisje,
'k moet jou hebben over iets anders."
Heeterdonk liet dan Kooijmans voorgaan, trad
het bovenkamertje binnen, waar hij nog nooit
was geweest.
„Neem u plaats" schoof Frits een stoel bij.
„Nou, nou, je hebt hier 'n prettig zitje, zou 'k
denken."
Heeterdonk stond dan voor 't raam, liet z'n
oogen weiden over de huizenzee, waarboven een
majestueuze wijde hemel koepelde met drijvende
witte wolken.
„Hier is 't wel vol te houden", bewonderde hij
weer.
„Aardig, hé ik ben er al aan gewoon, zie
't mooie er nauwelijks meer van toch kan 't
me soms ontroeren."
„Zoo, zoo", deed Heeterdonk een paar stap
pen achteruit „en is dat je boekenkast?"
„Die is van m'n broer" lachte Frits, wees dan
naar de andere kant„deze is van mij, hoe vind
u 'm."
Heeterdonk stond vol bewondering, overzag
snel de boeken met titels die deftig prijkten ach
ter 't glas.
„Je hebt 'n fijn bibliotheekje, Frits."
„Gaat wel, hé
„Zóó heb je Quack ook„de Socialisten
Die mag je me wel 's laten lezen als je wilt. 't Is
zeker 'n echt studiewerk, niet
„Ja, 'k heb er geen bezwaar tegen, als u er
idee in hebt. Wat is mooier dan lezen en je ont
wikkelen."
,,'k Wou, dat al onze partijleden er zoo over
dachten, dan viel er meer te bereiken."
Zoo is van dit Woord, van deze belofte des
Heeren, heel het Oude Testament vol. En nu
komt deze belofte woordelijk ook tot de geloo-
vigen uit het Nieuwe Testament. Dit Woord
geldt voor alle tijden, voor al Gods kinderen.
Hij heeft het gezegd. En duswij maken staat
op 's Heeren Woord.
Waarom zullen we dan vreezen Waarom
zullen we dan bezorgd zijn Waarom zullen we
ons dan vastklemmen aan de dingen van dezen
tijd, die toch geen bevrediging geven, omdat ze
ons zoo onrustig houden Neen, we moeten ge
looven, dat is vergenoegd zijn met het tegen
woordige. Eiken dag uit 's Heeren hand leven.
En, als we dan soms wankelen en dreigen te val
len, dan moeten we elkaar er steeds weer aan
herinneren Hij heeft het gezegdHij heeft
het gezegd.
Zoo zijn we kinderen Gods en willen we als
kinderen leven, pleitende op des Heeren Woord.
Want bergen mogen wijken en heuvelen wan
kelenhet Woord onzes Gods bestaat in der
eeuwigheid. B. A. B.
(Geref. Kerkblad v. Drente en Overijsel.)
DE JEUGDKERK FAALT,
Jaren geleden werd in ons land de loftrompet
gestoken voor de Jeugdkerk. Vooral in Her
vormde kringen waren enthousiaste voorstanders.
Ds Terlaak Poot en Ds van Bruggen hielpen in
Amsterdam de jeugddiensten invoeren. Daarna
kwamen zij in meer steden en dorpen voor.
Ook in onze kringen waren enkelen, die het
voor deze jeugddiensten opnamen. Men meende,
dat zulke afzonderlijke diensten voor de jeugd
bevorderlijk zouden zijn aan het meeleven van
de jeugd met de kerk, en sprak de verwachting
uit, dat daardoor behouden konden worden die
jongeren, die anders voor de kerk verloren zou
den gaan. De gedachte was, dat de gewone be
diening des Woords over het hoofd van de
jeugd heen gaat, en dat er een bediening des
Woords moet zijn speciaal op de jeugd ingesteld.
Over het algemeen wilden wij in onze kerken
er niet van weten.
Onze pers was eenstemmig in het waarschu
wen er tegen.
Op onze Gereformeerde predikantenconferen
tie hield Ds H. S. Bouma een referaat, waarin
hij ernstig tegen het organiseeren van speciale
jeugddiensten waarschuwde. Hij hield zeer te
recht staande, dat heel het gezin moet opkomen
onder de bediening des Woords.
Één van de heerlijkste dingen in ons kerkelijk
leven is, dat vader en moeder met hun kinderen
opgaan onder de bediening des Woords, om de
zelfde prediking te beluisteren, die toch voor oud
en jong is, om samen te bidden, om samen te zin
gen, om samen te verkeeren onder de bediening
der sacramenten. Zóó is het in overeenstemming
met het genadeverbond.
Men zegt wel eens, dat de kinderen weinig of
niets van de preek meenemen.
Op grond van ervaring kan ik dit gerust tegen
spreken.
Zeker, er zijn kinderen aan wie de preek
voorbijgaat, en de ééne preek zal ook met meer
aandacht gevolgd worden dan de andere.
Maar is dit bij ouderen ook niet zoo Luiste
ren ouderen werkelijk altijd naar het Woord des
Heeren, dat hun gepredikt wordt, en gaan zij
inderdaad biddend naar de kerk
Er zijn ouderen, die in den kerkedienst een
zeer slecht voorbeeld zijn voor de jongeren.
Maar het is niet waar, dat kinderen aan een
preek niets hebben. De ervaring leert dit wel
anders. Elke ouder, die zelf biddend luistert naar
de bediening des Woords en met zijn kinderen
„Hoe vondt u 't gisteravond
„Daar wou 'k je juist 's over hebben, Frits.
Ik feliciteer je met je voortreffelijke speech, je
hebt het maar 's weer flink gezegd."
„Zeer vereerd", boog Frits even.
Heeterdonk nam plaats, ging eens gemakkelijk
zitten.
„En de discussie
„Hoogstaand hoor, 't was een leerzame avond,
ja, die kant moeten we toch meer uit, nietwaar,
je ziet eens weer de groote lijnen zoo'n avond,
maar aan 't publiek kun je wel zien wat er aan
de orde is."
,,'k Heb Scholtens tenminste niet kunnen ont
dekken
„Maar Westerhuis wel hé, die zat er alsof hij
dacht„dat gaat mij boven de petMaar weet
je wanneer Scholtens en z'n kornuiten in hun
element zijn
„Als er een staking op komst is
„Juist, of als er verkiezingsrumoer in de lucht
zit. Maar wat ik je nu vragen wou zou jij ge
negen zijn je referaat af te staan aan de redactie
van 't Jeugdblad 'k Heb er met Jansen over
gepraat, en 't bestuur voelde er veel voor."
„Westerhuis ook
„Die was al verdwenen, maar Jansen verzocht
me 't verzoek even over te brengen. Daarvoor
was 'k nou gekomen. Wat zeg je er van
,,'n Heele eer voor me", lachte Frits, en er
kwam een verraste uitdrukking op z'n gelaat.
„Dan mag 'k het eerst wel 's weer overlezen
en wat verbeteren hier en daar", zei Frits, als
nam hij een gewichtig besluit.
„Goed je maakt het persklaar vanavond of
morgen en bezorgt het dan bij Jansen of den
voorzitter."
„Geeft u me bedenktijd lachte Frits.
„Ja, twee minuten" kwam Heeterdonk gedeci
deerd, en draaide zich weer naar de boeken
kast, deed dan 'n ontdekking. „Kerel, wat zie 'k
daar staan Troelstra Gedenkschriften heb jij
Troelstra's Gedenkschriften?"
„Nog niet gelezen meneer Heeterdonk
„Welnee hoe zou 'k er achter komen, maar
jij hebt zoowat alles dat zou 'k wel eens willen
lezen, Frits, als je me permissie geeft, tenminste."
„Waarom nietpraalde Frits, „wil u 't mee
hebben
„Graag, als je 't niet ongelegen komt."
Frits pakte 't eerste deel zorgvuldig in een
stuk papier, reikte 't dan over aan Heeterdonk.
„M'n dank hoor en je referaat
,,'k Hoop het bij Jansen te bezorgen" beloofde
Frits.
over de preek spreekt, weet ook wel hoe ver
rassend veel kinderen soms meenemen van de
bediening des Woords.
Het is dan ook de goede regel, dat ouders en
kinderen samen opgaan onder de prediking.
Het is toch de bediening van het Woord des
verbonds, dat voor ouders en kinderen is.
Daarom zijn wij tegenstanders van afzonder
lijke jeugdkerken, en hebben wij altijd gezegd,
dat wij den weg van aparte jeugddiensten niet
op moeten. Trouwens, als we dien weg opgin
gen, zouden we, consequent geredeneerd tot al
lerlei afzonderlijke diensten moeten komen, dien
sten voor grijsaards, voor mannen en vrouwen,
voor werkloozen en voor middenstanders, enz.
Heel de gemeente in al haar schakeeringen
moet als een eenheid opkomen onder de predi
king, die de Koning der kerk voor haar ver
ordineerd heeft.
Tot die conclusie is ook Terlaak Poot geko
men. Hij denkt over de jeugddiensten heel anders
dan 14 jaar geleden, toen hij ze hielp invoeren.
Hij schrijft nu eerst hadden wij het probleem
„Hoe komen wij aan jeugddiensten maar nu
staan wij voor de vraag „Hoe komen wij er op
de juiste manier weer van af
Ook hij dringt thans aan op het gemeenschap
pelijk opgaan naar de onderlinge samenkomsten
der gemeente.
Nu zeggen wij nietwij hebben toch gelijk ge
had! Maar wij verblijden ons in deze verandering.
Want zij bewijst, dat meer gezien wordt wat
de samenkomst der gemeente eigenlijk is.
M. R.
(De Wachter)
AANGENOMEN NAAR
Nieuw-Beets Cand. P. G. van Berge,
hulppred. te Wassenaar.
Wanswerd a. d. StreekR. H. Kuipers
te Oosthem.
Oostwold (voor den Evang. arbeid te Finster-
wolde): Cand. W. P. Kramer, hulppred.
te Schagen.
Oude Pekela M. Hamming te Siegerswoude.
Naar wij vernemen, zal deze week De
Reformatie niet mogen verschijnen.
St, Laurens. VERGADERING van den ker-
keraad, gehouden op 21 Augustus 1940.
Afwezig wegens vacantie Ds. A. Koning en
br. G. F. Weeda.
Opening. Notulen.
Ingekomen Stukken 1. Agendum van de 51e
Centr. Diaconale Conferentie te houden op D.V.
19 September te Amersfoort voor kennisgeving
aangenomen. 2. Bericht van overlijden van een
paar broeders der Gemeente de families wer
den door den kerkeraad gecondoleerd. 3. Een
circulaire van het Gemeentebestuur betreffende
het werken van Nederlandsche arbeiders in
Duitschland voor kennisgeving aangenomen.
Rapporten a. Ziekenbezoek. Brs ouderlingen
brengen verslag uit. b. Vereenigingen. Broeder
Meijer bezocht de M.V. c. Financiëele zaken.
Enkele zaken worden besproken en nader toege
licht. d. Diaconale zaken. Broeders diakenen
brengen verslag uit van hun arbeid.
Rondvraag.
Dan, na nog even over 'n paar partijaangele
genheden te hebben gebabbeld, verdween Hee
terdonk, blij met 't bevredigend resultaat van z'n
bezoek, en het vooruitzicht „Troelstra" te mo
gen lezen.
's Avonds werkte Frits aan z'n opstel, las het
weer door, verbeterde het, vulde het aan hier en
daar kwam er niet mee klaar.
Dan zat hij den volgenden morgen heel vroeg
weer gebogen over z'n referaat, 't viel nog niet
mee 'n referaat persklaar te maken, maar hij
vorderde, vorderde en 't streelde hem zeer zijn
opstel in het Jeugdblad
Overmorgen misschien, heel binnenkort zouden
honderden leden het lezen, kennis nemen van
zijn epistelEn ze zouden het niet onbewogen
terzijde leggen, ze zouden er door aangegrepen
worden, het enthousiasme dat fonkelde en spran
kelde in de levende woorden zou ze optillen uit
hun matte, doffe alledagsbestaan, het zou hen
opnemen in de grootsche opwaartsche vlucht
naar het ideaal
Geestdriftig besloot hij„Wij, jonge menschen,
■^ij, oudere leden trachten in ons leven met el
kaar de deugden van kameraadschap, van soli
dariteit, van democratie te beoefenen, die noodig
zijn om een nieuwe wereld te bouwen, een nieu
we wereld, waar geen gebrek en geen ellende
meer zal heerschen, waar de nood uit aller leven
zal zijn weggevaagd
Dan stond hij op, vermoeidz'n oogen
zochten het kamertje rond, bleven rusten op een
wandversiering boven Kareis kast. En Frits las
„Mijn hulp is van den Heer alleen".
Z'n oogen schoten vuur, flikkerden boosaar
dig. Toorn golfde in hem op was God een hel
per Neen, dat zou hij niet gelooven Daar had
jè weer dat slappe-laffe lijdelijke christendom,
zonder dadendrang. Alles van boven verwachten,
zitten met gevouwen handen en gesloten oogen,
dan afwachten wat komen ging. Stil berusten,
zich overgeven aan hoogere machten, neen, 't
was niets voor hem Dat verlamde alle activiteit,
doodde alle initiatief. Een socialist was anders,
beter. Die had geen vrede met de huidige samen
leving, deed alles wat hij kon om wantoestanden
uit den weg te ruimen. Maar passieflijdelijk?
(Wordt vervolgd)
Kerkelijke stand. Overleden de broeders J.
Antheuniss en Joh. Fransoo.
Persverslag. Sluiting.
DE KERKERAAD.
Donderdag 29 Augustus hoopt ondergeteekende
zitting te houden van 1112 uur in de Noorder-
kerk ter inning van de collecte voor Theol* Fac.
der V.U. en de halve collecte voor Hulpbehoe
vende Studenten.
Ontvangen voor Evangelisatie Noord Brabant
en Limburg vanArnemuiden 23.72 Dom
burg Gapinge 10.44 Grijpskerke
24.96 Koudekerke ƒ27.61; St. Laurens ƒ46.62:
Meliskerke 27.92 Middelburg 142.08 Oost-
kapelle 12.44 Serooskerke 33.25 Souburg
40.63 Veere 15.44 Vlissingen 49.73
Vrouwenpolder 21.72 Westkapelle
De Cl. correspondent,
P. B. TAZELAAR.
Brakstraat 32. Giro 360848.
VERANTWOORDING van LIEFDEGAVEN.
Middelburg. Brs diakenen zeggen hartelijk dank
voor een ontvangen gift van 1.van een zuster,
door bemiddeling van br. Lorier, alsmede voor een
bedrag van honderd gulden, hetwelk werd gegireerd
door de Diaconie van Meliskerke.
F. DAMEN, Kassier Diaconie.
Wagenaarstraat 6. Gironummer 329748.
Souburg. Met dank ontvangen van Bets Buijs 100
halve centen voor de Zending.
Namens de Zendingscommissie,
CHR. SIMONSE penningm.
VEREENIGINGSLEVEN.
De Geref. M.V. Wees een Zegen" te St. Laurens
vergadert 29 Augustus om 7.30 uur.
N. T. „Het apostolaat", B. en B. No. 18, 20e jaar
gang door Cor de Buck.
Vad. Gesch. Schets 26. „Woelingen in Europa.
Grondwetsherziening" door Nelly van Dort.
PoëziCathrien Sanderse.
Geref. Meisjesvereeniging „Meisjesroeping", M'burg.
O. T. Manasse", No. 13 van de 17e jaargang door
Dé Rooze.
Na de pauze M.O. „Boeken en bladen", No. 42 van
de 19e jaargang, Tanny Boon.
Bijdrage Eef de Boeft.
De V. op G. G. „Spr. 833a" te St. Laurens
vergadert op Zondag 25 Augustus om 7 uur.
G. B. 9. „Bewijs des voorgaanden artikels van de
drieheid der personen in éénen God", vr. J. de Visser.
K. G. 9. „Dr Maarten Luther", vr. L. Davidse.
Geref. Knapenvergadering „Benjamin" te St. Laurens.
B. G. „Waakt" (Matth. 24 43-51. Matth. 25 1-46)
door vr. W. Davidse.
Na de pauze K.G. „Augustinus en Pelagius" door
vr. Jac. Janse.
Geref. Jongelingsver. „Sola-Fide", Middelburg.
O. T. Schets 14. „Hagar" door A. Louws.
V. G. Schets 21. „Achteruitgang en verval" door
J. Versluijs.
V. „Dr. Lützen Wagenaar", Middelburg.
Zondag 25 Augustus 1940.
A. R. 47. „Plicht tot landsverdediging", P. Poppe.
Varia J. Geldof.
ADVERTENTIE N.
GETROUWD
H. A. VAN DER MAAS
E. P. VAN SLUIJS
en
D. METSELAAR
Arts
F. M. J. VAN SLUIJS,
die mede namens wederzijdsche Families hartelijk
danken voor de belangstelling ter gelegenheid
van hun Huwelijk ondervonden.
Rotterdam, Bergsingel 133.
Kamperland (Z.), Veerweg B 25.