OFFICIEELE BERICHTEN. s BOEKAANKONDIGING. PREDIKBEURTEN, Ds Schouten was een liefhebber van het lied. Zijn preeken waren doorregen met psalm- en gezangverzen. Op zijn sterfbed heeft hij tenslotte weinig anders gedaan, dan psalmen opzeggen. Juichend heeft hij op de komst van zijn Verlosser liggen wachten OM SIONS WIL. III (Slot). Laat ons om het geheugen op te frisschen, mogen herinneren aan het vorig artikel. We lie ten daarin afdrukken het gedeelte uit onze arti kelen waartegen de pijlen van „Andréas" gericht zijn. De lezers mogen zelf oordeelen over het al of niet gerechtvaardigd zijn van krasse veroor deeling van hetgeen wij daar schreven. Aan het slot van ons vorig artikel gaven wij de eenvoudige strekking van het door „Om Sions wil" bestreden citaat als volgt weer in drie pun ten le. afwijzing van verschillende opvattingen die iets anders in den doop zoeken dan de Heere er in geeft, zoo van de opvatting, welke den doop degradeert tot een teeken van een lou ter uitwendig verbond eveneens van de op vatting, dat de doop alleen beteekenis heeft voor de verkorenen tot zaligheid 2e. onderstreeping van de bedoeling van het doopsformulier, dat de kinderen der gemeen te in een werkelijk verbond met den Heere begrepen zijn 3e. uitspreken, dat zij dus werkelijk (niet in schijn) deel hebben aan de genadegeschen ken, v/elke de Heere over zijn gemeente uit giet, ook aan den Heiligen Geest. Tot zoover de strekking van het door ons ge schrevene. Reeds nu merken wij op, dat het laatste natuurlijk niet inhoudt, dat alle kinderen der gemeente wedergeboren zijn. Deelhebben aan den Heiligen Geest behoeft toch niet in te sluiten die onwederstandelijke werking, waardoor het hart wordt vernieuwd tot zaligheid. Er bestaan toch velerlei werkingen van den Geest in de ge meente en in de harten van de kinderen des ver- bonds buiten die werking, die de onverander lijke wedergeboorte tot gevolg heeft. Ik behoef daartoe alleen maar te herinneren aan Hebreen 6 47, waar staat in de nieuwe vertaling van het Ned. Bijbelgenootschap „Want het is onmogelijk, degenen die eens verlicht zijn geweest, van de hemelsche gaven genoten hebben en deel gekregen hebben aan den Heiligen Geest, en het goede woord Gods en de krachten der toekomende eeuw gesmaakt heb ben, en daarna afgevallen zijn, weder opnieuw tot bekeering te brengen, daar zij tot hun eigen oordeel den Zoon van God opnieuw kruisigen en tot een bespotting maken". Duidelijk staat hier te lezen in Gods Woord, dat er menschen zijn, die verlicht zijn van de hemelsche gaven genieten, deel gekregen hebben aan den Heiligen Geest en daarna afvallig wor den. Dit staat in Gods Woord Toen ik in betrekking tot de verbondsbelofte schreef, dat de bondelingen deel hebben aan al de genadegeschenken, welke de Heere over zijn gemeente uitgiet ook aan het geschenk van den Heiligen Geest en ik naschreef wat de Heilige Geest in de Hebreënbrief ons voorschrijft, toen maakte vriend „Andréas" de gevolgtrekking, dat ik grootelijks dwaalde, want ik zou beweren, dat alle gedoopten wedergeboren waren en tegelijk toch ook weer, dat die wedergeboorte een ver- liésbare wedergeboorte zou zijn. Twee onge hoorde dwalingen door mij aaneengekoppeld tot een monsterachtige dwaalleer. Volgens Andréas beweer ik niet minder dan le. alle bondelingen hebben „onderwerpelijk" deel aan de wederge boorte en 2e. die „onderwerpelijke" genade van „Maar dat wil zij heel graag", betoogde Steven. „Als u het goed vindt, morgen aan den dag." „Goed. Zij is dus verstandiger geworden. Ze heeft gelijk." Bij het eerste woordje van het antwoord was Steven verbaasd geweestwas de overwinning dan zoo gemakkelijk? Maar onmiddellijk daarop wist hij weer genoeg. „Wat bedoelt u vroeg hij. „Wat ik bedoel Dat is toch duidelijk genoeg, zou ik zeggen. Zij kan eiken dag terugkomen. De voorwaarden weet zij. Ik wijk daar niet van af. Je bent zeker van alles op de hoogte Dat zal wel, als je daarginds hij wees naar het Noor den dikwijls komt. Ze zullen dat wel precies verteld hebben. Maar ik trek mij er niets van aan. Je; kunt gaan zeggen tegen Jane, dat het blijft,, zooals het was. Ze weet mijn voorwaar den." „Die zijn mij ook bekend. Ik begrijp er niets van, dat u zoo'n houding aanneemt „Zijn dat mijn zaken niet beet de boer hem toe. „Wat kom je eigenlijk doen Er was nu een bepaald vijandige stemming ge komen. En Steven besloot, nu onmiddellijk met zijn mededeeling voor den dag te komen. Zoo veel te eerder was hij verdwenen. „Jane wil graag weer goed met u worden, maar niet onder de voorwaarden, die u hebt genoemd. Dat kan zij niet, want zij heeft gekozen „Jijj behoort ook tot die lui, hé beet Job Louwerse. „Dat heb ik later gehoord." „Ik behoor ook tot die lui", antwoordde Ste ven, eenvoudig. „En daar ben ik niets minder om. Net zoo min als Jane. Ik kwam u vertellen, want ons gesprek loopt anders verkeerd en dat is mijn bedoeling niet, dat Jane en ik het eens geworden zijn. We hebben ons verloofd. Het komt Vrijdag in de krant. En nu vonden we het niet goed, dat u het eerst uit de courant las. Daarom kom ik het alvast vertellen." Het gezicht van Job Louwerse teekende dan toch even verbazing. Maar dan trok het masker, dat Steven nu al kende, er weer over. (Wordt vervolgd) de wedergeboorte is verliesbaar. Wanneer wij nu hetgeen ik schreef (zie Kerkbode van 3 Mei) eens leggen naast Gods Woord uit Hebr. 6, dan kan de eenvoudigste lezer uitmaken wie van ons beiden in dezen dwaalt. Het is duidelijk, dat hij het is die onder den schuilnaam van Andréas mij betichtigde van afwijking door dergelijke ge volgtrekkingen te maken uit mijn schrijven. Hij zou uit Hebr. 6 diezelfde gevolgtrekking kunnen maken. Dezelfde twee dwalingen zou hij daaruit kunnen afleiden. Maar we zijn er nog niet. Laten wij Andréas zelf eens hooren. Nadat hij het citaat uit artikel 5 Rondom het Verbond heeft afgedrukt (ie Kerkbode 3 Mei) laat hij deze ontboezeming volgen. (Om Sions wil, T5 Februari) „Hebt ge het begrepen Alle gedoopten, dus heel de zichtbare kerk, deelt in een onder werpelijke aanneming tot kind Gods welke aanneming echter geen onveranderlijke kracht heeft tot het eeuwige leven. En die aanneming sluit alle genadegeschenken van Christus in, dus ook de vergeving der zonden en de weder geboorte, in één woord de rechtvaardigmaking en de heiligmaking. Alle leden der zichtbare kerk zouden dus onderwerpelijk deel hebben aan de vergeving der of hunner zonden, doch deze weldaad is verliesbaar, want zij heeft geen onveranderlijke kracht tot het eeuwige leven. Zal zij dan tijdelijk zijn Of moet zij nog nader vastgezet worden En als het laatste het geval zou moeten zijn van welke zijde dan We zullen de opkomende neiging onderdruk ken, om op onze beurt thans u de vraag voor te leggen, lezer hebt u het nu begrepen Laat ons in het kort enkele dingen opmerken als ant woord op deze „gevolgtrekkingen". De rest van hetgeen „Andréas" schrijft zullen wij voorbij gaan, omdat het uit niets anders bestaat dan uit een voortspinnen aan den hier gemaakte opzet. le. Zooals wij de vorige week al schreven, „Andréas" werkt met een logisch sluitend begrip omtrent het „kindschap Gods". Als wij spreken van aangenomen tot genade dan moeten wij, naar zijn meening, daaraan di rect verbinden de persoonlijke verkiezing. Dat wij van dat „aangenomen" slechts uit het geloof in de beloften Gods zeker kunnen zijn, ziet hij voorbij. Eveneens, dat wij van onze „verkiezing" ook slechts zeker kunnen zijn uit het geloof en dat God zijn kinderen tot die laatste zekerheid niet allen zoo maar brengt maar hen in hun leven dicht bij zijn Woord langzamerhand daartoe brengen wil, dat ziet Andréas ook voorbij. Hij heeft geen oog voor het leven in het verbond bij Gods inzettingen. Wanneer er sprake is van „aanneming" sluit dat volgens hem op een maal alles in. Ge gevoelt, dat is het afge trokken begrip. In de werkelijkheid bewan delt God met ons andere wegen. Is er sprake van opwassen in de zaligmakende kennis van Christus: Groeien in de genade. 2e. Gewapend met deze begripmatige voorstel ling van „kind Gods" valt hij aan op wat ik schreef omtrent de heerlijke beloften, die de Heere geeft voor de gemeente en de jonge kinderen. En maakt uit hetgeen ik schreef allerlei gevolgtrekkingen, die ik niet schroom als dwaze gevolgtrekkingen te kwalificeeren. 3e. Zeker, ik heb het woord „onderwerpelijk" gebezigd, maar tusschen aanhalingsteekens. Dat had Andréas toch op z'n minst voor zichtig moeten maken. Nu legt hij heel zijn begripmatige voorstelling van „kind Gods7' in dien door mij gebezigde term „onderwer pelijk" en heeft dan een ruim veld voor zijn gevolgtrekkingen. 4e. Wat ik schreef is niet anders dan de Gere formeerde leer omtrent het verbond. Wij belijden in de Catechismus vraag 74, dat dan de jonge kinderen „door Christus' bloed de verlossing van de zonden en de Heilige Geest die het geloof werkt niet minder dan aan de volwassenen wordt toegezegd" door God zelf. Met het oog daarop zegt ons doopsformulier, dat „de kinderen wederom tot genade zijn aangenomen" en zet duide lijk uiteen, hoe dat moet worden verstaan. Of is hetgeen overstelpende genade als de Drieëenige God dit betuigt en bezegelt voor onze kinderen Is dat maar uitwendig Wijlen Prof. Dr H. Bavinck, die toch de Gereformeerde leer wel gekend heeft, zegt „Heel de geest en de letter van het doops formulier sluit dus uit, dat het geheiligd zijn in Christus slechts in uitwendigen, voorwer- pelijken zin te verstaan zou zijn" aangehaald bij Dr B. Wielenga Ons Doopsformulier, 2e dr., blz. 240. 5e. Of worden deze beloften misschien alleen aan de uitverkoren kinderen bezegeld Immers neen wij weten niet welke kinde ren uitverkoren zijn en de kinderen zelf we ten het ook niet. Van deze hun uitverkiezing kunnen de geloovigen slechts in hun verder leven verzekerd worden wanneer zij oot moedig bij Gods Woord leeren leven en de onfeilbare vruchten der verkiezing in zich- zelve gadeslaan zooals een waar geloof, droefheid naar God enz. Ons eigen Gerefor meerde Dordtsche Leerregels zeggen het aldus. 6e. De belofte des verbonds en de eisch des verbonds is dus voor alle gedoopten. On voorwaardelijk. Zoo zegt de Gereformeerde leer. Bijltinger, tijdgenoot en vriend van Calvijn schreef in zijn Huisboek „Waarom doopen wij onze onmondige kinderen Omdat God beloofd heeft ons en ons zaad tot een God te zullen zijn En omdat wij gelooven, dat God uit loutere genade en barmhartigheid door het bloed van Jezus Christus hen ge reinigd, aangenomen en tot erfgenamen van zijn eeuwig rijk gemaakt heeft 1" 5e Decade 8e 5. 7e. Andréas zal het daarmee ook niet eens zijn. Hij wijst trouwens Calvijns schriftuurlijke onderscheiding tusschen algemeene en bi- zondere verkiezing met ook een hautaine gebaar als „woordenspel" af. Het schijnt mij toe, dat hij met de Gereformeerde leer des verbonds die op Gods Woord gegrond is, ernstige moeielijkheden heeft, om niet te zeggen overhoop ligt. Hieraan heb ik thans niets meer toe te voegen dan de in alle bescheidenheid uitgesproken wensch, dat de redactie van „Om Sions wil" zoo ze wil bouwen aan „Sion" zorg drage, dat het fundament der gezonde leer ongerept bewaard worde in haar eigen kolommen. Daar zal ieder, die het om „Sions welvaart" te doen is, zich hartelijk in verheugen. Brouwershaven. J. MEESTER. Particuliere Synode van Zeeland. De Raad van de roepende lcerk van Goes heeft besloten de vergadering van de Particuliere Synode, die 5 Juni a.s. zou gehouden worden, uit te stellen tot een nader te bepalen datum. Namens den Raad v.n., W. H. v. d. VEGT, Praeses. H. C. v. DONK, Scriba. Middelburg. VERGADERING van de Com missie van Beheer D.V. Maandag 3 Juni a.s„ nam. 7 uur in de consistorie Hofpleinkerk. Alle leden worden verzocht aanwezig te zijn. Middelburg. De Commissie van Beheer houdt zitting voor ontvangst vrijwillige bijdragen Woensdag 5 Juni van 7.308.30 uur in de con sistorie Noorderkerk. •ua.npnnm NNOcocotno u ucuib-jipiu ct\ cn c~l co i>- co iq piOCJJB go NO oÖ CO co (N O u *"0 fi (J 'o O -o a O TJ O V* ON CU O a "o era c "h O TJ O Cra M O c -a w a 13 - involg cn in in o o •?I3}ISJ3AIUn 9^1 afiTA no 1 co in nq co nö 3!HA cs cs COrHCOCOONO •jooqDg no cq oo cq in oo in 't°3lLL oö o cs cs iri no CO •u331uodbiq O On o c.. o.. inON •uaqdjnu önönonnp i cs i i in ii cs in co <nj NO o oo o O) in oo •qaqdjnjq rr in co co co •uajuapnjg •qoqdinH •puep3Z ut 'pöueag oo ON-H CS O CN no i oo o f in in nö oó cs N CO CS O CO CS no no i cq co nö cs no cs ir co d o -3 o. O O o g Q. n M c w -a e £nIo tJ 5 C O C O i-i 3 O •'-* <C CQ o cu H VERANTWOORDING van LIEFDEGAVEN. Middelburg. Ontvangen de volgende giften f 100.van N.N. door bem. van Dr Hommes; 40.van N.N. door bem. van br. Janse 2. van fam. M. door tusschenkomst van br. Kögeler; 40.van N.N. door bem. van br. Kögeler 50. van N.N. door bem. van br. Kögeler. Voorts een zak met 2656 halve centen. Brs diakenen zeggen hartelijk dank voor deze be wijzen van medeleven in de vele behoeften. Het in de extra collecte gevonden gouden vijfgul denstuk kon nog niet worden ingewisseld. Tevens bevond zich in de extra collecte een zilve ren armband. Is deze wellicht bij vergissing hierin gekomen of is het de bedoeling van de geefster, dat deze wordt verkocht en de opbrengst benut wordt voor de Diaconie Zoo mogelijk werd ik daaromtrent gaarne geörienteerd. F. DAMEN, Kassier Diaconie. Tijdelijk adresWagenaarstraat 6. Girono. 329748. VEREENIGINGSLEVEN. Gerei. Meisjesvergadering NuniaMiddelburg. Afdeeling I. Bijb. Gesch. „De intocht van Jezus", Nellie Drost. ReciteerenMarietje Joosse, Sien Sturm, Leida Vol- mer. Afdeeling II. Bijb. Gesch. „Het H. Avondmaal", Matth. 26 26-29 en Lukas 22 1420 door Janny Cornelisse. Reciteeren door Corrie Izeboud, Toos van Luyk en Ada Dirks. GerefMeisjesvereeniging „Meisjesplicht"M'burg. O. T. „Achab's en Jehu's huis", 17e jaargang no. 5 door Corrie Wagenaar. Kerkgesch. „De Doleantie II en III 18e jaargang nos. 24 en 27 door Nel Drost. Geref. Meisjesver. „Meisjesvreugd"Middelburg. Maandag 3 Juni 1940. O. T. „Jesaja", 17e jaargang no. 11 door Janna Verspoor. Opvoedkunde. „Beloonen", 20e jaargang no. 25 door Saar Wattel. Bijdrage door Jo de Wolf. Geref. Jongelingsvereeniging „Herman Faukeel". Zondag a.s. zullen de vergaderingen weer beginnen. Jaarboekje 1940» Gereformeerde Kerk Goes. 3e jaargang. Uitgave Oosterbaan le Cointre N.V., Goes. Dit jaarboekje wil een overzicht geven over het kerkelijk leven in Goes en geeft een reeks van mededeelingen en adressen, die van groote waarde zijn voor elk medelevend lid en zeker voor ieder, die zich in Goes vestigen komt. Het ledental bleef bijna constant, n.l. 1210. De wijkverdeeling is precies aangegeven, als ook welke broeders ouderlingen en diakenen voor het werk in die bepaalde buurt zijn aange wezen. Een breede adreslijst der leden maakt het overzicht gemakkelijk. Finantiëel gaat het de kerk van Goes goed, al zijn lasten voor het dia conale leven werkelijk niet gering. Ook Zendingsarbeid en die der Evangelisatie en verschillende correspondentschappen, alsook het vereenigingsleven hebben eene goede en dui delijke plaats. Als geheel geeft de kerk van Goes met deze uitgave weer eene bijdrage van haar jagen naar het ideaal ter vervolmaking van de door Christus opgelegde taak. Dank voor de toezending K. B. A. S. ZONDAG 2 JUNI 1940. CLASSE MIDDELBURG MIDDELBURG. Collecte Aflossing. Hofpleinkerk 9.30 6 uur Noorderkerk 9.30 uur 2 uur 6 uur Cand. Leenhouts Ds. A, H. Oussoren Ds. A. H. Oussoren Cand. van Swigchem Cand. Leenhouts Arnemuiden 10 en 3 uur Ds. H. Scholing Domburg 9.30 uur Leesdienst 2 uur Ds. J. E. Visser Gapinge 9.30 en 2 uur Ds. W. de Graaff Grijpskerke 10.30 en 3 uur Ds. K. J. Kraan Koudekerke 9.30 en 2 uur Ds. A. C. Heij St. Laurens 9.30 en 2 uur Ds. A. Koning Meliskerke 10 en 3 uur Ds. M. Vreugdenhil Oostkapelle 9.30 en 2 uur Ds. A. B. C. Hofland Serooskerke 9.30 en 2 u. Ds. M. W. J. C. de Kluis Souburg 9.30 en 2 uur Ds. Th. H. v. Andel Veere 9.30 en 2 uur Ds. J. W. Smitt Vlissingen 9.30 en 5.30 uur Ds. G. Smeenk Vrouwepolder 9.30 én 2 uur Ds. J. J. de Vries Westkapelle 9.30 uur Ds. J. E. Visser 2 uur Leesdienst CLASSE AXEL. Aardenburg 9.30 en 3 uur Ds. Joh. A. Tiemens Axel 9.30 en 2 uur Ds. J. S. Post Breskens Hoek 9.30 en 2.30 uur Ds. F. Pijlman Oostburg 9.30 en 2 uur Ds. Th. P. Potma Schoondijke 9.30 en 2 uur Ds. D. de Vries Terneuzen 9.30 en 2.30 uur Ds. G. W. v. Houte Zaamslag 9.30 en 2.30 uur Ds. A. B. W. M. Kok. CLASSE GOES. Baarland 9.30 en 2 uur Borssele 10.30 uur 3 uur Driewegen 10.30 uur 3 uur Leesdienst Ds. H. Fransen Ds. H. Fransen Leesdienst Goes 9.30 en 5.30 uur Ds. W. H. v. d. Vegt 's-Gravenpolder 9.30 en 2 uur Cand. W. H. J. den Boer Heinkenszand 9.30 en 2 uur Ds. Joh. Booij Kapelle-Biezelinge 9.30 en 2 uur Ds. A. Scheele Kruiningen 9.30 en 2 uur Ds. J. Koolstra Nieuwdorp 10 en 2.30 uur Ds. E. Beukema Wemeldinge 9.30 en 2 uur Ds. M. van Dijk Wolphaartsdijlc 10 en 2.30 u. Ds. G. v. Heiningen Yerseke 9.30 en 2 uur Ds. A. van Egmond CLASSE THOLEN. Anna Jacobapolder 9.30 en 2 uur Ds. J. Spoelstra Bergen op Zoom 9.30 en 5.30 uur Ds. W. M. le Cointre Krabbendijke 9 en 2 uur Ds. M. Ros Poortvliet 9.30 en 2 uur Leesdienst Rilland-Bath 9.30 en 2 uur Ds. W. G. F. van Herwijnen Tholcn 10 en 6 uur Dr. C. Veltenaai Oud-Vosmeer 9.30 en 2 u. Ds. C. A. Vreugdenhil CLASSE ZIERIKZEE. Brouwershaven 9.30 en 2 uur Ds. J. Meester Bruinisse 9.30 en 2 uur Ds. J. P. Unger Colijnsplaat 9.30 en 5.30 uur Ds. H. Veenstrr Geersdijk 9.30. 2 en 5.30 uur Leesdienst Haamstede 9.30 en 2.30 uur Ds. H. C. Voorneveld Kamperland 9.30 en 2 uur Ds. F. J. v. d. Ende Nieuwerkerk 9.30 uur Ds. H. Venema 2 en 6 uur Leesdienst Oosterland 9.30 uur Leesdienst 2 uur Ds. H. Venema Scharendijke 9.30 en 2 uur Leesdienst Wissekerke 9.30 en 2 uur Ds. A. A. Oostenbrink Zonnemaire 9.30 en 2 uur Zierikzee 10 en 6 uur Ds. G. Leene

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1940 | | pagina 3