KERKNIEUWS*
OFFICIEELE BERICHTEN.
een dergelijke houding. En dan is het antwoord
neen. En daarom zeggen we tegen die broeders
en zusters, dat ze niet alleen Gereformeerd moe
ten aanvoelen, maar Gereformeerd moeten gaan
doen. Dienaren des Woords door den Heiligen
Doop heilig te houden. Door het Heilig Avond
maal heilig te bedienen. Door het Woord te
brengen als een sleutel des hemelrijks.
Ik weet, dat men dit verketteren noemt. Niets
is minder waar. We wenschten, dat het Gode
behaagde de harten zóó te bewerken, dat alles
wat Gereformeerd is, één is. We bidden daarom.
We werken daartoe. Denk aan den hand dien we
uitgestoken hebben naar onze Christelijke Gere
formeerde broeders, maar welke niet aanvaard is!
Neen, verketteren zou dit zijn. Dat we op al
lerlei nietigheden, bijkomstigheden, zout gingen
leggen. En dat we onszelf verhoovaardigden te
genover den naaste. Verketteren, dat is de naaste
als ketter schelden en eigen gebreken niet zien.
Verketteren is zichzelf noemen de alléénzalig-
makende kerk en de anderen verdoemen. Maar
wat we hier bedoelen is niets anders dan om te
zeggen broeders en zusters, gij allen die Gere
formeerd wilt zijn, weest het metterdaad. Weest
het niet alleen door naar een „goede preek" te
willen luisteren, maar weest het in levensopen
baring. En als ge dan ziet, dat na 1834 en 1886
principieel niets veranderd is, dat men zich nog
altijd afwendt van Gods Woord, prediking toe
staat, die lijnrecht ingaat tegen de belijdenis, le
den die niets meer van de belijdenis willen weten,
een organisatie verdraagt wier achtergrond on
schriftuurlijk is, dan zeggen we weest Gerefor
meerd in der daad en in waarheid.
En dit laatste geldt niet alleen voor diegenen,
die buiten onze kerkelijk Gereformeerde belijde
nis staan. Neen, ook voor diegenen, die daar
binnen leven. Er is veel te weinig bewustzijn van
het ontzaggelijke voorrecht, dat ons deel is. We
achtten de waarde van onze kerk, die de oude
belijdenis, de oude leer der apostelen voortzet,
veel te weinig. We gedenken veel te weinig aan
hetgeen onze Vaderen in 1834 en 1886 gedaan
hebben. Laten we toch weten, in welke bevoor
rechte plaats God de Heere ons gesteld heeft.
Dan zullen we ootmoedig worden en blijven. Dan
zal het steeds weer dit zijn Heere, waarom aan
mij zulke weldaden Waarom mij geplaatst in
dat lichaam, dat zich vasthoudt aan de aloude
beproefde beginselen. Dan zullen we niet roemen
in'wat wij zijn, maar in hetgeen de Heere gedaan
heeft. Dan zullen we onze kinderen wijzen op
de wegen Gods in het verleden. Dan bidden we
Heere, laat ze één zijn, allen, die met ons een
zelfde belijdenis liefhebben. Laat ze één worden,
opdat allen diegenen, die de Schrift als Schrift
ongerept willen handhaven, één kudde zijn onder
één Herder.
A. H. OUSSOREN.
DE TOEKOMST DER WERELD.
Eenigen tijd geleden hebben we de vraag be
antwoord Wat is oorsprong van alle dingen
We kwamen tot de slotsom, dat het antwoord
op die machtige levensvraag in Gods openbaring
moet gezocht worden. God heeft gesproken en
Zijn goddelijk antwoord gegeven. In Gods
Woord worden de sluiers opgelicht en uit dat
Woord straalt heerlijk licht over deze diepe
levensvraag.
De Bijbel is ons ook hier een lamp voor den
voet.
Ook de vraag welke toekomst de wereld tege
moet gaat, kan alleen beantwoord worden bij het
licht van hetgeen de eeuwige God geopenbaard
heeft.
Waarheen
Naar welke toekomst gaan we, wij met heel
de wereld
Is er een toekomst
Of is het wereldgebeuren een aaneenrijging
van toevalligheden
Het ééne geslacht gaat en het andere geslacht
komt.
Zal dat zoo blijven, altijd door
Of is er een eindstation, waar de trein van
de wereldgeschiedenis tot stilstand zal komen 7
Ook op de levensvraag Wat is de toekomst
der wereld zijn de antwoorden van de denkers,
die de goddelijke openbaring niet aanvaarden of
niet kennen, allerminst eenstemmig.
Onder de oudste Grieksche denkers waren
reeds mannen, die van meening waren aan deze
onze wereld zijn vele andere werelden voorat-
gegaan en óp deze wereld zullen nog vele andere
werelden volgen.
De wereld, die we nü bewonen, zal eenmaal
vergaan, zal straks in 't oneindige opgaan dan
zal weer een nieuwe wereld ontstaan en
haar wacht hetzelfde lot.
Ja, er waren zelfs wijsgeeren die leerden alles
zal precies zoo terugkeeren in een nieuwe we
reld, en zoo zal 't doorgaan, altijd doorgaan.
Onze voorvaderen hadden een zandlooper.
Wanneer het zand uit 't bovenste glasbolletje
was weggeloopen en 't onderste bolletje geheel
gevuld was, draaide men 't instrument om en
wéér druppelde het zand van boven naar be
neden.
Zóó zou 't ook gaan met de gebeurtenissen der
wereld. In den nieuweren tijd sprak Fr. Nietzsche
deze gedachte uit. Alles wat is, keert weer, pre
cies zooals 't geweest is, tot in eeuwigheid toe.
Andere denkers uit den nieuweren tijd echter
meenden aan déze wereld is niet een andere
wereld voorafgegaan, en óp deze wereld zullen
niet vele andere werelden volgen, maar déze,
onze wereld is eeuwig. Zij heeft geen begin en
zij heeft geen einde. Eindeloos zal 't maar door
gaan met de wereld. Eindeloos zal ze zich rond
wentelen in eindeloozen kringloop.
Toch waren 't maar enkelingen, die van deze
overtuiging waren. Immers wetenschappelijk on
derzoek bracht aan het licht, dat deze wereld niet
eeuwig kan zijn, dat er ten slotte aan het bestaan
van deze wereld een einde moét komen.
Om slechts iets te noemen men berekende,
dat de snelheid, waarmede de aarde ronddraait,
afneemt, zij 't natuurlijk zeer, zeer weinig. Ook
kan de zon niet altijd door warmte blijven geven,
doch wordt ze kleiner van omvang. De produk-
ten der aarde ze mogen in nóg zoo overvloe
dige mate in de aarde gevonden worden raken
eenmaal uitgeput.1)
Eens komt het eind. De duur der wereld is
niet eeuwig.
Maar als 't eind er is, wat dan
Ja, wat dan
Dat weet men u niet te zeggen.
Daarop blijft men het antwoord schuldig.
Zelfs heeft een Duitsch geleerde voorspeld,
dat eens heel de menschheid met al haar kuituur
spoorloos verdwenen zal zijn.
Eens zal alles, wat we gedaan hebben, nergens
meer te vinden zijn.
Hoopvol zijn deze antwoorden van filosofen
en niet-geloovige natuuronderzoekers niet.
Welk een donkere toekomst gaan we dan
tegemoet
Op deze wereld, vervuld van ellende en ver
schrikking, vol van leed en smart, een nieuwe
wereld volgend, waarin alles, wat geweest is,
ook dus die ellende, dat leed, precies zoo zal
wederkeeren
Of déze wereld zonder einde, dus zonder
einde zonde en zondegevolgen, ziekte en dood,
oorlog en aardbeving.
Troosteloos ook de leer, dat eens heel de we
reld met al haar schatten zal ondergaan, dat 't
einde van de menschheid en van de gansche we
reld is een wegzinken in 'n groot, onmetelijk
groot graf, dat de veelbelovende vaart van 't
grootsche wereldschip zal eindigen in een jam
merlijke schipbreuk.
Is er niets hoopvollers te zeggen
Moet dat onze toekomstverwachting wezen 7
Ons antwoord is ook nu denkers kunnen hier
alleen gissen, schoone of bange droomen droo-
men. Alleen een goddelijke openbaring kan ons
een betrouwbaar antwoord geven op de vraag
waarheen, op de vraag, wat de toekomst der
wereld is.
En we mogen ook hier weer jubelen we héb
ben zoo'n openbaring. God heeft gesproken in
Zijn Woord, in den Bijbel.
Ook over deze machtige levensvraag werpt
de Schrift klaar licht.
Wat zegt ons dan die openbaring
Dit deze wereld zal zich niet eindeloos ont
wikkelen. Er kómt een eind aan deze wereld.
Maardat eind zal heel anders komen dan
de denkers, die Gods openbaring verwerpen, 't
zich voorstellen.
Wat is het groote onderscheid tusschen de
ongeloovige natuurwetenschap en degenen, die
den Bijbel als waarheid aanvaarden
De ongeloovige natuurwetenschap rekent al
leen met de krachten, die in de wereld werken,
en niet met een goddelijke macht, die buiten de
wereld staat en toch tot die wereld in betrekking
staat, haar bestuurt en haar ten slotte door
rechtstreeksche ingrijping doet beantwoorden aan
't doel, dat haar gesteld is.
Daarom hebben de geloovigen andere en
rijkere toekomstverwachting.
Stel al dat de krachten, die in de wereld wer
ken, eindige krachten zijn en naar een wereld
vernietiging heenwijzen het einde zal toch
eerst aanbreken doordat bovennatuurlijke krach
ten in het leven der wereld ingrijpen.
Niet dan is het einde der wereldgeschiedenis
daar, wanneer de wereld langzaam uitbloeit, weg
kwijnt en wegsterft, maar wanneer Jezus Chris
tus verschijnt op de wolken des hemels, wanneer
Hij door zijn verschijning de geschiedenis doet
stilstaan en den tijd doet overgaan in de eeuwig
heid. Het einde komt dus niet geleidelijk, maar
door een ingrijpen in de wereld van buiten, van
boven.
En wat wacht ons dan bij dat einde
Een totale ondergang
Neen, geen totale. Ja, de goddeloozen, zij zul
len van de aarde verdelgd worden, maar de kin
deren Gods zullen leven in een nieuwe wereld,
niet ellendig, zooals de oude, die van de zonde
doortrokken was, maar heerlijk, omdat ze van
de heiligheid doortrokken zal wezen.
Jezus komt. En dan de dooden opgewekt,
een nieuwe hemel, een nieuwe aarde, een nieuwe
menschheid, een eeuwig zalig leven.
Naar dat grootsche einddoel bewegen zich alle
dingen. Wanneer de komende Rechter onze Red
der is geworden, dan kunnen we met gespannen
verwachting en hoopvolle blik dien dag tegen
treden.
Dan kennen we iets van het heimweeverlangen
van Bernard van Clairvaux „Wanneer zult gij
toch komen, Heere Jezus, en mij met vreugde
omringen, die nooit vergaat. Wanneer zal toch
de tijd komen, dat ik mijn leven in de bron van
het goddelijk leven mag dompelen O zalig uur.
wanneer ik komen en voor Gods aangezicht ver
schijnen en binnengaan zal in het huis mijns
Gods".
A. B. W. M. KOK.
(Wordt vervolgd)
1) Dr. H. Bavinck schrijft hierover in Gere
formeerde Dogmatiek (deel IV bl. 713): Er zijn
vele overwegingen, die den eindigen duur der
wereld boven allen twijfel verheffen. De om-
draaïingssnelheid der aarde neemt volgens bere
kening minstens één seconde in 600.000 jaren af
hoe weinig dit ook zij, het brengt na billioenen
van jaren toch op aarde een omkeer in de ver
houding van dag en nacht teweeg, welke aan
alle levem een einde maakt. Voorts wordt de
rotatie der aarde voortdurend door den invloed
van ebbe en vloed vertraagd, wijl deze de deelen
der aarde verplaatst en den voorraad kinetische
energie vermindert de aarde nadert daarom
steeds de zon en moet eindelijk in haar verdwij
nen. Vervolgens is de ruimte, waarin de planeten
zich bewegen, niet volstrekt ledig, maar met
aether of verdunde lucht gevuld, die, hoe zwak
dan ook, de beweging tegenhoudt, de omdraai-
ïngssnelheid vermindert, de baan der planeten
doet inkrimpen en ze alzoo steeds meer in de
nabijheid der zon doet komen. Verder kan ook
de zon niet altijd duren hetzij zij hare warmte
produceere door invallende meteoren of door
voortdurende inkrimping of door chemische wer
kingen, zij verbruikt die warmte allengs, verkleint
haar omvang, trekt zich saam en gaat haar einde
tegemoetDe vraag is dus maar, wie van
beide, de zon of de aarde, het het langst uithou
den zalDaarbij komen nog allerlei andere
gronden voor de eindigheid der wereld het wa
ter der aarde moet wegens zijn chemische ver
wantschap met de mineralen steeds afnemen
water en zuurstof worden almeer aan vaste stof
fen verbonden de producten der aarde, steen
kolen, hout, turf, voedingsmiddelen verminderen;
de aarde, hoe rijk ook, raakt eenmaal uitgeput.
Voor een optimistische verwachting aangaande
de toekomst is er daarom op het standpunt der
wetenschap volstrekt geen plaats.
BEROEPEN TE
SoestH. van Andel te Krommenie.
AANGENOMEN NAAR
Aalten D. Veenhuizen te De Krim.
Ommen Cand. W. Verwoerd te Hekendorp.
In den ouderdom van 60 jaar is te Oude
en Nieuwe Bildtdijk (Fr.) plotseling overleden
Ds. K. Veen, predikant bij de Geref. Kerk aldaar.
Ds. Veen werd 18 Nov. 1877 te Zaandam ge
boren en bezocht het Geref. gymnasium te Am
sterdam, waarna hij aan de Vrije Universiteit al
daar theologie studeerde. In 1902 candidaat ge
worden aanvaardde hij 8 Febr. 1903 het predik
ambt te Oostburg. In 1910 vertrok hij naar Me-
liskerke om zich 16 Nov. 1919 te verbinden aan
de kerk van Oude- en Nieuwe Bildtdijk, wier
eerste predikant hij was. De overledene vervulde
voor de Classis Hallum enkele deputaatschappen.
K. B.
S.
Catechisaties Middelburg.
Sectie I. Ds. A. H. Oussoren en Cand. J. Rook.
Dinsdag 56 uur Meisjes beneden 16 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk bov.
LeerboekLandwehr Kort begrip voor
eerstbeginnenden.
Dinsdag 78 uur Meisjes van 1618 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk bov.
LeerboekDelleman en Gerritsma, Geref.
Cat. boek.
Dinsdag 89 uur Meisjes van 18 jaar en ouder.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk bov.
Leerboek Delleman en Gerritsma, Geref.
Cat. boek.
De zoogenaamde meisjes-van-buiten worden
op een der bovengenoemde catechisaties ver
wacht naar haar leeftijden.
Woensdag 78 uur Jongens tot 18 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk ben.
LeerboekLandwehr Kort begrip voor
eerstbeginnenden.
Woensdag 89 uur Jongens boven 18 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk ben.
LeerboekDelleman en Gerritsma, Geref.
Cat. boek.
Woensdag 910 uur Militairen.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk ben.
LeerboekDelleman en Gerritsma, Geref.
Cat. boek.
Sectie II. Ds. D. Bremmer en Cand. J. Rook.
Dinsdag 56 uur Meisjes uit de stad ben. 16 jaar
89 uur Meisjes van 1618 jaar.
910 uur Meisjes boven 18 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk ben.
Woensdag 6.307.15 uur Jongens beneden 16 j.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk bov.
LeerboekLandwehr Kort begrip voor
eerstbeginnenden.
Woensdag 7.158 uur Jongens beneden 16 jaar.
Plaats consistoriekamer Noorderkerk ben.
LeerboekLandwehr Kort begrip voor
eerstbeginnenden.
Jongens beneden 16 jaar, die voor het eerst de
catechisatie zullen bezoeken, worden op deze
laatste catechisatie verwacht.
Woensdag 89 uur Jongens 1618 jaar.
Plaats consistoriekamer Noorderkerk ben.
LeerboekDelleman en Gerritsma, Geref.
Cat. boek.
Woensdag 910 uur Jongens boven 18 jaar.
Plaats consistoriekamer Hofpleinkerk ben.
KORT VERSLAG van de vergadering van
de Geref. Kerken in de Classis Tholen,
gehouden op Donderdag 15 September
1938 te Bergen op Zoom.
1. Ds. Ie Cointre, naar toerbeurt Praeses,
opent de vergadering met psalmgezang, Schrift
lezing en gebed.
2. Uit een door een commissie ad hoe inge
steld onderzoek blijkt, dat de kerken wettig ver
tegenwoordigd en de credentiebrieven in orde
zijn en de vergadering alzoo wettig geconstitueerd
is. Eén kerk heeft een diaken-afgevaardigde,
wien, de redenen gehoord, keurstem wordt ver
leend. De kerk van P. heeft een instructie.
3. Naast Ds. Ie Cointre als Praeses nemen in
het Moderamen zitting Ds. van Herwijnen als
Scriba en Ds. Vreugdenhil als Assessor.
4. Ds. van Herwijnen leest als Scriba de no
tulen van de vorige vergadering, welke onver
anderd worden goedgkeurd.
5. Naar aanleiding van de notulen worden
enkele zaken besproken.
6. Ingekomen Stukken
a. een schrijven van de Curatoren van de
Theol. School, inhoudend een instructie voor den
classicalen correspondent. Deze instructie wordt
in handen gesteld van den classicalen correspon
dent met verzoek hierover advies uit te brengen;
b. een schrijven van Ds. Hoekstra te Zwarte-
broek, Scriba van een commissie ad hoe uit de
Classis Apeldoorn, inhoudend een verzoek om
inlichtingen, welke maatstaven als de beste kun
nen beschouwd worden ter vaststelling van het
classicale percentagecijfer is reeds beantwoord;
c. een schrijven van een der zendende ker
ken, inhoudende de mededeeling, dat een Zen
dingsdienaar is geschorst in zijn ambtelijken
dienstmet leedwezen vernomen
d. een uitvoerig schrijven, met allerlei bijla
gen, van dezen Zendingsdienaar wordt in han
den gesteld van de classicale Zendingsdepp.
7. De Scriba doet mededeeling van de ge
voerde correspondentie.
8. Instructies. De instructie van de kerk van
P. wordt ten deele teruggewezen naar den ker-
keraad, ten deele bij de rapporten behandeld.
9. Rapporten
a. de kerken van Rilland-Bath en Bergen op
Zoom rapporteeren, dat alle kasboeken der
classis-Depp., aan wie eenig financieel beheer is
toebetrouwd, door haar zijn nagezien en in orde
bevonden
b. Ds. Vreugdenhil brengt rapport uit over
de Part. Synode te Goes. Naar aanleiding hier
van worden enkele zaken besproken, welke nader
met onze classis in verband staan
c. Ds. Ie Cointre brengt als Dep. ad hoe rap
port uit over de Zending. Hij wijst o.a. op het
besluit der Part. Synode een tweeden missionair-
predikant te beroepen en dringt aan op meerdere
offervaardigheid. Tevens doet hij verslag van de
laatste vergadering der Zendings-Depp. Hij stelt
voor, dat op de volgende vergadering, waarbij
alle gemeenteleden worden opgewekt tegenwoor
dig te zijn, Ds. Merkelijn wordt uitgenoodigd,
om de Zendingsaangelegenheden te bespreken.
Dit voorstel wordt aangenomen
d. Ds. Vreugdenhil brengt rapport uit over
de kerkvisitatie te Krabbendijke, Rilland-Bath,
Bergen op Zoom en Anna Jacoba Polder
e. Ds. Spoelstra rapporteert over de kerk
visitatie te Oud-Vossemeer, Poortvliet en Tho
len. Het rapport over de kerkvisitatie te P. geeft
aanleiding tot een langdurige bespreking.
10. Benoemingen
Benoemd worden
1. tot Secundus-Quaestor: br. J. van Strien
te Anna Jacoba Polder
2. tot dep. voor den arbeid onder de Ver
strooide Geref. in Frankrijk br. J. van Strien te
Anna Jacoba Polder
3. tot dep. voor diaconieën, die idioten en
andere ellendigen te verzorgen hebben br. A.
Zeevaart te Krabbendijke, sec. br. A. J. Huys-
son te Krabbendijke.
Alle andere deputaatschappen worden gecon
tinueerd.
11. Ds. Vreugdenhil dient als Dep. ad hoe
de begrooting voor Art. 13 K.O. 1938/'39 in,
welke wordt goedgekeurd en aanvaard. Er is een
verlaging van plm. 6 in de bijdrage der classis-
kerken.
12. De collectenlijst 1938/'39 wordt ingediend
en na enkele wijzigingen vastgesteld.
13. Rondvraag naar Art. 41 K.O. De kerk
OCTOBER a.s
begint de nieuwe jaargang. Alle nieuwe abonné's
ontvangen HET PRACHTIGE JUBILEUM
NUMMER met de illustratie in 6 kleuren van
het Koninklijk Huis en, voor zoover de voorraad
strekt, alle nummers met de fraaie foto's over
het Regeeringsjubileum.
ABONNEERT U NU.
Per week \2]/2 cent, per kwartaal 1.62J^.
Opgave van nieuwe abonné's aan de Administra
tie, Nieuwe Achtergracht 104, Amsterdam-C, of
bij de plaatselijke agenten.
„DE STUWDAM" met 32 pagina's en een
kinderbijblad AAN DE SPITS der geïllustreerde
STUWDAM