FEUILLETON
BRANDING
ZENDING.
Moge het voorbeeld van Goes anderen stimu-
leeren, en mogen ze, zoo mogelijk, die stimulans
nog sterker maken, door haar eigen recordcijfer
te verbeteren.
'n Valsche tegenstelling.
Evenals de radio een middel is om met de
buitenwereld in contact te komen, maar dit mid
del misbruikt kan worden, wanneer we de we
reld in ons huis halen, zoo komt ongevraagd
door duistere machten, veel verderfelijke propa
ganda door die nietige brievenbus in onze woning.
Ik zeg dit allerminst schertsend. Ik meen in
volle ernst, dat ouders hier een taak hebben. Ze
moeten terdege rekening houden met dit feit
dat naast veel goeds, er ook veel vergif in hun
huis komt.
Met opzet schrijf ik het woord vergif neer.
Zoo werd door mij deze week een pamflet ont
vangen van de N.S.B. Met groote letters prijkt
op de voorpagina dit woord: Mussert of Moskou.
Nu heeft dit weer dc schijn met zich mee, waar
te zijn. De tegenstelling tusschen fascisten en
communisten wordt met den dag grooter. Het
schijnt werkelijk, dat we tusschen die twee moe
ten kiezen. En ongemerkt, als een druppel vergif
door het eten, komt de gedachte bij de men
schen op jaze hebben gelijk die heeren
dat wordt de groote tegenstelling. Geen andere
keuze is mogelijk dan tusschen die twee.
Mussert of Moskou... die tegenstelling schijnt
waarheid, maar het is leugen.
Als ge voor de keus gesteld wordt uw vader
of uw moeder dood te slaan, dan zegt ge Ga
weg met uw valsche tegenstelling. Ik kies geen
van beiden te doen. Ik wil vader en moeder lief
hebben. Ik kies tusschen deze tegenstelling Gode
gehoorzaam zijn of niet. Elke andere tegenstel
ling is onwaarheid.
Zoo is het hier. We verwerpen de valsche
tegenstelling. We willen noch voor het ééne
kwaad kiezen noch voor het andere. Maar we
kiezen voor de gehoorzaamheid aan Gods ge
boden. En die gehoorzaamheid zeg ik op wan
neer ik kies voor de N.S.B. of Moskou.
Die gehoorzaamheid aan mijn God gaat boven
alles en tegen die gehoorzaamheid in verbonds-
verhouding strijdt de gehoorzaamheid aan dicta
toren, hetzij van Moskou, Rome of waar ook.
Laten ouders waken, vooral in komende da
gen over datgene wat aan vergif in hun huis
wordt geworpen.
„Ontelbare communistische mantelorganisaties
druppelen het Moskousche vergif in alle lagen
van de bevolking", schrijft de N.S.B. Ja, en het
zelfde doet gij.
En daarom staat de N.S.B. en de Communis
tische partij naast elkaar. Zijn het twee kwaden
waartegen de Christen zich moet te weer stellen.
Tegen beide gevaren moeten we rustig ons
blijven verzetten. Omdat ze de beginselen raken
van ons Christendom. En als de N.S.B. dan in
sinueert „En weer klinkt het door de radio
Rustig blijven, rustig blijven, vooral rustig blij
ven", dan antwoorden wij In die rust van den
Christen, die gij niet kent, zult ge een muur vin
den waartegen ge wel kunt aanstormen, maar
dien ge niet kunt omverwerpen. Want de basis
van onze rust is onze Koning. En die Koning zal
als het moet, ons te wapen roepen tegen alle
onruststokers, hoe mooi ze zich ook voordoen,
en hoe valsch ze de tegenstellingen ook maken.
A. H. OUSSOREN.
ZEEUWSCH-VLAAMSCHE BRIEVEN.
Zaamslag, November 1936.
De jaarlijksche kerkvisitatie heeft ook dit jaar
in onze streek weer plaats gehad. Natuurlijk is
hetgeen dan besproken wordt niet voor publici
teit bestemd. Het onderzoek draagt een vertrou
welijk karakter. Toch zijn er enkele dingen,
waarover ik in mijn brief wel iets mag zeggen,
omdat ze een meer algemeen karakter dragen.
Het is bijna overal de klachthet gezinsleven
gaat hard achteruit. Vader en moeder treden niet
met gezag op en beseffen niet, dat ze van Gods
wege met autoriteit over hun kinderen bekleed
zijn. De kinderen moeten de ouders niet maar
gehoorzamen, omdat deze ouder en wijzer zijn,
en de ouders moeten niet hun invloed verspelen
door met onderdanigheid hun kinderen te ver
zoeken en te smeeken toch te doen, wat van hen
gevraagd wordt. De ouders zullen zich van hun
koninklijke taak bewust zijn en gehoorzaamheid
eischen, omdat het God belieft door hun hand
de kinderen te regeeren.
In menig gezin moeten de ouders zuchten we
kunnen de kinderen niet meer baas, ze gaan hun
eigen weg en doen hun eigen begeerten. De
groote fout is, dat men van jongsaf aan de tucht
niet handhaaft en de jonge harten buigt. Hoeveel
ouders voeden wél hun kroost, maar ze voeden
de kinderen niet öp.
Kort geleden sprak Ds. Buffinga van Rotter
dam voor de radio over uithuizigheid. Het on
gelukkige is, dat tegenwoordig uithuizigheid
mogelijk is, terwijl allen, ouders en kinderen,
thuis zijn. Zoolang men thuis is, moet de radio
aan. De vroegere sfeer van huiselijke intimiteit
is verdwenen. Zelfs in huis vormt het gezin een
aantal personen, die ieder voor zich hun genot
zoeken en hun eigen belangen behartigen. Vroe
ger waren vader en moeder geheel het middel
punt, en was hun woord wet. Toch ontbrak de
vroolijkheid allerminst.
Terecht heft Ds. Buffinga de leuze aan Terug
naar het gezin Het gezin moet weer in eer wor
den hersteld. Niet dat men zich in het gezin
moet opsluiten. Dat is ook verkeerd. Maar van
uit het gezin moeten we werken voor 't heil van
onze naasten met de ons van God geschonken
gaven.
Hoeveel slappe gezinnen tegenwoordig, waar
van de kinderen éénmaal 's Zondags naar de
kerk gaan en zeer ongeregeld de catechisatie
bezoeken.
Ende ouders zijn blij dat hun kinderen
tenminste nog één keer willen gaan, dat hun kin-
I deren nog zóó goed en welwillend zijn
Inderdaad, er zijn beangstigende symptomen in
het Gereformeerd kerkelijk leven, de goede ge
zinnen niet te na gesproken. De verslagen over
het huisbezoek stemmen vaak droef. De kinderen
zijn afwezig en de ouders spreken druk mee, zoo
lang 't over de dingen van den dag gaat, maar
kijken angstig en zwijgen als een pot, zoodra het
gesprek over de hoogere dingen gaat.
Nauw met dit droeve tijdsverschijnsel hangt
samen de weinige christelijke lektuur, die in de
gezinnen gelezen wordt.
Eén van onze visitatie-vragen luidtWordt
ook gelet op de lectuur
Degenen, die huisbezoek doen, wijzen geregeld
op het groote gevaar van de neutrale pers en
wekken op tot lezen van christelijke dagbladen
en kerkelijke weekbladen. Toch blijven er gezin
nen, waar geen enkel christelijk blad op de huis
tafel komt. Het morgen- en avondblad van het
Nieuws van den Dag of De Courant is het
eenige geestelijke voedsel voor de ouders en de
kinderen.
Hoe weinig verstaan zulke ouders den tijd,
waarin we leven en de noodzakelijkheid dat onze
jonge menschen de beginselen leeren verstaan,
die op kerkelijk, politiek en maatschappelijk ter
rein voor ons als Christenen hebben te gelden.
En dan klagen zulke ouders, die hun kinderen
alle geestelijk voedsel onthouden, dat deze sym
pathie voelen b.v. voor de N.S.B. en dergelijke
bewegingen Ze hebben niets van het zuivere
beginsel bestudeerd en zijn voor elke beweging,
die met schoone beloften en holle leuzen komt,
terstond te winnen.
Natuurlijk zijn er allerlei uitvluchten.
Wat de kerkelijke bladen betreft men
vraagtwelk blad moeten we dan lezen Het
eene Gereformeerde Kerkblad bestrijdt vinnig
het andere. Inderdaad is dit een moeilijkheid,
maar we hopen, dat de Synode in zóóver zui
verend gewerkt heeft, dat 't persoonlijke niet
meer naar voren komt en de kwesties zoo zake
lijk mogelijk worden behandeld. Er hebben al
verschillende verzoeningen plaats gehad
Ieder kieze het kerkelijk blad, dat 't meest bij
zijn aard, karakter en geestelijk structuur past.
Voor de ouderen zal dat allicht een bezadigd
en rustig blad als de Heraut of de Bazuin wezen.
Voor de jongeren, die in de hedendaagsche
vraagstukken willen ingeleid worden de Refor
matie of het Calvinistisch weekblad.
Wat de dagbladen aangaat men hoort dik
wijls de klachtonze Christelijke dagbladen zijn
voor werkmenschen, die elf gulden per week
verdienen, te duur. Ook in deze klacht is een
element van waarheid.
Maar er zijn belangstellende arbeiders, die
dit bezwaar ondervangen door met anderen één
abonnement te nemen. Bij eenigen goeden wil
zijn de bezwaren wel te overwinnen. Hier ligt
ook een roeping voor de rijkeren om hun blad
gratis door te geven aan de arbeiders of werke-
loozen. Wanneer dit vaker gebeurde, zouden
meerderen bereikt worden en ook daarin zou de
Christelijke liefde tot openbaring komen.
A. B. W. M. KOK.
DOOR
K. H. M ARIN USSEN
28)
„Nu, je tante wilde het graag. En Laarwoud,
'k zal er geen kwaad van zeggen, ik ben er en
kele malen met genoegen geweest, maar 't blijft
toch een dorp."
„Alles heel aardig. Maar de diepe grond was
een andere. Moeder zou dan dichter bij haar
weinig belovenden jongsten zoon wonen, om een
oogje op hem te kunnen houden. Dat baatte na
tuurlijk niets, 'k heb het onmiddellijk gezegd. Aan
Dolf is toch geen eer te behalen. Maar 't grap
pigste zal nu worden, dat moeder en Annie naar
Rotterdam moesten komen, om Annie het geluk
te bezorgen Het kan toch vreemd loopen in de
wereld. Een stuivertje kan raar rollen. Zie, daar
om moest ik zooeven lachen."
„Ik zou liever spreken van wonderlijke leidin
gen. Trouwens we vermoeden alleen nog maar.
Best mogelijk, dat we ons vergissen."
„Geen sprake van", zeide Dolf met de zekere
beslistheid, die hem zoo vaak kenmerkte. „Die
twee komen bij elkaar. Als het vandaag niet is,
dan morgen. Ik ben niet blind hoor. Je broer
draait om Annie en Annie heeft hem lief, dat
heb ik allang bemerkt. Zij kan mij niet bedriegen,
al is zij zeer gereserveerd op dat punt.
„Wat een menschenkennis grapte Lucie.
„Zusterkennis", verbeterde Dolf lachend.
„Maar ik gun je broer haar van harte. En om
gekeerd. Zij behooren bij elkaar. Ze denken ge
lijk. Nu, wat wil je meer Moeder behoeft ten
minste geen zorg te hebben een schoonzoon te
krijgen, die van het slag van mij is", merkte hij
vervolgens bitter op.
„Annie zou er niet aan denken, met zoo iemand
te komen", antwoordde Lucie den bitteren toon
niet opmerkend, vervuld als zij was met eigen
gedachten.
Plotseling stond hij stil en zag haar aan. Ge
lukkig voor Lucie was het reeds schemerachtig,
zoodat Dolf haar blozen niet opmerkte.
„Meen je heusch, als er echte liefde in het spel
is, dat een jongen het meisje of, omgekeerd, het
meisje den jongen moet laten varen, als het ver
schil bestaat, waarop ik zooeven doelde.
„Dat moet", zeide zij, moeilijk sprekend en
doorloopend, om haar onrust niet te doen blijken.
„Ja, dat moet", herhaalde hij peinzend. „Dat is
grauwe theorie. Maar de practijk is anders. Dan
spreekt alleen de stem der echte liefde. Wat ver
klaarbaar is."
„Neen, die moet gesmoord, hoe hard dat
valt", merkte Lucie op.
Het was haar, of haar eigen stem uit verre
verten klonk. Den geheelen middag had zij zich
in zijn nabijheid behagelijk gevoeld en nu
sprak zij zoo. Een van buiten geleerd lesje zon
der realiteit voor haar zelf.
Dolf lachtte min of meer grimmig.
„Het is theorie, Lucie. Heusch. 't Is misschien
een onbescheiden vraag en je behoeft er geen
antwoord op te geven als je niet wilt. Maar, als
Magelang, 26 September 1936.
Amice,
Gisteren ben ik naar Bono geweest om het
Avondmaal te bedienen. Dit was de 4e of 5e
keer dat ik daar kwam om de Sacramenten te
bedienen ook nu waren er weer 11 die belijdenis
des geloofs wenschten af te leggen en te worden
gedoopt met hun 6 kinderen.
Nog maar kort hebben we daar gewerkt, maar
in dien korten tijd hebben we daar veel zegen
ontvangen en de vraag kwam reeds op of deze
gemeente, nog geen 1 y2 jaar oud, niet reeds rijp
geacht moet worden voor institueering.
Het is er prettig, om er te vertoeven. Het leeft
er zoo, er is zooveel opgewektheid. Ze vertellen
U van de bezoeken, die ze afgelegd hebben om
menschen, vrienden, familieleden, kennissen te
bewegen tot gelooftwee broeders vertelden me,
dat ze den vorigen avond uitgegaan waren en
tot 's morgens 5 uur hadden gepraat met een
belangstellend dorpshoofd, die graag eens wat
over die nieuwe leer wilde hooren. Maar bijzon
der kwam ik toch onder den indruk van de ant
woorden, die deze 11 Javaansche broeders en
zusters op de gestelde vragen gaven. Bij het on
derzoek werden de volgende vragen en antwoor
den gegeven
Hoeveel stukken moet ge weten om zalig te
worden
Drie stukken le. ik moet mijn zonde en el
lende kennen 2e. ik moet weten, hoe ik van die
zonde en ellende verlost moet worden 3e. ik
moet weten, hoe ik Gode daarvoor dankbaar
zal zijn.
Waaruit kunt ge Uw zonde kennen
Uit de Wet van God.
Welke Wet? Uit de Wet der 10 geboden.
Aan wie heeft God die Wet gegeven
Aan het Israëlitische volk.
Van wie stamt dit volk af? Van Jakob.
Waarom heet het dan Israël Zoo werd Jakob
genoemd, nadat hij met God geworsteld had bij
den Jabbok.
Van wie stammen wij allemaal af
Van Adam en Eva.
Waar heeft Adam gewoond In 't Paradijs.
Had Adam reeds zonde, toen hij geschapen
werd Neen, Adam is zonder zonde geschapen.
Welke zonde heeft hij gedaan Hij heeft het
proefgebod overtreden.
Hebben wij daar ook wat mee te maken Ja,
die zonde van Adam is ook onze zonde.
Hoe noemen wij onze zonde, die we met Adam
gemeen hebben De erfzonde.
Hebben we nog andere zonden Ja, de zon
den, die wij zelf gedaan hebben.
Hoe kunnen wij die zonden onderscheiden
In zonden met gedachten, woorden en werken.
Kunnen wij van die zonde verlost worden
Ja, door het geloof in Jezus.
Wat heeft Jezus dan voor ons gedaan Hij
heeft onze straf gedragen.
Waarin bestaat die straf In de dood.
Wat is dood Dood is de scheiding van de
ziel en God, van de ziel en het lichaam, van de
ziel en lichaam van God.
Wie werkt dat geloof in U De Heilige Geest.
Wanneer In de wedergeboorte.
Wat is wedergeboorte In de wedergeboorte
wordt onze ziel levend gemaakt.
Is het oude leven dan heelemaal weg Neen,
van het oude is nog veel over, waartegen we
moeten strijden.
Wat is geloof Gelooven is een zekere kennis
van God en Zijn beloften en een hartelijk ver
trouwen, dat mij al mijn zonden zijn vergeven.
Is er ook geloof, dat niet zalig maakt Ja, tijd-
geloof, historisch en wondergeloof.
Wat is dat Tijdgeloof is een geloof, dat
slechts een korten tijd duurt en bezwijkt, wanneer
we er moeite voor moeten verduren.
Wondergeloof is het geloof, waardoor ik aan
neem, dat er aan mij of door mij een wonder
kan gebeuren. Historisch geloof noemt de inhoud
van den Bijbel waar, maar het gaat buiten het
hart om.
Wie was de Heere Jezus De Zoon van God;
de Zaligmaker der wereld.
Zijn er nog meer Zaligmakers Neen, Jezus is
de eenige Zaligmaker.
Hoe wordt het geloof versterkt Door de pre
diking des Woords en het gebruik der Sacra
menten.
Hoeveel Sacramenten zijn er Twee de H.
Doop en het H. Avondmaal.
jij nu eens in dat geval verkeerde, wat zou je
dan doen
„Ik verkeer niet in dat geval", antwoordde
Lucie met een benepen stem. Waar wilde hij
heen Hij was vol ernst
„Dat is een uitvlucht. Ik zeg veronderstel het
geval denk je het in."
„Niet zoo gemakkelijk, om het mij in te den
ken. Maar ik wil probeeren een antwoord te ge
ven. Dan zou ik mijn best doen, die liefde te
begraven en bidden, dat God mij kracht gave,
om dat te kunnen doen."
„Wat staan we toch oneindig ver van elkaar
af", zeide hij opeens. „Daar hebben we eenige
uren gezellig gepraat en gereden en er gaapt
tusschen ons een kloof. We begrijpen elkaar
niet."
„Je kunt toch beter weten", wierp Lucie tegen.
„En je begrijpt me wel, je bent opgevoed in de
beginselen, die ik beleid. Als je toch eens terug
keerde
„Ga je nu preeken", spotte hij.
„Spot niet, Dolf", smeekte Lucie, impulsief
zijn arm grijpend. „Je doet mij er pijn mee."
„Dat was mijn bedoeling niet. Maar we
zouden niet kibbelen. Alleen nog ditik vind het
een zedelijke zelfmoord, zijn liefde te begraven,
omdat er verschil in levensbeschouwing is tus
schen twee menschen, die elkaar liefhebben. Een
huwelijk tusschen die beiden kan zeer gelukkig
zijn."
„Zulk een verbintenis is principiëel geoor
deeld", merkte Lucie op. En, terwijl zij sprak,
neigde haar hart naar de meening van Dolf
„Dat is het starre dogma Ik haat hetbarstte
Waarmee worden wij gedoopt Met water.
Is dat gewoon water, of zit er in dat water
een verborgen kracht Het is gewoon water.
Waarom gebruiken we water Omdat het
zoo'n duidelijk zinnebeeld is van de reiniging
der zonde.
Neemt dat water de zonde weg Neen, we
worden van onze zonde gereinigd door het bloed
en den Geest van Christus.
Moeten de kinderen ook gedoopt worden
Ja, want zij behooren bij het Verbond.
Met wie is dat verbond opgericht Met Abra
ham en zijn zaad.
Welk Sacrament was er toen De besnijdenis.
Hoe heet het tweede Sacrament Het Heilig
Avondmaal.
Wanneer is dat ingesteld In den nacht in
welken Jezus verraden werd.
Voor wie is het H. Avondmaal Voor ieder
die gelooft.
Welke zijn de teekenen Gebroken brood en
vergoten wijn.
Wat wordt ons aan het Avondmaal verzekerd?
Vergeving der zonden en het eeuwige leven.
Wat moet er aan het Avondmaal vooraf gaan?
Zelfbeproeving.
Waar gaat die zelfbeproeving over Over drie
stukken 1moet ik nagaan mijn zonden, en die
voor God met oprecht leedwezen belijden 2.
gelooven, dat God ze om Christus' wil vergeven
heeft3. nagaan of ik nu voortaan meer tegen
mijn zonden strijden wil.
Zit er ook iets bijzonders in die teekenen
Er zit niets bijzonders in.
Hierbij heb ik het onderzoek afgebroken, om
dat er al heel wat tijd mee verstreken was en uit
de vlotte antwoorden wel bleek, dat het onder
wijs van den goeroe vruchtbaar was geweest.
Het antwoorden is niet altijd even vlotwe
moeten wel eens een keer afwijzen, wanneer men
blijkbaar nog niet begrijpt wat het is te gelooven,
in den Heere Jezus.
Maar hier in Bono liep alles zoo bijzonder en
geen van die 11 menschen kon lezen. Ze hadden
het alles van mondeling onderwijs moeten heb
ben. Maar als U hoort, hoe dikwijls zij bij elkaar
komen, hoe vaak ze er over spreken met elkaar,
hoe dat heel hun leven eiken dag weer in beslag
neemt, dan gaat ge begrijpen, hoe ze het alles
zoo weten kunnen.
De goeroe vertelde me dan ook, dat hij bijna
geen tijd heeft om uit te gaan en andere dorpen
te bezoeken, want hij heeft den geheelen dag
catechisaties en eiken dag weer komen ze hem
vragen stellen en luisteren ze begeerig naar zijn
onderwijs. Op die manier was het mogelijk, dat
die menschen, die niet lezen kunnen, toch zoo
veel van het onderwijs hadden opgestoken. Toch
voelde ik wel, hoe noodig het was, dat deze
menschen lezen leerden en we hebben dan ook
afgesproken, dat er geregeld les in het lezen ge
geven zou worden, opdat zij zelf den Bijbel kun
nen lezen. Op m'n vraag of ze nu nog wel eens
iets uit en over den Bijbel hoorden behalve van
den goeroe-indjil, luidde het antwoord bevesti
gend.
Want in het dorp woonde iemand, die goed
lezen kon en in zijn huis hing dan ook een bordje,
waarop bekend gemaakt waren de tijden, waarop
hij den Bijbel las en dat ook anderen dan bij hem
konden komen om te hooren. Eens in de week
komen zij allemaal daar luisteren, maar sommi
gen hebben kinderen op school en al kunnen zij
zelf dan niet lezen, hun kinderen moeten dan
maar hardop in den Bijbel lezen, en zoo zitten
dan de ouderen, die niet lezen kunnen, vaak om
hun jongen geschaard te luisteren, naar hetgeen
die jongen ze uit den Bijbel voorleest, 't Is alles
dus wel primitief, maar op deze primitieve wijze
heeft het Woord Gods daar zijn loop en ver
richt het wonderen van vernieuwing.
Niet in alle gemeenten is het zoo opgewekt en
verblijdend, maar over het algemeen is er belang
stelling in Gods Woord en zijn er tal van wegen,
waarop ook de onkundigen, die de edele kunst
van lezen niet geleerd hebben, kennis verkrijgen
van Gods Woord.
Gaarne beveel ik ook deze gemeente in Uwe
voorbede aan.
Als steeds
1.1.
A. MERKELIJN.
hij los. Maar dan in eenen milder gestemd
„Neem me niet kwalijk, dat ik me even liet gaan.
Ik begrijp, dat het je pijn doet. Gelukkig komen
we in het drukke stadsgewoel. Dan houdt alle
discussie op."
„Zullen we een tram nemen Ik ben bepaald
moe."
„Dan doen we het zeker."
„Op den Goudschen Singel stapten zij uit. Hij
vergezelde haar tot vlak vóór het huis in de
Jonker Fransstraat en drukte haar hand, die iets
langer vasthoudend dan bij een gewone plicht
pleging.
„Ik dank je voor dezen prettigen middag, dien
ik niet licht zal vergeten. Het is toch mogelijk
gezellig met elkaar om te gaan, al scheidt een
kloof. En nu, vaarwel. Morgen ga ik naar Lei
den."
„Morgen vroeg Lucie, die haast niet spre
ken kon. „Annie zei van Maandag."
„Dat was eerst de bedoeling. Maar ik ben
veranderd. Groeten thuis, Lucie. En denk wat
mild over den zondaar in Leiden. Hij is toch nog
niet zoo slecht als jullie meenen."
Meteen verdween hij ijlings.
„Het gaat niet goed, Dolf", mompelde hij. „Je
hebt dat meisje lief, al denk je van niet. En je
hebt bemerkt, dat jij haar ook niet onwelgevallig
bent. Dat wordt misère. Breng dat lieve kind
niet in verzoeking."
Peinzend liep hij verder.
(Wordt vervolgd)