VAN VERRE EN NABIJ. FEUILLETON KLATERGOUD KERKNIEUWS* P. Geense, uit Kapelle C. van Zweden, uit Baarland S. de Mol, uit Kruiningen H. van Nieuwenhuize. Stembriefjes waren er uit Middel burg, Axel, Nieuwerkerk en Oud-Vosmeer waar op namen van een tweetal predikanten om in de zaak van Ds. Budding van advies te dienen Beekerke vertrouwde haar leeraar ten volle en Domburg vond het onnoodig. Zoo werd dan op 23 Oct. 1839 te Goes de vergadering gehouden ten huize van Pieter Geense, Voorstad, met Ds Gezelle Meerburg als praeses. Ds. Budding was afwezig. Misnah -{- Gemara Talmoed, Wat dus de Halachah een door de traditie vastgestelde met autoriteit bekleede toepassing van de wet, was de Haggadah een vrije verklaring van de Torah betreffende dogmatische en ethische pro blemen, was de Misnah een excerpt, een kort begrip van de Halachah, de Gemara is op haar beurt een „steeds meer gecompliceerde op scholastische wijze alles be sprekende en uiteenrafelende verklaring van de Misnah". In de school van Jeruzalem, zoowel als die van Babylonië werd de Misnah het voorwerp van vlijtige studie. Het doel was om aan te too- nen, dat er werkelijk verband bestond tusschen de Misnah en de Torah (de wet). Voorts werd getracht de Misnah up to date te doen zijn, zoo dat ze toegepast kon worden op de tijdsomstan digheden. Het resultaat van deze studie werd Gemara d.i. voltooiing genoemd. De Talmud, nu is de combinatie van de Ge mara met de Misnah en deze Talmud onder scheiden we weer in Jeruzalemsche en Babylo nische Talmud, al naar de scholen waar ze ont staan zijn. De Babylonische Talmud geeft eerst een ge deelte van de Misnah en daarop volgt dan direct de verklaring der Gemara. In deze Talmud treft men dan natuurlijk weer gedeelten aan die meer halachisch zijn (wettisch) en die meer dogma tisch ethisch zijn (haggadisch). De Jeruzalemsche Talmud is veel korter dan de Babylonische, veel meer conservatief en vond lang zulk een algemeene erkenning niet. Nu zagen we reeds dat de hoofdinhoud van de Misnah niet enkel godsdienstig is. In den loop der eeuwen trof men dan ook in de Talmud al lerlei andere wetenschappen aan Wijsbegeerte, geneeskunde, astrologie enz. enz. Als dan ook een Jood onderwijs ontvangt, wil dat zeggen on derwijs in de Talmud. Niemand denke gering over de geweldige schatten en waarheden die in de Talmud verza meld zijn. In de gansche wereld vindt het Joden dom in de Talmud de voedingsbodem. We willen nog opmerken, dat deze omschrij vingen allerminst wetenschappelijk zijn. Dit zou in zulk een kort bestek onmogelijk zijn. We heb ben alleen getracht door een korte aanduiding eenige omschrijving te geven. A. H. OUSSOREN. Italië, In de Italiaansche Encyclopaedic schrijft Mus solini het volgende over het Fascisme „Het Fascisme gelooft noch in de mogelijkheid noch in de nuttigheid van een voortdurende vre de. Zij is stuitend voor de leer van de Fascisten. Die vrede kan slechts geboren worden door de worsteling op te geven en door een daad van lamlendigheid in het aangezicht van het offer. Alleen de oorlog verheft alle menschelijke ener gie op het hoogste spanningspunt en zet een merk van adeldom op de volken die de moed hebben hem in het aangezicht te zien. Alle an dere pogingen zijn slechts surrogaten, die de menschen nooit werkelijk gesteld hebben in de positie waarin ze de groote beslissing hebben te nemen leven of dood. Dus is een leer gefundeerd op de gevaarlijke eisch van den vrede vijandig aan het Fascisme, hoewel ze aanvaard wordt voor het gebruik dat men ervan zou kunnen maken om bizondere om standigheden te behandelen. Alle internationale liga's en bondgenootschap pen kunnen zooals de historie het zal aantoonen, naar de vier winden verstrooid worden wanneer eenmaal een machtig nationale geest zal worden ontketend voor een of ander motief hetzij dit sentimenteel, idieel*of nuttig is." DOOR H. KINGMANS 42) ,,'k Was gistermiddag in Alkmaar en belde voor alle zekerheid Heino op. Eerst kreeg ik een juffrouw aan het toestel, die niet wist, of mijn heer aan de zaak was. Maar geen drie seconden later had ik hem. Hij moet in hetzelfde lokaal geweest zijn, dat kan niet anders. Enfin, hij was er dus en ik voelde, dat hij schrok, toen hij mijn stem hoorde. Ik zeide, dat ik dien avond in Amsterdam kwam en of hij mij een nachtje hebben kon. Maar hij verzocht mij, een hotel te nemen, 't Zou voor Gretha te druk zijn. Zij was wat over spannen en de dokter had haar veel rust voor geschreven. Nu, dat kan natuurlijk. Dus zei ik, wel een hotel te zullen nemen. Om ongeveer zes uur zou ik bij hem zijn. En toen kwam er weer een tegenwerping. Of ik wat later wilde komen. Want hij had een paar belangrijke conferenties en kon niet vóór acht uur thuis zijn. Als hij nu eerder geweten had, dat ik kwam, had hij er natuurlijk rekening mee gehouden. Daar viel ook niets van te zeggen. Alleen had hij kunnen zeggen Ga maar naar huis, ik bel Gretha, dat zij met het eten op je rekent. Ik begreep wel, dat hij het liever niet had. We nemen dit niet over om socialisten een stok in de hand te geven en te zeggen daar hebt ge nu die Fascisten. Waren zij niet de eer sten die riepen om militaire sancties, zij de ont- wapenaars, de anti-militairisten We nemen dit over om te laten zien, hoe de mensch, hier Mussolini, van nature is, al wordt die mensch dan door sommigen nog wel is reli gieus genoemd blijken een gepubliceerd inter- vieuw. Nu is 't gemakkelijk om in deze dagen mee te doen aan de Hetze tegen Italië en Mussolini. Maar in ons hart zijn we van nature gelijk. Ge nade alleen kan ons anders geleerd hebben. Ook wij gelooven niet in een eeuwige vrede om de eenvoudige reden, dat de oorlog veel te dicht bij, ja in ons woont. Al verwerpen we het motief van Mussolini om oorlog te begeeren en al is deze begeerte inzondig, dat neemt niet weg, dat wanneer de liefde-eisch niet geëerbiedigd wordt en de volkeren elkander niet leeren ver staan, de oorlog met al zijn ellende zal blijven. Eerst Gods wet gehoorzamen dan vrede. Palestina. Te Tell el-Amarna is een brief gevonden van bizondere inhoud en afkomst. Amenophis III Farao van Egypte van 1419 tot 1383 vóór Chris tus schrijft aan Milki-ili of Malchiel koning van Gezer, dat hij hem zendt zilver, goud, kleederen, ebonieten stoelen, en allerlei soort kostbare steenen tezamen met veertig sikkelen zilver met het doel om van hem te verkrijgen veertig „knap pe" vrouwen voor zijn harem. Het is duidelijk, dat al deze geschenken en deze groote massa geld (waarschijnlijk veertig sikkel per vrouw) niet bestemd waren om de ijver van Milki-ili te beloonen. Die zal wat blij geweest zijn dat hij zijn heer in Egypte van dienst kon zijn. De schatten zullen bedoeld zijn voor de vrouwen zelf, wat in de Heilige Schrift genoemd wordt de Mattan zie b.v. Gen. 24 vers 53 waar staaten Eliezer langde voort zilveren kleinooden en gouden kleinooden en kleederen en hij gaf die aan Rebekka hij gaf ook haren broeder en hare moeder kostelijkheden. De sikkelen zilvers genoemd in den brief van Amenophis zullen de koopprijs geweest zijn wel ke bestemd waren voor de familieleden, als ver goeding voor het verlies de zoogenaamde Mo- haar, zie Gen. 34 12 Vergroot zeer over mij den bruidschat en het geschenk. Wat geeft deze brief ons nu dus weer te zien? Dat de Mohaar en de Mattan reeds 1300 jaar vóór Christus in Palestina tot de inheemsche ge woonten behoorden. Dat de Heilige Schrift ook op deze punten weer niet het boek blijkt te zijn van „verzinsels en fabelen" maar het onfeilbare Woord des Heeren. Zang in de Nieuwe Kerk, Vrijdagavond 8.15 uur. Zwervers komen in onze stad. Menschen die verbannen zijn. Vervolgden zullen zingenZe zullen ons doen hooren dat ze kunnen juichen in verdrukking. Maar met dezen zang hebben ze nog een ander doel. Om hun brood te verdienen om in hun onder houd te voorzien. In Rusland konden, mochten ze niet meer on derwezen worden. Toen zijn ze gevlucht en ze hebben in Parijs een school gesticht waar ze opleiding ontvangen. Per jaar hebben ze voor de 12 leeraars en 30 studenten 30.000 noodig. Dat willen ze op deze wijze verzamelen. Als we nu eens denken aan onze studenten en we stellen deze studenten er eens naastdan gaat vanzelf ons hart uit naar deze moedige menschen. En we gaan luisteren naar hun lied. Ps. 141, Jesaja 89 en vele andere stukken zullen worden gezongen. Wie eenigszins kan, die ga nu eens luisteren. Heden Vrijdagavond van verre en nabij. Entree is 20 cent. Een flinke kerk vol menschen bemoedigt hen. En ze hebben moed en kracht noodig. Ook door ons. A. H. OUSSOREN. Collecte voor den arbeid der Vereeniging tot verspreiding der Heilige Schrift. Op Dinsdag 15 October a.s. zal D.V. in Mid delburg langs de huizen een collecte worden ge houden voor bovengenoemde Vereeniging, die zich de verspreiding der Heilige Schrift ten doel heeft gesteld. Onderscheidene jongelui willen Alleen zei ik, dan om ongeveer half acht te zullen komen en of hij dat Gretha wilde zeggen. Dat zou hij doen. Zoo eindigde ons gesprek, dat van Heino's kant niet hartelijk was. Ik kreeg den indruk, dat hij mij liever niet in Amsterdam zag. Natuurlijk stoorde ik mij er niet aan en na in het hotel gedineerd te hebben en een kamer te hebben besproken, ging ik zijn huis opzoeken. ~e weet, 't is een heel eind. Maar ongeveer half acht was ik er. En nu komt eerst het onaangename. Gretha keek zeer verwonderd. Zij wist niets van mijn komst. Natuurlijk vroeg ik toen, of Heino het, volgens zijn belofte, dan niet gezegd had en kreeg ten antwoord, bitter „Dat heeft hij natuurlijk vergeten. Om de zaken thuis bekommert hij zich niet." „Hoe zag Gretha er uit?" vroeg Truus, ver getend, dat zij gezegd had, hem niet in de rede te zullen vallen. „In één woord slecht, 'k Heb niet geweten, dat iemand in zoo'n betrekkelijk korten tijd zóó vervallen kan. Vermagerd. Kringen onder de oogen. Met een vermoeiden, lusteloozen trek op het gelaat." „En het kindje „Wacht nu even. Heino had dus niets van mijn komst gemeld. Dat is grof onbeleefd. Maar ik ben er nog niet. Ik moet zeggen, dat Gretha onmiddellijk aardig werd. Zij was zeer hartelijk, informeerde naar jou en naar moeder. En, dat moet ook gezegd, behalve dan dien éénen, bit teren uitval, waarvan ik zooeven sprak, heeft zij geen woord kwaad van Heino gesproken. Hem zelfs nog verontschuldigd. Want, het werd acht hiertoe meewerken. De opbrengst dezer collecte komt gedeeltelijk ten goede aan den plaatselijken Evangelisatie-arbeid. Zeer bevelen we deze col lecte aan. De Vereeniging tot verspreiding der Heilige Schrift toch verricht veel en nuttigen ar beid in het gratis verstrekken van Bijbels, Nieuwe Testamenten, Evangeliën, Kalenders, Psalmboek jes, Wandteksten, enz. Tot veel zegen is dit alles geweest. Geeft daarom Dinsdag 15 October a.s. met milde hand Uw gave voor dit heerlijk werk. Zij, die zich voor het ophalen der giften willen beschikbaar stellen, kunnen zich opgeven bij br. P. Korteknie, Molstraat 26 of bij Mevr. Brem- mer, Dam 9. D. BREMMER. DRIETAL TE Wierden J. ten Hove te Gees. F. Masselinlc te Eibergen. W. Scheele te Hoogersmilde. BEROEPEN TE Surhuisterveen j. E. Booij te Hijken. Groningen (vac.-Miedema)C. Veenhof te Harkstede. Leerdam H. Volten te Bolnes. AANGENOMEN NAAR Donkerbroek (Fr.): Cand. A. Nijhuis te Sneek. BEDANKT VOOR Beverwijk J. H. Mulder te Giessen Oud- en Nieuwkerk. Calvijn's Institutie in Japan. Prof. Dr. V. H. Rutgers deelt in het „Vrije Universiteitsblad" het volgende mede „Mijn zuster schrijft mij uit Solo over een boekgeschenk van haar echtgenoot, Dr. van An- del, aan de bibliotheek der Vrije Universiteit, het volgende „We hebben vanuit Japan laten zenden een Japansche vertaling van Calvijn's Institutie, 3 dln, met portret van Calvijn voorin. We hebben deze vertaling het eerst gezien in een toko in Sema- rang van een Christen-Japanner, overigens niet gestudeerd, spreekt alleen Maleisch en Japansch. Hij vertelde ons dit is nu de uiteenzetting waar we altijd al op gewacht hebben, zóó duidelijk. Dit is nu bevredigend. We hebben omtrent den vertaler en den le zerskring inlichtingen gevraagd, en kregen van Ds. Sadajira Yanagihana, St. John's Church, Mi- namishinmaclia Higashiku, Osaka, bericht, dat van deze uitgave in de eerste maand na het verschijnen aanstonds 500 ex. geplaatst zijn. De vertaler, Ds. Nakayama, vertaalde uit het Latijn met raadplegen van een Duitsche en Engelsche vertaling. Hij behoort bij Nippon Christ Church, die ontstaan is uit het werk van de Presbyteri- aansche Amerik. kerk, en nauw verbonden aan de Gereformeerde Kerk. Ik schrijf het je maar even, dan kan je even nazien, of inderdaad de drie deelen er zijn. Want van het voorjaar waren er nog pas twee verschenen. We vonden het aardig, dat de V. U. deze vertaling zou hebben. Het is misschien het eenige exemplaar in Europa." Theologische School. Vrijdag 20 September, des avonds 8 uur, werd de cursus 19351936 geopend in eene openbare samenkomst van hoogleeraren en studenten. De pro-rector Prof. Dr. J. Ridderbos, voerde bij deze gelegenheid het woord. Hij liet zingen Ps. 84 3, ging voor in gebed, las een gedeelte van Ezechiël 1, en hield vervolgens eene toespraak, waarvan de aanhef aldus luidde „Geachte Vergadering De vacantie is ten einde de Schoolarbeid vangt weer aan. De Heere heeft ons ook in de vacantie gezegend heeft hoogleeraren en stu denten bij het leven gespaard, en ons hier weer samengebracht. Onder de studenten, die niet mede opkwamen, zijn er helaas nog, die door ernstige ziekte verhinderd zijn moge God in Zijn gunst hun nog genezing schenken, en sterke Hij hen door Zijn nabijheid. Met bijzondere dank baarheid vervult het ons, dat collega Hoekstra in zulk een mate zich gesterkt mag gevoelen, dat hij zijn arbeid weer in meer volledigen vorm hoopt te hervatten moge de Heere hem in bij zondere mate met Zijn gunst en kracht nabij zijn. Een weemoedige gedachte is het, dat onze trouwe lector Dr. Esser thans wegens het ont vangen emeritaat niet mede met ons optrekt, het brengt in onzen kring een leegte, die gevoeld zal worden arbeid zal hij wel blijven vinden, uur, half negen, maar hij verscheen niet. „Hij heeft het zeer druk", zeide zij, „want er komt heel wat kijken. De concurrentie is verbazend zwaar". Ik geloof evenwel, dat Heino haar wat wijs maakt en hij het niet zoo druk heeft, als hij het laat voorkomen." „Tjaard De uitroep van Truus gold niet zoozeer het gedrag van Heino, dat haar langzamerhand niet meer verbaasde. Die was gelegen in het feit, dat Tjaard, die steeds zoo gereserveerd oordeelde, op deze wijze over Heino sprak. Zoo vatte hij den uitroep ook op. „Ja, kind, Heino is mij bitter tegengevallen. Gretha heel voorzichtig en tactvol polsend, kwam ik te weten, dat hij 's avonds nooit thuis is. Meestal komt hij niet eten. Druk, heel druk. Al tijd conferenties. Ook op Zaterdagavond. Als Gretha dat gelooft maar dat weet ik niet dan is zij een dom gansje, want dat kan na tuurlijk niet waar zijn. De zaak is, naar mijn overtuiging, deze, dat Heino het buitenshuis zoekt. Wat hij uitvoert, weet ik niet. Maar zijn vrouw verwaarloost hij, dat is buiten kijf. Hij kwam dus niet. Het werd negen uur en ik dacht er sterk over, te vertrekken, omdat het vanmorgen weer vroeg dag was. 'k Moest, zoo als je weet, het Gooi in. Maar Gretha hield mij nog wat aan de praat en liet mij de kleine meid zien. „Een lief kind vroeg Truus. „Een lief kind, voor zoover een man over een baby kan oordeelen. Maar Gretha vertelde, dat het een uiterst zwak kind is, dat dubbele zorg behoeft. En toen voor het eerst klaagde zij even, zoolang de krachten hem daartoe worden ver leend zij dit nog vele jaren het geval. Hedenmiddag werden door den Rector gere censeerd de bullen van 97 studenten, terwijl voor het eerst werd ingeschreven een 15-tal, onder wie een, die van de theologische academie van Papa tot ons kwam. Het aantal studenten be draagt dus thans 112, dat is vier minder dan het vorige jaar. Hij eindigde met een slotwoord, dat aldus luidde „M. H. Studenten De heerlijkheid des Heeren is niet enkel aan Ezechiël verschenen. Reeds de verschijning aan hem en aan andere Godsmannen van den ouden dag is bestemd voor de kerk van alle komende eeuwen en rijker en voller dan aan hen is ze verschenen in onzen Heere Jezus Christus, die is het afschijnsel Zijner heerlijkheid en het uit gedrukte beeld van Zijne zelfstandigheid. In de Schriften des Ouden en des Nieuwen Verbonds, verstaan bij het licht des Geestes, aanschouwen wij de heerlijkheid des Heeren als in een spiegel. Onze theologische studie is niet dat aanschou wen zelf het is eerder gelijk te stellen met wat bij Ezechiël is het beschrijven van het visioen dan met het visioen zelfbeschrijven, waarbij nog sterker dan bij Ezechiël de reflexie op den voorgrond treedtimmers is die reflexie bij ons door wetenschappelijke scholing geperfectioneerd. Daarom is die theologische studie wel koste lijk, maar niet genoeg om profeet te worden. En tot profeet is toch ieder Christen geroepen, en gij hoopt bovendien eens geroepen te worden tot het bijzondere ambt van dienaar des Woords. Welnu, wie de heerlijkheid des Heeren zal verkondigen, moet ze eerst door het geloof heb ben geschouwd. Zult gij als goede Christenen leven, zult gij eenmaal rechte Dienaren des Woords worden, dan is het noodig, dat de heer lijkheid des Heeren u is verschenen, niet als aan Ezechiël in een visioen, maar in de H. Schrift, gelezen en verstaan bij het licht des Geestes. Dat aanschouwen van des Heeren heerlijkheid, dat kennen van Hem door het geloof kan ook alleen uw studie heiligen, bezielen en vruchtbaar maken. Ge hebt Uw dictaten en handboeken met ijver te bestudeeren, maar het is niet goed, als ge daarbij nimmer zoudt hooren het vleugelgeruisch der cherubs, dragende den troon, waarop de Koning der eere is gezeten het zou niet goed zijn, als Uw oor daarbij nimmer beluisterde het lied der serafs „heilig, heilig, heilig is de Heere der heirscharen de gansche aarde is van Zijn heerlijkheid vol De gansche aarde, ook het land der balling schap. En ik zou eraan toe willen voegen alle tijden, ook de donkere tijd, waarin wij leven. Ook in dezen tijd van malaise en oorlogsgevaar, en van candidaten-nood rijdt de cherubwagen door de luchten, dragende de heerlijkheid van Israëls God. De vooruitzichten zijn ook voor U naar het uiterlijke allerminst rooskleurig maar nog even goed als van te voren openbaart Hij Zich aan degenen, die Hem zoeken, misschien zelfs in het land der ballingschap meer dan in Kanaan, misschien in dezen zwaren tijd meer dan in den tijd van weelde. En als de studie der theo logie door de kennis van Hem geheiligd wordt, dan is zij geen minder voorrecht, dan ze het in eenigen anderen tijd is geweest. Moge Gods zegen in dezen zin op onzen ar beid rusten dan zal die arbeid ook zeker vruch ten dragen, onszelf tot heil, en Zijnen naam ter eer De predikanten Ds. D. v. Dijk van Gro ningen, Dr. K. Dijk van den Haag, Ds. J. Douma van Arnhem en Ds. F. C. Meijster van Rotter dam, hebben aan al hun collega's in het vader land een circulaire gezonden waarin zij vragen om een kleine bijdrage alsmede adressen van Herv. predikanten teneinde dezen mede daar toe in staat gesteld door een onbekenden gever gratis toe te zenden een ex. van het jongste ge schrift van Prof. Dr. K. Schilder te Kampen, getiteld „Ons aller moeder, Anno Domini 1935" verschenen naar aanleiding van de bijeenkomst door het hoofdbestuur van de Conf. Ver. belegd in de St. Pieterskerk, vlak na de herdenking van de Afscheiding door de Geref. Kerken in Oct. '34 te Utrecht, waarin de Geref. werden terug geroepen tot de Herv. Kerk om aldus aan één Avondmaalstafel samen weer den dood des Hee ren te verkondigen. De onderteekenaars van bo vengenoemde circulaire noemen het geschrift van Prof. Schilder „een schitterende apologie voor de Una Sancta naar Gereformeerd belijden". K. B. S. nóg vergoelekend„Dat maakt mij zoo moe, vooral 's nachts. En Heino bemoeit er zich niet mede. Dat kan ook moeilijk. Want hij heeft het hoofd vol met de zaak. Soms zou ik willen, dat hij niet voor zichzelf begonnen was, maar dat is niet anders. Wij moeten nu maar door de moeilijke jaren heen." Kijk, Truus, op zichzelf zeggen deze woorden niet veel. Wij met ons beiden hebben ook moeten ploeteren en weten er dus wel iets van. Maar je hadt moeten hoo ren op wat droeven toon dat werd gezegd En je moet die woorden, zooals ik deed, zetten in de lijst van de omgeving en de situatie. Het kind dus is een zeer teer en zwak schepseltje, 't Is geregeld onder dokters handen. Gretha trouwens, ook." Intusschen waren ze bij huis aangeland en 't was eerst eenigen tijd later, dat Tjaard, die vluchtig de post had ingezien, zijn verhaal ver volgen kon. „Eindelijk dan, om half tien, verscheen Heino. Hij was opgewonden, verbazend druk en ver ontschuldigde zich wel tienmaal, dat hij zoo laat kwam. Hij had een drukke conferentie gehad. Vrij zeker in een café-restaurant, want in elk geval had hij wijn gedronken. Om Gretha be kommerde hij zich niet. Zoo goed als geen enkel woord sprak hij tot haar. En Gretha, die met mij aardig had zitten praten, zweeg nu. Ik heb in stilte en vol verbazing dat tweetal, dat wij als verliefd paartje hebben ontmoet, zóó, dat wij dachten, ons vergist te hebben, gadegeslagen en mijn eenige conclusie is dat paar leeft naast el kaar daar is geen greintje liefde dat is een ongelukkig huwelijk." (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1935 | | pagina 2