KERKNIEUWS* OFFICIEELE BERICHTEN. BOEKAANKONDIGING. PREDIKBEURTEN ADVERTENTIEN. het bewuste gemeenschapsleven, tusschen rede lijke en zedelijke wezens. Man en vrouw leven in een verbond. Koningen en volkeren sluiten een verbond. Zoo werd tusschen God en de nog niet gevallen mensch in 't Paradijs opgericht het Werkverbond. Daar beloofde God aan Adam, als hij trouw bleef, en trouw betoonde in gehoorzaamheid aan Gods wet, het eeuwige leven in zaligheid te schenken. Doe dat, en gij zult leven, was de formule van dit verbond. Maar helaas, Adam heeft dit verbond verbro ken, en daar hij het hoofd des verbonds was, heeft in hem, heel de menschheid, het werkver-J bond overtreden. Doch in Zijn groote barmhartigheid, open baarde nu de Heere het genadeverbond, met de heerlijk schoone moederbelofte, uitgesproken bij het gesloten paradijs ,,Ik zal vijandschap zetten tusschen u en tusschen deze vrouw, tusschen uw zaad en tusschen haar zaad datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen". Dit genadeverbond wordt opge richt, en formeel gesloten met Abraham, als de Heere zegt„En Ik zal mijn verbond oprichten, tusschen Mij en tusschen u, en tusschen uw zaad na u, in hunne geslachten, tot een eeuwig ver bond, om u te zijn tot eenen God, en uwen zade na u". Dit genadeverbond werd bevestigd met Israël, en in het Nieuwe Testament ook aan de Heidenen toebedeeld, waarvan we lezen in Ga laten 3 vers 6 tot 9. Gelijkerwijs Abraham Gode geloofd heeft, en het is hem tot rechtvaardigheid gerekend, zoo verstaat gij dan, dat degenen, die uit het geloof zijn, Abrahams kinderen zijn. En de Schrift tevoren ziende, dat God de heidenen uit het geloof zou rechtvaardigen, heeft tevoren aan Abraham het evangelie verkondigd zeggen de „In u zullen alle volkeren gezegend worden". Zoo dan, die uit het geloof zijn, worden ge zegend met den geloovigen Abraham. Ja, ook met ons heeft God een verbond op gericht. En dat verbond is geen ander, dan het verbond dat de Heere met Abraham heeft ge sloten. En dat is nu het wonderlijke en het heer lijke van het genadeverbond, dat als God dat met den mensch opricht, Hij de Heere het alleen is, die eene verplichting aangaat. Hij belooft den mensch Zijne genade, en verbindt Zich hem zijn heil te doen zien. Al zijn er twee partijen, gelijk in alle verbonden minstens twee deelen begrepen zijn, het verbond der genade draagt toch een eenzijdig karakter, het is een genadige beschik king Gods over den mensch. Wel stemt de mensch die in het genadever bond werd opgenomen in dat verbond toe, wel aanvaardt hij de genadige beschikking Gods, maar dat hij dit doet, is een gave van het ge nadeverbond zelf. En wel brengt dit verbond verplichtingen rnede, voor den bondeling, maar uit het verbond zelf komt de genade voort, waardoor de mensch gewillig wordt gemaakt, om deze verplichtingen te erkennen, en be kwaamd wordt om aan de eischen des verbonds te gehoorzamen. Er is een tijd geweest en helaas de nawerking er van is nog maar al te zeer te bemerken, dat het woord verbond niet veel meer was dan een woord. Men was, en ach, men is aan de ver bondsgedachte ontwend. Nu is er, Gode zij dank, inzonderheid door de beide reformatie's der vo rige eeuw, ten deze wel verandering gekomen. Weer begon het licht van 's Heeren verbonds- genade te gloren, en wordt zijn rijkdom van ver troosting door velen gevoeld. Echter niet door allen die zich toch Gereformeerd noemen. Ware dit het geval, heel anders zou het er uit zien. Ja, ik geloof, dat er nog wel kerken in ons land zijn, waar de predikant, zoo hij naar Gods Woord de verbondsgedachte weer op den voor grond wil stellen, voor oppervlakkig worde aan gezien. En toch, toch is de leer van het verbond, ook de leer onzer vaderen. Wonderlijk, juist door degenen die zoo gaarne spreken over de oud vaders, die zoo verknocht zijn aan het oude, wordt de leer des Verbonds als nieuw en oppervlakkig beschouwd. En toch is die allerminst waar. Want waar wordt de leer des verbonds schooner uiteengezet, en nauwkeu riger gepredikt, dan in ons doopsformulier? Wel nu, is dan ons doopsformulier niet afkomstig van onze vaderen Neen, als men spreekt van oude schrijvers, dat is een oude schrijver bij uitne mendheid. Dat is een oude schrijver uit het bloei tijdperk der kerk. Want wie heeft ons dit schoo ne stuk geloofsleer opgesteld Immers Petrus Datheen, de man wiens psalmberijming meer dan twee eeuwen gezongen is, en welke berijming door een zekere kerkengroep nog wordt gebruikt, als de echte, enkel omdat ze oud is. Ja bij onze vaderen, daar was de verbondsleer in eere. Niet omdat een kunstig geleerde ze had uitgevonden, maar omdat Gods Woord haar zoo kennelijk als een der rijkste goddelijke giften heeft uitgebeeld. En, dat het eenvoudige vrome volk ze liefhad, kan ons doopsformulier bewijzen, waar de ver bondsleer immers aan de spits van alle heilswel- daden wordt gesteld, zoo vanzelfsprekend, alsof een andere orde ondenkbaar ware. Zoo onver gelijkelijk schoon begint het, ons te betuigen, te verzekeren, dat God de Heere, met ons opricht, een eeuwig verbond der genade. Een verbond der genade. De oorzaak is genade, zijn inhoud is genade, en het leidt heen tot volkomen ge nadebetoon. Zelfs de verplichting tot gehoor zaamheid, is een cirkel van genade, door God, om den bondeling getrokken. Een eeuwig verbond, omdat het in den eeuwi gen vrederaad zijn oorsprong vindt, en tot in eeuwigheid zal bestendigd worden. Het verbond is eeuwig, maar toch persoonlijk. Zoo schoon wordt dit uitgedrukt door Dr. B. Wielenga in „Ons Doopsformulier". Het ver bond is als een zon, die millioenen stralen uit giet, zóó dat de bondeling gelooven mag „Een zonnestraal van ontferming laat de Vader uit de zon Christus vallen, ook persoonlijk op mij. Hij denkt aan mij. Hij ziet mij. Hij heeft mij lief. Hij heeft o eeuwig wonder, met mij aardworm, nauwelijks bij menschen gekend of geacht, met mij wiens plaats rechtmatig zou zijn in den don kersten afgrond van het heelal, in eeuwige ver stooting en verlating, opgericht een eeuwig ver bond der genade. Zoo worden wij, van nature kinderen des toorns zijnde, aangenomen tot kin deren Gods. Zoo mogen wij het den dichter van Psalm 73 nastamelen, niet, ik heb uw rechter hand gevat, maar Gij hebt mijn rechterhand ge vat, Gij zult mij leiden door uwen raad, en daarna zult Gij mij in heerlijkheid opnemen. Wat een rijke genade, wat ongelijke partijen. God, de Heilige, en de in zonde ontvangen en geboren mensch. God die geeft Zijne gerechtigheid, en de zondaar die teruggeeft zijne zonde. De zon daar die geeft zijn booze hart, de Vader die geeft een wedergeboren ziel. Een heilig God, met een vervloekten mensch. Een trouwe Vader, die ons, verdorven schepselen, leert bidden „Onze Vader, die in de hemelen zijt". (Wordt vervolgd) BEROEPEN TE Dirkshorn (hulpprediker) Cand. S. Greving te Harlingen. Roden (Dr.): Cand. W. Recskamp te Utrecht. Surhuisterveen (Fr.): A. de Ruiter te Oude en Nieuwe Bildtzijl (Fr.). AANGENOMEN NAAR Nieuwerkerk a. d. IJsselCand. G. Toornvliet te IJmuiden. Loenen a. d. VechtCand. G. H. Schuppert te Eefde bij Zutphen. Grijpskerke (Z.)Cand. J. Plomp te Rijswijk (Z. H.). Vervolging gaat door. De Zwitsersche Reformierte Kirchenzeitung deelt mede, dat de Sovjet-regeering met name in de buurt van Petrograd honderden gezins hoofden van christelijke belijdenis, meest van Finsche herkomst, gevangen genomen en naar Siberië gezonden heeft. Het jongste transport naar Siberië moet 'n 100-tal Christenen geteld hebben, die om des geloofs wil voorgoed naar de ijswoestijnen werden gezonden. Jaroslawsky, de propagandist van de Rus sische godloozen, publiceert een oproep, waarin hij zegt„Wij willen alle kerken der gansche wereld tot een vlammenzee in brand steken. Onze atheïsten-beweging is een ontzaglijke macht ge worden, die elk religieus gevoel uitroeit. Deze beweging is een der gewichtigste takken van onzen klassenstrijd. Wij moeten ons anti-religieus werk, dat de fundamenten van de oude wereld ondermijnt, nog versterken. De godsdienaars van alle confessies zullen het weten, dat geen God, geen heilige, geen gebed de kapitalistische we reld voor den ondergang bewaren kan." (Kamper Kb.) Het geloof. In het kerkblad van Mussel schrijft Ds. I. de Wolff het volgende over het geloof „Het geloof grondt zich altoos op het geschre ven woord. Nooit op de inspraak van het hart. Het heeft altoos de objectieve waarheid, de be lofte van Christus tot object en inhoud, nooit zichzelf. Er zijn menschen die het liefst gelooven dat zij gelooven, en eerder niet tot zekerheid kunnen komen. Zulken hebben zichzelf tot ob ject van geloof gemaakt, gelooven eigenlijk in zichzelf. Maar het ware geloof gelooft al wat God in Zijn Woord heeft geopenbaard, houdt zich daaraan vast, zegt daar ja en amen op, krachtens de innerlijke overtuiging in het hart, waarvan we belijden dat deze is gewerkt door den Heiligen Geest". Vroom. Ds. I. van Dellen schrijft in de (Am.) „Wachter" „Het woord vroom heeft een goeden en een kwaden klank. Daarom spre ken we van ware vroomheid in onderscheiding van v/at wel den naam draagt, en zich misschien hult in het kleed der vroomheid, maar toch het wezen mist. Men spreekt van vroom bedrog. Er is vroomheid van welke minder goede reuke uitgaat. Jozef was vroom, doch zijn broeders dienden zich ook als zoodanig aan. Het woord vroom komt van het Gothische fruma, dat eerste beteekent. Het doelt op het vooraanstaande in den strijd op het boven anderen uitsteken. Die beteekenis wordt dan ook dikwijls in het oudere Hollandsch aan het woord gehecht. In het kloeke Wilhelmus van Nassauen wordt onder meer gebeden Dat ik toch vroom moog blijven Hem dienen 't allen stond. Daar beteekent vroom blijkbaar dapper. En in ons kostelijk Doopsformulier wordt van den God des Verbonds gevraagd dat het ge doopte kindeke vromelijk tegen de zonde, den duivel en zijn gansche rijk strijden en overwinnen moge. Ook daar dus wordt gedoeld op moed in den geestelijken krijg. Vaak wordt vergeten dat ware vroomheid in nauw verband staat met een fier, kloek optre den. In vele kringen schijnt vroomheid hand in hand te gaan met ziekelijke lijdelijkheid. Men schen, die diep kunnen zuchten, en heel wat klachten slaken over verdorvenheid en onmacht, worden daar geacht te behooren tot de echte vromen. De ware vrome is echter een held. Hij bidt en voelt zijn diepe afhankelijkheid van God, maar ter zelfder tijd houdt hij zijn kruit droog. Hij is een geestelijk krachtmensch, die zich werpt in het gewoel van den krijg, en wiens vingeren geoefend zijn ten oorlog. Jozef was vroom toen hij bij de zware verzoeking uitriep Zou ik zulk een groot kwaad doen en zondigen tegen God. Daniël was vroom toen hij bad in 't gezicht zijner verklikkers, schoon hij wist dat de leeuwenkuil hem wachtte. Petrus was waarlijk vroom toen hij het Sanhedrin trotseerde en fier verklaarde Men moet Gode meer gehoorzaam zijn dan de menschen." K. B. S. VERGADERING van den Kerkeraad van St. Laurens, gehouden op 6 Aug. 1935. Ds. A. Koning opent op gebruikelijke wijze. Eén diaken afwezig. Notulen onveranderd goedgekeurd. Ingekomen Stukkena. Agendum voor de Centr. Diac. Conferentie te houden in Alkmaar. Met het oog op de vermeerderende zorgen zal geen afvaardiging plaats hebben b. School met den Bijbel te Antwerpen vraagt steun. Voor ken nisgeving aangenomen. Praeses doet verslag van de gedane zieken bezoeken. Het ziekenbezoek gedurende de va- cantie wordt geregeld. Diaconale zaken. Enkele steun verleeningen worden toegezegd. Kerkelijke stand. Overgekomen van Seroos- kerke met belijdenis attestatie br. P. Wisse en echtgenoote. Rondvraag. De dienst des Woords gedurende de vacantie-Zondagen wordt vastgesteld. Lezing persverslag. Sluiting. DE KERKERAAD. De hechte band tusschen Vorstenhuis en Vaderland onder redactie van M. J. Leendertse. Uitg. Scheltens en Giltaey, Amsterdam. Dit gedenkboek verschijnt ter gelegenheid van den 55sten verjaardag van H.M. Koningin Wil- helmina. Daarvan ontvingen we nu de eerste aflevering ter aankondiging. Wanneer het vervolg is als dit begin kan onze aankondiging een zeer warme aanbeveling zijn, waarin we gaarne hulde bren gen aan de uitgevers voor het koninklijk uiter lijk van hun boek. Deze eerste aflevering bevat prachtige illustra ties. Bijzonder troffen ons die van de Koningin tegenover het titelblad die van de Koningin- Moeder, en schitterend is die van de Konink lijke Familie in de kleederdracht uit den tijd van Juliana van Stolberg, naar een schilderij van Therèse Schwartze. Ook de inhoud-in-woorden belooft uitstekend te worden. Na een inleidend woord van den Minister van Staat Mr. D. Fock, volgt een geest driftig artikel van den heer M. J. Leendertse Oranje en Nederland in de laatste halve eeuw" ën vervolgens een bijdrage van Prof. Jhr. Mr. Ï3. C. de Savornin Lohman „Oranje en ons Staatsbestel". i Dit boek kan er dienstbaar aan zijn den zegen te doen zien van dien hechten band tusschen bns Vorstenhuis en ons Vaderland. En waar die zegen wordt gezien en erkend daar zal ook de bede blijven, dat die zegen bestendigd moge worden. Door het beloofde land, Kunstfoto's van Paul Hommel met bijschriften van Dr. A. van Reursen. Uitg. J. H. Kok N.V., Kampen. Het hierboven aangekondigde boek is in één woord een prachtwerk. De kunstfoto's ten ge tale van 72 zijn alle buitengewoon mooi. De fototechniek moet wel ver voortgeschreden zijn, om zulke prachtige beelden te kunnen geven. En bij elke plaat is een toelichting gegeven van de hand van Dr. van Deursen, die bij uit stek geschikt is om de voorstelling te verhelderen. Bijzonder kunnen we dit mooie boek aanbe velen. De waarde van het goud door Ds. J. D. Boerkoel te Watergraafsmeer. Uitg. S. J. P. Bakker, Amsterdam. De gelukkig al weer opgeloste kabinets crisis inspireerde Ds. Boerkoel tot een tijdpreek. De stof daarvoor vond hij in Gen. 2 12a En het goud van dit land is goed. Over de waarde van het goud worden hier schoone opmerkingen gemaakt. Juist is wat de prediker zegt, dat niet het goud alles beheerscht, maar het bloed van Christus. HEIJ. VERANTWOORDING van LIEFDEGAVEN Met vriendelijken dank ontvangen voor de School- zending 10.van de kinderen der School met den Bijbel, door den heer J. C. Ruitenbeek. Nog ontvangen van Ds. v. Dijken te Oostkapelle, namens een zuster der Gemeente, 5.voor het Zendingshospitaal en 5.voor kerkbouw Parakan. Hartelijk dank. HEIJ. ZENDING. Met vriendelijken dank zij bericht de ontvangst van 8.uit het busje der Christelijke School te Goes (hoofd dhr. Nederhand). De bestemming is voor den Schooldienst. Dhr. J. Vreeke dank voor de toezending. Kapelle-Biezelinge, 7-8-'35. A. SCHEELE. St. Laurens. Met hartelijken dank ontvangen uit de Zendingsbusjes van Jan Riemens 4.65 van Cor Hillebrand 3.54 van Gretha Boon 2.25 van Jans de Bree 2.80; van Betje Sanderse 2.31. Samen 15.55. Namens de Zendingscommissie, D. WILLEMSE, Penningmeester. Middelburg. Gevonden in de collecte 1.voor Rusland. Ontvangen van N.N. 2.50. Hartelijk dank. J. J. ORNEE, Kassier Diaconie. VEREENIGINGSLEVEN. Gere/. M. V. „Het ontluikend leven" te St. Laurens. G. G. „Ananias en Saffira" door B. Sanderse. K. G. „De kerk en het Romeinsche rijk" door M. de Visser. Memoriseeren door C. Vogel. Vergadering der G.J.V. Pred. 12:1a te Koudekerke op Zaterdagavond 8 uur in het Vereenigingsgebouw. Agenda: I. Gel. Bel. Art. 30. „Van de Regeering de ker kelijke ambten", vriend M. Boone. II. Voordrachtvriend J. Blaasse. Memorisatie vriend L. Wielemaker. III. Anti Rev. beg. Art. 18. „Onze Koloniën", schetsen 2, vriend D. Simonse. ZONDAG 11 AUGUSTUS 1935. CLASSE MIDDELBURG. MIDDELBURG. Collecte Emeritifonds. Hofpleinkerk 9.30 uur 2 uur 6 uur Noorderkerk 9.30 uur 6 uur Ds. R. Hamming te Nijverdal. Ds. D. Bremmer Ds. R. Hamming Ds. D. Bremmer Ds. F. A. den Boeft te Kralingen. Arnemuiden 9.30 en 2 uur Cand. A. J. Radder te Hoogeveen. Domburg 9.30 en 2.30 uur 1 1 Gapinge 9.30 uur Lezen eener Leerr. 7 uur Ds. D. Bremmer Grijpskerke 9.30 en 2 uur Cand. E. Zijlstra te Amsterdam. Koudekerke 9.30 en 2 uur Ds. C. J. de Kruijter te Wommels. St. Laurens 9.30 uur Ds. v. Ginhoven te Vledder. 7.30 uur Ds. F. A. den Boeft Meliskerke 9.30 en 2.30 uur Ds. M. Vreugdenhil Oostkapelle 9.30 en 2 uur Ds. H. Pestman te Rijswijk. Serooskerke 9.30 en 2 uur Cand. van Nes 7 uur Cand. van Nes Zendingsrede. Souburg 9.30 en 2 uur Ds. C. B. Bavinck Veere 9.30 en 2 uur Ds. Eggink te Geldermalsen. Vlissingen 9.30 en 5.30 uur Cand. M. P. van Dijk te Wemeldinge. Vrouwepolder 9.30 en 2 uur Ds. F. A. den Boeft Westkapelle 9.30 en 2 uur CLASSE ZIERIKZEE. Brouwershaven 9.30 en 2 uur Ds. J. Meester Bruinisse 9.30 en 2 uur Ds. J. P. Unger Colijnsplaat 9.30 en 5.30 uur Ds. H. Veenstra Geersdijk 9.30, 2 en 5.30 uur Lezen eener Leerr. Haamstede 9.30 en 2.30 uur Ds. J. M. Mulder Kamperland 9 en 2 uur Ds. F. J. v. d. Ende 6 uur Lezen eener Leerr. Nieuwerkerk 9.30, 2 en 6 uur Lezen eener Leerr. Oosterland 9.30 en 2 uur Lezen eener Leerr. Scharendijke 9.30 en 2 uur Ds. J. B. Vogelaar Wissekerke 9.30 en 2 uur Dr. van Zuijlen Zierikzee 10.30 en 6.30 uur Cand. W. Vis te Haamstede. Zonnemaire 9.30 en 2 uur Lezen eener Leerr. CLASSE THOLEN. Anna Jacobapolder 9.30 en 2 uur Ds. J. Spoelstra Bergen op Zoom 9.30 en 5.30 u. Ds. D. Ringnalda te Weesp. Krabbendijke 10 en 3 uur Ds. M. Ros Poortvliet 9.30, 2 en 6 uur Ds. de Graaf te Stad aan Haringvliet. Rilland-Bath 10 en 2.30 uur Lezen eener Leerr. Voorber. H. Av. Tholen 9.30 en 2 uur Dr. C. Veltenaar Oud-Vosmeer 9.30 en 2 u. Ds. C. A. Vreugdenhil CLASSE GOES. Baarland 9.30 uur Ds. G. Leene 2 uur Lezen eener Leerr. Borssele 9 en 2 uur Ds. H. Fransen Driewegen 9.30 en 2 uur Lezen eener Leerr. Goes 9.30 en 5.30 uur Ds. Dondorp te Heemstede. 's-Gravenpolder 9.30 uur Ds. Hulsteijn te Middelstum. 2 uur Ds. G. Leene Heinkenszand 10 en 2.30 uur Ds. Joh. Booij Kapelle-Biezelinge 10 en 2.30 uur Ds. A. Scheele Kruiningen 10 en 3 uur Ds. J. Koolstra Nieuwdorp 10 en 2.30 uur Ds. E. Beukema Wemeldinge 9.30 en 2 uur Lezen eener Leerr. Wolphaartsdijk 10 en 2.30 u. Lezen eener Leerr. Yerseke 9.30 en 2 uur Ds. H. Torenbeek CLASSE AXEL. Aardenburg 10 en 3 uur Axel 9.30 en 2.30 uur Hoek 9 e* 2 uur Oostburg 10 en 3 uur Schoondijke 10 en 3 uur Terneuzen 9.30 en 2.30 uur Zaamslag 9.30 en 2.30 uur Ds. Joh. Tiemens Ds. J. S. Post Ds. J. A. Vink Ds. M. van Wijk te Delfshaven. Ds. D. de Vries Ds. C. Stam te Pernis. Ds. de Feijter te Zwartsluis. Onze hartelijke dank aan allen, die tijdens de ziekte en na het overlijden van onzen Man en Vader, ons hun medeleven en liefde betoond hebben, inzonderheid broeder Sturm, die den overledene vele jaren dagelijks met volle toewijding en liefde geholpen heeft. De Heere schenke hem steeds rijke zegen voot dit zeldzame liefdewerk. Wed J DE VOS—den Hollander en Dochter. Serooskerke (W 9 Augustus 1935. GEEFT UW ADVERTENTIES TER PLAATSING AAN HET ADVERTENTIEBUREAU VAN LITTOOIJ OLTHOFF MIDDELBURG

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1935 | | pagina 3