KERKNIEUWS. FEUILLETON GFFICIEELE BERICHTEN. KENTERING. ken voor het werk der Afscheiding, want anders zou ik de vraag stellen, waarom niet een groo teren vorm 't Lijkt wat netig 10 bij 10, maar de bedoeling is goed. Iets schrijvende over tegels is reeds gebleken, zonder dat het gezegd werd, dat juist de zachte kleuren op tegelwerk me het best bevielen, maar dat is eene kwestie van smaak en vooral tegen woordig zijn velen van een gansch andere ge dachte en hebben de sterk sprekende kleuren den voorrang. Ieder dus, wat hij of zij wil. Op de Herdenkingstegel komt direct sprekend uit een forsche, groene boom met stevige takken en dichte bladertooi. 't Is een beeld van frisch en krachtig leven. Achter dien boom ziet ge in eenigszins roodgeel de zon, die hare stralen naar alle zijden uit- bundelt ter verlichting en de bedoeling is dus, dat Christus als Zonne der gerechtigheid Zijne Kerk verlicht en bekrachtigt. Verder is in m.i. goede kleur en toon en vorm aangegeven, dat de krachtige groene boom is opgesproten uit een afgehouwen tronk een beeld, dat ons hier in Zeeland werkelijk niet onbekend is. Aan de linkerzijde van den mij wat al te sterk groenen stam staat het jaartal 1834 en rechts 1934 om aan te geven het eeuwjaar der Afschei ding. Onderaan in groene omlijsting Ps. 111 2. ,,De werken des Heeren zijn groot." Om heel precies te zijn moet er nog bij ver meld, dat Thrianta gepoogd heeft het groen van den stam eenigszins te breken door zwarte slang achtige lijntjes, die zeker moeten aangeven de groeven in den bast of schors van den boom. Eene poging, die te waardeeren is. Over het geheel genomen kunnen we den tegel ter herinnering aan de Afscheiding 1834 van harte aanbevelen de prijs is slechts 0.90 de plaats, die de herdenkingstegel inneemt, is niet groot en we hopen, dat ook in Zeeland in vele gezinnen deze herinneringstegel een plekske zal gegund en dat om ons gedurig in gedachten te brengen de werken des Heeren zijn groot. Het wakkere Atelier „Thrianta" te Assen zij een ruime verkoop toegewenscht, terwijl we onze be wondering uitspreken, dat de heeren in Assen tot de idee dezer uitgave kwamen. Ook de herdenking van de Afscheiding maakt vindingrijk K. B. A. SCHEELE. DJOEMA. Eene rectificatie Hoe eerder, hoe beter. Afgaande op de betrouwbaarheid van wat op bladz. 342 van het Jaarboek ten dienste van de Gereformeerde Kerken in Nederland 1934 staat medegedeeld over Zeeland's Zending, dat er n.l. op dat terrein is 1 geïnstitueerde kerk en wel te Magelang, die in Ds. Idris Siswawasana sinds 2 October 1928 haar eigen Javaanschen predi kant heeft en ik de Acta van de Part. Synode van Zeeland op dat oogenblik niet bij de hand had, werd een foutief bericht neergeschreven, als zou Djoema op ons terrein de tweede plaats zijn, waar eene inlandsche gemeente werd ge- institueerd. Neen, de 3 Zuidelijke Provinciën mogen reeds in rijker vrucht zich verblijden. Met verwijzing naar bladz. 22 van de Handelingen van de Part. Synode van Zeeland 1933, moet het geschrevene van voor 14 dagen herzien en aan de kerken bericht, dat er zijn 3 geïnstitu eerde inlandsche gemeenten 1. Magelang 2. Blondo (zeer bekend door de Armen- kolonie) en nu 3. Djoema, terwijl op goeden grond mag ge hoopt, dat na niet al te langen tijd Temanggoeng volgen gaat. Werke de Heere krachtig voort op ons Zen dingsterrein en blijve hier laaien het vuur der liefde ook in het gebed en het offer voor het door God zoo rijk gezegende Zendingswerk. K. B. A. SCHEELE. daarin vóórgaan in de vreeze Gods (Dat is toch zóó. niet waar ouders?) Ze mogen dage lijks het Woord des Heeren lezen en trouw op gaan tot de dienst des Woords. De kinderen bezoeken de Christelijke school en verzuimen nooit dan bij noodzaak de catechisaties. (Niet waar, vaders en moeders, dat onderschrijft ge toch O, bij alle teleurstellingen en smarten des le vens ligt in dit bovengenoemde toch zulk een rijke zegen, zulk een buitengewoon voorrecht. Vergelijk dat maar eens bij zoo vele andere ge zinnen, in binnen- en buitenland Maar lees nu ook eens even het laatste ge deelte van Genesis 9. Daar staat ons opgetee- kend de zoo treffende als ook droeve historie van Noachs huisgezin. Ge herinnert het u Noach, met z'n achten, ze waren bewaard gebleven en God had ze ge red van de zondvloed. Noach en zijn zonen had den gebouwd, gewerkt met inspanning en ijver: want zij geloofden het Woord van hun God, hoewel het door heel de wereld werd bespot En ze hadden gezien dat Woord was bewaar heid geworden, volkomen Alleen, die in de ark waren, werden behouden en alle anderen waren verloren gegaan, verzwolgen door de waterstroomen. Behouden, door Gods genade over hen. Be houden, zij alleen Maar nu Noach had zich bezondigd en was zich te buiten gegaan aan het geestrijke vocht van de edele wijnstok. Onwetend wellicht van de kracht van de wijnwe nemen het gaarne aan. Maar dan toch wel onvoorzichtig Een les voor alle Godvreezende vaders en moeders! Wandel toch voorzichtiglijk De zonde ligt aan de deur en op de loer En de gevolgen O, wat hadden die nog een vreeselijk droeve nasleep Als Noach van zijn wijn ontwaakt is, bemerkt hij, wat zijn jongste zoon gedaan heeft. Cham heeft geopenbaard, wat vuile poel van zonde daar werkte in zijn hart. En dat heeft hij spot tend-lachend gedaan. Arme Cham En nu moet Noach het profetisch woord spreken, het Gods-woord, dat we vinden in Gen. 9 25 „Vervloekt zij Kanaan, een knecht der knechten zij hij zijnen broederen Beving en ontzetting zal het hart van den aartsvader vervuld hebben. En niet minder sid deren wij als ouders bij het lezen van deze vreeselijke woorden. Ach, waarom moesten die toch zóó ontzettend zijn Omdat de zonde zoo vreeselijk was Juist de zonde in Noachs gezin was zoo erg, omdat die zonen het zoo goed wisten Een ge- loovig gezin En toch Had ook Cham niet de prediking van zijn vader gehoord En had hij niet gezien, dat alles volkomen was uitgekomen, gelijk de Heere voor zegd had Had hij niet zelf ervaren de reddende hand Gods over Noachs gezin Had hij niet gezien, hoe heel een wereld, die van God niet wilde weten, was ten onder gegaan En op die wijze de waarheid gezien van het geweldige woord, dat de bezoldiging der zonde is de dood? Behouden van de zondvloed en toch vervloekt Door eigen schuld, willens en wetens! En dat een jongen uit een geloovig gezin Is het niet dubbel vreeselijk Wat heeft dit ook aan onze Gereformeerde gezinnen te zeggen Het komt aan op een persoonlijk gelooven en een persoonlijk geloof. Ook voor onze jon gens en meisjes met Godvreezende ouders Laten we onze kinderen dat zeggen. Dat is noodig Gods Woord leert het ons. Van W. te W. ZESTAL TE Arnhem (3de pred. pl. J. van Herksen te Ermelo. ONS GEZINSLEVEN EN DE HEILIGE SCHRIFT. 24. En dat was een jongen uit een geloovig gezin Wat zijn onze Gereformeerde gezinnen be voorrecht Ze mogen behooren tot de Kerk des Heeren het teeken en zegel van den Doop is er het heerlijk bewijs van. Ze hebben het voor recht, dat Godvreezende vaders en moeders P. N. Kruyswijk te Hilversum. J. C. J. Kuiper te Oost- en West-Souburg. S. J. Popma te Amersfoort. Mr. W. S. de Vries te Voorburg. M. B. in 't Veer te Zevenbergen. TWEETAL TE Middelburg (vac. Ds. Scheele): R. J. v. d. Meulen te IJmuiden. M. B. van 't Veer te Zevenbergen. Cand. A. W. T. Nijenhuis werd te Lutte- rade bevestigd als predikant door Prof. Dr. F. over afscheiding gesproken. Maar dominé wilde geen afscheiding. Tot het laatste wilde hij pro- beeren, recht te verkrijgen, hoewel hij zeide, weinig hoop te hebben. Om kort te gaan, er is heel wat afgepraat en dominé Scholte, die ook de toestanden in het buitenland kent, o.a. in Genève, zag alleen heil in breken met de Her vormde kerk. Een besluit werd niet genomen. Op verzoek van den kerkeraad preekte dominé Scholte den volgenden avond in de kerk van Ulrum. Dat kon natuurlijk, want de kerkeraad is niet geschorst en dominé Scholte is een geordend predikant." „Wat dat optreden algemeen bekend Dan was de kerk wel vol", zei Bazuin. „Als een loopend vuurtje verspreidde het be richt zich. De kerk was stampvol, evenals vóór de schorsing van dominé De Cock. Uit ver uit den omtrek waren de menschen gekomen. De koster wou eerst de sleutels van de kerk niet geven, maar zijn oudste zoon bracht ze aan de pastorie. Om zeven uur begon de dienst en eerst om half elf was hij afgeloopen. Dominé Scholte moet machtig mooi gepreekt hebben uit Jesaja. Hij schetste 't bederf, dat in de kerk is binnen gedrongen. Er werden ook verschillende kinde ren gedoopt. Dat was verleden week Vrijdag avond. En toen kwam de Zondag." „Bleef dominé Scholte zoo lang in Ulrum Waren wij er ook geweest zei de schoen maker geestdriftig. „We gaan Zondag. En dan hooren we do miné De Cock weer eens. Maar luister nu. De dominé van Doeveren bleef. Dus vond de ker keraad, dat hij Zondag ook preeken moest. Men dacht, dat de consulent, dominé Smith in Leen, dat wel goed zou vinden." W. Grosheide, van Amsterdam, die sprak over Jozua 1 9. Ds. Nijenhuis deed des middags in trede met een predikatie over Lukas 4 1621, waarin Christus geteekend werd als hoogste Pro feet en Leeraar. Te Groningen wordt Woensdag 21 Fe bruari a.s. een Geref. Ouderlingenconferentie voor de provincie gehouden. Er zal worden ge refereerd door oud. A. Scholtens, van Gronin gen, over „Volwassen Doopleden" en Prof. Dr. F. W. Grosheide, van Amsterdam, over „De arbeid van den ouderling in verband met de wereldgelijkvormigheid". Beide referenten publiceerden stellingen. Te Utrecht ontving Ds. R. E. van Arkel, pred. der Geref. Kerk, een gift van 2000 onder de letters C. J. V„ voor verschillende doeleinden. Te Sneek ontving de Geref. Kerk van wijlen Mej. T. R. Bartsma te Scharnegouten een legaat van 1000 en voor de Theol. School een van 2000. De sinds 1924 bestaande zender van de Geref. Kerk te Bloemendaal zal versterkt wor den. De tot heden bestaande wordt vervangen door een modern instrument met een energie van 100 Watt. De golflengte blijft onveranderd. De zendmasten, die nieuw gebouwd zullen worden, krijgen een hoogte van 26.40 meter. Ze komen op voetstukken van 60 c.M. Nog deze week zullen proef uitzendingen plaats vinden, waarna waarschijnlijk Zondag 25 Februari a.s. de offi- cieele ingebruikneming volgen zal. Ds. R. Brouwer. Met ingang van 1 Maart a.s. is aan Ds. R. Brouwer, predikant bij de Geref. Kerk te Heinenoord, op zijn verzoek door de Classis Barendrecht eervol emeritaat verleend. Ds. Brouwer werd 2 April 1867 geboren en studeerde aan de Theol. School te Kampen, waar hij in 1894 candidaat werd. Op 23 Decem ber van dat jaar aanvaardde hij zijn ambt te Steins en diende vervolgens de Kerken van Rhoon, Oud-Loosdrecht, Onstwedde, Genderen, Haamstede, Baarland, Herwijnen en sinds 11 De cember 1927 die van Heinenoord. Ds. Brouwer vervult voor de Classis Barendrecht verschil lende deputaatschappen. Ds. D. Steenhuis, Geref. pred. te Lop- persum, heeft tegen 1 October a.s. eervol ontslag aangevraagd. De Classis Appingedam van Geref. Kerken heeft bereids deze aanvrage wettig ge oordeeld. Ds. Steenhuis is thans 63 jaar. Hij werd candidaat in 1893 en was predikant te Blija, Berlikum, Ulrum, IJsselmonde en Loppersum (vanaf 1917). De heer Mussert en de kerk. In „Leeu warder Kerkblad" schrijft Dr. W. A. van Es Ons werd het volgende bericht met ver zoek om plaatsing aangeboden. We willen aan dit verzoek wel voldoen, hoewel we nu niet naar gebruik de bron kunnen noe men, waaraan het bericht ontleend is In Amsterdam sprak voor de groep Mus sert de ingenieur Paardekooper. Een der onzen stelde de volgende schrif telijke vraag „Wat zal de N. S. B. doen, indien hij de staatsmacht in handen heeft, met een kerk, die tegen daden van de Re geering protesteert, omdat zij dezen in strijd acht met Gods Woord?" Een kringleider uit Rotterdam, aangewe zen om de vragen te beantwoorden, gaf za kelijk het volgende bescheid: „Aan de groep, die iets dergelijks doet, zal men het zwijgen moeten opleggen. Zij jaagt groepsbelangen na en komt in strijd met het algemeen be lang." Commentaar is hier voor onze lezers wel geheel overbodig Te Bergen op Zoom ijveren de kerkeraad der Geref. Kerk en de Evangelisatie-Commissie dier Kerk naar vermogen tegen de jaarlijksche carnavalsviering te dier stede. De Evangelisatie-Commissie heeft ditmaal in niet minder dan 4000 exemplaren een strooibiljet tegen dat publieke kwaad verspreid. En de Kerkeraad, eveneens daartegen optre dend, en om getuigenis te geven aan den eisch Gods voor het leven, deed in de plaatselijke bladen „De Zoom" en de „Avondster" een in- „Hij vond het natuurlijk niet goed", dacht Bazuin. „Hij weet wel, wie dominé Scholte is." „Krek geraden. Dominé Smith weigerde. Maar alle menschen dachten, dat dominé Scholte zou optreden. Dus was Zondagmorgen de kerk weer stampvol. In de kerkeraadskamer is nog gepro beerd tot andere gedachten te brengen, maar dat gelukte niet. De consulent preekte en De Cock en Scholte zaten den heelen dienst in de bank. Na afloop vroeg dominé Scholte, of hij dan 's middags mocht optreden, daar er dan toch geen dienst was, maar ook dat werd ge weigerd. Op last van den burgemeester sloot de veldwachter de kerk. Er mocht geen dienst meer gehouden worden. Toen heeft dominé Scholte 's middags gepreekt op het stuk land achter de pastorie, staande op een wagen. Er waren nog meer menschen dan er in de kerk konden „Het is, of de tijd van de hagepreeken weer keert. Maar 't is toch wel meer dan erg, dat zoo iets in ons land kan plaats vinden", zeide Ba zuin. „En verder Schoonoort „Wat dominé Scholte betreft, ben ik uitge praat. Na afloop van de preek in de open lucht is er nog een samenspreking geweest tusschen de predikanten en den kerkeraad. Barkema heeft ronduit gezegd, dat deze toestand niet kan blij ven duren, maar dat de knoop moest worden doorgehakt. Wat dominé Scholte natuurlijk met hem eens was. Maar dominé De Cock bleef staan op het standpunt, dat eerst nog de Syno dale commissie hem hooren moest en daarna de koning. Als hij dan nog geen recht krijgen kon, dan zou hij handelen in den geest, als dominé Scholte hem had geraden. Met die wetenschap is de predikant van Doeveren 's avonds naar gezonden stuk opnemen van den volgenden in houd „De Raad der Geref. Kerk alhier brengt langs dezen weg tot uiting zijn gevoelen inzake de publieke viering van het Carnaval, met name in onzen bewogen en buitengewoon ernstigen tijd. Hij meent, dat alle overwegingen, van welken aard ook, wijken moeten voor deze, dat God nu van ons, Christenmenschen, vraagt een levens houding, die in elk opzicht in overeenstemming is met den ernst van den tijd, die Hij ons doet beleven. Wij meenen, dat in dit gevoelen aan onze zijde zullen staan allen, wien het ernst is met hun Christelijke belijdenis. „Wij maken dan ook van deze gelegenheid gebruik om uiting te geven aan ons gevoel van leedwezen over het feit, dat straks de Carnavals viering met alle gevolgen daarvan ongehinderd op de publieke weg zal plaats vinden, wat een publieke bespotting inhoudt, naar ons gevoelen, van het ernstig karakter zonder weerga, dat onze dagen dragen. „Ook gevoelen wij ons gedrongen, in verband met één en ander, getuigenis te geven aan den wil Gods, waarvoor toch de overgroote meer derheid van Bergen's inwoners nog begeert te buigen, waar die wil van ons eischt (naar het woord van den Apostel Paulus aan Titus) „om goddeloosheid te verzaken en wereldsche begeer lijkheid om ingetogen, rechtschapen, godvruch tig in deze wereld te leven om de zalige hoop te verwachten en de openbaring der glorie van onzen grooten God en Zaligmaker Christus Je sus. Hij heeft zich voor ons gegeven, om ons van alle ongerechtigheid te verlossen, en ons te reinigen als zijn eigen volk, vol van ijver in goede werken" (naar de vertaling der „Petrus Canisius"-uitgave van het N. T.)". A. R. Grollo. Vrijdagavond j.l. in Assen's kerkelijke annalen onvergetelijk. In de Molenstraat was het tegen half zeven druk met auto's, die de evangelisatie commissie en het zangkoor, met enkele belang stellenden zouden brengen naar Grollo. Het nieuwe evangelisatiegebouw in Grollo zou in gebruik worden genomen. Reeds jaren werd aldaar Zondagsschool ge houden verschillende familie's Thalens, Veen- stra, Braaksma en Veldman verleenden gastvrij heid, zoodat naast het Zondagsschool-onderwijs, het ook mogelijk was bijbellezingen te organi- seeren. In de keukens van Drentsche boerderijen werd het rijke evangelie gebracht, dat naar wij ver wachten, niet zonder vrucht is gebleven. Wat ons nog in Grollo ontbrak, was een plaats voor samenkomsten. Nu hebben we, dank zij Gods goedheid, zulk een centrum. Een keurig gebouw, van buiten allereenvoudigst, maar van binnen zoo ingericht, dat het lokt tot samenkomen. De heeren Tuin man, Houttuin en Kroeze hebben eer van hun werk. De samengekomenen waren vol lof over de afwerking. Ds. Bos sprak een ernstig, diepvol woord over Joh. 11 2028 en wees vooral op het Woord „de Meester is daar en Hij roept u". Christus, de Zoon van God werd in zijn vol len rijkdom geteekend. Het evangelisatiekoor onder leiding van den Heer R. Benes gaf enkele nummers, die zichtbaar insloegen. Ds. Scheele nam namens den kerkeraad van Assen het gebouw over en sprak den wensch uit, dat velen in Grollo hun Heiland mochten vinden, door het woord, dat nu en in het vervolg in dit gebouw zal worden gebracht. K. B. S. VERGADERING van den Kerkeraad van St. Laurens, gehouden op 12 Febr. 1934. Praeses Ds. A. Koning opent op gebruikelijke wijze de voltallige vergadering. Notulen worden gelezen en goedgekeurd. Ingekomen Stukken: a. Van het Geref. Trac- taatgenootschap „Filippus" verslag van hun werk en een verzoek om steun zal uit de Kas voor alg. doeleinden gesteund wordenb. Van het Mil. Tehuis te Oldebroek een verzoek om een gift voor kennisgeving aangenomen c. Den heer Stoltenhof te den Haag verzoekt een lezing te mogen houden in de maand Maart over z'n arbeid onder de zieken. In handen gesteld van den Praeses ter verdere afdoening. Groningen vertrokken, om den volgenden dag naar Amsterdam te reizen." „Het liep anders dan ik verwachtte", peinsde Bazuin hardop. „Ik dacht, dat dominé Scholte den dominé van Ulrum tot afscheiding zou heb ben bewogen. Maar hoe is het nu verder ge gaan De afscheiding is toch een feit „Wat er in de binnenkamer gebeurd is, blijft verborgen", verklaarde Schoonoort. „Natuurlijk heeft dominé De Cock over het gesprokene na gedacht. Barkema meent, dat hij 's Zondags avonds reeds begon te wankelen in zijn overtui ging. Zeker is de nacht wel wakende doorge bracht en is de dominé met God te rade gegaan. In elk geval, Maandag was zijn besluit genomen. De kerkeraad werd bijeengeroepen en dominé deelde mede, thans licht te hebben ontvangen. Ziende op het gebod, blind in de toekomst moest het kerkbestuur worden afgeworpen en een aparte gemeente gevormd. Natuurlijk maakte de kerkeraad geen bezwaar integendeel. Barkema drukte zijn blijdschap over het gevallen besluit uit. De acte van afscheiding of wederkeering werd opgesteld en door dominé en de kerke- raadsleden geteekend. Tegen den volgenden avond werd de gemeente bijeengeroepen, niet bij de weduwe Koster, maar bij de weduwe Huls hof, die nog meer ruimte heeft. En het huis was vol. Daar deelde dominé De Cock het besluit van den kerkeraad mede. De Acte van afschei ding werd voorgelezen en ieder teekende die. Met de kinderen mee telt de zelfstandige ge meente van Ulrum een twee-honderd-vijftig zie len. Dat is een heel getal." (Wordt vervolgd) 42) „God zij geloofd merkte Bazuin op. „Zóó moest het komen. Eerder komt er toch geen ver andering. Nu volgen er meer. Maar hoe is dat nu gegaan, Schoonoort. Ik weet zeker, dat do miné De Cock verleden week nog niet aan af scheiding dacht. Hij heeft den Koning geschreven en zich ook beroepen op de commissie uit de Synode." „Dat is alles waar. Maar de kentering is ge komen en de afscheiding is een feit." ,,'t Zal toch eens tijd worden, dat je ons ver telt, hoe dat nu zit", vond Wolters. „Nou, Barkema heeft mij uitvoerig alles ver teld. 'k Zal wat korter zijn, maar het voornaam ste toch meedeelen. Je weet, Bazuin, dat het kleine meisje van den dominé overleden is Do miné en zijn vrouw waren er natuurlijk verdrie tig onder, maar zij werden wonderlijk door den Heere gesterkt. En daar komt, het kindje was nog niet begraven, dominé Scholte van Doeve ren in de pastorie van Ulrum." „Dominé Scholte van Doeveren riep Bazuin uit. „Wat een reis „Hij was met zijn geheele gezin naar Amster dam vertrokken, waar een familielid ziek was. En toen is hij van Amsterdam naar Ulrum ge komen, om te zien, hoe de zaken daar stonden. Je kunt wel begrijpen, dat dominé De Cock zeer verblijd was met die komst en die beiden hebben heel wat afgepraat. Ook de kerkeraad heeft een vergadering gehad en toen heeft dominé Scholte

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1934 | | pagina 2