FEUILLETON
KENTERING.
KERKNIEUWS.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Ook vond de Buchmannbeweging er nog geen
ingang. Het Chr. onderwijs heeft veel trouwe
dienaren en in de Zending werken veel met
groote toewijding tegen een sterk verminderd
salaris. Spr. richtte een woord van dank tot de
Geref. auteurs in Nederland, wier werken ook
de Geref. in Amerika ten goede komen. Spr.
besloot met de Geref. Kerken voor tal van zaken
in zijn kring steun te vragen en dankte voor de
gastvrijheid in dezen kring gevonden die de
Gereformeerde Synode wederom tot een hoogtij
in zijn leven maakte. God moge de Gerefor
meerde Kerken in Nederland blijven zegenen en
dat doen om het eeuwig welbehagen
Namens de Synode beantwoordde Prof. Dr.
J. Ridderbos deze rede. Hij wees er op hoe de
aanwezigheid van Dr. Beets een verkwikking
is voor de Generale Synode en diens spreken
opnieuw de broederband trekken deed. Wat de
naderende Afscheidingsherdenking betreft, wees
spr. er op hoe de voortrekkers het Luctor et
Emergo hebben gekend. De toestand in Amerika
moge de kerk aldaar mede dringen tot een be
waren van de erfenis der vaderen. Spr. verzocht
Dr. Beets aan de kerk in N. Amerika de harte
lijke groeten over te brengen van de Gerefor
meerde Kerken hier te lande en haar de ver
zekering van blijvende broederlijke gezindheid
om te besluiten met een opwekking dat de ker
ken hier en daar zich samen scharen mogen om
den gouden standaard van het kruis van Christus.
Hierna rapporteerde Prof. Dr. T. Hoekstra
over de Gezangen die uit het midden der Synode
nog waren opgegeven ter completeering van den
bundel Eenige Gezangen. Na eenige discussie,
waaraan zes leden deelnamen, werd besloten om
den bundel nog aan te vullen met Gez. 3 en
Gez. 180 1 en 5. De Synode besloot de Ker
kenorde te wijzigen overeenkomstig de genomen
beslissing inzake het zingen van eenige nieuwe
gezangen, maar die gezangen niet allen bij name
in de Kerkenorde te noemen. De Synode besloot
3 Deputaten te benoemen, die opdracht krijgen
de letterkundige verzorging van deze liederen
op zich te nemen, de titels vast te stellen, de
melodieën te kiezen en de uitgave van de litur
gische formulieren, gebeden, eenige gezangen
enz. in één bundel te doen geschieden. Een brief
van de vereeniging van organisten der Gerefor
meerde Kerken zal in handen van Deputaten
worden gesteld. Nadat de assessor in dankzeg
ging voorgegaan was, werd de zitting om 11 uur
gesloten. Hedenmorgen om 9 uur ving de zitting
weer aan.
De tiende zitting.
In de zitting van Donderdag deed de praeses,
Dr. K. Dijk, mededeeling van een ingekomen
schrijven van Prof. Dr. J. Wille namens Depu
taten voor de vaststelling van de formulieren.
Het zal worden gesteld in handen van de Com
missie voor de liturgie.
De voorzitter verwelkomde ter Synode de
heer D. Mulder van Zierikzee, die ook lid was van
de Generale Synode van 1896 en van meerdere
Generale Synoden en deed mededeeling van een
ingekomen telegram van sympathie van de Clas
sis den Haag, die heden in vergadering bijeen
was.
Aan de orde kwamen hierna de voorstellen
in betrekking tot de kerkelijke eenheid van de
Gereformeerde belijders in andere kerkformatie,
zulk naar aanleiding van de voorstellen ingezon
den door de Particuliere Synoden van Friesland-
Zuid, Gelderland, Noord-Holland, Zuid-Holland-
Noord, Zeeland en Noord-Brabant en Limburg
en de Classes Stadskanaal, Breukelen, Den Haag,
Leiden en Rotterdam. Als rapporteur trad op
Ds. W. H. den Houting. Hij bracht over al deze
voorstellen een uitvoerig rapport uit aan het
einde waarvan de Synode een vijftal conclusies
werd aangeboden. Daarin werd uitgesproken
de blijdschap van de Synode dat uit deze voor
stellen zoo klaar spreekt het groeiend besef van
de noodzakelijkheid om naar den eisch des Hee-
ren kerkelijk niet gescheiden te houden, wat
God in de eenheid van geloof en belijdenis heeft
samengevoegdin gehoorzaamheid aan dien
eisch bereid te zijn van haar zijde alles te doen,
om met onverzwakte handhaving van wat
naar Schrift en Belijdenis om des Heeren wil
nooit mag worden prijsgegeven te bevorderen
de eenheid in het kerkelijk samenleven daartoe
een publiek getuigenis te doen uitgaan tot andere
kerken en groepen van Gereformeerde belijdenis
in welk getuigenis in des Heeren Naam die eisch
gelegd wordt voor haar consciëntie, haar ge
beden wordt zich rekenschap te geven van de
21)
Veel kon Schoonoort hem echter niet vertel
len. Barkema had hem medegedeeld, dat de
commissie binnen gekomen was, voorzitter was
Dr. Rutgers van Breede, en nadat de predikan
ten hadden plaats genomen, wilde dominé De
Cock de bijeenkomst met gebed openen. Maar
de commissie vond dat niet noodig, omdat er
niet sprake was van een officieele vergadering.
„Moet er dan alleen op een officieele ver
gadering gebeden worden vroeg Bazuin. „Dan
hebben we het zeker in ons gezin ook niet te
doen Hebben die predikanten soms geen gebed
noodig
,,'t Was zeker heel vreemd", vond ook Schoon
oort. „Dominé De Cock drong er nog op aan
en ook Barkema deed een duit in het zakje, maar
het mocht niet baten. Toen heeft men maar
toegegeven."
Vervolgens deelde Schoonoort mede, op de
hoogte gebracht door Barkema, hoe Dr. Rutgers
aan den predikant van Ulrum namens de classis
had gevraagd, of het waar was, dat hij twee
kinderen uit Vierhuizen had gedoopt en zoo ja,
of hij van plan was, voort te gaan met het
doopen van kinderen van elders.
Nu, op die vragen had dominé De Cock be
vestigend geantwoord. En daarmee was het be
zoek afgeloopen.
„Anders niet vroeg Bazuin.
„Neen, anders niet. Barkema zeide mij, dat
vraag, of het nog langer verantwoord is, dat
zij en wij kerkelijk gescheiden leven en haar
verzoekt met al den drang der waarachtige zoe
kende broederliefde de kerken te willen melden
of zij bereid zijn met de Gereformeerde Kerken
samen te spreken over wat verdeelt en over de
wijze waarop de door God geëischte kerkelijke
eenheid zou kunnen verkregen worden en daar
toe 5 Deputaten te benoemen die t.z.t. de Synode
over deze zaak zullen rapporteeren. Een breede
discussie ontstond. Daaraan namen deel de leden
Prof. Dr. F. W. Grosheide, Ouderling C. P.
Pouwer van Middelburg, Prof. Dr. V. Hepp,
Dr. G. Keizer, Prof. Dr. J. Ridderbos, Ds. J. L.
Schouten, Dr. J. Thijs, Prof. Dr. A. G. Honig,
Dr. H. Kaajan en Dr. K. Dijk. In het debat
werd algemeen sympathie uitgesproken met het
mooie rapport en den toon waarin dit was ge
houden. Enkele sprekers gaven eenige door hem
gewenschte redactiewijzigingen aan terwijl an
deren er meer voo gevoelden om inplaats van
een getuigenis te doen uitgaan een schrijven te
richten tot bepaalde kerken of groepen, die men
op het oog heeft wijl naar hun meening dit nog
meer resultaat zou brengen. Inzonderheid werd
daarbij gewezen op de Chr. Geref. Kerk, die
naar men oordeelde het dichtst bij de Gerefor
meerde Kerken staat, de naar de pas gevallen
beslissing in het leerproces met Ds. Berkhoff.
De a.s. herdenking van de Afscheiding zou een
gereede aanleiding hiertoe zijn. Als een getuigenis
uitgaat wordt het vanzelfsprekend zoo ingericht,
dat elke schijn van kerkelijke hooghartigheid
daaraan ontbreekt. Als met de Chr. Geref. Kerk
de onderhandelingen worden geopend spreekt
men samen met een groep wier bezwaren men
kent omdat kort na de ineensmelting van 1892
deze zelfde bezwaren immers in den kring der
Gereformeerde Kerken ook naar voren zijn ge
komen. Uitvoerig beantwoordde de rapporteur
de gemaakte opmerkingen. Hij wees er op, dat
men bij het zoeken van contact moet beginnen
met elke groep die althans formeel staat op den
grondslag der Gereformeerde belijdenis. Op een
volgende Synode kunnen Deputaten van hun
bevindingen dan rapporteeren. De Commissie
stelt voor niet direct breede onderhandelingen
te gaan openen maar te beginnen methet zoeken
van contact. Over enkele redactiewijzigingen in
de conclusie valt nog nader te spreken. De
Synode zette de behandeling van deze zaak voor
een deel voort in Comité-Generaal waarom in
de middagvergadering terzake nog geen beslis
sing genomen werd.
In de middagzitting bracht Prof. Dr. A. G.
Honig rapport uit over een schrijven van Ds.
L. P. Krijger, miss. predikant te Karoeni in be
trekking tot een concept-doopsformulier. Beslo
ten werd dit goed te keuren en de miss. predi
kanten te machtigen het in te voeren.
Ook rapporteerde Prof. Honig over het rapf
port van Deputaten voor de geestelijke verzor
ging van de verstrooide Gereformeerden in
Noord-Frankrijk. Het rapport van de hand van
Ds. J. Maaskant van Brussel was door den rap
porteur geëxcerpeerd, welk excerpt hij de Synode
voorlas. Besloten werd de handelingen van De
putaten goed te keuren en hun arbeid te con^-
tinueeren en een jaarlijksche subsidie van 1000
te verleenen. Deputaten konden gezien den fï-
nantiëelen toestand geen vrijheid vinden om ook
een verleening van steun aan de kerk van Brussel
voor te stellen. De voorzitter bracht den bijzon
deren dank der Synode aan de kerk van Brussel
en haar predikant voor al het werk dat in Noord-
Frankrijk werd verricht. Ook rapporteerde Prof.
Honig over de samenspreking van de hoog
leeraren van de Vrije Universiteit en de Theol.
School te Kampen met de heeren Dr. W. J. A.
Schouten, conrector van het Chr. Lyceum te
Arnhem c.s. terzake van hun bezwaren verband
houdend met de beslissing van de Synode van
Assen (1926) en hun opvatting in betrekking
tot het z.g. Bijbelsch wereldbeeld. De samen
spreking leverde geen resultaten op omdat par
tijen niet tot elkander kwamen. Op voorstel van
Dr. Schouten werden ze daarom beëindigd.
(Wordt vervolgd)
MEERDERE DRUPPELEN IN
„DEN ZEEUWSCHEN BEKER".
Comité Kapelle, Z. Bev., 115.25 P. te
Sloten (N. H.) 2.50van drie vogeltjes te
St. L. 1.50; Mvr. R. v. H. te Kapelle a. d.
IJsel 2.50; Uit coll. G. K. te Koud. ƒ1.—
N. N. te Middelburg 10.V. te Middelburg
10.de R. te Arnemuiden 1.75 N. N. te
de geheele kerkeraad er verstomd van was, maar
de commissie beweerde, dat haar werk was af
geloopen. Zij had alleen in opdracht, antwoordt
op die beide vragen te halen."
„Maar dat was toch dwaas?" vroeg de schoen
maker. „Waarom zette men zijn opvatting niet
tegenover die van den kerkeraad
„Dr. Rutgers vond dat blijkbaar ook. Ik ken
hem wel. Hij is een zeer sympathiek persoon.
Maar als voorzitter van de commissie kon hij
niets meer zeggen. Hij deed het wel als collega
van dominé De Cock.
Schoonoort vertelde daarna, hoe Dr. Rutgers,
maar ook de beide andere predikanten, uitvoe
rig van gedachten hadden gewisseld. Dr. Rut
gers had betoogd, dat dominé De Cock tegen
de meening van Calvijn handelde en dus niet
eens behoefde te vragen, of een artikel van het
Reglement der kerk dat doopen verbood. Na
tuurlijk was men het niet eens geworden en de
commissie was vertrokken, om aan de classis
de antwoorden uit Ulrum mede te deelen.
„En wat nu vroeg Bazuin.
Schoonoort haalde de schouders op.
„Men wacht in Ulrum af, wat de classis doet.
Die vergadert volgende maand in Onderdendam.
Barkema vermoedt, dat dominé De Cock er
voor gedaagd zal worden en dat er dan op de
classisvergadering een dispuut over deze kwes
tie zal ontstaan. En dan, ja, wie zal het zeggen?
Er kan natuurlijk van alles gebeuren, als de
vijandschap dat nu eenmaal wil, maar volgens
Barkema kan men dominé De Cock rechtens
niet veroordeelen om het feit, dat hij kinderen
van elders doopt. De predikanten beroepen zich
altijd op het Reglement van de Synode, dat zij
Arnemuiden 1.— totaal ontvangen 1602.27.
Weer kwam een Comité gereed met haar ar
beid. Kapelle-Biezelinge, dat toch bij elkander
behoort in meer dan één opzicht, heeft de mooie
som van 211.15 bijeengezameld. Met spanning
zien we uit naar de onderscheiden resultaten der
ijverig-werkzame Comité's. Een nieuwe zendings
reis werd ondernomen. Mochten we verleden
week in Noord-Beveland een goed onthaal vin
den met onzen „Beker", in deze week zetten
we onze tocht in Zuid-Beveland voort. Nieuw-
dorp en 's-Heer Arendskerke werden direct be
reid gevonden mede te helpen in ons mooi
Provinciaal werk der Christelijke liefde. Te
's-Gravenpolder moet de akker der harten nog
wat bewerkt worden.
Door onzen trouwen Secr.-Penningm. van het
Comité te Goes, de Heer M. de Borst, werden
Comité's gesticht te Kruiningen, Kloetinge,
Rilland-Bath.
Op Walcheren kwam een Comité te Vlissin-
gen tot stand en in beginsel te Gapinge-Vrouwe
polder.
't Werk breidt zich dus uit, maar de nood
wast ook sterk, zóó, dat ons liefdewerk slechts
enkele duizenden vermag te redden van de mil-
lioenen, die wegsterven in hongersnood. De be
richten worden steeds somberder. De honger
van 1933 is veel grooter en bedreigt veel meer
millioenen te verdelgen, dan de hongersnood in
't vreeselijke jaar 1921.
De Heere moge onze zwakke pogingen nog
zegenen tot redding en vertroosting van de en
kelen uit de groote massa, die sterven moet.
Met vriendelijken dank en dringende aanbe
veling.
St. Laurens. A. KONING.
Giro 220659.
Middelburg, September 1933.
Het Comité tot steun van den Evangelisatie-
arbeid in België, bericht met hartelijken dank de
ontvangst der volgende giftenvan den Heer
J. Doonhouwer te Bovenkerk 23.65 van den
Heer Ietswaart te Laren 11.05 J. Bakker te
IJmuiden 13.65H. T. Bill te Amsterdam
11.25 van den Heer Vlietstra te Bolsward
35.34 Meisjes vereeniging „Het Mosterdzaad
je" te Axel 14.65 van Mej. den Ouden te
Velp 20.85 H. Boren te Oostwolde 11.75
van A. van Randen te Delft 3.75 van Chris
tina Sturm te Oostkapelle 3.75. Alles verza
meld met prikkaarten. Voorts aan giften door
tusschenkomst van Ds. Scheele 12.verza
meld door den Heer de Jong van Mevrouw No
bels 2.50, van den Heer Klaasse 1.en
Flipse 2.allen te Terneuzen door Ds.
Schelhaas te Roodeschool 1.50 van Gerefor
meerde Kerk te Leens 3.van Nederhorst
den Berg 2.50 van Delfzijl 5.van Ul
rum 2.van Franeker 2.50 van Ter Apel
2.50 van Beetgum 2.50 van Nieuwelande
ƒ1.van Dwingeloo 2.50 van Oudemir-
dum 1.van S. van der Wal te Boornbergum
2.50 van J. Kamstra te Workum 1.van
Mevrouw Fokkens te Hollandschveld 1
van Geref. Kerk te Hollandschveld 2.van
Vereeniging Chr. Onderwijs te Makkum 2.50;
van Mej. van S. te Middelburg 1.van Mej.
van V. 0.50 van Mej. A. B. te Leeuwarden
2.50 van Mej. de K. te Grijpskerke 0.50
door den Heer Kruise te Groningen 10.
van de Geref. Kerk te Nunspeet 4.van
der Leeden te Schiedam 1.
Voor al deze giften en al het werk met de
Prikkaarten nogmaals onzen dank. Zij allen
dragen bij tot het gewenschte doelde stichting
van een Chr. School te Denderleeuw in België.
Er is nu 950.bij elkaar.
Indien men deze noodige zaak zou willen steu
nen, houdt zich ten zeerste bereid tot het zen
den van Prikkaarten Mej. M. Maljers, Korte
Noordstraat E 16.
Tot het ontvangen van giften Mej. A. M. E.
Wattez, Vlissingschestraat K 49, Postrekening
171033.
TWEETAL TE
Borssele-Driewegen
Cand. H. Fransen te Kolhorn.
Cand. E. Teunis te Enschedé.
BEROEPEN TE
Gorinchem W. H. van der Vegt te Goes.
BEDANKT VOOR
Venlo-Roermond en Bergentheim
F. C. Zwaai Jr. te Borger.
hooger stellen dan Gods Woord, maar er is
geen enkel artikel, dat de daad van den ker
keraad van Ulrum verbiedt."
,,'t Is toch eigenlijk een vreemde boel", vond
Bazuin. „Niemand kan mij toch beletten, mijn
kind te laten doopen, waar ik wil. Als ik in
jouw geval verkeerde, liet ik het hier in Uit-
huizermeeden ook niet doen, net zoo min als
jij het in Uithuizen hebt laten doopen. De do
miné hier maakt de doop tot een dood iets. Hij
vraagt antwoord op een vraag, die hij zelf in
de prediking niet nakomt."
„Dat is de heele kwestie. De organisatie van
'16 heeft de kerk tot in den grond bedorven.
De reglementen regeeren. En Gods Woord is
niet in tel. Als de reglementen worden nageko
men is het in orde. Wat er gepreekt wordt,
doet er niet toe. Er zijn gelukkig verschillende
predikanten, die het verkeerde zien en die zuiver
Gereformeerd prediken. Maar zij houden zich
stil en durven niet tegen den stroom oproeien.
Dominé De Cock durft openlijk den strijd aan.
Maar Barkema is er van overtuigd, dat men
hem op de een of andere wijze zal uitwerpen."
„Dat was misschien het beste", peinsde Ba
zuin hardop.
„Ik ben het met je eens, makker. Barkema
denkt er ook zoo over. Maar dominé De Cock
niet."
„Wat wil die dan
„Nu, dat is nog al duidelijk. Hij hoopt, dat
meerdere predikanten, zooals dominé Scholte
van Doeveren, aan zijn zijde zullen komen dat
men dan gezamenlijk ageeren zal en den koning
bewegen, de tegenwoordige organisatie der kerk
te niet te doen en terug te keeren naar den
Ondergeteekende bericht aan de kerken der
Classis Middelburg, dat hij D.V. Donderdag 21
Sept. a.s. zitting zal houden in de consistorie
der Noorderkerk des voormiddags van 1112
uur tot het in ontvangst nemen van de collecte
Hulpbehoevende Kerken in de Provincie.
Dringend wordt verzocht deze collecte op tijd
af te dragen, óf persoonlijk óf per postwissel.
De Class. Correspondent,
J. A. VERTREGT.
Middelburg, September 1933.
Classis Goes.
Vergadering op Donderdag 12 October a.s.
Punten voor het agendum worden ingewacht
vóór 26 September a.s. bij eerstondergeteekende.
Namens de roepende kerk van Goes,
W. H. VAN DER VEGT, Praeses.
A. DE LANGE, Scriba.
Goes, 12 September 1933.
Classe Zierikzee.
De kerken in deze classe worden er aan her
innerd, dat op de laatste vergadering besloten
is dit jaar nog een tweede collecte voor hulp
behoevende kerken binnen de classe te houden.
Wil de opbrengst daarvan per postwissel
ondergeteekende doen geworden.
Z. HOEK.
VERGADERING van den Kerkeraad van
St. Laurens, gehouden op 11 Sept. 1933.
Praeses, Ds. A. Koning, opent de voltallige
vergadering, doet zingen Ps. 116: 1, leest 2 Tim.
3 1017 en gaat voor in gebed.
Notulen na lezing en bespreking goedgekeurd.
Ingekomen Stukken
a. Verslag van den Evangelisatie-arbeid in
Drenthe. Voor kennisgeving aangenomenb.
Chr. Nat. School te Zand Tange verzoekt steun
voor zijn school. Zal uit de kas voor Alg. Chr.
doeleinden gesteund worden c. Agendum voor
de Classicale vergadering op 20 September a.s.
Afgevaardigd worden met den Praeses, br. J.
Kole.
Rapporten. Praeses rapporteert over het ge
houden ziekenbezoek. Geen bijzonderheden vie
len mede te deelen.
Br. ouderlingen brengen verslag uit over het
gehouden huisbezoek. Deze verslagen gaven geen
redenen tot bijzondere besluiten.
Diaconale Zaken. Brs. diakenen doen mede
deeling van gegeven ondersteuning en brengen
den dank over van enkele gezinnen.
24 September zal de Praeses in Gapinge één
vacaturebeurt vervullen des namiddags.
Rondvraag. Besproken worden de avonden
voor catechisatie.
Lezing Persverslag.
Sluiting. DE KERKERAAD.
KORT VERSLAG van de vergadering van
de Geref. Kerken in de Classis Tholen,
gehouden op Woensdag 13 September
1933 te Bergen op Zoom.
Art. I. Ds. W. M. Ie Cointre, naar toer
beurt Praeses, opent de vergadering. Hij laat
zingen Ps. 75 vs. 1, leest voor Ps. 61 en gaat
voor in gebed.
Art. II. De credentiebrieven worden nage
zien door de brs. Ds. J. Spoelstra en oud. N.
E. H. v. d. Reest. Uit haar rapport blijkt, dat
alle kerken wettig vertegenwoordigd zijn. Twee
kerken hebben een diaken-afgevaardigde, wien,
de redenen gehoord, keurstem wordt verleend.
De kerk van Tholen heeft een instructie aan
gaande de Zendingsbijdrage, welke bij de rap
porten wordt behandeld.
Art. III. In het Moderamen nemen zitting
Ds. W. M. Ie Cointre, Praeses Br. E. Tange,
Scriba en Ds. C. A. Vreugdenhil, Assessor.
Art. IV. De Scriba leest de notulen van de
vorige vergadering, welke ongewijzigd worden
vastgesteld.
Art. V. Ingekomen Stukken
a. Een schrijven van de Dep. der Gen. Syn.
der Geref. Kerken ter behartiging van de gees
telijke belangen van de Militairen, inhoudend
een ontwerp-instructie voor den classicalen Dep.
ad hoe, hetwelk ongewijzigd wordt aanvaard.
b. Hand. der Part. Syn. van de Geref. Ker
ken in Zeeland, gehouden te Middelburg op 14
en 27 Juni 1933.
Art. VI. Rapporten
a. Ds. W. M. Ie Cointre brengt rapport uit
over de Part. Syn. van Zeeland.
ouden, Gereformeerden toestand. Maar ik ben
er zeker van, dat dat doel nooit wordt bereikt.
Daarvoor is helaas de kerk te diep gezonken.
Drie kwart van de predikanten en misschien wel
meer moet van de Gereformeerde leer niets heb
ben. Ik geloof dan ook, dat Barkema het bij het
rechte eind heeft. Er moet een vrije kerk wor
den gesticht, los van de Synodale reglementen,
alleen gebonden aan Gods Woord. Dien weg
wil dominé De Cock niet op. Hij wil de kerk
trouw blijven. Maar als hij, en dat staat wel
vast, je kent hem nu ook persoonlijk, volhardt
in zijn optreden, in gehoorzaamheid aan Gods
Woord, dan wordt hij uitgeworpen."
„Maar dan gebeurt ook, wat Barkema zegt",
dacht Bazuin, die met de grootste belangstelling
had zitten luisteren. „Ik geloof ook, dat het de
beste oplossing is."
„Dien kant moet het op", meende ook Schoon
oort vol overtuiging. „Maar eenvoudig zal dat
niet gaan. Ik vermoed, dat de vijandschap dan
nóg grooter worden zal."
„God is met ons, Schoonoort. Het is niet
onmogelijk, dat er dan een ongedachte uitkomst
komt. Onze gezelschappen, zooals die thans op
tal van plaatsen bestaan, moeten verdwijnen.
Want dat is toch het rechte niet. We zoeken
elkaar op, omdat wij in de kerk niet bevredigd
worden we stichten elkaar, omdat de dominé
ons Gods Woord onthoudt. Maar dit is niet
de door den Heere verordende weg. Ik voel het
diep. Doch op het oogenblik is er geen anderen
weg."
(Wordt vervolgd)