ZENDING.
FEUILLETON.
EVERT VAN DER WALLE.
KERKNIEUWS,
OFFïCIEELE BERICHTEN.
ONS GEZINSLEVEN EN DE HEILIGE
SCHRIFT.
8. Vraag het toch den Heere
Ge herinnert u, van wien dit woord is, niet
waar Het werd gesproken door den Godvree-
zenden koning Josafat, van Juda. In 1 Kon. 22
lezen we er van. Josafat was toen in geen goed
gezelschap. Hij was op vriendschappelijk bezoek
bij Achab, een der Goddelooste koningen van
Israël. En in zulk gezelschap gaan we heel licht
de verkeerde weg op.
O, zeker, Achab was heel vriendelijk. En Jo
safat wilde geen twisting en ongenoegen. Hij
wilde, zooveel in hem mogelijk was, vrede met
alle menschen. Prijzenswaardig, stellig Maar in
Achabs tegenwoordigheid erg gevaarlijk
Achab had een plan in zijn hoofd. Was het
niet recht, en billijk, dat Ramoth in Gilead, weer
aan Israël kwam, gelijk het vroeger was, toen
het nog niet door de Syriërs was afgenomen V
Het behoorde immers weer rechtens onder
Achabs bestuur te komen Welnu, Josafat, help
dan een handje en bewijs hier een vriendendienst!
Ja, Josafat wil. Hij geeft zich. Maar dan zegt
zijn hart hem, dat hij toch gewoon is, eerst den
Heere te raadplegen. Dat mag hij toch ook nu
niet nalaten En dan komt hij er eerlijk en op
recht voor uitlaten we toch eerst het Woord
des Heeren vragen
Is dat niet mooi? Een schoon en navolgens
waardig voorbeeld
En nu laten we het vervolg van de geschie
denis voor ditmaal rusten. Het was ons om dat
merkwaardige woord van Josafat te doen. En
daar wilden we even de nadruk op leggen.
Vraag het toch den Heere Dat moet in ons
gezinsleven de grondwet zijn. Dat moeten we
nooit vergeten. Daarin moeten we niet verslap
pen. Dat moeten we onze kinderen inprenten
als de levensregel voor den Christen. En daarin
moeten we als ouders het voorbeeld geven.
We behooren dat niet maar stilletjes voor
onszelf te doen. Ook dat Maar onze kinderen
moeten het weten, dat we het doen. Dat we het
altijd doen. Dat we voor niets ter wereld het
zouden durven of willen nalaten.
En nu moet ge niet vromelijk zeggen„Ja,
dat zijn we wel verplicht en zoo moest het wel
zijn, maar och, wat komt er van Mochten we
dat maar meer doen en in waarheid doen
Want dan zegt ge wel een waarheid, maar
ge komt er zóó niet afGe moet het wel met
terdaad in praktijk brengen. En het moet niet
alleen, maar het kan ook. Want God vraagt het
van u, en Hij vraagt niet, wat onmogelijk is
Immers, Hij wil er ook de genade en de kracht
voor geven.
Weet ge, wat veel gemakkelijker is In heel
veel gevallen maar aan onszelf te vragen, wat
we doen zullen. En dan de inspraak van ons
eigenlievend en gemakzuchtig hart te volgen. Of
ookwe vragen het aan anderen, welke weg
de goede zou zijn. Wat zal die of die wel zeg
gen en hoe zullen vrienden en vriendinnen er
wel over oordeelen Of, nog erger, wat is ons
het voordeeligst en het aangenaamst en het ge
makkelijkst
Ja, ja Praat daar nu eens niet om heen, maar
geef u oprecht rekenschap van uw overleggingen.
Wat is dan het zwaarste en van het meeste ge
wicht Is het dat, wat de Heere wil Of is het
dat, wat gij eigenlijk het liefste zoudt hebben
Vraag het toch den Heere Bij alle zegenin
gen en ook en vooral bij alle moeilijkheden in
uw gezinsleven. Gij ouders Gij groote kinde
ren En ook gij kleine kinderen
Op de knieën worden de heerlijkste lessen
geleerd. Leeren we ons het beste in zelfverloo
chening overwinnen. En leeren we het beste,
een rechte weg te kiezen voor onze voet. Gaan
we gemoedigd in des Heeren wegen. Bovenal
ervaren we, in gehoorzaamheid aan Zijn wil,
Gods zegen en wordt Zijn Naam verheerlijkt
Van W. te W.
GREPEN UIT ONZE ZENDINGSWERELD.
Mededeelingen van den heer Lok, vroeger te
Magelang werkzaam.
I.
Eenmaal in het jaar vergaderen de Gerefor
meerde Kerken in Nederlandsch-Indië in Clas
sicaal verband. Dan zijn er dikwijls zeer belang-
(VAN EEN ZEEUWSCHEN JONGELING
IN DE ZEVENTIENDE EEUW)
DOOR
H. KINGMANS
XXXVI.
HOOFDSTUK XII.
Het schip van ooreloge.
Op de reede van Texel lag de vloot, gereed
om zee te kiezen en de Engelsche vloot te gaan
ontmoeten.
Het wachten was alleen nog op den admiraal,
die Den Haag, waar hij met de Staten bespre
kingen had gevoerd, verlaten had, om dwars
door Holland naar zijn vloot te gaan.
Op de vloot heerschte een opgewekte geest.
De matrozen waren zeer in hun schik. Want
Tromp zou hun aanvoerder zijn, Bestevaer
Tromp, van wien allen hielden en die zijn bij
naam niet voor niets had gekregen.
Na den eersten zeeslag in den oorlog met
Engeland, dien hij verloren had, was hij bij de
Staten, die hem de schuld van den nederlaag
gaven, in ongenade gevallen.
Maar de matrozen waren niet van gister
Tromp, de dappere admiraal, kon het niet hel
pen, dat hij niet opgewassen was geweest tegen
de veel grootere Engelsche vloot. En dat wisten
de Staten zeer goed. Hun motief was dan ook
rijke vraagstukken aan de orde, wat ons niet
bevreemden zal, als we weten, dat deze jeugdige
kerken alle in de laatste jaren zijn opgekomen
en tot bloei zijn gekomen.
Nu eens is het de taak der kerken ten opzichte
der afgedwaalde Europeanen, die in den breede
wordt besproken, dan weer roept de eigen Zen-
dingstaak tot nadenken en bezinning.
De kerken in Indië zijn slechts klein en hun
kracht is dus betrekkelijk gering. Maar toch
durven de broeders in Indië veel aan. Van de
negen kerken zijn er slechts twee vacant en,
volgens het jongste jaarboekje, tellen deze ker
ken niet minder dan 13 predikanten. Nu is dit
aantal niet alleen voor den arbeid onder de
Europeanen. Immers, Solo staat vermeldt met
drie predikanten, terwijl deze drie ook te zorgen
hebben voor den Zendingsarbeid, uitgaande van
de Gereformeerde Kerken in Nederland (Delft).
En ook Batavia staat in de rij met drie predi
kanten. Hieronder behoort ook Ds. Tiemersma,
die reeds sedert eenige jaren zijn emeritaat heeft.
Maar toch, al deze kerken tellen slechts 4500
leden, zooveel als een flinke stadskerk in Ne
derland bezit en er zijn dan toch nog 10 pre
dikanten, uitsluitend belast met de verzorging
van de zeer verspreid wonende Gereformeerden
in Indië.
Klein zijn deze gemeenten, ook al mogen ze,
onder grooten dank aan God, zich verheugen
in een gestadigen groei, in 1930 zelfs tien pro
cent. Jaren lang was het slechts mogelijk te
Batavia en Soerabaja in een Gereformeerde Kerk
een bezoek te brengen en vroeger zwierf me
nigeen rond in de groote Oost zonder ooit in
de gelegenheid te komen zijn eigen kinderen te
laten doopen.
Toen in 1928 Oud-Minister Colijn weder eens
een bezoek bracht aan Indië, vertelde hij op een
vergadering met een groep der broeders, hoe
het hem verheugde, dat onze kerken zoo tot
bloei waren gekomen. In 1904 vond hij slechts
hier en daar een geloofsgenoot en het was hem
overkomen, dat hij reeds anderhalf jaar in Indië
was, eer hij een geloovig Christen had ontmoet
en dat was dan nog een pastoor.
Een deel dezer gemeenten zijn ontstaan door
de Zendingsarbeiders. Solo, Djokja en Mage
lang bestaan grootendeels uit die leden, die
rechtstreeks of zijdelings bij den arbeid der Zen
ding betrokken zijn. Dat in die gemeenten de
vraagstukken van Zending en Evangelisatie een
belangrijke plaats innemen, is te begrijpen. Maar
ook in de andere gemeenten staan deze vraag
stukken in het midden der belangstelling. En
vandaar, dat op de Classicale vergaderingen
steeds de Evangelisatie en de Zending in het
brandpunt der belangstelling staan.
In de laatste jaren was het vooral de eigen
Zendingstaak der Indische gemeenten, die de
aandacht vroeg. Toen de kerken een weinig tot
bloei gekomen waren, kwam ook al heel spoedig
de drang naar boven om rechtstreeks deel te
nemen aan het Zendingswerk, niet alleen per
soonlijk, zooals zoovele leden van de kerken
het reeds deden, maar ook als gemeenten.
Batavia had reeds een eigen Zendingstaak in
de Maleische gemeente, die door den arbeid van
de vroegere Chr. Gereformeerde Kerk daar was
ontstaan en waaruit de kerk voor de Europeanen
was gegroeid. Ook Soerabaja was op die manier
ontstaan uit het Zendingswerk, maar een eigen
taak had deze gemeente niet. Ze koos een taak
te Makassar, waar reeds vele verspreide Gere
formeerden woonden en waar onder de Inland-
sche jeugd een vruchtbaar arbeidsveld zou ge
vonden kunnen worden. Reeds werd, met be
hulp der Generale Synode in Nederland, een
begin gemaakt met dien arbeid en een mission-
naire predikant beroepen.
Daarmee zijn die beide gemeenten wel aan
het einde van haar krachten gekomen. Batavia
telt 1200 zielen en heeft de verzorging van twee
actief dienende predikanten en één em. predikant.
Een der actief dienende predikanten is voort
durend op reis om de verspreid wonende Gere
formeerden te verzorgen en legt per jaar hon
derden kilometers af per boot, per spoor of per
auto.
(Wordt vervolgd)
BEROEPEN TE
Papendrecht: Cand. H. G. Meijnen te Dordrecht.
Bruchterveld Cand. H. Veltman te Kampen.
Kampen (2 vacatures): B. A. Bos te Assen.
M. van Dijk te Nieuweroord.
niets anders dan de stok, waarmede de hond
geslagen moest worden. Tromp was niet gezien
bij de Staten, daar hij in hart en nieren Oranje
gezind was. En nu was er een goed voorwend
sel voor de heeren Regenten, om zich van den
lieveling der matrozen te ontdoen.
Dus Tromp viel in ongenade en De Ruyter
en De With werden tot opperste vlootvoogden
benoemd. De Ruyter, die heel wat jonger was
dan Tromp, mochten de matrozen nog wel lijden.
Maar van den strengen, onbesuisden, niet steeds
rechtvaardigen De With moesten zij niet veel
hebben.
Na den laatsten slag was het een formeel op
roer geweest, dat niet goedgekeurd kon worden,
al was de beweging niet geheel en al onverklaar
baar. Met groote moeite was op het admiraals
schip, de „Brederode" geheeten, de opstand on
derdrukt door mindere officieren. Want de stuur
man ging niet geheel vrij uit, wat tot gevolg
had, dat hij, eenmaal aan den wal, in een lage-
ren rang op een ander schip werd geplaatst.
Maar al was op het vlaggeschip de muiterij
onderdrukt, op andere schepen, waarheen de
beweging oversloeg, ging dat niet zoo eenvouaig.
Het zag er gek uitmidden in den oorlog een
muitende bemanning. En alleen muitend, omdat
zij Tromp als bevelhebber wilde.
Toen kozen de Staten van Holland, gedachtig
aan het spreekwoord, dat het met onwillige hon
den slecht hazen vangen is, eieren voor hun geld
en benoemden Maarten Harpertsz. Tromp weer
maar tot opperbevelhebber der vloot.
En nu lag de vloot op de reede van Texel,
wachtend op Bestevaer.
BEDANKT VOOR
Weesp J. Overduin te Sleen.
De Part. Synode der Geref. Kerken in
Groningen heeft in haar voortgezette ver
gadering besloten in te gaan op de voorstellen
van de classis Winschoten en Groningen, opdat
het zoo spoedig mogelijke kome tot de beroeping
van een dienaar des Woords, speciaal voor het
werk der Evangelisatie in Oostelijk Groningen.
De Synode heeft de Deputaten voor den arbeid
der Evangelisatie opgedragen te overleggen met
de classis Winschoten, opdat het "binnenkort
kome tot een accoord van samenwerking betref
fende het beroepingswerk door een kerk van die
classis en regeling van den arbeid van een pre
dikant voor de evangelisatie. De Synode mach
tigt de Deputaten aan de beroepende kerk fi-
nantieelen steun te bieden.
Slootdorp. J.l. Zondag is hier de Geref.
Kerk de eerste in het drooggelegde Wierin-
germeer geïnstitueerd. Ds. J. H. Donner, van
Broek op Langendijk, heeft, na een predikatie
over Hebr. 11:7, de ambtsdragers bevestigd.
Tot de Geref. Kerk van Slootdorp behooren 35
gezinnen. Het kerkgebouw bevat 200 zitplaatsen.
Het adres van den kerkeraad is bij br. K. van
der Veen, scriba, Middenmeer, Wieringermeer.
De Classis Woerden der Geref. Kerken
besloot de Kerken in haar ressort nog in dit
jaar, liefst vóór de November-vergadering, een
bijz. collecte te doen houden ten behoeve van
die Kerken, die als een gevolg van de crisis in
moeilijke omstandigheden verlceeren. Aan één
der Kerken zal uit dit fonds een bedrag, door
de volgende vergadering nader vast te stellen,
worden uitgekeerd.
Medische Zending.
Bij de Zendingsdeputaten met de gecommit
teerden van den Kerkeraad der Geref. Kerk te
Utrecht tot de zaken van de Zending in Utrecht
en Gelderland is bericht ingekomen van de in
houding van verschillende subsidies, waarom
door Dr. J. C. Flach geadviseerd' werd Dr. N.
Verveen, den voor het Zendingshospitaal te
Poerworedja bestemden chirurg, niet uit te zen
den. Aan Dr. Flach is de vraag verzonden, of
zijn advies tot het niet-uitzenden wordt gehand
haafd, wanneer Dr. Verveen zou kunnen worden
uitgezonden zonder bezwaar voor de kas van
het hospitaal.
- Te Hoogeveen zal binnenkort de tweede
Geref. Kerk worden aanbesteed. Reeds eenigen
tijd is er onder de leden (in hoofdzaak timmer
lieden) sprake om een actie te voeren. Thans
is dan ook verzocht om bij den bouw, en de
overige werken aan de tweede Geref. Kerk, de
bepaling te doen opnemen, dat 80 procent der
arbeidskrachten Hoogeveensch personeel moet
zijn. De Kerkeraad heeft hierop geantwoord, dat
besloten is op het inschrijvingsbiljet te laten ver
melden of en zoo ja hoeveel, de inschrijvingssom
daardoor wordt verhoogd. De Kerkeraad en
Bouwcommissie zullen na overleg hierover be
slissen.
Assen. Uit het kort verslag der kerke-
raadsvergadering
„Meegedeeld wordt dat bij het huisbezoek ge
bleken is, dat het voor onze menschen, die bij
de werkverschaffing te Grollo en Schoonlo zijn,
zeer moeilijk is om getrouw te blijven, waar daar
met de heiligste dingen gruwelijk wordt gespot.
Besloten wordt dat de kerkeraad zich wenden
zal tot de Deputaten voor correspondentie met
de Hooge Overheid, met het verzoek dat deze
Deputaten aan de Overheid verzoeken hiertegen
maatregelen te nemen. Tevens wordt besloten
dit ter kennis te brengen van de pers, opdat ook
andere kerken een onderzoek bij werkverschaf
fingen instellen."
K. B. S.
Middelburg. Het bestuur van het Evangelisa
tie-zangkoor verzoekt ons op deze plaats mede
te deelen, dat het koor nog dringend behoefte
heeft aan enkele „stemmen", voornamelijk van
broeders, die „tenor" kunnen zingen.
Hoogste mannenstemmen, laat U hooren Ons
zangkoor kan zoo goed gebruiken het talent,
dat gij niet moogt begraven Onze Evangelisatie
is zoo uitnemend gebaat met een geschoold
groepje broeders en zusters, die door het chris
telijk lied kunnen meewerken tot de bevordering
van den arbeid in Gods Koninkrijk.
Vooraan lag het trotsche vlaggeschip, de
„Brederode", die de stuurman had moeten af
staan, omdat hij rebelsch was geweest, maar die
een nieuwen stuurman had gekregen in Barendsz
van Enkhuizen.
Want het sprak wel vanzelf, dat hij zich, na
een week thuis te zijn geweest, met Evert voor
de vloot had aangemeld, toen hij vernomen had,
dat deze werd gereed gemaakt. Het vaderland
riep. En hij ging. Hoewel het hem hard viel,
reeds zóó spoedig weer van Marijke te moeten
gaan. En dan nog een onbekende, gevaarlijke
toekomst tegemoet. Niet minder hard was het
gaan naar de vloot voor Evert geweest. Nau
welijks had hij de stellige zekerheid, dat Ma
rijke eenmaal zijn vrouw worden zou, of de
vloot riep en de groote vraag was, of hij ooit
zou weerkeeren
Beide mannen hadden de zorg van zich af
geschud, zij het dan op verschillende wijze.
Stuurman Barendsz kon zijn lot berustend leg
gen in handen van den almachtigen God. Evert
daarentegen hinkte op twee gedachten. Hij wilde
wel anders, maar hij kon niet. En ten slotte
vertrok hij in een soort onverschilligheid.
Het kostte stuurman Barendsz niet de minste
moeite, een goede plaats op de vloot te ver
krijgen. Hij was een bekwaam zeeman, verstond
het commandeeren en wist met de matrozen om
te gaan, wat niet elk gegeven was, daar er las
tige klanten onder hen waren.
Maar het was voor Barendsz toch een ver
rassing geweest, toen hij als stuurman op de
„Brederode", het schip van den admiraal, ge
plaatst werd. De kapitein, Simonsz., was nog
Dit is onze derde oproep Dat is toch wel
erg De meeste groote Evangelisatie-commissies
kunnen zich verheugen in het bezit van een
bloeiend zangkoor. Kan dat in Middelburg niet?
Is de liefde tot het Evangelisatiewerk daarvoor
te gering in onze gemeente Wij weigeren voor
alsnog het te gelooven. Zingen de Middelburg-
sche broeders zoo slecht, dat zij zich niet dur
ven aanmelden Ook deze veronderstelling dunkt
ons niet juistKomt, broeders, helpt ons Meldt
U aan bij den Secretaris van het koor, br. A.
Asscheman, Walensingel 284 of bij den direc
teur, br. J. Goedbloed, Havendijk T 26a.
Eindelijk Wie kan bij één der bovenstaande
adressen of bij mij een zangbundel van Joh. de
Heer brengen, om af te staan aan het zangkoor
of in bruikleen te geven Wij hebben er tien
tallen noodig
RINGNALDA.
Vergadering der Classe Tholen D.V. op
Woensdag 9 November a.s. te Bergen op Zoom.
Stukken voor de agenda in te zenden voor
26 October a.s. aan ondergeteekende.
Op last der classe,
E. TANGE, Scriba.
Rilland-Bath, 3 October 1932.
AGENDUM van de Classicale vergadering
der classis Axel, Dinsdag 18 October
1932 te Ter Neuzen.
ModeramenDs. Kok, Praeses Ds. Potma,
Scriba Ds. de Vries, Assessor.
1Opening door den Praeses der roepende
kerk.
2. Nazien en rapport credentialen.
3. Lezing en vaststelling notulen.
4. Ingekomen Stukken.
5. Rondvraag Art. 41 D.K.O.
6. Voorstellen en Instructiën.
Voorstel Zaamslag tot herziening classicale
quota.
7. Afdoening geldelijke zaken.
8. Benoemingen Deputaten.
9. Aanw. roepende kerk.
10. Korte Notulen.
11Sluiting.
Namens de roepende kerk,
Ds. DE VRIES, Praeses.
J. BOIDIN, Scriba.
Zondagmorgen heeft onze geliefde Leeraar,
Ds. F. J. v. d. Ende, die vorige week zijn zil
veren ambtsjubileum vierde, dit feit herdacht
met een gedachtenispredicatie.
Na in een voorafspraak er op gewezen te
hebben, dat er overvloedige oorzaak is van
roem en dat de dichter van Psalm 89 ons daarin
voorging, hield Ds. v. d. Ende een predicatie
over 1 Korinthe 1 vers 31b. Die roemt, roeme
in den Heere. Spreker bepaalde de gemeente
bij le. De regel van den roem, 2e. Waarin men
niet moet roemen, 3e. Waarin men wel moet
roemen, 4e. De reden des roems.
Niettegenstaande onze Leeraar altijd Gods
Woord predikte en dat ook ditmaal weer
wenschte te doen, zou hij ditmaal toch ook uit
eigen leven moeten spreken.
Hij mocht met groote dankbaarheid erkennen,
dat de Heere reeds vroeg, op 12-jarigen leeftijd,
de begeerte tot het Heilig predikambt in zijn
hart had gelegd, maar ook dat de Heere hem,
langs wonderlijken ongedachten weg, daartoe
had gebracht, en dat hij ook dienaar des Woords
was gebleven in de Gereformeerde Kerk.
Dankbaar was hij ook, dat de Heere hem
genade had geschonken om het zuivere Woord
Gods te prediken, en dat hij dat steeds was blij
ven doen. Niettegenstaande er veel was, dat
hem daarvan wilde afleiden, is hij biddend en
worstelend toch daarbij gebleven. Zich aanbe
velend in het voortdurend gebed der gemeente,
eindigde Ds. v. d. Ende zijn rede, die onder
aandachtige stilte was aangehoord. Namens de
gemeente richtte ouderling J. C. de Muynck het
woord tot den jubilaris, waarin hij hem hartelijk
gelukwenschte ook met de in de afgeloopen
week gevierde zilveren bruiloft.
Daarna zong de gemeente haar Leeraar toe
de zegenbede uit Psalm 134 vers 3.
Namens den Kerkeraad,
C. J. NOORDHOEK, Scriba.
Kamperland, 4 October 1932.
Aan de kerken in de Classis Middelburg.
Op a.s. Donderdag 13 October hoopt onder
geteekende de gewone zitting te houden voor
een oude bekende van hem, zoodat hij spoedig
volkomen thuis was op het groote schip van
ooreloge en in zijn zeer verantwoordelijke positie.
Hij had er prijs op gesteld, en het was hem
natuurlijk ook gelukt, Evert bij zich aan boord
te hebben, wat deze trouwens ook had ge-
wenscht. Van een koopvaardijschip belandde
de Zierikzeesche jongen op een schip van oore
loge, waar, volgens Kees Evertsen, de oude
lichtwachter, geen plaats voor hem zou zijn.
Maar de oude had niet kunnen vermoeden, dat
vier jaar na het sluiten van den vrede van Mun
ster, het naijverige Engeland de Republiek der
Zeven Vereenigde Nederlanden den oorlog zou
aandoen
De vloot lag op de reede van Texel, wach
tend op den onderweg zijnden aanvoerder. Op
de „Brederode" maakte stuurman Barendsz. nog
een laatsten inspectietocht. Dagen was er ge
schrobd en gewreven. Het koper glom als een
spiegel. Ook de kanonnen, die nu vredig uit de
schiegaten staken.
De matrozen, die niets te doen hadden, tuur
den al eens naar den vasten wal, of niet een
klein scheepje kwam aanzeilen, dat Bestevaer
aan boord zou brengen. Maar er was nog niets
te zien. Zij moesten hun groeiend ongeduld
bedwingen.
(Wordt vervolgd)