FEUILLETON. EVERT VAN DER WALLE. KERKNIEUWS, j OFFICIEELE BERICHTEN. De voortdurende bearbeiding door prediking en pers heeft rijke vruchten gedragen. Ook de Zendingsdagen hebben er toe meegewerkt om het Zendingswerk dichter bij ons te brengen. Levendig herinneren wij ons nog die prachtige vergadering in den Schuttershoftuin voor enkele jaren, waar onze missionaire dienaar des Woords, Ds. Merkelijn, sprak. Een prachtdag, geestelijk en natuurlijk. Toen de begeerte uitge sproken een hispitaal te mogen bezitten, de eer ste gaven vloeiden en nu in 1932 is het hospitaal er. De directrice reeds aan den arbeid en de hoofdverpleegster op weg naar Magelang. Groo- te dingen heeft God gedaan, al werden daardoor onze zorgen meerder. 't Is te verstaan, waar zulk een dag kan mee werken aan de opscherping van de Zendings liefde, dat op de classikale vergadering er op aan werd gedrongen, weer zulk een dag te hou den. Verleden jaar viel deze poging in het water, vanwege allerlei omstandigheden. Wij hebben niemand uit Magelang, doch het optreden van Ds. Colenbrander te Vriezenveen, een der pioniers van Soemba, belooft ons veel hij zal spreken over het onderwerp ,,Van de afgoden tot den levenden God". De predikant van Zierikzee, Dr. van Lonk- huijzen, bekend in Nederland en Amerika, zal zeer zeker de menschen weten te boeien, terwijl Ds. Scheele namens Comité en Deputaten en kele mededeelingen hoopt te doen over ons Zendingsterrein. Een advertentie in de Kerkbode licht ons na der in. Aan muzikale medewerking ontbreekt het nietde onkosten zijn te dragen, terwijl den collecte zal gehouden worden voor versterking van den Zendingskas. Maandag a.s. in grooten getale naar „Koren bloem", waarom wij den kerkeraden verzoeken a.s. Zondag in de gemeente mede te deelen, dat de Walchersche Zendingsdag wordt gehouden. Geve de Heere ons een heerlijke, schoone Meidag, schenke Hij zijn Geest, opdat ook onze harten brandende in ons worden om naar Zijn bevel te hooren „Predikt het evangelie aan alle creaturen". Middelburg. SCHEELE. PINKSTEREN. De cyclus der feestdagen bijna voorbij. Zon dag hopen wij het Pinksterfeest te vieren, te herdenken de uitstorting des Heiligen Geestes. Christus kwam wonen in zijn gemeente. De volheid der Geestesgaven werd openbaar. Alle volken zullen voortaan deelen in de zegeningen van Christus, geen enkel volk meer uitgezonderd. De tijd van voorbereiding achter den rug. Joel's profetie gaat in vervulling. Een heerlijk leven openbaart zich in de gemeente. De wereld kan er niet bij. Toen niet en nu niet. Met het Pinksterfeest weet men geen raad. Jezus in de kribbe is nog voor te stellen, Chris tus' opstanding als beeld van alle nieuw zich openbarend leven kan er nog op door, maar dit is te wonderlijk. De natuurlijke mensch ver staat niet de dingen, die des Geestes Gods zijn. God zelf moet ons de waarheid van dit feit leeren kennen, dan zien wij den rijkdom er van. Nooit staat de gemeente alleen, altijd voor Christus' rekening. Welke gaven zich ook in haar midden open baren, alle door de werking van Zijn Geest. Zij bidt, zij dankt door den Geest, in alles komt Hij de gemeente te hulp. Pinksteren de kroon van alle werk. Het verworvene heil toegepast en uit alle volken komen er, die roemen in de vergeving der zonden. Een wonder geheim, gekend door Gods kin deren. Zij moeten daarover spreken, zij kunnen niet anders. HET is ook onmogelijk dit geheim voorzichzelf te bewaren. Heeft Christus zelf het bevel niet gegeven, dat de gemeente het haar toebetrouwde Woord moet doorgeven. Dit feest spreekt van expansie. Voor alle volken, daarom moeten wij het evangelie ook uitdragen. En zeker in Indië, daar ligt voor de Nederlandsche Kerken in de allereerste plaats een roeping. Pinksteren Zendingsfeest. Pinksteren doet ons uitzien naar het einde. Doch niet eerder, dan dat de laatste is toegebracht. Ook in Indië is de oogst groot, waarom wij dan ook met alle kracht hebben te arbeiden voor de uitbreiding van Zijn Koninkrijk. Natuurlijk vraagt dat van ons een offer. Wij kunnen onszelf niet geven, maar wel iets van het onze afzonderen om den arbeid mogelijk te maken. (VAN EEN ZEEUWSCHEN JONGELING IN DE ZEVENTIENDE EEUW) DOOR H. KINGMANS XVI. Simon Krepel was stom verbaasd en zat met den mond vol tanden. Zooiets had hij nog nooit beleefd 't Was in zijn jongenshart niet opge komen, de wijde wereld in te gaan. Natuurlijk vonden Jacob van der Walle en zijn vrouw het niet goed. Maar dan kon hij toch ook niet zonder dien jongen terugkeeren En dat die jongen zijn vader en moeder zoo ongehoorzaam was 't Was ongehoord „Dus je bent rebelsch vroeg hij. „Rebelsch Waarom „Omdat je tegen je vader en moeder opstaat, daarom „Hun eigen schuld. Dan hadden ze mij mijn zin maar moeten geven, 'k Heb het dikwijls ge noeg gevraagd." „Maar dat kan immers niet, jongen „Waarom niet Bij een ander kan het toch ook Simon Krepel zuchtte diep. Hij wist ter we reld niet, wat hij met den jongen moest aan vangen. „God zal je vinden, jongen, 't Is verschrikke lijk, wat je doet." Pinksteren vraagt een offer, de Pinkstercol lecte zal worden gehouden. Ook in onze dagen durven wij dit vragen, wij moeten dit vragen om Jezus' wil. Daarom zullen wij ook geven, niet karig maar met volle maat, gelijk God het ons toedeelde. De Geest des Heeren maakt daartoe bereid, worde dit in heel Zeeland openbaar. Een heerlijk feest een rijke collecte. Op 24 April j.l. mochten wij aan het einde van de godsdienstoefening zuster van de Waal toespreken, nadat Zondag 20 was behandeld. Als die Geest ook ons gegeven is, dan is de Zending een stuk van ons leven. Die liefde noopt tot wederliefde. Die heeft leeren bidden Verzeker ons, bij dood en leven Dat onze naam, met eeuwig schrift In 't boek des levens is geschreven In 's Heeren handpalmen is gegrift, zal waarlijk Pinksterfeest vieren, zal meewerken aan de uitbreiding van Gods rijk door gebed en offer hij zal een zegen ontvangen. Middelburg. SCHEELE. TWEETAL TE Schiedam (3de pred. plaats): J. Attema te Wolvega. W. H. den Houting Jr. te Huizum (bij Leeuwarden). BEROEPEN TE Den Haag-Oost (vac.-D. Ringnalda): J. Attema te Wolvega. Arum (Fr.): K. van der Meulen te Kommerzijl (Gr.). BEDANKT VOOR OudewaterS. E. Wesbonk te Hoorn. De Classis Assen der Geref. Kerken heeft na breede bespreking een voorstel van de kerk van Smilde aan de Part. Synode van Drenthe aangenomen, om een commissie te benoemen, bestaande uit deputaten der Part. Synode voor Evangelisatie, met enkele andere leden, welke tot opdracht heeft te onderzoeken hoe in Drenthe een of meer Evangelisatie-predikanten kunnen worden aangesteld. Uit het verslag der deputaten voor de Soemba-zending het volgende „De zaken van het onderwijs worden behandeld. Uit de inge komen berichten uit Indië, ook van den Zen dingsconsul N. A. C. Slotemaker de Bruine blijkt, dat de Gouvernementssubsidiën al meer en meer worden ingekrompen. Met 1 Juli 1933 vervalt de bijzondere salaris-subsidie voor den Europeeschen leider van den normaalleergang, den heer T. Mobach. Besloten wordt, wat de volksscholen aangaat, aan de Algem. vergadering op Soemba te be richten, voorloopig niet voort te gaan met bouw van niet-gesubsidiëerde scholen wat den nor maalleergang betreft, de Part. Synodes mede te deelen, dat, zal deze normaalleergang in stand worden gehouden, de kerken een beduidend be drag zullen hebben aan te vullen wat de Stand- aardscholen aangaat, na te gaan, of de Stand- aardscholen met Hollandsch onderwijs kunnen worden gehandhaafd wat de positie van den Schoolopziener T. van Dijk betreft, te trachten eerst voor den tijd van één jaar onder bepaalde toezegging hem te behouden voor de Soemba- zending. Voorloopige voorstellen dienaangaande voor de Synodes zullen geconcipiëerd worden." Afscheid. Ds. H. Dekker nam Zondag j.l. in den avonddienst afscheid van de kerk te Venlo, wegens bekomen emeritaat met ingang van denzelfden datum. Hij deed dit, sprekende naar aanleiding van den laasten tekst van het Mattheus-Evangelie „En zie, Ik ben met ulie- den, alle de dagen tot de voleinding der wereld". Het was een treffend moment, toen tegen 't einde van den dienst de burgemeester der ge meente Venlo, mr. B. Begeer het kerkgebouw binnentrad en even later in hartelijke bewoor dingen Ds. Dekker toesprak en mededeeling deed van de Koninklijke onderscheiding die Ds. Evert geen antwoord. Toen gooide de visscher het over een anderen boeg. „En moet je je moeder zoo'n verdriet aan doen? 't Mensch zal het besterven, als je niet te rugkeert. Evert, Evert, wat laad je op je ge weten „Ik kan dit leven niet langer dragen", riep Evert hartstochtelijk uit. „Ik ga weg." Hij haalde zijn kist te voorschijn en stak Si mon Krepel, die stom van verbazing en angst was, de hand toe. „Wees niet boos, Krepel, ik moet weg. Van huis mag ik niet, dan moet het zóó maar. Groet vader en moeder zeg, dat ik goed zal oppassen en zoo gauw mogelijk terugkom, om hen eens te zien." Werktuigelijk, als versuft, drukte Simon Kre pel Everts hand. 't Was al te gek en te won derlijk en al te onwezenlijk... Toen hij goed tot besef van de werkelijkheid kwam, was Evert van der Walle verdwenen... HOOFDSTUK VI. Aangemonsterd. Met zijn kistje weinige kleeren onder den arm ijlde Evert van der Walle van den botter weg, nadat hij Simon Krepel in groote verbazing en verslagenheid had laten zitten. Hij begreep nu, dat hij handelen moest, hoe wel zijn hart klopte van angst. Met kracht sprak de stem van zijn geweten. En dat hij daareven nog zoo'n lang twistgesprek met Krepel had ge had, kwam alleen, omdat er toch nog iets in hem was, dat hem wilde tegenhouden in het Dekker was te beurt gevallen en het Ridderkruis der Oranje-Nassau-orde den scheidenden predi kant op de borst spelde. Gesproken werd verder door ouderling H. J. van Lonkhuijzen, alsmede door Ds. G. Pontier van Heerlen namens de classis 's-Bosch, door den consulent Ds. J. Wristers van Helmond namens de Geref. Kerk aldaar. Interkerkelijke Evangelisatie. Wij lezen in het verslag van de classis De venter Gelezen wordt een schrijven van br. B. te D. Na eenige samenspreking wordt in ver band daarmee besloten „De classis Deventer van de Geref. Kerken, gelezen de vraag van br. B. v. D., gehoord de toelichting van Ds. K. en Ds. P., spreekt uit, dat het medewerken van leden eener Geref. Kerk aan een Vereeniging voor interkerkelijke Evangelisatie niet in overeenstemming is met de uitspraken van de Generale Synode van Utrecht 1932, en besluit op grond van de overweging, dat a. het optreden van Geref. predikanten in dergelijke vereenigingen of comité's de toepas sing raakt van de door de Generale Synode van Utrecht 1923 gegeven regelen voor Evangelisa tie b. bij deze vraag al onze kerken betrokken zijn aan de Generale Synode van Middelburg een uitspraak te verzoeken of het optreden in samenkomsten van dergelijke interkerkelijke Evangelisaties al dan niet geoorloofd is." Gelijk we reeds meldden, zijn de depu taten, benoemd door de Generale Synode van Arnhem, om de Geref. Kerken een ontwerp te bieden van twintig liederen, die aan de „Eenige Gezangen", die achter de Psalmen staan, toe gevoegd kunnen worden, met hun arbeid gereed gekomen. Het rapport kan in September tege moet gezien worden. Men herinnert zich, dat ingevolge een op dracht van de Synode van Leeuwarden in 1920, op de Synode van Utrecht een bundel van be rijmde en onberijmde Schriftgedeelten is inge diend, maar dat deze bundel de goedkeuring dezer Synode niet heeft kunnen wegdragen. In verband met een en ander merkt Prof. Dr. H. H. Kuyper in een artikel in „De Heraut" o.a. het volende op „Vergelijkt men de opdracht van de Synode te Arnhem aan hare Deputaten gegeven met het besluit van de Synode te Leeuwarden dan blijkt, dat die opdracht eenerzijds ruimer is, aangezien nu niet meer alleen gesproken werd van berijmde of onberijmde Schriftgedeelten, maar daar naast de mogelijkheid werd opengesteld voor het zoogenaamde „vrije kerklied", mits de inhoud met de Schrift overeenkwam. Anderzijds werd de opdracht echter beperkt. De Synode van Leeuwarden volgde in zekeren zin het voetspoor van Marnix van St. Aldegonde, die allerlei lof zangen uit de Schrift aan zijn psalmberijming toevoegde zoodat de keuze hier vrij was. De Synode van Arnhem daarentegen wees aan, dat deze gezangen bepaaldelijk dienen moesten voor de Christelijke feestdagen en de bediening der sacramenten en kerkelijke bevestigingen van ambtsdragers en huwelijken, zoodat door dit doel de keuze vanzelf zeer beperkt werd." Amst. Kerkbode. De Theologische-School-Dag zal dit jaar D.V. op Donderdag 23 Juni te Kampen worden gehouden. Des avonds tevoren, te zeven uur, zal men samenkomen tot eene ure des gebeds in de Burgwalkerk, waarin hoopt voor te gaan Ds. E. Schouten van Amersfoort. Na afloop zullen de bezoekers van buiten worden ontvan gen in de Aula der Theologische School. De vergaderingen van den 23en zullen in de Burgwalkerk worden gehouden, en onder leiding staan van Prof. Dr. H. Bouwman. De morgen- vergadering zal aanvangen te kwart voor tien, en omstreeks twaalf uur eindigen. Het openings woord zal worden gesproken door den Rector der School, Prof. Dr. S. Greijdanus. Daarna zal de Heer J. Schouten van Rotterdam spreken over „De kerk en het sociale leven", met ge legenheid tot debat. De middagvergadering zal aanvangen te twee uur. Hier hopen op te treden Ds. S. W. Bos van Leeuwarden, Ds. E. Nawijn van Bergum, en Ds. J. A. Tazelaar van Rotterdam. Wie logies begeert, zende tijdig bericht aan den pedel A. de Graaf, met opgaaf, voor hoe veel personen en voor hoelang (één of twee nachten) het wordt gewenscht. K. B. S. volvoeren van zijn plan. Maar hij had doorgezet en nu had hij te han delen. Er moest ook spoed worden gemaakt, want het was niet onmogelijk dat Simon Kre pel nog probeeren zou, hem terug te krijgen. Gelukkig was hij niet erg snugger. Want Evert vermoedde, dat hij niet zoo gemakkelijk zou wegkomen, als Krepel den Schout van Vlissin- gen in den arm nam. Maar misschien dacht de oude daar eens niet aan. 't Was wel jammer voor hem, dat hij zonder hem in Zierikzee moest aankomen, maar er was niets aan te doen. De gelegenheid was nu te mooi, om die niet aan te grijpen. Kom, hij moest aan het verleden maar niet meer denken. En ook niet aan vader en moe der. Dat was voorbij. De groote moeilijkheid was, hoe op het schip te komen, dat op de reede zeilklaar lag. Want dat moest hij heb ben Hoe eerder uit Vlissingen, hoe beter. Maar hoe er te komen En als hij er kwam, wat moest hij dan den kapitein zeggen Er kwa men allerlei moeilijkheden, die hij nu voor het eerst in volle klaarte zag. Hij stond nu aan den zeekant. De zon neigde ter kimme. Over een uur zou de duisternis in vallen en dan was alle kans verkeken. Misschien koos de driemaster den volgenden morgen vroeg wel zee. Op geen driehonderd meter afstands lag het begeerde doel. Maar hoe kwam hij er Er was eenvoudig geen kans op. „Keer terug, Evert. Doe je vader en moeder dit verdriet niet aan. Ga weer naar Krepel en zeil naar Zierikzee. Er rust geen zegen op deze onderneming. Je volgt eigen zin en lust en dat KORT VERSLAG van de vergadering der Classis Middelburg der Geref. Kerken op Dinsdag 10 Mei 1932. 1. Namens de roepende kerk van Meliskerke wordt de vergadering geopend door Ds. Vreug- denhil. Hij laat zingen Ps. 87:1, leest Ps. 87 en gaat voor in gebed. 2. De afgevaardigden van Westkapelle zien de credentiebrieven na. De kerken van Gapinge en Grijpskerke hebben een instructie. 3. Met Moderamen wordt als volgt samen gesteld Ds. M. Vreugdenhil, praeses Ds. J. Visser, assessorDs. D. Scheele, le scriba Ds. D. Ringnalda, 2e scriba. 4. De praeses spreekt een hartelijk woord van deelneming tot Ds. de Bruijne, wegens het overlijden van diens vader en roept aan Ds. Scholing van Arnemuiden een welkom toe. 5. De Notulen van 10 Februari en van de voortgezette vergadering d.d. 3 Maart worden gelezen en vastgesteld. 6. Ingekomen Stukken a. een brochure van Evangelisatie-deputaten in Brabant en Limburg, getiteld „Stemmen uit het Zuiden" b. schrifte lijk bericht van br. G. te M., met de mededee ling zich inzake zijn gravamen te richten tot de Part. Synode c. kennisgeving van de classis Woerden over verlenging der schorsing van Dr. U. te Z. d. brief van den quaestor over de Rekening en Verantwoording van de uitgaven- art. 13 D.K.O. en over zijn voornemen om op de classis te komen ter indiening en verdediging van de begrooting art. 13 e. schrijven van een broeder te S. met verzoek om steun en van de gaat niet goed. Evert bracht die betere stem tot zwijgen. Neen, neen, niet terug. Vooruit was het doel. Als hij op dat schip niet terecht kon komen, dan moest hij zich maar trachten te verbergen tot Krepel vertrokken was en een ander schip zien te vinden. „Hé, maat, waar moet je heen hoorde hij opeens een ruwe stem vragen. „Ik moet naar dat fregat daar,/ antwoordde Evert, die even opschrok uit zijn gepeins. Naast hem stond iemand, wien het aan te zien was, dat hij een bevaren man was. Het beste vond hij maar, onmiddellijk te zeggen, wat hij wilde. Misschien wist deze schipper wel raad. „Naar de „Willem van Oranje" vroeg de ander. „Dat weet ik niet." „Weet je dat niet was de verbaasde weder vraag. „Heb je je dan niet op de „Willem van Oranje" laten aanmonsteren „Neen, ik wil mij laten aanmonsteren", zei Evert, die alweer een moeilijkheid opdagen zag. „Nog laten aanmonsteren Dat is nu te laat. Over een paar uur vertrekt de boot, als het tij gunstig is. Ik kom er net vandaan." „Zou het niet meer gaan vroeg Evert, he vig teleurgesteld. „Je zoudt het kunnen probeeren, maar er zal een zware wijs opgaan. De bemanning is voltal lig. En Van Santen is niet gemakkelijk." „Wie is Van Santen?" vroeg Evert weer. Hij vond den man, die met hem sprak, een aardigen kerel, al leek hij dan ruw. (Wordt vervolgd) kerk te V. tot ondersteuning van dit verzoek. De classis besluit dit verzoek te steunen en door te zenden naar de Part. Synode. 7. InstructiesGrijpskerke vraagt er bij de a.s. Part. Synode op aan te dringen maatregelen te treffen, waardoor de bijdragen voor de Eme- ritaatskas, die de plaatselijke kerken moeten opbrengen, verlaagd kunnen worden. Deze in structie wordt teruggenomen. Naar aanleiding der discussie wordt een commissie benoemd voor onderzoek van eventueele bezuiniging op classicale uitgaven. In deze commissie nemen zitting Ds. P. de Bruijne, Ds. D. Scheele en br. J. Bosselaar. Gapinge verzoekt het voor haar vastgestelde classicale quotum met \y2 willen verlagen. Deze instructie wordt, na bespreking, voor ken nisgeving aangenomen. 8. Naar de a.s. Part. Synode worden afge vaardigd Ds. A. C. Heij en Ds. D. Scheele als primiDs. H. A. Wiersinga en Ds. D. Ring nalda als secundiouderling J. Bosselaar en C. Polderman als primiouderling P. Boon en P. Loof als secundi. 9. Rondvraag art. 41 D.K.O. levert niets op. 10. Aanwijzing Roepende kerkOostkapelle, die de vergadering zal samenroepen D.V. tegen Woensdag 14 September. 11Rapporten a. Ds. Heij rapporteert over de in 1931 ontvangen bijdragen voor het Zen dingshospitaal. b. De quaestor, br. C. P. Pouwer, geeft ver slag van de bijdragen en uitkeeringen voor art. 13 D.K.O. De verrekening met de provinciale kas heeft plaats gehad. Dank wordt aan den quaes tor gebracht. De kerk van Middelburg rappor teert de boeken in orde te hebben bevonden. De quaestor dient de advies-begrooting voor 1932 in, die door de classis wordt aangenomen en rapporteert over de besprekingen der depu taten art. 13 inzake de aanhangige kwestie van het landelijk maken der emeritaatsgelden. c. Ds. Douma rapporteert namens de Com missie tot herziening der classicale regeling. De besprekingen worden opgeschort totdat het rapport aan de kerkeraden is toegezonden en daar behandeld. 12. Algemeene rondvraagbr. Louwerse vraagt en verkrijgt inlichtingen over de Zen- dingsbijdrage van één der kerken in de classis Ds. Scholing dankt voor de vertegenwoordiging bij zijn intrede. Enkele broeders ontvangen in lichtingen over vraagpunten door hen aan de orde gesteld. Ds. Visser verzoekt op de vol gende vergadering bijdragen mede te brengen voor Brabant en Limburg, Rijn-Pruisen en Westfalen Ds. Vreugdenhil dankt namens de kerk van Meliskerke voor verleende hulpdien sten br. Loof vraagt aan de kerken zooveel mogelijk het adres te vermelden van gemeente leden, die naar Middelburg verhuizen. -*4t" "«S»V

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1932 | | pagina 2