U I T DE PERS.
Zuinigheid en Gierigheid.
De tijden des gebeds.
KERKNIEUWS.
Officiëele Berichten.
Verantwoording uan Liefdegauen.
Vereenigingsleuen.
Godsdienstoefeningen
in de Gereformeerde Kerken in Zeeland
op ZONDAG 26 AUGUSTUS 1928.
Classe Middelburg
Classe Zierikzee
Classe Tholen
Classe Goes
Classe Axel
nooit genoeg bewonderde, van Gods on
eindige kracht getuigende schouwspel te ge
nieten dat de zee bied't. Vooral pok dezen
dag nu een Westerstorm het altijd rusteloo-
ze, deinende water in groote beroering bracht,
bood de zee een onvergetelijke aanblik. Zon
der uit de auto te moeten stappen, wat voor
velen wel eenig bezwaar met zich bracht,
kon van dit vergezicht genoten worden. Nu
werd de terugtocht aanvaard1 en over den
voor bijna allen in aanzien zeer veel ver
anderden Noordweg terug naar Middelburg
gereden, alwaar we om 6 uur weer de plaats
van uitgang bereikten.
Voorwaar het is een dag geweest waarop
met genoegen, èn door de bewoners van het
Rusthuis èn door hen die daartoe de gele
genheid boden, zal worden teruggezien, want
er werd door allen in ruime mate genoten.
Een woord van bijzonderen dank is dan
ook zeer zeker op zijn plaats, aan hen, die
op belangelooze wijze hun auto* en krachten
hebben gegeven voor dit mooie doel. Ook
brengen wij gaarne dank aan die personen,
die de ververschingen gratis aanboden.
Namens het bestuur,
H. v. DRIEL Czn., huismeester.
Wij ontvingen een vraag, die niet van ge
wicht ontbloot is. Zij luidde ald'us Wat
is h et onderscheid tusschen' zui
nigheid e n g i e r i g h e i d e n h o e m o e t
d ie Kerk zich te g e n o v e r g i e r i g-
aards gedragen?
Uitwendig beschouwd js er soms moei
lijk .onderscheid te maken tusschen zuinig
heid en gierigheid. En toch' is er een oint-
izaglijk groot verschil tusschen die beide.
Zuinigheid is .een deugd, maar gierigheid; is
een groote pndeugd. Zuinigheid is die ge
steldheid des harten, waardoor men geen
onnoodige uitgave zich veroorlooft. Er zijn
menschen, die altoos 'maar uitgeven, ook voor
de meest pniioodige dingen, en die leven
zonder zorg, maar, dit moet er aanstonds
bijgevoegd worden, ook zonder verantwoor
delijkheidsbesef. Zij; leven zoo, dat, wat Zij
verdienen, er ook schoon aangaat. Van ©eni
gen zin jot spaarzaamheid vindt ge ouder
deze menschen niets. Het is altoos op en
tekort.
Dat is Leen groot kwaad.
Deze menschen leven zoo, alsof Zij; geen
verplichtingen hebben. ij vergeten, dat zijl
voor hun kinderen te zorgen hebben, om
die te helpen en bij te staan, en hun een eer
zame plaats te doen verwerven in het maat
schappelijk leven. Zij' gevoelen ook zoo goed
als niets van hun verplichtingen jegens de
Kerk en hare armen, en jegens al de belan
gen van Gods Koninkrijk. Zij bedenken bó,-
venal niet, dat aan dit aardsche leven spoe
dig een einde kan komen. Velen zijn door
gaans jn het een of andere begrafenisfonds,
maar, geloof mij, als dat niet zooi was, zou
U9p urö '.uffjZ' JU90 iU9eS lIOpflpioAO pq L'U J9i
doode ter aarde te bestellen.
Tegenover die roekeloosheid jstelt zich de
zuinigheid. De zuinige wil niet oniioodiggeld
uitgeven. Hij wenscht te denken aan zijn
verplichtingen in het huisgezin en ,in de
Kerk. Hij werpt zijin geld niet weg, maar
spaart het liever op. Na deze tijden kunnen
andere komen. Al wat hij ontvangt is een
gave Gods, maar hij wenscht over wat God
schonk, :een goed rentmeester te zijn.
Zulk een zuinigheid is een deugd, zelfs een
Christelijke deugd
o
Maar, als iemand nu eens te zuinig is, is
hij dan wel te onderscheiden van een gie
rigaard, zoo vraagt men.
Die vraag is niet goed gesteld. T e zuinig
is geen deugd meer. Al wat „te" is, wordt
tenslotte zonde.
Maar de waarlijk zuinige is wel terdege
te onderscheiden van den gierigaard.
Hier moet de consciëntie beslissen.
Een zuinig mensch weet altoos, dat hij een
rentmeester is maar de gierigaard heeft dat
besef verloren en hij handelt met zijin goud,
alsot dat het zijne ware.
Een zuinig mensch tracht aan al zijn ver
plichtingen te voldoen, maar de gierigaard
leeft alleen voor zichzelven.
Een zuinig mensch kan een goed Christen
zijn, maar een gierigaard kan geen Christen
wezen.
Er staat nergens in de H,. Schrift dat Ide
zuinigen niet in den hemel kunnen komen,
maar daar staat wel, dat de gierigen het Ko
ninkrijk der hemelen niet beërven zullen.
Laat ieder daarom gewaarschuwd zijn
Verkwisting en misbruik van Gods gaven
is zonde.
Zuinigheid is een deugd, mits het woordje
„te" er niet bij komt.
Gierigheid is een zonde, die door de H.
Schrift op ontzettende wijze veroordeeld
wordt.
Laten wij bidden, dat God ons bijbëlsch-
'zuinig doe zijn, en ons beware voor de
schrikkelijke zonde der gierigheid1.
Een gierigaard beërft het Koninkrijk Gods
niet.
o
Nu 'komt de moeilijke Vraag: hoe mfoet
de Kerk zich tegenover -gierig
aards gedragen? Hier moet men wel
onderscheiden. Gierigheid in een gesteldheid
van het hart en over h!et Wart mag de Kerk
niet oordeelen. Daarover oordeelt God.
Dat is zoo, zoo' hoor ik' zeggen, maar die
gesteldheid des harten komt toch naar buiten
openbaar. Wanneer iemand niets kan mis
sen voor armen of Kerk, of wanneer hij;
geuioegzaam geld bezit en hij maakt zich
van zijn roeping met een paar dubbeltjes af,
is dat dan geen feit, waar de Kerk over
mag oordeelen Moet zoo iemand dan niet
onder de tucht gesteld1 worden
Als iemand naar de schatting van anderen
veel te weinig bijdraagt voor armen en Kerk,
dan moet hij daarop gewezen worden, maar,
als hij zegt, dat hij niet meer kan doen, dan
moet men dat aan zijn consciëntie pverla-
ten. Huichelt hij, dan moet Wijl weten, dat ti'e
huichelaars door God geoordeeld zullen wor
den en hun oordeel zal zwaar zijn. Zijl heb
ben een schrikkelijke zonde begaan. Zijl heb
ben den schijn aangenomen van Christenen
te zijn, zij' hebben zich zelfs verdedigd' te
genover anderen, als zij vermaand werden,
en toch waren zij onoprecht. Dat is ontzet
tend.
Er is maar één tucht, die over de gierig
aards geoefend kan worden in de Kerk des
Heeren en dat is de tucht van het Woord
Gods.
Laat in de prediking ook op dit groote
kwaad gewezen worden.
De gierigaard is op weg naar de duisternis.
Moge hij zich tot den Heere bekeeren i
(Rotterd. Kerkbode) LANDWEHR.
I,n de H. Schrift wordt door Jezus en in
de Brieven van Paulus gedurig gesproken van
aanhoudend gebed. De gelijkenis van den
onrechtvaardigen rechter en de weduwe strekt
tot vermaan „dat men altijd bidden mloet
en niet vertragen". Voorts lezen we
„Bidt zonder ophouden."
„Houdt sterk aan in het gebed."
„Volhardt in het gebed."
Er is met deze Goddelijke voorschriften
meermalen door het ongeloof gespot. Men
zou geen tijd meer vinden voor den arbeid,
want de Christen moest iminlers altijd bidden.
In den kring der kloosters en monniken
orden poogde men d'e wereld te; ontvlieden.
Niet van arbeid maar van gebedelde aalmoe
zen te leven. Den dag en soms ook den nacht
in gedurig gebed, naar vaste regels omtrent
tijd en inhoud, door te brengen.
Dit kan echter de bedoeling van de uit
spraken der Schrift niet zijn.
Gods Woord roept den Christen op tot
arbeid.
Die niet werkt zal ook niet eten.
De luiaard zal verscheurde kleederen dra
gen.
Al wat we doen, moet met al onze kracht
verricht worden.
De Christen moet oo.k' in trouwe en namw
gezette volbrenging van zijn dagtaak', elk in
zijn Goddelijk beroep, zijin licht laten schij1-
nen voor de menschen. Vooral in een tijd,
waarin arbeidsschuwheid bij velen d'e over
hand heeft.
Zal het kind des Heeren in dezen zijn
goede werken pok laten zien en zijn God
in zijne .roeping verheerlijken, dan zal het
des te meer het „bidt zonder ophouden" naar
Wet „bidt en werkt", betrachten.
Want wij gelooven aan het „goed gebéden
is het halve werk". W(ij| ervaren in ons le
ven, zoowel stoffelijk als geestelijk, dat het
gebed, de ademtocht der ziel is.
Daarom kan de levende Christen niet an
ders dan biddend leven en werken.
Zooals zonder adem geen leven mogelijk
is of jeen bemoeilijkte ademhaling oiijze; le
venskracht ondermijnt, zoo weet de Christen
dat Wet gebed d'e machtige hefboom) is tot
heiliging van ons leven en onzen arbeid in
;s Heeren dienst en tot Zijn eere.
Er mag dus geen vertraging of verslapping
in ons geregeld gebedsleven zijn. Altijid en
volhardend moet ons hart zijn aanbidding
en lof des Heeren voor Zijn aangezicht bren
gen. Moeten onze begeerten en nood en, voor
ziel en lichaam', in sm'eeking en gebed, mlet
dankzegging bekend gemaakt worden bij God.
Hierdoor zullen we een krachtig wapen
hebben tegen allerlei bezorgdheid in dit moei
lijk leven en „de vrede God's, $1© alle ver
stand te boven gaat, zal onze harten en onze
zinnen bewaren .in Christus Jezus".
Dit bidden kan geschieden op gewone
tijden en daarnaast in wat men noemt
Het schietgebed.
Dit is een meer spontaan, plotseling in. ons
leven inschietend gebed.
Zpo Jezen wij bijiv. in Nehem. 2 4, dat
deze .Godsman, vóór hij antwoord' gaf op
de vraag van koning Arthahsasta Wat ver
zoekt gij nu eerst in stilte bad tot God van
den hemel.
Zoo kent ieder Christen dit gebed1 van een
oogenblik.
In uren van smart en gevaar schiet het als
een zucht of met een kórt woord' uit de ziel
omhoog tot Hem, die heil kan zenden.
In tijden van kennelijk ervaren genade of
'bijzondere uitredding rijst het in lofuiting op
waarts tot onzen hemelschen Vader.
Ook kan de aanschouwing en genieting van
Gods groote en wondere werken in d'e na
tuur ons nopen tot een uitroep van Zjijue
heerlijkheid en macht.
Als uiting van de ware behoefte ,der ziel
voor onzen God is het Hem' aangenaam' en
in 's levens gewonen tredgang als een vonk,
die uitschiet uit het liefdevuur onzer ziel.
Ieder Christen kent dit gebed! en! heeft ier
zich meermalen door verkwikt en gesterkt
gevoeld in bange of blijde oogenblikken van
zijn leven.
Toch mag het niet Zoo hóóg geschat wor
den als het gebed op gewone tijdén. Zpoals
Het morgen- en avondgebed.
Wie afhankelijk en feeder voor den Heere
leeft, zal niet licht verzuimen eiken nieuwen
levensdag met gebed te beginnen en te ein
digen. Zoowel des morgens na het ontkva-
ken en het staan voor een nieuwe dagtaak
als des avonds na volbrachten arbeid' is er
roeping en behoefte bij den Christen tot dank
zegging en gebed.
Gelukkig is het hart en het huisgezin, dat
biddend iederen dag aanvangt en eindigt
met gebed en dankzegging. Er zijn gezinnen
waar deze gebeden knielend worden gedaan,
maar helaas ook waar ze niet worden ge
vonden. Althans niet als het ópenlijjk pries
terlijk gebed van den Christen-vader, gelijk bij
Het gebed bij den ma altijid.
Hoewel de Schrift hiervoor niet een opzet
telijk voorschrift geeft, leert zij' ons duidelijk
dat God aan alle vleesch! Zijne s'pfijlze geeftj
Ook kunnen de heerlijkste spijlzen ons niet
ten goede gedijen, indien de Heeref ze niet
de sterkende en voedende kracht geeft voor
onze lichamen. Zoowel de oude Kerkvaders
als de Hervormers manen tot dit gebed' aan
of geven zelfs bepaalde formulieren voor de
gebeden bij den maaltijd.
In een gezin met kinderen zal de recht
vaardige, vooral in het gebed voor den maal
tijd, van tijld en wijlze weten. Al behoeft dit
gebed niet zóó kort te zijn, als ons van.
Cromwell wordt beschreven. Hij bad
„Sommigen hebben spijs, maar kunnen niet
eten anderen kunnen eten, maar hebben
geen spijs ik heb beide de Heere zijl ge
loofd
Hierin liggen echter wel de hoofdgedach
ten van het gebed bij den in aaltij! d'.
Ook in ons bidden moet orde1 Zijn;. Lange
gebeden, waarin over allerlei dingen breed'
wordt uitgeweid, passen niet in dit gebed
en leiden de aandacht en den eerbied at van
de hoofdzaak.
Dat vele Christen-vaders nog steeds hun
priesterwerk verzuimen in de bovengenoem
de gebeden op gewone tijden, is voor den
Heere niet te verontschuldigen met hun ge
voel van vreeze of onbekwaamheid. Ook
hierin geldt „Onze bekwaamheid is uit
God" en „Indien iemand' van u wijsheid
ontbreekt, aat hij ze van God begeer©, die
een iegelijk mildeüjik geeft en niet verwijt.
En zij zal hem gegeven worden."
Meerdere vaders zijn begonnen ;mct het
„Onze Vader" of een formuliergebed te bid
den in den morgen en avond of bij den maal
tijd en zoo gekomen tot het eigen, vrijle
priesterlijk gebed.
Zou het niet een der oorzaken zijn, dat
de Christelijke levenssfeer in onze gezinnen
en bij onze kinderen veelszins verkilt of te
loor gaat, omdat het openlijk gebed van dén
priester-vader wordt gemist En verslapping
van het Christelijk gezinsleven wreekt zich
niet alleen aan eigen gemoedsleven, maar
doet groote schade aan het godsdienstig le
ven in zijn schoone en heilige roeping in de
toekomst onzer kinderen. Dat wij; dan sm'ee-
ken om den Geest der genade en der gebei
de n, opdat wij; en onze kinderen uit het
Bethel van pus Christelijk gezin eiken dag
uitgaan tot het Christelijk leven, geheiligd
en voorbereid door eigen en óqk door het
priesterlijk gebed voor en miet ons gezin.
(De Wachter) BOERSMA.
TWEETAL TE
Nieuweroord (Dr.)B. G de Bruin te O. en N. Bildtzijl.
J. S. Schaafsma te Gasselter
Nijeveen.
LutjegastH. v. d. Zanden te Wapenvelde.
W. Oosterheert te Ter Apel.
BEROEPEN TE
HoofddorpS. Neerken te Ulrnm.
KielwindeweerJ. A. Winter cand. te Bierum (Gr.)
Gameren: W. H Bouwman te Capelle a. d. IJsel.
Oud-SchoonebeekJoh. Booy, cand. te Hoogeveen.
BEDANKT VOOR
Gouda (vacature H. Knoop)J. Douma te
's Gravenhage-Oost.
SappemeerJ. A. Verhoog te Klazienaveen.
SurhaisterveenD. Feenstra te Borger (Dr.)
De classes 's Hertogenbosch nam in haar jongste
vergadering een voorstel aan van ds. J. de Vries van
Tilburg om voor deze classis een eigen autozending
in het leven te roepen.
Een commissie van voorbereiding werd benoemd,
bestaande uit ds. J. de Vries te Tilburg; ds. D. de
Wit en ouderling C. B. v. d. Wal, beiden te Den Bosch.
Dr. C. J. Goslinga, van Buitenpost, schrijft aan
De Standaard, dat hij in dat blad las het bericht, dat op
21 Sept. a s. plechtig zal worden herdacht, dat de classis
Amsterdam der Ned. Herv. Kerk 350 jaar geleden
werd georganiseerd. Naar aanleiding hiervan verzoek
ik u vriendelijk om plaatsruimte voor de volgende
regelen, bevattende een beleefd verzoek om opheldering
betreffende de reden dezer „plechtige herdenking".
In geenen deele wil ik betwisten, dat in 1578 de
classis Amsterdam is „georganiseerd" en voor de eerste
maal samengekomen, noch ook iets afdingen op de
belangrijkheid van dit feit. Edoch, dit betrof de classis
der toenmalige Gereformeerde Kerken en deze classis
heeft als organisatie de 250 jaar niet eens gehaald.
Immers toen zij op 4 Maart 1816 bij den Koning
haar bezwaren indiende tegen de nieuwe, bij Koninklijk
besluit ingevoerde organisatie, ontving zij 28 Maart
d.a.v. namens den Koning ten antwoord „dat zij
sedert 7 Januari 11. niet meer bestond" enz.
Ook dit „belangrijke feit" zal binnen den kring der
classis Amsterdam van de Ned. Hervormde Kerk wel
niet onbekend zijn. Maar juist om die reden is het
alleszins gewenscht dat van die zijde opheldering ge
geven worde over de vraag, hoe men in 1928 het
350 jarig bestaan kan vieren van een classis (waarom
óók niet van de Provinciale Synode?), die reeds in
1816 een roemrijk einde vond. Eere zij haar nage
dachtenis
Ik voorzie de tegenwerping, dat in bedoeld bericht
gesproken wordt over de classis Amsterdam der Ned.
Ilerv. Kerk en dat deze organisatie nog springlevend
is. Maar dan zij geantwoord, dat deze classis Am
sterdam nog slechts dagteekent van 1816 en men
derhalve met het jubileeren over haar 350-jarig be
staan nog geduld zal moeten hebben tot den jare 2166.
Middelburg. 31 Augustus geen vergadering
Van de Commissie van Beheer, maar Maandag 3
September.
De Secretaris,
Middelburg. Mij werd door „een Ouderpaar"
ter hand gesteld f 10,voor de kerk en f 10,
voor de armen. Deze giften zijn dankbaar door de
respectieve boekhouders aanvaard.
A. D. Littooij.
Ontvangen Collecten voor de Theologische Faculteit
der Vrije Universiteit van de Kerken in de classis
Middelburg
Arnemuiden f 13,44Domburg f 12,37 Gapinge
f 8,42Grijpskerke f 31,46 Koudekerke f 24,35
St. Laurens f 18,Meliskerke f 18,47Middelburg
f 129,25 Oostkapelle f 13,83Serooskerke f 34,30
Souburg f 30,05 Veere f 19,39Vlissingen f 69,05
Vrouwepolder f 17,92 Westkapelle f 4,21.
De Classic. Correspondent,
S. den Ilartigh.
Middelburg, 24 Augustus 1928.
ZENDING.
Middelburg. In dank ontvangen een zak
zilverpapier van Jo Aarnoutse, Segeerssingel van
een ouden br. f 0,25; verkoop zilverpapier f 1,25;
uit het busje van X. Y. Z. f 1,387a"it het busje
van Mej S. de E. f 2,89; van Marie Cornelisse,
Eigenhaardstraat, 1 doos zilverpapier, 100 h. c. en
twintig stuivertjesuit het busje van Mej. N. V.
f 5,08 uit het busje van familie O. f 35,63 en van
Marie Wattel 1 pak zilverpapier, 12 Indische dub
beltjes, 500 h. c.
Namens de Commissie,
L. A. Tange, Penningm.
RUSTHUIS MIDDELBURG.
Met vriendelijken dank ontvangen 2 tulbanden.
De Huisvader, J. Belksma.
PARAKAN.
Met vriendelijken dank ontvangen uit ^Serooskerke
door bemiddeling van dhr. A. Melis f 15,50.
Middelburg. Mevr. Huizenga.
KRING „WALCHEREN", VAN M. V. OP G. G.
Vergadering DV. Donderdag 30 Aug. a s., in de
Geref. kerk te Vlissingen. Aanvang half acht.
Inl.Gel. BelArt. 37, door Grijpskerke.
Inl.Vad. Gesch „Wilhelmina van Pruisen", door
Gapinge.
MIDDELBURG.
Bediening van den H. Doop in de Noorderkerk.
Heidelb. Catcch. Zondag 29.
Gasthniskerk 9.30 uur ds. D. Scheele
6 uur ds. T. Ferwerda
Hofpleinkerk 9.30 uur ds. T. Ferwerda
te Amsterdam.
6 uur ds. D. J. Velsink
Noorderkerk 9.30 uur ds. D. Velsink
te Musselkanaal.
2 uur ds. D. Scheele
Arnemuiden 9.30 en 2 uur ds. J. Runia
Domburg 9.30 uur ds. J. E. Visser
Voorber. H. Av.
2 uur ds. P. N. Kmyswijk
Gapinge 9.30 en 2 uur ds. P. J. O. de Bruijne
Bed. H. Av. en Dankz.
Grijpskerke 9 uur Lezen eener Leerr.
2 uur ds. E. Douma
Koudekerke 9 en 2 uur ds. A. C. Heij
St. Laurens 9.30 en 2 uur ds. A. Koning
Meliskerke 9 en 2 uur ds. M. Vreugdenhil
Oostkapelle 9 uur ds. E. Douma
2 uur Lezen eener Leerr.
Serooskerke 9.30 en 2 uur ds. van Dijk
Bed. H. Av. en Dankz.
Souburg 9.30 en 2 uur dr. G. B. Wurth
Veere 9.30 en 2 uur ds. P. van Strien
Vlissingen 9.30 en 5.30 uur ds. P. N. Kruyswijk
Vrouwepolder 9.30 uur Lezen eener Leerr.
6.30 uur ds. P. J. O. de Bruijne
Westkapelle 9.30 uur
2 uur
Lezen eener Leerr.
ds. J. E. Visser
Brouwershaven 9.30 en 2 uur
Bruinisse 10 uur
5 uur
Colijn plaat 9.30 en 5.30 uur
Geersdijk 9.30, 2 en 5.30 uur
Haamstede 9.30 en 2 uur
Kamperland 9, 2 en 6 uur
Nieuwerkerk 9.30, 2 en 6 uur
Oosterland 10.30 uur
3 uur
Scharendijke 9.30 en 2 uur
Wissekerke 9.30 en 2 uur
Zierikzee 9.30 en 5.30 uur
Zonnemaire 9.30 en 2 uur
ds. Joh. de Boer
ds. D. Bremmer
Lezen eener Leerr.
Lezen eener Leerr.
ds M. Schuurman
te Den Haag.
Cand. A. v. d. Weg
te Dordrecht,
ds. L. Horvatb
uit Hongarije.
Cand. Brunsing
te Pernis.
Lezen eener Leeir.
ds. D. Bremmer
Lezen eener Leerr.
Lezen eener Leerr.
ds. F. Staal
ds. Z. Hoek
Anna Jacoba Polder 9.30 en 2 uur
Bergen op Zoom 9.30 en 5.30 u.
Krabbendijke 9 uur
2 uur
Poortvliet 10.30, 3 en 7 uur
Rilland-Bath 10 en 2 30 uur
Tholen 9.30 en 2 uur
Oud-Vosmeer 9.30 en 2 uur
dr. J. H. Jager
te Appingedam.
ds. J. C. Haartsen
te Driesum.
Lezen eener Leerr.
ds. R. J. v. d. Veen
te Goes,
dhr. K. de Vries
ds. J. Dekker
te 's Gravenhage.
dr. C. Veltenaar
Lezen eener Leerr.
Baarland 9.30 en 2 uur
Borssele 9 en 2 uur
Driewegen 9.30 en 2 uur
Kapelle-Biezelinge 9.30 en 2 u,
Goes 9.30 en 6 uur
's Gravenpolder 10.30 en 3 uur
Heinkenszand 10 en 2.30 uur
lerseke 9.30 en 2 uur
Wemeldinge 9.30 en 2 uur
Kruiningen 9.30 en 2 uur
Nieuwdorp 9.30 en 2 uur
Wolphaartsdijk 9.30 en 2 uur
Lezen eener Leerr.
ds. C. van Schie
Lezen eener Leerr.
Prof. dr. H. Bouwman
te Kampen,
ds. R. J. v. d. Veen
Lezen eener Leerr.
ds. C. W. Keur
te Oudewater,
ds. B. Meijer
Prof. dr. Greydanus
te Kampen,
ds. J. Koolstra
ds. E. Beukema
ds. A. P. Lanting
Axel 9.30 en 2.30 uur
Hoek 9.30 en 2 uur
Oostburg 10 en 2.30 uur
Oostburg (dienst Aardenburg)
9.30 en 3 uur
Schoondijke 10 en 3 uur
Terneuzen 9.30 en 2.30 uur
Zaamslag 9 en 2 uur
ds. J. S. Post
Lezen eener Leerr.
ds. M. van Wijk
Lezen eener Leerr.
ds. K. Sietsma
nam. Afscheidsrede,
ds. S. Groeneveld
ds. M. Uytenhoudt
te Coevorden.