Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland. 38e Jaargang. Vrijdag 25 Juli 1924. No. 30. RedacteurenDs. L. BOUMA te Middelburg en Ds. A. C. HEIJ te Koudekerke. Persvereeniging Zeeuwsche Kerkbode. UIT HET WOORD. Arme visschers. ZEEUWSCHE KERKBODE Vaste medewerkers: D.D. P. VAN DIJK, F. J. v. d. ENDE, B. MEIJER, F. STAAL Pzn., en R. J. v. d VEEN. Abonnementsprijs: Advertentieprijs: per kwartaal bij vooruitbetaling f 1, Afzonderlijke Jnummers 8 cent. 15 cent per regel bij jaarabonnement van minstens 500 regels belangrijke reductie. UITGAVE VAN DE Adres van de Administratie Firma LITTOOIJ OLTHOFF, Middelburg. Berichten, Opgaven Predikbeurten en Advertentiën tot Vrijdag morgen 9 uur te zenden aan de Drukkers LITTOOIJ OLTHOFF Spanjaardstraat, Middelburg. TELEFOON 2 3 8. GIRONUMMER 4 2 280. GODDELIJKE LIEFDE. Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard, dat God Zijn eeniggeborenen Zoon gezonden beeft in de wereld. 1 Joh 4!' Van al de mysteriën op aarde wint het in diepte en onpeilbaarheid de liefde- God is groot en wij begrijpen Hem niet. God is recht en wij gelooven het kruis. God is liefde maar nu verzinkt ons na den zondenval de grond onder de voeten in het onbegrepene. Liefde is altijd mysterie, maar vooral wanneer ge zegt, dat God liefde is. Liefde in hoeveel talen is ze niet bezongen In hoeveel kleuren ontmoet ge haar niet Ze vermenigvuldigt zich in het menschenleven, ontelbaar. Ze treedt voor u in lieve lentekleur, als vroolijke kinderstemomMoedertjeroept. Ze bloeit ih pracht, als twee jonge menschen in eikaars harten zien. Ze heeft 't gedragene van den herfst, als vader en moeder met elkaar bekijken de zorgen des levens en bidden voor volwassen zoon, die in gevaar is van de wereld Liefde ze is er in zoo velerlei schakeering. Liefde ze is die wondere onder grond van het leven, de lichte blije hoogte op welks toppen het leven uit zicht heeft. Ze is de wondere harmonie, waarin 't geluk zich spelend vermaakt. Liefde ze is de diepte van het menschenleven, ze is de ziel van het waarachtige leven, van het echte, dat het leven tot leven maakt. Maar 't wonderlijkst wordt deze gave Gods, als we uit God Zelf zien voort komen 't voor ons immer onbegrepene. De liefde Gods openbaart zich. De ure komt, dat ze naar buiten treedt. De uren komen, dat 't werkelijkheid ge worden is Dat de oogen gezien en de handen getast hebben het Woord des levens. Toen is het gebeurd, het is ge komen God heeft Zijn eeniggeboren Zoon gezonden in de wereld. Dat is liefde Gods. Daarvan kunnen we iets verstaan, als weer door die liefde Gods en door den H Geest de diepte van 't eigen hart voor ons open ging. Als we blikken in benauwende schuld. Als we tot ont dekking kwamen van wat zonde is. Het is zoo goed en zoo noodzakelijk, dat dit geen woord voor ons blijft, dat er van vroege jeugd is ingepompt, maar dat we in de werkelijkheid komen. Niet geforceerd met de zonde-taal der valsche mystiek, maar in alle oprechtheid. Een voudig, maar gemeend. „Heer, mijn hert is boos en schuldig". Die daar is, gedurig weer is (want zondekennis is niet voor één keer in ons leven), wel, die begint te zien liefde Gods. Dat Hij Z'n Zoon gezonden heeft Voor ons! Ja zeker, om het werk Gods te doen. Maar dat laten we nu een oogenblik daar. Want Hij kwam ook om ons te redden Ons, vijanden Gods Ja, dat is Goddelijke liefde Hier staan we door 't geloof alleen. Neen ge kunt 'tniet begrijpen, dat God Jezus ook voor u gezonden heeft. Ge kunt 't alleen gelooven. Want zeg me, waar is grooter liefde, dan deze, dat Jezus Christus in een verworden wereld komt en aflegt Z'n hemelgedaante, verlaat eeuwige en loutere heerlijkheid om zich zelf te ver nietigen en dat alles om Z'n volk te redden Want zeg me waar is grooter liefde, dan deze, dat Jezus Christus, miskend en verworpen, verloochend en verraden, bespot en gegeeseld, ja wat niet al, de engste doodspoort, waarin Gods toorn wisselt met der demonen gruwelspel, zonder een oogenblik van aarzeling tegengaat en dat om Z'n volk te redden van de afgrijzing der eeuwige smart Want zeg me waar is grooter, waar is onbegrepener liefde, dan deze, dat Jezus Christus het allerlaatste en allerdiepste niet mijdt, maar Z'n bloed verstort, Z'n leven prijs geeft, vrijwillig in den donkeren dood! En dan, dat de Vader Hem overgaf tot zulk een smart O, ik zeg uge kunt liefde nooit begrijpen. Maar deze liefde is de Onbegrepen heid zelve Ze is Raadsel. Ze is Wonder op zich zelve al. Alleen 't geloof grijpt daar iets van. 't Geloof, omdat het niet begrijpen, maar aanbidden, knielen wil. Heer, mijn hert is boos en schuldig maar Gij zijt bermhertig, en duizendmalen meer verduldig als dat ik boosaardig ben. Goddelijke liefde, dat is het diepste wonder. God geve u, dat dit voor u persoon lijk altijd een wonder blijvo, een onbe grepen iets, dat er voor u vergeving is. O, laat ons het sterk gelooven, dat Jezus de onze is. Maar laat ons het ook wonderlijk blijven vinden, dat dit zoo is. Als ik zie m'n hart, m'n schomme lende hart, dat gedachten baart, die 'k niemand zeggen kan, als ik zie m'n booze hart Iwel dan licht de zonne hoog dezer Goddelijke liefde Als ik terugzie op afgelegde levens baan en m'n trouweloos afwijken over peinswel dan is me Gods liefde zoo wonder, zoo wonder. Dat is, wat ik niet begrijp Dat God mij lief heeft Dat is het wonder der Goddelijke liefde. ||iist daarin openbaart zich Gods dat Hij z'n Zoon geeft. Weer, weer is het Christus in Wien zich alle liefde concentreert. Hij is de levende openbaring der liefde Gods. Daarom prediken wij Christus. Daarom brengen we den Gekruisigde. Want daar zingt de liefde Gods haar hoogste zangen, als Golgotha in duis ternis ondergaat, als natuur haar rouw sluier weeft over het donkere kruis, als uit aarde- en zielenacht de bitterste kreet van den Menschenzoon weerklinkt. Hierin is de liefde Gods jegens ons geopenbaard. Liefde waar de eeuwige nacht omslingert den Heere Jezus Christus Liefde onbegrepen die een kruis weeft voor den Eeniggeborene. Dat kan Goddelijke liefde alleen Jegens ons Och, als uw ziel om genade roept, als uw hart dorst naar vergeving, als gij, geraakt in uw ziel, naar Jezus moet omdat Hij Jezus is leg dan alle be grijpen af. Geloof alleen Op al uw vragen is dit het antwoord. Op al uw bidden is dit de verhooring. God is liefde! Vlissingen. Van der Vliet. KERKELIJK LEVEM Het opschrift is niet van mij, het is ontleend aan het bekende vers van de Genestet, dat op velen een diepen indruk heeft gemaakt en de harde werkelijkheid zorgt er voor dat deze in druk telkens vernieuwd wordt. Ik kende vroeger twee mannen, van wie de een door een zeer pijnlijke levenservaring er toe gekomen was om te zeggen, dat hij onmogelijk meer gelooven kon aan een allesbesturend God, want, zoo luidde zijn oordeel, indien er zulk een God bestaat, dan zou ik moeten aannemen, dat Hij hard en wreed is en dit wil en kan ik niet. De ander sprak, als de gelegenheid er zich toe leende, van den goeden en lieven Vader, die in de hemelen is en liet dan uitkomen, dat Hij alle schepselen wel deed en hij kon onmoge lijk gelooven, dat eenig mensch verloren kon gaan. Aan dezen laatste werd de vraag eens gedaan, hoe kunt ge zulk een voorstelling rijmen met het feit, dat er zooveel visschers uit het Noorden van Friesland omgekomen zijn in de golven? Ge weet toch ook, welk een treurig tooneel het was, toen op dien onver- getelijken Zondagmorgen zoovele vrouwen en kinderen uit hun dorp gingen om de ontkomenen tegemoet te gaan, teneinde te vernemen, of hun mannen en vaders behouden of omgekomen waren. De uitbarsting van droefheid, en die uiting van blijdschap, zoodra de zekerheid zich aan hen opdrong, wie hun graf in de golven gevonden hadden, waren zoo aangrijpend, dat zelfs stoere mannen, die geen naastbestaanden onder die visschersbevolking hadden, hun tranen niet konden bedwingen. Kunt ge, zoo werd de vraag gedaan, uwe voorstelling, welke gij u van God gemaakt hebt, volhouden. Ik was toen nog jong, maar ik gevoelde, dat het oordeel van den eerste mij meer ontroerde dan de be schouwing van den laatste. Meermalen heb ik daarna berichten gehoord en gelezen, welke spraken van 't vergaan van schepelingen in een woedenden storm, maar dan denk ik altijd weer aan die twee mannen, van wie de een het bestaan van God loochende en de ander in 't aangezicht van die ramp zijn opvatting niet kon handhaven. We zijn aan veel treurigheid gewend geraakt in de laatste jaren en het wil me voorkomen, dat de menschelijke gevoeligheid veel heeft geleden. We hebben gehoord, hoevele menschenlevens in korten tijd werden afgesneden, en we hebben geen tijd om zulke tijdingen op een behoorlijke wijze op ons te laten inwerken. Het leven gaat voort en we vergeten, hoeveel er geleden wordt op aarde. We gewennen aan alles. Doch soms komen er oogenblikken, welke ons tot nadenken nopen. Dit was verleden Vrijdag het geval, toen de mare rondliep, dat de plotseling ontwaakte storm schade aangericht had onder de uitge zeilde visschersvloot en dat onderscheiden man nen er het leven bij gelaten hadden. Opmer kelijk was het, hoe spoedig het bericht van mond tot mond ging en het bleek daarbij, dat nog niet alle medegevoel verstompt was. leder sprak er over en elk greep 's avonds naar de courant om te weten, hoevelen en wie het waren, die zoo onverwacht het tijdelijke met het eeuwige hadden verwisseld. En gelijk het hier was, zoo was het op geheel ons eiland en ook nog wel daarbuiten. En het deed goed, dat er een hartelijke deelneming was in de rouw, welke zoo opeens over verschillende families gekomen was. We kunnen vertrouwen dat ook nu, gelijk bij vroegere dergelijke ram pen. er bereidwilligheid zal zijn om door stof felijke gaven het leed, voorzoover dit kan, te helpen verzachten. Ons aller leven is onzeker. Maar dat van hen, die de zee bevaren, vooral. Het werd ons nu weer met nadruk herinnerd. Wat lokt die menschen toch om zich te wagen op die on gewisse baren Een groote winst Bij onze visschers is dit niet zoo. Zij verdienen slechts een karig loon. Er komen vaak tijden waarin de vangst gering is. Niemand zal dan ook be weren, dat zij een rijk bestaan hebben. Zij trotseeren de gevaren, maar zonder dat het uitzicht bestaat op vele schatten. Er ligt in het bedrijf zelf aantrekkelijkheid. De ruimte der zee heeft bekoring. Zij gevoelen zich vrij en tot op zekere hoogte onafhankelijk. Zij be hoeven geen mensch naar de oogen te zien. En hoe vaak zij ook teleurgesteld worden, al tijd leeft de verwachting weer op, dat er betere tijden komen zullen Hun leven is niet een tonig. Er is veel afwisseling. Begrijpen kan ik me best, dat telkens een jong geslacht er weer op uittrekt. Wij zouden deze bevolking niet graag missen. Het zijn over 't algemeen koene en rappe mannen, die de zee aandurven en kennen. De zee is hun element, waarin zij leven en zij hebben dan ook in bange dagen menigen dienst aan ons vaderland bewezen. Wat is het een ontroerend denkbeeld. Die vloot voer uit. Niemand vermoedde eenig ge vaar. liet weer was dien vroegen morgen goed Die visschers zijn goedsmoeds en beginnen hun werk. Daar wordt de lucht woest, het zwerk jaagt, de wind groeit aan tot een storm, de golven bruischen en slingeren de scheepjes naar de hoogte en dan naar de diepte. De meest ervaren onder hen zien het dreigende gevaar, maar zij kunnen het niet meer ont vluchten. Het duurt niet lang of allen zijn zij zich bewust, dat er maar één schrede is tus- schen hen en den dood. De zee vraagt haar prooi en ouden en jongen verdwijnen in de diepte. Wat is er in die enkele oogenblikken door die hoofden en harten gegaan? Wij vra gen. Maar een antwoord ontvangen w4j niet. God alleen zou het ons kunnen zeggen, die ook de harten dezer omgekomenen doorgrond en die over hen het oordeel heeft uitgesproken. Wel mogen we het opmerken en ons haasten om ons levenswil. De dood wenkt ieder uur. Wij gelooven, dat Gods weg altijd goed en billijk is. Ziedaar, het rustpunt voor hen, die den moed hebben om de harde en dikwerf droeve wer kelijkheid onder de oogen durven zien. Tv/ijfel komt op in elk hart, dat alleen ziet op het leed, 't welk op aarde gezien en ondervonden wordt. Waarom zoo vraagt de mensch, trof deze ramp juist deze mannen, terwijl anderen verschoond werden, waarom klaagt de vrouw moest mijn man omkomen, terwijl dje van een ander ont kwam, en zij krijgt geen'antwoord. God geeft geen rekenschap van zijn daden. Hij is groot van raad en machtig van daad. En als de mensch, die zich een voorstelling van Gods liefde gemaakt heeft zonder iets van die liefde Gods te verstaan, met een teleurgesteld hart zwijgend staat bij zulk een onheil, dan heft de geloovige het oog omhoog en zegtZijn weg is in 't heiligdom, en Hij handelt met het heir- leger des hemels en de inwoners der aarde naar Zijn welbehagen. Narekenen kan Hij ook zijn God niet, maar Hij berust in de majestueuze handelingen van den Machtige Jacobs, wetende, dat God zich nooit vergist en dat Hij langs ondoorzoekelijke wegen het heil van Zijn volk doet komen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1924 | | pagina 1