Walchersche Zendiagsda?. Pastorale Conferentie Brieven nit Z.-Vlaanderen Zeodinsfsdag Classis Goes. zin, maar dat zij ook gericht moet zijn op de practische zijde van de onderscheiden waar heden. Zij verhelderen het, door een waardee- rend woord te wijden aan de manier, waarop de catechismus ook dit laatste tot uiting laat komen. Zij willen zorgen dat dit gehandhaafd blijft. Het tweede punt licht ons in, waarom zij er niet aan gedacht hebben den bestaanden cate chismus bruikbaarder te maken en het komt me voor, dat ieder hun daarvoor dankbaar moet zijn. Over de volgorde der te behandelen stof han delen zij verder. De bladzijden, welke hieraan gewijd zijn, zijn leerzaam. Zij geven een kort maar zeer duidelijk overzicht van de verschil lende manieren waarvan eertijds gebruik is ge maakt en zij komen tot het volgende besluit. Na een inleiding over de religie in't algemeen en de openbaring Gods in natuur en H. Schrift Gods Wezen en de Raad Godsde schepping in het algemeen en die der menschen in het bizonder; de val (oorsprong, wezen, uitge breidheid en straf der zonde); de Middelaar (namen, naturen, ambten en staten van den Middelaar.) De heilsweldaden welke door de toepassende werking des H. Geestes ons deel worden, de Kerk en de middelen der genade (Woord en Sacrament) en eindelijk over de leer der laatste dingen. Deze volgorde is bekend en heeft veel voor. Het gaat geleidelijk van de eene waarheid tot de andere. Er is een draad in, welke men ge makkelijk vasthouden kan. En men ontgaat het bezwaar, dat er op onderscheidene plaatsen over 't zelfde onderwerp gehandeld wordt. Tegen de vraagmethode hebben Deputaten nog al enkele bezwaar. Hoewel we de eerste beide ook wel gevoeld hebben en het derde graag op hun gezag aannemen, toch meenen we, dat er tegen de voorgestelde methode ook wel enkele bezwaren ingebracht kunnen wor den. Doch wijl het wel niet doenlijk zal zijn een methode te vinden, welke in alles volkomen is, zoo hebben we geen overwegend bezwaar tegen wat zij voorstellen. Zij willen nl. dat de catecheet de les bespreekt door woord- en zaakverklaring, den inhoud tot het bewustzijn van zijn leerlingen brengt en de beteekenis voor het leven des geloofs en de practijk der Godzaligheid aanwijst. Een volgend maal wordt met gebruikmaking van de onder de les. ge plaatste vragen het behandelde van de vorige les verhoord, daarna nog eens kort saamgevat om dan over te gaan tot de bespreking van de nieuwe les, die tegen de daarop volgende keer geleerd moet worden. Uit de mededeeling waarom zij niet één, maar twee leerboeken wenschen, gaan zij over om te zeggen, om welke reden zij geen leer boek hebben opgesteld. Zij meenen, dat de Synode zich zelf eerst uitspreken moet over twee belangrijke punten, welke in verband staan met den door hen gegeven gedachten- gang. Zij geven thans slechts een proeve over de H. Schrift, de schepping in 't algemeen, de schepping der menschen, de voorzienigheid, het profetisch ambt van Christus, geloof en bekeering. We keuren het niet af dat zij thans slechts een proeve geven, eer achten wij het voor zichtiger. Een volgend maal geef ik nog iets over de proef en enkele vragen, welke bij ons opge rezen zijn. Pinkster-Maandag des namiddags wordt de Zendingsdag van de Geref. kerken van de Classis Middelburg gehouden. Het terrein lokt uit om er heen te gaan. Wie wil niet gaarne een middag te Valkenisse zijn onder schoon geboomte en vlak bij de duinen. De sprekers zijn een talrijk en aandachtig gehoor waard. Dit stemt ge dadelijk toe, als ik u zeg, dat ds. Telkamp van Middelburg, ds. Laarman van Scharendijke en professor Bouw man van Kampen optreden als God het wil en zij leven. De dag stemt tot herinnering van de rijke weldaden aan onze voorgeslachten en ons ge schonken in de prediking des evangelies en tot het gebed en het milde ofler voor de komst van Gods Koninkrijk onder de Heidenen en Mohamedanen. En als het weer behoorlijk goed is, dan kan het een aangename en gezegende dag zijn. Op uw aller medewerking wordt gerekend. De Zeeuwsche Pastorale Conferentie is on der ons ingeburgerd. Gehouden wordt zij D.V. op Dinsdag 5 Juni e.k. in de Gasthuiskerk te Middelburg. Ds. Wessels zal een Referaat leveren over het Zionisme, een verschijnsel, dat nog altijd de aandacht trekt en verdient. Over het veel besproken art. 127, dat zulk een taai leven blijkt te bezitten handelt ds. Lanting. Onze predikanten zullen uit alle oorden van ons gewest komen, gelijk het hun gewoonte is. Er moeten al gewichtige redenen zijn, als zij niet aanwezig zijn. De kerken maken het zelfs voor hen die het verst verwijderd zijn gemakkelijk, doordien reiskosten vergoed worden. Het zou inderdaad verheffend zijn, indien zij nu eens allen tegenwoordig waren. De vergadering is bovendien toegankelijk voor alle belijdende leden onzer kerken. De zusters zijn inzonderheid welkom. Bouma. XX. AmiceJ Duid het me niet euvel, dat ik dezen brief wijd aan een plechtigheid, waarbij wij als Zeeuwen zoo nauw betrokken zijn, en ik ook tot mijn groote blijdschap vele broeders en zusters uit Zeeland tegenwoordig heb gezien. Ge weet, ik bedoel de ingebruikneming van het kerkgebouw op Vrederust. Ik kan me vergissen, maar ik geloof, dat het werk op de stichting een diepe plaats in veler hart heeft verkregen. O, ik weet hetals ge daar al die schoone gebouwen ziet, waar onze dokters wonenals ge let op de hooge en ruime paviljoenen, den prachtigen aanleg, dan is het maar een uiterst klein gedeelte, dat uw gaven en offers daarvan hebben tot stand gebracht. Maar toch houdt niet in de eerste plaats geld, staatsgeld en provinciale steun Vrederust in stand. Wat daar verrijst aan bouwwerk, wat daar ligt als een schoone hof is slechts het lichaam. Wat Vrederust in stand houdt is niet dit lichaam, maar is de heil; is de gedachte. Is de liefde voor het christelijk beginsel ook in onze kranken zorg. Is de liefde van Christus, die dringt om ook voor benauwden van geest, voor die allereerst, te zijn vaders en moeders, broeders en zusters. En van die liefde, die kerkelijk ver schil daar overbrugde, voelt ge de warmte bij elk bezoek. Het was een schoone middag, die van den 2en Mei 1923. Toen we met den pastor van Bergen, in wiens vriendelijk huis we 's morgens vertoefden, naar de Stichting reden glansde de zon en huppelde de lente langs alle wegen. Het mooie stadspark prijkte in voorjaarsdos. Zelfs de effen, grijze aspergebedden, Bergens roem, verzilverden in het volle zonnelicht. Toen we aankwamen luidde de klok. Een helder-rustig geluid. De kerk Waarnaar zoo lang is uitgezien, zoo smar telijk op is gewacht. Want het houten gebouw, in een hoek weg gedrongen, paste op Vrederust niet! Thans staat de kerk in het midden. Ze mag er zijn. De stichting schaamt zich den Christus der schapen nietze hoeft over het gebouw, waar het Woord van dien Chr. verkondigd wordt ook niet te blozen. Ik beschrijf u de kerk van buiten nietmaar treed ze met me binnen. Alle stoelen, waaruit het ruime middenvak bestaat, zijn bezet: Ter zijde in de massief eikenhouten banken, zijn ook niet vele plaatsen meer over. Ge ziet er de bekende gezichten van Vrede rust rechts vele deftige genoodigdenik zou ze u noemen, zooals onzen len Minister en den Gouverneur van Zeeland, maar allicht zou ik er overslaan. Door de hooge ramen, valt een breede zonne straal blauw, goud en wit door 't kleurig glas. Boven, achter het spreekgestoelte, in verren halven boog de jonge zusters in het levendig grijs-wit van verpleegster. Tegenovereen galerij, waar ik ook per soneel ontdek. Wat denken ze allen van ons, vreemde indringers. Och toch zoo vreemde niet Wie Vrederust bezoekt op dagen als deze, op vergaderingsdagen, ziet het niet zoo als het is. Er zullen Zondagen komen, dat daar ook verpleegden zittenRustig genoeg wel om te luisteren, maar niet rustig genoeg om in de maatschappij te verkeeren. De kerk, vergeet het niet bezoekers van Vre derust op dien middag, is vooral voor hen, de rusteloozen die hun onrust omdragen; die zich zelf altijd alleen ontmoetendie zich vervolgd wanenzich onbegrepen weten en zichzelf niet begrijpendie zoeken en nooit vinden. Door onweders voortgedrevenen, en ongetroost. Voor zulke zoekers is dit milde, vriendelijke Godsgebouw als gebouw reeds een Gods geschenk. Ds. Donnet zijn naam is aan Vrederust verknocht, opende. De eerste toon moest wel zijn die van Psalm 103: 1. „God heeft groote dingen aan de Stichting gedaan." Ik zou u de rede kunnen weergeven. U kunnen zeggen, dat hij velen afzonderlijk en allen gezamenlijk het welkom toeriep. Laat ik u liever de kern noemen van[zijn toespraak. „In dit gebouw wordt het beste gegeven aan onze kranken. Want we danken God voor de medische wetenschap en ook dan is het beste voor onze kranken niet goed genoeg. Maar in dit kerkgebouw worden rustdag aan rustdag onze lijdenden opgedragen aan Gods genade; in dit gebouw komt het kenmerkende van de stichting uit." Schoon is dit stoffelijk bouwwerk, waarvoor hij alle bouwlieden dankt, schooner is de naam van Jezus, die er gepredikt wordt. Mogen de hoorders die wereld leeren kennen, waar geen krankheid meer zal zijn waarheen het schreiend hart dorst als het hijgend hert aan de water- stroomen. Ds. De Vlugt, geestelijk verzorger, koos den schoonen tekst uit Haggai. „In deze plaats zal ik vrede geven." Was beter keure denkbaar voor dit Godshuis op Vrederust? De heerlijkheid van den 2en tempel ligt in wat God daar geven zalVrede. Het komt er zeker wel op aan, hoe het gebouw is. Ook in een houten gebouw kan God gediend worden. Maar het Huis des Heeren mag niet achterstaan bij al het andere. Daarom is zijn hart verheugd. De wensch van het bestuur is thans voldaan. Midden op het terrein verlieft zich de kerk. De aanblik van buiten en van binnen getuigt van een treffelijk werk. Elk tempelgebouw is een ongedwongen hulde aan dien God, die niet woont in tempelen met handen gemaakt. De uitnemendste heerlijkheid is echter niet te zoeken in wat vergankelijk is. Al bidt het hart dat Gods oog nacht en dag open mag zijn over dit huis, de heerlijkheid zoeken wij in wat andersden vrede. Vrede, die aangeboden wordt aan alle harten door schuldbesef getroffen en verslagen. 1 Wie hier samen zullen komen hebben geen j gering deel in het lijden. Hoevelen vragen o God, waarom al dit leed Maar bij het ant woord Gods wegen zijn hooger dan onze wegen zal de troost ook worden gebrachtGod is barmhartig en genadig. En tot de verplegers zal in hun zwaren arbeid de bemoediging worden gerichtGe behoeft niet in eigen kracht te staan. Wat er ooit verandere aan dit gebouw, dat er nooit in verzwegen worde dat er vrede is alleen door het bloed des kruises. Moge dit huis bewaard blijven voor die ontwijding, dat er anders zou gesproken worden dan van Jezus Christus en dien gekruist!" Zoo is het Amice. Minister Ruijs sprak vriendelijke woorden die hij besloot: „dat onder Gods onmisbaren zegen deze stichting tot in lengte van dagen moge bloeien Ook onze gouverneur sprak naar het hart, toen hij zijn gelukwensch aanbood. Bij zijn bezoek in 't najaar was hij diep onder den indruk gekomen van het lijden dat hier geleden wordt. Hij had gevoeld dat geen opoffering te groot kon zijn dat alles gedaan moest worden tot opbeuring onzer kranken. De eenige opbeuring kan zijn de troost uit Gods Woord. Daarin wordt gewezen op den Heiland, den grooten Medicijnmeester, die vrede geven kan aan de meest verslagen harten. Moge dit kerkgebouw zijn en blijven een monument van Gods barmhartigheid. Het stemt mij altijd dankbaar, Amice, als ik hooggeplaatste mannen openlijk van den Hei land hoor getuigen. Wat is ons land nog rijk gezegend Prof. Bouman, wien de Zeeuwen lief zijn, sprak sympathiek. Hij noemde den naam van prof. Lindeboom, die zooveel voor 't werk van barmhartigheid in Nederland deed. De tijden zijn veranderd. Veel wordt voor de patiënten verwacht van de geestelijke factoren. Hij acht het een voorrecht, dat de kranken een Christelijk tehuis hebben waar ze Gods Woord hooren kunnen, waar ze krijgen wat ze vaak al te zeer moeten missen. Ds. De Ligt, de vice-voorzitter der Stichting is laatste spreker. Hij dankt allen voor hun tegenwoordigheid en hoopt, dat Zeelands Stich ting tot in de lengte van dagen tot zegen zij. „Daartoe hoore de Almachtige onze bede". Staande hebben we toen gezongen„Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen"; en in dankgebed droeg de grijze dienaar de Stichting Vrederust aan God op. Het was een goede dag, Amice. Een dag, die tot dankbaarheid stemt voor wat Gods gunst aan onze arme kranken ook in dit vriendelijk huis des gebeds heeft geschonken. Laat het gebed voor Vrederust ook in uw huis niet na Z. v. D. D.V. 2de Pinksterdag 21 Mei 1923 houdt de Classis Goes weer haar jaarlijkschen Zendings dag. Ditmaal worden de Zendingsvrienden en -vriendinnen opgeroepen naar het vriendelijke en mooie Kloetinge. Even achter Kloetinge kregen wij de beschikking over de gunstig gelegen boomweide van dhr. Paardekooper. 't Is er zoo rustig en stil, en de hooge opge groeide olmen werpen dichte schaduw over de plaats der samenkomst, zoodat hier niet de klacht zal moeten geuit in „het zonnetje te zijn gezet". Precies 1 uur wordt toegang gegeven tot het terrein en even later zal de jonge predikant van Kruiningen een openingswoord spreken. Verder beloofden te zullen optreden Dr. B. J. Esser van Poerbolingo, die thans met vacantie is in het vaderlandDs. P. Ch. van der Vliet van Vlissingen, wiens redevoeringen op Walcheren inslaan en Ds. A. Louwers van Brussel, die een vorige maal zoo eenig, oud en jong wist te boeien door het verhaal zijner uitleiding uit Rome's Kerk. Het nuttige wordt hier aan het aangename ge paard enkele uren in een schoon en rustig stukske van Gods schepping en daarbij de op wekking mee te werken, dat de aarde vol worde van de kennis des Heeren. Op naar Kloetinge zij de leus van oud en jong en dat uit Zendingsdrang en zendingsliefde zich openbaard in een krachtig gebed, dat de Koning der Kerk rijkelijk met Zijn Geest en genade in ons midden zij. Gij hebt de prediking van het Licht der wereld, laat het dan ook zien, dat gij het weet te waardeeren. Ook den broederen Bedienaren des Woords zij verzocht onze Classicale Zendingsdag in den geheele te gedenken en krachtig aan te sporen tot een druk bezoek. Geve de Heere een mooie, schoone dag, opdat alles in het blijde zonnelicht glansen en de schoonheid der natuur naar alle zijden schitteren en daarbij schenke Hij Zijnen onmisbaren zegen. Mocht het door regen of wind niet mogelijk zijn wat natuurlijk niet gehoopt wordt dan mogen we vergaderen in de Hervormde Kerk van Kloetinge, waarvoor we Ds. Meloen en de Kerkvoogdij van Kloetinge vriendelijk dank zeggen. Zelfs al mocht het regenen, dan nog niet thuisgebleven, wijl we vergaderen mogen in een der mooiste Kerkgebouwen in Zuid-Beveland. Alles maakte de Heere goed tot op dit oogen- blikhet pad werd ons voorspoedig gebaard verder leggen wij alles met vertrouwen in 's Heeren hand. 't Muziekgezelschap „Hosanna" zal tegen woordig zijn ter begeleiding van den zang; dhr. Sinke zorgt weer voor comsumptie en op de hoeve van dhr. C. van Iwaarden even voor den ingang tot het terrein is uitnemend plaats tot berging van fietsen. Die de Zending liefhebben, roepen we toe: tot ziens op 2den Pinksterdag op de weide te Kloetinge. A. Scheele. Kapelle-Biezelinge. Kerk- en Schoolnieuws. BEROEPEN TE BrusselDr. E. D. Kraan te Zuilen. Arum: S. P. Vermeer, cand. te Haarlem. Andelcand. H. H. van Kapel te Den Haag. Huizen (N.-H.)S. de Vries te Ambt-Vol- lenhove (B.) BEDANKT VOOR NaardenW. Faber te Serooskerke (W.) HeerenveenJ. Ubels te Varsseveld. Birddaart: R. J. Dijkstra te De Krim. AANGENOMEN NAAR NieuweroordS. v. Dijken te Zweeloo. INTREDE TE Heerde ds. A. Doorn, gekomen van Apeldoorn met een predikatie over Joh. 21 15—17. Eindhovends. J. W. Esselink, gekomen van Schoonhoven, met een predikatie over 2 Cor. 5 19 en 20. Officiëele Berichten. OUDERLINGEN-CONFERENTIE. Wijl een 1 voorgaande maal van meer dan één zijde klacht inkwam, dat geen i agendum was ontvangen,deelt de ondergeteekende bij dezen mede, dat voor de conferentie van 30 Mei a.s. aan alle kerken in de prov. Zeeland;agen- dums zijn verzonden, opdat bij toch nog mo gelijke vergissing, verzoek om toezending ge richt kan worden aan dhr. D. Mulder te Zierikzee, die zich gaarne bereid verklaart dit been alsdan weer in 't lid te zetten. N. J. Bastmeijer, secretaris. KORT VERSLAG van de Classis Middel burg, gehouden op 8 Mei 1923. Art. 1. Ds. Runia opent namens de roepende kerk van Amemuiden de vergadering, laat zingen Ps. 68 4, leest voor Eph. 4 1—16 en gaat voor in 't gebed. Art. 2. Ds. Wessels en ouderling Baaijens zien de credentiebrieven na en rapporteeren dat deze in orde zijn. Alleen Domburg zond een diaken en op de vraag, of de Classis hiermede genoegen neemt, luidt het antwoord bevestigend. De tijdelijke praeses leest nog een schrijven voor van ds. Faber, waaruit blijkt, dat deze wegens een sterfgeval in de familie verhinderd is op deze vergadering te komen. Een secundus-ouderling neemt de plaats in. Art. 3. Het moderamen bestaat volgens rege ling uitds. van Hoven, praesesds. Hey, assessor; ds. v. d. Vliet, 1ste scriba en ds. Bouma, 2e scriba. Art. 4. De praeses spreekt een woord van weemoedige gedachtenis aan ds. Kerkhof, waarin hij laat uitkomen den veelvuldigen ar beid, door den overledene in 't midden van onze kerken verricht. Hij feliciteert de kerk van Serooskerke er mede dat haar predikant voor twee beroepen heeft bedankt. Art. 5. De scriba der vorige vergadering leest de Notulen, welke goedgekeurd en vast gesteld worden. Art. 6. Al de vacante kerken vragen vaca turebeurten aan. De liefdediensten voor Souburg duren tot einde Juni. Art. 7. De Classis behandelt het voorstel van Serooskerke om den Biddag te vervroegen en den Dankdag voor 't gewas te verlaten. De praeses geeft gelegenheid aan de kerken om hun oordeel uit te spreken. Een levendige bespreking volgt nog. Met 23 stemmen tegen wordt het voorstel onaannemelijk verklaard. Art. 8. De kerk van Arnemuiden deelt schrif telijk aan de Classis mede, dat zij tegen een besluit op de vergadering van 12 Juli 1922 protesteeren zal bij de Particuliere Synode. Voor kennisgeving aangenomen. Art. 9. Aan de kerk van Westkapelle wordt na het advies van Deputaten ad hoe gehoord te hebben nog honderd gulden toegevoegd aan 't bedrag door de November-vergadering vast gesteld. Art. 10. Oostkapelle brengt een bezwaar ter tafel tegen de regeling inzake de quota, doch neemt het terug na de inlichting dat zij slechts voor één jaar geldt. Art. 11. Ingekomen de rekening en verant woording inzake de ontvangsten en uitgaven der Classis. Ds. Wessels en ouderling den Hartigh worden aangewezen om de bescheiden na te zien. Later komt de questor ouderling C. P. Pouwer zelf ter vergadering en geeft nog eenige inlichting. De Commissie verklaart, dat de boeken in orde zijn en adviseert om de verantwoording goed te keuren en den questor dank te zeggen voor zijn arbeid. Alzoo besloten. Art. 12. In een schrijven van de kerk te Souburg wordt aan de Classis bericht, dat haar Herder en Leeraar ds. G. F. Kerkhof den 12den Maart overleden is. Art. 13. Een comité vestigt de aandacht er op, dat de vereeniging voor Hooger Onderwijs op gereformeerden gronuslag haar jaarverga dering te Middelburg houdt. Op voorstel van den praeses wordt besloten er bij de kerken dezer Classis op aan te dringen vóór dien tijd een collecte voor deze vereeniging te houden. Art. 14. De praeses der vorige vergadering, ds. Heij, deelt mede, dat hij de begrafenis van ds. Kerkhof heeft bijgewoond en dat hij daar de gevoelens der Classis heeft vertolkt. Art. 15. De Zendingsdag der Classis wordt D.V. niet op den derden maar op den tweeden Pinksterdag gehouden te Valkenisse. Sprekersds. Laarman van Scharendijke, ds. Telkamp van Middelburg en professor dr. Bouw man van Kampen. Art. 16. Ds. Heij doet verslag over de in komsten en uitgaven voor de Zending. Tevens rapporteert hij over de vergadering

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1923 | | pagina 2