Onze Tijd en onze Roeping. ZENDING. Een buitenkansje! Kork- an iahaalnlanwa, OffialSala Barlahtan. Verantwoording van Liefdegaven. werkt daar met Zjjn Heiligen Geest en brengt nieuw leven tot ontwaking. Door al het lijden in de oorlogsjaren, door de kwellingen van de Communisten en van Roemeensche roofiieke benden is de akker doorgeploegd God wierp daarin het zaad, en thans ontkiemt hier en daar nieuw geestelijk leven. Vooral onder de jongere predikanten hebben we er aangetroffen, die het oude geloof der Vaderen willen belijden en beleven, en op de Gereformeerde Kerk in Hon garije reformeerend inwerken. Van Prof. Dr. J. Sebesiyen gaat een gezegende invlosd uit. De Boedapester predikant Dr. Szabo (dien we binnenkort in Nederland hopen te zien) is één van de voortrekkers op het gebied der Inwen dige Zending. Dr. Forgacz uit Peczel is één van de leidende persoonlijkheden in de refor matorische actie. Het is onze overtuiging, dat wij, rijk bevoor rechte Gereformeerden in Nederland, iets voor de uitbreiding van Gods Koninkrijk in Hon garije moeten doen. Er is steeds veel gedaan en er wordt nog veel gedaan, vooral voor het lenigen van den stoffelijken nood. Nederland heeft, door de verzorging van kinderen, de Hongaren tot groote dankbaar heid gestemd. Ge hadt die dankbare gezichten van de vaders en moeders eens moeten zien 't Is om nooit te vergeten! Voor meer dan één kind is het verblijf in Nederland tot een geeste lijken zegen geweest. Een moeder vertelde ons, dat hare dochter enkele maanden op een dorp der- Zuid-Hollandsche eilanden had doorge bracht en, thois gekomeü, zeide „Nu weet ik, moeder, wat Christendom is Ik wil, als mijn pleegouders, in Holland, den Heere dienen en gij en vader en de broers en zusters moeten het ook doen." Sinds is het gansche gezin veranderd. Het is ook van belang, dat theologische stu denten van de Hongaarsche hoogeseholen hier in Nederland de Gereformeerde theologie en het kerkelijk leven bestudeeren. Maar onzös inziens is het noodzakelijk, dat er iets meer gedaan wordt en de actie tot her leving van de Gereformeerde belijdenis en uit breiding van het Koninkrijk Gods in Hongarije van uit Nederland krachtig gesteund wordt. Het is onze plicht God legt dit werk voor onze voeten neer de Hongaarsche broeders, die hierin werkzaam zijn, financieel te steunen opdat ze, vooral door de pers, de heerlijkheid van de onvervalschte Gereformeerde belijdenis aan het volk toonen en het terugroepen tot het geloof der Vaderen. Het is noodig, dat Neder- landsche geschriften, preeken, stichtelijke lec tuur en tractaten in het Hongaarsch vertaald worden en voor geringen prijs verkrijgbaar gesteld. Daartoe roepen we de medewerking van U in. We komen in den naam onzes Heeren, ge drongen door alles wat we gezien en gehoord hebben, tot U, met het verzoek ons een gave te zenden. In Hongarije wordt een Comité van Gereformeerde professoren en predikanten ge vormd, om in overleg met ons de gelden op doelmatige wijze te besteden. Giften, die in de kerkelijke bladen zullen worden verantwoord, verzoeken we te zenden aan het adres van prof. dr. T. Hoekstra, Vloed- dijk 13, te Kampen. Met aandrang leggen we onze bede voor U neer. De strijd van het kleine getal géloovigen in Hongarije is zwaar. Neige de Heere Uw hart. Onze troawe God besehame onze hoop niet. Hg doe het werk, dat we in Zijn Naam en tot Zijn eer ondernemen, wel gelukken Het Comité voor de uitbreiding van het Koninkrijk Gods in Hongarije, Prof. dr. H. Bouwman, Kampen. Prof. dr. T. Hoekstra, Kampen. Dr. B. Wielenga, Amsterdam. Door ds. A. Hoeneveld te Nijkerk, die ook Hongarije bezocht, wordt dit verzoek om steun krachtig aanbevolen. We vertrouwen, dat ook onze lezers met be langstelling kennis nemen van dit schrijven en dat er ook uit Zeeland gelden gezonden zullen worden om dezen arbeid voor de Hongaarsche bevolking te steunen. Da broeders, die dit drin gend verzoek tot ons richten, zijn in Hongarije geweest en hebben den indruk bekomen, dat er hier iets voor ons te doen valt. Wanneer wij op de rijke weldaden zien, welke wij nog genieten en op den toestand, waarin het Hon gaarsche volk verkeert, dan zal erkentelijkheid ons nopen om dezen noodigen arbeid te steunen. Er zijn daar mannen en vrouwen, die beseffen, hoe een terugkeer tot God en Zijn woord nood zakelijk is. Da akker is er geploegd en het zaad kan er gestrooid worden. Bouma. Onder dezen titel heeft prof. Mr. Anne Anema eene brochure het licht doen zien, met de toe roeping: „een woord aan ons Gereformeerde volk", welke uitgegeven werd bij de drukkerij Libertas te Rotterdam en om haar kostelijken iiihoud waard is, dat alle broeders en zusters in ons land er kennis mee maken. Prof. Anema handelt in eene „algemeene inleiding" over het opgewekt en gezond gees telijk leven dat zich onder ons openbaart, en dat o.a. daarin uitkomt dat er bij algemeene principieele eenheid omtrent bijkomstige zaken verschil van opinie gevonden wordt. Hij zou niet graag zien, dat die wrijvingen van ge dachten ophielden. Wie jammert over verschil van meening binnen een groep, enkel omdat het verschil is, zoekt wat alleen de secte kan bieden. Maar het calvinisme biedt eene universeele levens- en wereldbeschouwing, waarbij allerlei verschil van bijkomstigen aard onmisbaar is Na Dr. Kuypers sterven is het Gereformeerde volk niet uit elkaar gevallen, want door de beginselen blijft het onverzwakt één. De profetie uit het linksche kamp is dus niet bewaarheid. Er is onder ons eenheid, actie, liefdevolle toe wijding, arbeid bij het volk, bij het kader en bij de leiders. Toch openbaren zich in onze kringen ver schillen en prof. Anema noemt dat een gunstig teeken van leven. Over die verschillen wil hij nu eens een broederlijk woord met het Gereformeerde volk spreken. En dan handelt hg allereerst over den nieuwen tijdgeest, zooals die zich in onze dagen open baart. We beleven een anderen tjjd dan een halve eeuw geleden De modernen in onze dagen zijn bijv. heel anders als de modernen, die Dr. Kuyper in zijn eerste periode bestreed. De li berale atmosfeer vertoont tegenwoordig een heel ander stempel dan toen Kappegne zijn haat tegen het christenvolk lucht gaf. Het in tellectualisme is ingeperkt, de mystiek komt op den voorgrond. Ia de kunst waart de neoro mantiek rond en vervangt het naturalisme. Kortom, overal is d8 nieuwe geest te bespeuren, sprekend van geheel gewijzigd geestelijk be hoeften, die ons ook voor geheel nieuwe vragen stelt. Ia een tweede handelt prof, Anema over „Onze houding^ tegenover andersdenkenden". Eerst geeft hjj een woordje ten beste over verstand en gevoel ia de prediking. Een theo loog zou daarover anders geschreven hebben, maar 't is niet onaardig te lezen, wat onze professor in de juridische faculteit er over zegt. Hij heeft het bijv. over het leerstuk der ver kiezing, en acht het ook noodig dat dit in onzen tgd gepredikt worde, maar hoe Hij schrijft „Voor zoo iemand, die weifelend, aarzelend, schommelend in zijn godsdienstig leven is, en zoo zjjn er zoo velen in dezen bewogen tijd, is de uitverkiezing zooveel toegankelijker, als hij er de genade Gods in ziet, die de zekerheid van zgn geloof niet overlaat aan zijn eigen weifelende zielsstemming, aan zgn eigen wankel verweer tegen zonde en verleiding, aan zgn eigen werken nu en stilzitten straks, of zelfs neerliggen nu en dan, maar die rust schenkt in het troostend besef, dat niet wij het be hoeven te doen, maar dat God het al gedaan heeft, dat het van óns denken, voelen en han delen niet afhangt. Dat is het liefde-element in dat voor velen zoo hard en donker uitziende dogma". Ten tweede bespreekt de hoogleeraar onze houding tegenover de vredesbeweging. Zeker, daar kon door ons volk wel wat meer voor gevoeld worden I Dr. Kayper heeft in de Standaard altoos sympathiek tegenover de pacificisten geschreven, ook al wees hg mst de Schrift in de hand op het gdele dier hoogge spannen idealen. Maar dat neemt niet weg, dat de Gereformeerden alwat vóór vredesbeweging actie voerde wel teveel aan zichzelf overliet. Prof. Anema wil dat wg ook warme voorstanders van de vredesbeweging zullen zgn met woord en daad. Dan volgen een viertal bladzijden over de „machtsidee", die ik wel in zgn geheel zou willen overnemen om de schoonheid erVan. Maar dat laat de ruimte in onze Kerkbode niet toe. Wie in deze zaken belangstelt, leze de brochure zelf. Ten derde heeft prof. A. het over onze hou ding tegenover de synthesebeweging. Hg beproeft zelfs zekere regelen ten beste te geven „Daar, waar afwijking te constateeren valt, hetzjj onmiddellijk, hetzij pas na scherp- ontledend onderzoek, van de centrale waarheden, weigering van alle saam werking, tenzg natuur lijk tgdelgk^ voor een bepaald vooraf nauw keurig omlgnd doelop kerkelijk gebied ook met afwijking van afgeleide beginselen scherp toezien, ernstiger verschil zg hinderpaal voor saamwerking in eenheidsvormop alle andere gebied van christelijke actie onderling verschil *n..eer! enkele afgeleide beginselen alleen dan vrijbrief voor gescheiden optreden, waar zulks zonder schade voor de zaak van Gods Konink rijk kan geschieden, maar dan federatieve saamwerking te meer verplichtuit tactische motieven mag alleen tijdelijke scheiding worden aanvaard, maar dan steeds onder voortdurende prikkeling van da consciëntie tot besef van het zondige van den toestand." 't Is een proeve. Men kan er eens over nadenken, desnoods over debatteeren. Of het in de praktjjk zal meevallen is een tweede kwestie. Zeer belangrijk is 4 over„Inwendige Verhoudingen." Schitterend mooi vind ik de uiteenzetting inzake: „intellectueelen" en „een voudig volk", en de beschouwing die prof. Anema ten beste geeft over de verhouding van „ouderen" en „jongeren." 't Zou ook weer de moeite waard zgn, dat geheel onder de oogen onzer lezers te brengen. Duidelijk toont de schrijver aan de eenheid van het oudere en het jongere geslacht, en hoe het verschil in den tijd van meerdere gelegenheid om onderwijs te ont vangen vanzelf uitsproot, maar daardoor is nog geen tegenstelling ontstaan. Bladzij 30 tot 44 vind ik wel de meest lezenswaardige uit dit boek. Er wordt veel geschermd met het woord „principieel/ Dit is niet principieel, en dat is niet principieel. Daarom gaat de schrijver eens een professoraal onderzoek instellen„wat zgn beginselen?" en dan komt hg tot de conclusie dat vaak voor zoo iets gehouden worden bewe ringen, die het inderdaad nog niet zijn. Vroeger werd wel eens iets voor beginsel aangezien, wat tegenwoordig geheel als zoodanig is prijsge geven. Met voorbeelden, die leerzaam zijn voor ons, wordt dit aangetoond, (blz. 4555). Voor mgn part hield hier de brochure op. Maar prof. A. heeft nog meer te zeggen. De volgende handelt over de Vrije Univer siteit a. Liefde voor de Universiteit. b. Niet genoeg eenstemmig resultaat. c. De studenten en de N. C. S. V. d. De redevoeringen niet populair genoeg. e. Gebrek aan handboeken. Over de punten hier behandeld denk ik wel 00n beeije anders, en waarschijnlijk wel vele vrienden der V. U. met mij, dan prof. A doch ik wil daarvoor in onze Kerkbode niet nader schrijven. Lezenswaardig is vooral ook 5 over de «kunst", waarin prof. Anema bespreekt welke onze verhouding tegenover haar moet zgn, hoe er in onze kringen is een tekort aan waar deering van de kunstook al is er eenige voor uitgang merkbaar, we zijn toch bij lange na niet waar we wezen moeten. Met instemming heb ik deze gelezen, en kan vooral ook het opkomend geslacht raden hiervan kennis te nemen. Een krachtig „slotwoord" besluit deze bro chure. Temidden der wereld hebben we in onze dagen een schoone roeping te vervullen. „Geen wereldschuwing en geen weemosds- psalmen passen ons, maar een bede om aangor- ding met kracht uit den hooge voor de machtige taak, die ons wacht. Midden in de wereld moeten wij gaan staan, niets mensehelgks zg ons vreemd, de schatten van Gods algemeene genade behooren ook aan ons. Mits dat alles worde geschouwd en aanvaard onder het afschijnsel van Zgn eeuwigheid." Op de vraagwat de naaste toekomst ons brengen zal antwoordt prof. A. „Waarschijnlijk allereerst een geestelijke ver doffing en een oyerwegend saamtrekken van de aandacht op de stoffelijke welvaart," ...maar daarna zal d'e geestelijke zelfbezinking komen en zal men zich nieuwe levensidealen gaan scheppen. E a dan zal weer de oude lokstem van Satan de menschen verleiden om als God te willen zgn. Dat zal de erfvloek van de zondige menschheid blijven zoolang deze bedoeling duurt. Maar dan moeten wg ook klaar staan in de volle geestelijke wapenrusting om den strgd te aanvaarden. „Laat ons den geestelijken lusthof, dien een vorig geslacht ons vrijge vochten heeft, met inspanning van onze beste krachten bouwen en bewaren." Hiermee besluiten we ons kort overzicht. Sommige punten, die niet door prof. A. werden aangeroerd, hadden we er wel gaarne in bespro ken gezien de verdefelgke invloed bijv. van de hedendaagsche cultuur, met name van de lec tuuren ook van het zoogen. neutrale middel baar onderwijs, waarvoor de oogen van ons Geref volk nog niet genoeg open zgn. Maar dat daargelaten, danken we den Amsterdamschen hoogleeraar voor deze schoone pennevrucht, die althans duidelijk bewijst, dat deze professor wel populair kan schrijven en spreken, zoo hij wil. We raden alle meslevenden aan, te zien dat ze dit tijdwoord onder oogen krijgen. Kebkhcf. Meester Lok uit Magelang is in ons land met verlof. Ge kent hem wel al uit de stukjes, die hg in onze Kerkbode plaatste, en zgn gezicht kent ge wel uit foto's in ons Zendingsblad of uit het boekje „In en om Magelang." Die meester Lok nu kan aangenaam vertellen en leeft met hart en ziel mee in den Zendings- arbeid van ds. Merkeljjn. Hg doet ook veel aan Evangelisatie onder de Indo's en heeft veel vrucht op zgn werk reeds mogen zien. Gaarne stelt hij een deel van zgn rusttijd beschikbaar om in onze kerken wat te komen vertellen van den Zendingsarbeid in Magelang. En daar komt nog iets bij. Meester Lok is ook in het bezit van een projectielantaarn en een aantal plaatjes uit Iadië, die hij gaarne vertoonen wil en daarbij vertellen, 't Is hem heelemaal niet te doen om er eenig fiaantieel voordeel uit te trekken. Alle baten zgn bestemd voor den arbeid te Magelang. Wanneer ZendiDgseomité's of Jonge- lingsvereenigingen of Schoolbesturen hem uit- noodigen om op een avond met zijn lichtbeelden te komen, is hg daartoe gaarne bsreid. Ik ver onderstel, dat er zeer druk gebruik van ge maakt zal worden. Laat men spoedig schrijven aan den heer P. Lok, onderwijzer in dienst van de Zending, Dorp, Heemstee. Dan zal de heer Lok het met het oog op de reiskosten zóó regelen, dat hg elke week een groepje plaatsen dicht bij elkaar bezoekt en dus de reiskosten zoo weinig mogelijk worden. Dit is een eenig mooie gelegenheid, die broeder Lok onze Zendingscomité's biedt. Hg is slechts 3 a 4 maanden beschikbaar, 't Is al mooi, dat hg er zoo veel tijd voor disponibel wil stellen. Eu ik vertrouw dat oud en jong van zulk een bijeenkomst aangename herinneringen zal meenemen, en de kennis van ons Zendings terrein er door zal vermeerderd worden. Kebkhof. TWEETAL TE GenemuidenG. de Jager te Grgpskerke P. v. d. Sluis, cand. te Drachten Hengelo (O)V. K. Kugvenhoven te Rgsoord P. Nomes te Schildwolde. BEROEPEN TE Delft (3e pred. pl.)J. Waterink te Zutphen Oosterend en te ZuidwoldeCand. P. v. d. Sluis te Drachten Voorschoten: J. Visscher te Hglaard; NgemirdumT. L. Kroes te Workum; Zuilichem en te HerwgnenR. Brouwer te Baarland LeeuwardenG. R Kuyper te Haarlem MolenaarsgraafG. Meijer te Beetgum Paesens M. P. Pel te Kommerzijl St. Laurens: ds. R de Jager te Ooltgensplaat Doornspijk: G. de Jager te Grgpskerke; Ylst: P. H. van Loon te Bergum. AANGENOMEN NAAR Nieuwerkerk a.d. IJselA. M. v. d. Berg te Opperdoes. BEDANKT VOOR Westbroek R. de Jager te Ooltgensplaat LeimuidenP. de Jong te Schoouebeek Nunspeet: R. Zglstra te Delfshaven Nieuw-DordrechtP. de Jong te Schoonebeek. INTREE TE Sleeuwgkds. J. H. Beumee, gekomen van Landsmeer. Tekst: Jesaja 40 6—8; Meeden Cand. J. Duiven met eene predikatie 07er 1 Joh. 4 9. AFSCHEID VAN Almelo ds. B. A. Knoppers. Z.Eerw. had tot tekst 1 Cor. 13 13 ScherpeDzeel (G.)ds. G. Menken. Tekst 1 Cor. 15 1 en 2 Vinkeveends. J. Offringa, die als em. pred. deze kerk geruimen tijd diende en naar Ermelo vertrekt, Tekst Matth. 28 20. Door de meerderheid der leden van de Geref. Kerk te Silvolde-Gendringen wordt ge tracht ds. C. Diemer, die emeritaat heeft aan gevraagd, voor de kerk te behouden. Aan de V. U. werden dit jaar 26 stu denten nieuw ingeschreven voor de. theol. fac. en 17 studenten aan de Theol. School te Kam pen. Het stemt tot blijdschap, dat dit aantal vooruitging. Door ds. D. K. Wielenga, missionair pre dikant van Soemba, werd bg den kerkeraad der Geref. Kerk van Hoogeveen het verzoek ingediend tot emeriteering in den missionairen dienst, zulks op grond van medische ongeschikt- verklaring voor verderen arbeid in de tropen. Anna-Jacoba-Polder. Op 9 October predikte ds. J. D. Wielenga afscheid van onze gemeente met Hebreen 13 8 en werd namens kerkeraad en gemeente toegesproken door Oud. Vogelaar en C. Ketel, hoofdonderwijzer. Namens den kerkeraad, S. Vogblaab, Voorzitter. A. v. Stbien, Scriba. De Kerkeraad der Ger. Kerk te Serooskerke op de laatst gehouden Juli-classis te Middel burg aangewezen als oproepende Kerk, noodigt bij dezen de zusterkerken dezer Classis uit tot het bijwonen der Classïs-vergadering D.V. op Woensdag 9 November e.k. in de Gasthuiskerk te Middelburg, 9Vj ure precies. Ingekomen stukken voor het agendum'worden ingewacht vóór of uiterlijk op 25 Oct. bg den voorzitter van den kerkeraad. Namens den kerkeraad, Ds. W. Fabeb, praeses. K. Melis, scriba. Serooskerke, 12 Oct. St. Laurens 12 Oct. Onder leiding van den WelEerw. heer ds. Heg werd tot Herder en Leeraar dezer gemeente beroepen de WelEerw. heer ds. R. de Jager van Ooltgensplaat. De Koning der kerk schenke Zjjnen dienst knecht de hulp en leiding Zijns Geestes om eene beslissing te nemen zgn Naam tot eer en tot welzgn onzer gemeente. Namens den Kerkeraad, K. Houtebman, Scriba. Donderdag 20 October, des namiddags 2 uur, vergadering voor de approbatie van de stukken van den beroepen predikant ds. P. van Hoven te Meliskerke, in de consistorie Hofpleinkerk, Namens de Geref. Kerken van Middelburg en Souburg, L. Bouma. G. F. Kebkhof. ZENDING. Ia dank ontvangen van Suzanna Louwerse, te Gapinge, 100 halve csnten en van M. en J. Goedbloed te Serooskerke een pakje zilver papier en capsules en f 1,25 voor de Zendings- auto en f 1,50 voor de Zending. Mej. C. Littooij, Middelburg, Molstraat F 90. Op verzoek van dhr. Klgn in den Haag deel ik mede, dat door hem is ontvangen een post wissel a f 5,van C. J. L. te Yzendgke voor den auto van ds. Merkelgn. Kebkhof. Vlissingen. Broeders Diakenen vermelden met dankbaarheid de in de collecte ontvangen extra gift voor de armen van f 2,50. Namens de Diakenen, P. Steketee, Scriba. Ontvangen van G. f 2.50 voor de Zending en f 2 50 voor de Zendingsautovoorts een postwissel uit St. Laurens f2 50 voor de auto en in de brievenbus een bankbiljet van f10. voor de auto. Ds. Bouma. Vlissingen. In dank ontvangen voor de zendingvan N. N. f 2.50, zoomede door tusschenkomst van br. diakenen als gevonden in de collectevoor de zending f 1,en voor de auto resp. f 5,en f 2,50; Voor verdere gaven of driemaandelgksche en halfjaarlgksche bgdragen voor de zending houden wg ons aanbevolen. Namens de Zendingscommissie, W. Kabbeman, Penningmeester.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1921 | | pagina 2