11 sJjk&38S;33s;2Sëi£i
a
zendingsreld oordeelde a mg eenige letteren
te moeten zenden en u wenschte, dat ik ze zou
opnemen in ons blad. Hoewel ik niet alles op
neem, wat u schreef, toch meen ik aan uw ver
langen te voldoen, wanneer ik een en ander
laat afdrukken om er dadelijk het mijne bg
te voegen.
,Nu heeft het mg al dikwijls verwonderd
en ik heb mij dan ook afgevraagd, hoe is het
te verklaren, dat ds. Merkelgn daar zoolang
vanaf kan. Ik ben veldarbeider en ik twijfel
niet, wanneer ik de laatste weken tot mgn baas
gezegd had ik zou wel eens voor een paar dagen
of een week met verlof moeten en als mgn
baas dan tot mg gezegd had, dat kan niet, dan
had hg niets meer gedaan dan de billijkheid
betracht, aangezien de velden wit staan om te
oogsten. Dit betreft hier alleen maar de oogst
maand. Terwgl op geestelijk gebied daar ginds
de oogst altijd wit staat. Nu vraag ik mijzelf
af, hoe gaat het nu daar ginds met den zoo
noodigen arbeid, daar er nu geen auto noch
bergder is. Moet dat nu maar al dien tjjd
braak liggen?"
Ik heb dit gedeelte van uw stuk geheel op
genomen, want wellicht is ook bij anderen deze
vraag opgekomen, een vraag, welke naar ik
hoop uit warme belangstelling is voortgekomen.
Voor een veldarbeider is er veel arbeid te
verrichten tijdens den oogst. Daarvan ben ik
diep overtuigd. Ik had nog pas de gelegenheid
om de drukte van den oogst te aanschouwen
en het deed weldadig aan om te mogen zien,
hoe de handen zich repten om het gerijpte graan
in veiligheid te brengen, van den vroegen
morgen tot den laten avond giag het door en
met opgewektheid vertelde het werkvolk over
den rgken oogst, welke verkregen was Maar
Maar na den oogst komt de winter. Dan zgn
de dagen kort en ook de veldarbeider geniet
van de lange avonden in een warm en goed ver-
l.chte kamer, waar hij weer krachten opdoet
voor den arbeid, welke in 't voorjaar wacht.
U zult dan ook aan een arbeider in den wijn
gaard des Heeren, die met zgn gezin het
vaderland verlaten heeft om op Java jaren
achter elkander te werken wel een rusttijd
gunnen in 't midden van zgn eigen volk en
eigen familie om nieuwe krachten te verzamelen
voor een arbeid, welke zooveel van hem vergt.
Als u de berichten over ons zendingsveld
nauwkeurig had gelezen, zou u een antwoord
reeds gehad hebben op uwe vraag. Duidelijk
is meegedeeld op de kerkelijke vergaderingen
en in ons blad, dat de broeders in Magelang
den arbeid onder elkander hebben verdeeld,
zoodat deze kon doorgaan. Er is dan ook van
braakliggen geen sprake. Daarbij is ds. Netelen
bos van het naburig zendingsveld zoo vrien
delijk geweest ons conculents-diensten te
bewezen. We hebben derhalve reden om te
waardeeren, dat er daar ginds broeders zgn,
die uit liefde tot de zending zich geven willen,
opdat het werk geen al te groote schade ljjdt.
Het spijt me, dat u het hierbij niet gelaten
heeft, want het lgkt me toe, dat het overige
gedeelte van uw schrijven niet voort gekomen
is uit een goede stemming. Het kan wel zgn,
dat u zich daarvan niet helder bewust was, maar
het is toch zoo. U zegt, wanneer ik mij niet
vergis, vervult ds. Merkelgn bgna eiken Zondag
een preekbeurt, wanneer hg nu eens de op
brengst daaraan offerde op het autoaltaar, dat
zou al een heele sprong in de goede richting
zijn. Bovendien gebeurt het meer, dat goed
voorgaan goede gevolgen oplevert. Vergis ik
mg niet, dan is ds. Merkelgn hier toch in het
vaderland met behoud van soldij."
U zou deze woorden in de pen gehouden
hebben, indien u gelezen hadt, wat alsvoren is
meegedeeld en dan zou u geweten hebben, dat
ds. Merkelgn veel meer voor onze zending tij
dens zijn verblijf in Nederland gedaan heeft dan
de kerken noodig geoordeeld hebben. Hg heeft
ik durf het met vrijmoedigheid neerschrijven
veel gedaan om de liefde tot de zending aan
te vuren, juist omdat hg daarvoor geheel leeft.
Wie hem kent en hem gadegeslagen heeft
ook in het laatste jaar weet, dat hjj altijd
bereid is geweest om zgn eigen rust en zgn eigen
genoegen te offeren om voor zgn arbeid winst
te verkrijgen.
Nimmer heeft hg zgn eigen belang gezocht,
maar steeds heeft hij zich zelf gegeven voor de
taak, waaraan hg zich nu eenmaal gewijd heeft.
Wanneer er nog anderen mochten zgn, bg
wie zulke gedachten zgn gerezen, dan weten
zij nu meteeD, dat zij leden aan een misver
stand, 't welk de arbeid in Gods Koninkrijk
zou kuunen schaden en daarom is het goed,
dat ik door uw schrijven aanleiding kreeg om
dergelijke voorstellingen met alle kracht te
bestrijden en ik hoop dat u dan ook meehelpen
wilt om daaraan mee te doen.
Het slot van uw schrijven vat ik op als een
poging om geestig te zijn en ik mag bet wel.
Anders toch kan ik niet oordeelen over deze
woordenOp het stuk van ds. B. volgt ter
aanbeveling van de auto eeu anoniem stuk
geteekend B. Wanneer er nu echter een A.
stond, zou ik zelf maar invallenAuto-hande
laar. Jongen je kunt nooit weten. De honger
is vindingrijk, zeide de vos, terwijl hg de eend
plakte*.
Laat mg volstaan met te zeggen, dat de man,
die het stuk geschreven heeft, niets met den
handel in auto's te maken heeft en alleen be
doelde om anderen op te wekkeD, zijn eigen
voorbeeld te volgen.
Afbreken is 't werk van kwo joDgens, maar
bouwen het werk van mannen.
Bouma.
UIT DE PEB».
Het prachtverachgnsel, dat misschien wel de
meerderheid van onze kerkgangers menschen
zgn in 's levensopgang brengt natuurlijk vele
en velerlei eischen met zich. Deze eischen nu
gelden zoowel het kerkgebouw als de prediking,
de zitplaats als de preek.
't Ideaal waarnaar we hebben te streven, dat
we zoo dicht mogelijk moeten zoeken te be
naderen is, dat we in onze kerkgebouwen zit
plaatsen hebben voor de gezinnen. Wij gaan
gezinsgewgze naar de kerk. Bg ons Gerefor
meerden staat het gezin letterlijk in alles op
den voorgrond. Uit de gezinnen wordt de ge
meente gebouwd en dat moet niet slechts in
theorie in onze kerkgebouwen geleerd, maar
ook in praktijk daar gezien worden. Gezinsban-
ken wil me dan ook voorkomen eisch te zijn
van ons Gereformeerd beginsel. Ouders en kin
deren, niet alleen de kleinen, maar ook de;
grooten naast elkander in de kerk is niet alleen
een aardig gezicht, maar vloeit voorzoover ik
zien kan geheel en al voort uit het groote be
ginsel dat het gezin de allereerste cel is van
alle gemeenschapsleven, 't Laat zien en brengt
tot openbaring de gezinseenheid en is echt
Bgbelach. Hoe vaak lezen we in Israels ge
schiedenis niet van de gezinnen, die opgaan
naar de heilige plaatsen van den schaduwendienst
of staan voor Gods heilig aangezicht
En hoe is nu onder ons de werkelijkheid
Gaan de gezinnen nog des Zondags gelijktijdig
de huisdeur uit om gemeenschappelijk zich naar
de kerk te begeven dan houdt gewoonlijk bij
de kerkdeur of in het kerkportaal de gezins
gemeenschap op. Daar lost het geheel zich in
zgn deelen op. De een gaat rechtuit) de auder
de trap op naar de galerij. De een slaat af naar
de rechter, de ander naar de linkerzijde en vaak,
zit het gezin verspreid door heel de kerk. Van
ouderlijk toezicht is geen Bprake meer. Het|
vaderoog kan de jeugdige beweeglijkheid niet
intoomen. De moederlijke blik kan zich niet;
overtuigen of het kind zich wel gedraagt zooals
het behoort in de samenkomst der gemeente.
Anderen als de ouders zelf worden soms ge
roepen te treden in het ouderlijk werk. Zelfs
zgn er kerkgebouwen waar de jeugd een eigen
haast vrijgevochten terrein heeft en daar ge
beuren soms de meest onbetamelijke diDgen.
Vooral waar plaatsgebrek heerscht bestaat
de gewoonte nog al eeDS om bij voorkeur de
schooljeugd op banken zonder leuniüg op te
bergen in het z g. doophek. Vriendjes en vrien
dinnetjes vinden daar elkander, hebben elkander
veel te vertellen, gaan met elkander zich
oefenen in het beenen bewegen waar de voeten
den grond niet raken of in het met vingers'
allerlei figuren in de lucht teekenen, bewonderen
elkanders Zondagsche kleeding of meegebrachte
versnaperingen en als een vuurtoren uit het
golvengeklots verheft de kansel zich uit die
deinende kinderzee, welke nooit in rust is en
de man op dien kansel doet wgs maar heel
ver weg te kijken als zocht zgn oog zeer verre
stranden, om tenminste voor zeeziekte in de
kerk bewaard te blijven.
Deze niet goed te keuren toestand dit na
onze kerkgebouwen de gezinnen uit elkander
gerukt worden heeft niet altijd dezelfde oorzaak.
Soms ligt het aan de ouders en soms aan een
min juiste of beter gezegd geheel verkeerde
zitplaatsenregeling.
Steeds zijn er ouders, die al heel spoedig
het gezag over de kinderen kwgfc zgn en in
plaats van die kinderen jong aan gehoorzaam
heid te gewennen hun altoos den zin geven*-
Wil dat kind naar de kerk dan is het zulke
ouders goed, maar wil dat kind thuis big ven
zoo hebben zulke ouders daartegen geen be
zwaar. Wil dat kind in de kerk niet naast
vader of moeder zitten, verkiest het een plaats
in het midden van zgn kornuiten boven een
naast zgn ouders, dan wordt dat aanstonds
goedgevonden. Zulke ouders hebben niets meer
over hun kinderen te zeggen die klein zgn en
staan natuurlijk machteloos tegenover hun
grootere kinderen. Als zulk een grooter kind
het al te kinderachtig vindt in de kerk eog
naast vader te zitten en spottend zegt toch zeker
niet meer aan 't handje vastgehouden te hoeven
worden, dan is het uit en geeft ook de instel
ling van gezinsbanken niets. En dan hebben de
ouders de schuld als er soms schande moet
worden gesproken over de onordelgkhedan op
galerij of de achterste banken waar de jeugd
oppermachtig heerscht. Dan zgn de ouders te
berispen omdat ze oorzaak zgn dat een kerke-
raadslid of een officieel aangestelde ordebe
waarder toezicht moet houden op andermans
kinderen.
Maar ook heeft de zitplaatsenregeling soms
schuld aan deze verkeerde toestanden. Er is een
tjjd geweest, dat in menig kerkgebouw de ge
zinseenheid verbroken werd, omdat er streDge
scheiding werd gemaakt tusschen de twee ge
slachten. Er was een mannen- en een vrouwen-
afdeeling en zeer onbetamelijk werd het geacht,
ja haast in strijd met de zedelijkheid zoo man
nen en vrouwen, joDgens en meisjes naast elk
ander zaten. Van gezinsbanken mocht geen
sprake zijn. Vader en de joDgens in de eene
en moeder met de meisjes in de andere afdee-
ling en tusschen die twee afdeelingen een zoo
streng mogeljjk te handhaven scheiding.
Maar bovenal heeft het stelsel van zit
plaatsverpachting bg opbod of zitplaatsver
huring naar vast tarief de invoering van ge
zinsbanken haast onmogelijk gemaakt. Het
eerste stelsel heeft alles en het tweede zoo
goed als alles tegen. Beiden mogen niet
goedgepraat worden met de bewering dat
de kerk anders niet aan het benoodigde geld
komen kaD, of met het praatje dat het toch
niets beteekent hoe het geld er komt, als het
er maar komt. 't Doel heiligt de middelen niet
en vooral in de gemeente des Heeren mag het
geld niet heerschen of den een grootere en
meerdere voorrechten verschaffen boven den
aüder. Wanneer nu de eeD, alleen omdat hg
het betalen kan, voor zgn gezin voldoende vaste
zitplaatsen huren kan en de ander, alleen om
dat hg het niet betalen kan, zich tevreden
moet stellen met een vaste zitplaats voor zijn
vrouw en hoogstens één kind, dan is dat een
sociale ongerechtigheid die in de kerk des Heeren
niet mag geduld en vooral in onze dagen spelen
met vuur is. Naar de mate van onzen welstand
hebben we te onderhouden het huis des Heeren,
geheel afgedacht van een zitplaats in het kerk
gebouw. Wie wel betalen wil en dan niet
op een paar gulden ziet voor een zitplaats
geeft zgn geld feitelijk aan zich zelf en niet
aan de instandhouding van den kerkedienst.
Daarover moest onder ons Gereformeerden
geen verschil meer zijn. God heeft recht op dat
deel van ons inkomen of bezit, dat Hij noodig
heeft voor de instandhouding van den kerke
dienst geheel afgedacht van een zitplaats voor
ons en onze kinderen in de kerk. Ia trein of
tram betalen we voor de plaats, die we daar
bezetten, want recht daarop hebben we niet.
Dat koopen we met ons geld. Als leden van
's Heeren gemeente hebben wij en onze kin
deren in de kerk een verkregen recht op het
aantal plaatsen dat we behoeven. Dat rfcht
koopen of huren we niet met ons geld, maar
komt ons toe als leden van het gezin der ge
meente. Eq is er dan tijdelijk plaatsgebrek dan
schikken we ons gewillig, dan werken we
geldelijk ook mee om zoo mogelijk door kerk
bouw mserdere plaatsen te verkrijgen, maar
houden ook vast aan den regel van Gods
Woord dat het geld geen heerschappij mag
voeren over de zitplaatsen in de saamkomsten
van Zgne gemeente.
(Groningsche Kerkbode J. Gispen.
i i t
Merk- en üeheelnlenwB.
TWEETAL TE
Delfshavan J. R. Goris te Sehoondgke
D. B. Hagenbeek te Vlaardiügen.
Klundert J. Visscher te Hglaard
P. Cb. v. d. Vliet te Hazerswoude.
BEROEPEN TE
Dirkshorn en te Woudsend Cand. P. v. d. Slais
te Drachten
Ande), te Westerbork en te Oostburg: Cand.
J. H. Staal te Tiuallinge
Apeldoorn J. R. Goris te Sehoondgke
Ylst: S. P. Dee te Dwingeloo.
AANGENOMEN TE
MeliskerkeP. van Hoven te Zuid-Begerland
Winschoten: J. A. Berghuis te Nieuw Buinen.
BEDANKT VOOR
ZaamslagF. W. Geerds te Scbarnegoutum
Krabbendgke en voor Nunspeet: A. Scheele
Kapelle-Biezelinge
Broek onder AkkerwoudeJ. M. de Jonge te
Duurswoude
Poortvlietdhr. J. Versteegh, leerend ouder
ling te Ouddorp;
HengeloS. P. Dee te Dwingeloo.
Te Delft wordt door de Geref. kerk met
het beroepingswerk voor een derden predikant
een aanvang gemaakt. Reeds is een grostal
gemaakt.
In de Geref. kerk van Maassluis A, die
680 leden telt, werd voor de verbouwing van
de Theol. School in Kampen Zondag j.l.
f 559 gecollecteerd.
Ds. H. v. d. Wal, te Hoek, heeft wegens
voortdurende ongesteldheid tegen de eerstvol
gende classis-vergadering emeritaat aange
vraagd.
Te 's Gravenhage zal de bediening van
het H. Avondmaal voortaan door den Dienaar
des Woords in zgn eigen wgkkerk geschieden
en zullen de trouwdiensten als regel plaats
vinden in de wgkkerk en door den wjjkpredi-
kant der bruid. Het instituut van voorlezer
is afgeschaft; de predikant leest Wet of Be
lijdenis en Schriftgedeelte. Da gemeente zal de
lezing der Wet of Beljjdenis beantwoorden
met gezang. De bepaling, dat de dienaren des
Woords niet in toga mogen preeken, is ver
vallen, getracht zal worden een andere en meer
gewenschte wgze van collecfceeren te vinden.
De heer A. Ringnalda, beroepen predi
kant te Gramsbergen, legde met goed gevolg
voor de classis Ommen het peremptoir i x imen
af. Na bevestiging door zgn vader, ds. D. Ring
nalda, van Den Haag, hoopt hg 6 Nov. a.s. zijn
intrede te doen.
Protest tegen Vllegdemonstraties op Zondag.
Da Kerkeraden der Hervormde Kerk, der
Gereformeerde Kerk, der Gereformeerde Ge
meente en der Oud-Gereformeerde Gemeente
te Terneuzen spreken hun diep leedwezen uit
over de meer eu meer toenemende ontheiliging
van den dag des Heeren en het toestaan van
vergunningen tot de vliegdemonstraties op
Zondag 4 September j 1. de ergernis die reeds
bestaat tegen het voetbalspel en verdere sport
vermeerderend.
De Wet des Heeren is daardoor geschonden
door de Overheid, Dienaresse Gods, Die haar
met macht bekleedt en Wien ze rekenschap
verschuldigd is.
Allerwege klaagt men over de toenemende
lichtzinnigheid en verwildering der jeugd en
wordt evenals in de dagen van het diepst ver
val van het oude Romeinsche Rgk de leuze
overal vernomen „Brood en Spelen" maar
als het college van Burgemeester en Wethou
ders de ontheiliging van den Zondag in de
hand werkt en noodeloos ergernis geeft aan
het grootste gedeelte der Gemeente, bevordert
ze zelf dit kwaad inplaats van het naar haar
roeping zooveel mogelijk te verhinderen.
Ten krachtigste protesteeren bovengenoemde
Kerken tegen de steeds toenemende in de hand
werking van de ZondagsontheiligiDg door het
verleenen van zulke vergunningen.
Bovengenoemde Kerkeraden hebben besloten
dit protest te publiceeren in de bladen en
een exemplaar te doen zenden aan Burge
meester en Weth uders.
Moge dit protest er toe leiden dat ons Ge
meentebestuur en wel in de eerste plaats onze
Burgemeester doordrongen worde van de roe
ping der Overheid als Dienares Gods, de be
volking ten goede.
De Kerkeraden voornoemd.
Oificilfole JBorichten.
AGENDUM Class, verg. te Zierikzee,
W oensdag 21S eptember 's morgens 10 uur.
1. Opening.
2. Nazien credentiebrieven.
3. Aanwijzing Moderamen.
4. Notulen.
5. Ingekomen stukken.
6. Rapporten.
a. Dep. partic. Synode.
b. Zendingsdeputaat.
c Comm. voor Evangelisatie.
7. Voorst dien.
8. Iastructie.
9. Onderzoek naar art. 41 K.O.
10. Regeling vac. dienst.
11. Lezing korte notulen.
12. Sluiting.
Namens de roepende Kerk,
C. J. Wielenga, Praeses.
D. Mulder, Scriba.
Oosiburg. Tot Herder en Leeraar dezer
Gemeente alhier is beroepen de Eerwaarde heer
J. Hi Staal, cand. te Tinhallen. Moge de
Koning der Kerk ons schenken, den man Zijns
Raads in dezen disnaar.
J. Boidin, Scriba.
Oostburg. WelEerwaarde en Eerwaarde Brs
Ingevolge art. 8a van de „Huishoudelijke
Regeling" breDgt de roepende Kerk van Oost
burg ter Uwer kenisse, dat de Classicale Ver
gadering D. V. zal gehouden worden in de
Geref. Kerk te Ter Neuzen op Donderdag
20 October a.s., aanvangende om 10 ure.
Punten voor het Agendum worden bg den
tweede ondergeteekende ingewacht voor Dins
dag 4 October e.k.
Met heilbede en broedergroet,
Namens den Raad dier Kerk,
L de Putter, Praeses.
J. Boidin, Scriba.
Ontvangen Collecten van de Gereformeerde
Kerken in de Classis Middelburg voor de
Zending onder de Joden van Arnemuiden
f 26,65 Vs Domburg f 11,32; Gapinge f6,74Vj;
Grgpskerke f 20,58 Koudekerk© f 25,12St.
Laurens f 7,50 Meliskerke f 16,31Middelburg
f 129,45Oost Kapelle f 18,80Serooskerke
f 36,04; Souburg O. en W. f 28,67^ Veere
f 24,37; Vlissingen f 70,68; Vrouwepolder
f 8.39West Kapelle f 5.
Beleefd verzoek ik Donderdag 6 October a.s.
van alle Kerken de collecten te mogen ont
vangen voor den arbeid onder de verstrooide
geloovigen in Indië. Ik breng dit even in
herinnering omdat deze Collecte voor het eerst
gehouden wordt en door de Classis vergadering
bepaald werd te houden in de maand September.
Bg voorbaat reeds mgn vriendelijken dank
De Correspondent voor
de Classicale Collecten
Middelburg, 18 Sept. 1921. A. Puwf. "'r
Na overleg met het moderamen der laatst
gehouden Classis vergadering verzoekt onder
geteekende de Kerkeraderi van de Geref. Kerken
in de Classe Middelburg, op a.s. Donderdag
(22 September 1921) des voormiddags tusschen
11 en 12 ure in de Consistoriekamer der Noor-
derkerk de volgende bijdragen voor Emeriti
enz. aan hem af te dragen.
rj co co co <m" xo cd r-" xo oi xó oi <m'
a oj co o co co h n h
of r-T xo" cd r-T co" t-' id co' co" xo -d
NCOO^l OO^OCOCOCOH
o -sjitM oacoo^
fcH
hh
bc
.js
2HHtOHwacoiOHco c^coxo
S te 00 O O xtt oocoth
te co' <m" cd co t-T r-T cT cd cd r- id <m'
-** -P r—r-H NhOIN
co
O co
A
co 2? rrt -«5
a
a
CO op
M a 03 64 2 O
te "2teP'it,®aaW a o 13
g 5 SP
g 1 s I g sg S£
a
a
n a
a
2
Po o-
p..^
XO
co
co"
O
co
co
Cl
C-*
<M
OS
O
O
a
a
ca
m
Daarna kunnen dan de Kerken van Dom-
jurg, St. Laurens, Middelburg de suppletie
van Onderling Hulpbetoon ontvangeü.
De Deputaat voor Art 13 K.O.
Middelburg, 13 Sept. 1921. A. Punt.
Krabbendyjke11 Sept. Van onzen beroepen
Herder en Leeraar ds. A. Scheele van Kapelle-
Biezelinge ontvingen wg bericht dat Z.Eerw.
na ernstig en bi idend overleg voor de roeping
naar onze gemeente moest bedanken.
De KoniDg der Kerk schenke ons bg ver
nieuwing genade om voort te gaan in het zoeken
naar den man Zjjns raads en verblijde ons te
Zgner tgd met een eigen Dienaar des Woords
is de wensch van Kerkeraad en gemeente.
Namens den Kerkeraad,
A. A. Allaart, Scriba.
Meliskerke11 Sept. Van onzen beroepen pre
dikant den WelEerw. ds. P. van Hoven, ont
vingen wg het verblijdend bericht^ dat Z.Eerw.
veel gebed en ernstig beraad vrijmoedigheid
na