Een verwoest Leven
FEUILLETON
Christelijke Bewaarschool.
Vrij-Gereformeerd
Van ons Zendingsterrein.
Iu den dienst.
Olftafëele B«rf<htcn.
KERKILIJM LIVEN.
Verdient de Christelijke Bewaarschool onze
aandacht? Hoe komt ge tot de vraag, zegt
mee. Ieder is gereed om er toestemmend op te
antwoorden. Zjj toch doet een goed werk en zij
heeft onder ons een goeden naam. Tal van
ouders zijn erkentelijk, dot zij hun kinderen er
zenden kunnen, wijl zij weten, dat zjj er goed
en aangenaam bezig gehouden worden en er
heel wat leeren, 't welk hun later te pas komt.
De kinderen gaan er graag been en de juffrouw
met haar helpsters verricht er met toewijding
haar taak.
Zulk een antwoord waardeer ik, en daarom
duif ik nu wel met een vriendelijk verzoek te
komen. Laat het eens blijken door Vrijdag den
18 Maart des avonds te acht uur te gaan naar
het Militair Tehuis, waar dan de jaarvergadering
gehouden wordt, opdat het voor het Bestuur
tot aanmoediging varstrekke. Het is niet eens
een opoffering, wijl zulk een vergadering u op
de hoogte brengt met al wat betrekking heeft
op onze bewaarschool en er steeds een gezellige
toon heerscht.
Mag ik vertrouwen, dat ieder, die kan, dit
vriendelijk verzoek inwilligt?
Bouma
In de serie Levensvragen" van de Hollandia-
drukkerij te Baarn verscheen onder den titel
Gewetensvrageneen brochure van den heer
A. Dorst: „Een woord tot de Vrjj-(Jong-)Ge-
reformeerden in en buiten de Gereformeerde
Kerker. Tevens een pleit voor de Vrjj-Gerefor-
meerde Gemeente". Hij plaatst er bij het motto,
Pred 11:4: „Wie op den wind acht geeft zal
niet zaaien wie op de wolken ziet zal niet
maaien". Voorts wordt meegedeeld, dat dit
boekje twee maanden geleden reeds geschreven
werd, en dat dit invloed ook op den inhoud heeft.
Nu, naar onze gedachte, had de heer Dorst
nog wel enkele maanden kunnen wachten en
zich intusscben eens rijp kunnen bezinnen, want
allicht zou zijn opinie dan weer wat gewijzigd
zijn.
In krijg zoo den indruk, dat de schrijver nog
niet goed weet, welken koers hij uit wil. Ook
al maakt bij velerlei aanmerkingen op de Geref.
Kerken, goeden grond, waarom hij ze verlaat,
geeft bij niet.
Hij doet de vraag Hoe staan wij tegenover
het Evangelie en wil een ruimer levensfeer
hebben dan de Geref. Kerken hem naar zijn idee
bieden. Hjj voelt zich bij ons vleugellam, 't Is
te hopen, dat hij zich buiten de Geref. Kerken
niet vleugellam zal gevoelen. Dat kon dezen
dwalenden broeder nog wel eens leelijk tegen
vallen.
Men zou beter weten, wat de schrijver wil,
alshjj eens de vraag onder oogeu gezien had
Hoe staan wij tegenover de Heilige Schrift
Want daar komt het tegenwoordig op aan
En niet op zoo'n oppervlakkig standpunt, dat
men zich eenvoudig tevreden stelt met een goed
antwoord op vraag 1 van de Heid. Catech. Het
standpunt, dat Dorst inneemt tegenover kunst,
cultuur etc. verhindert o.i. hem in 't geheel
niet lid te zijn van de Geref. Kerken, zooals
hij in deze brochure voorwendt op bladz. 10.
Hij geeft van haar een voorstelling als een
soort caricatuur, waarvan hjj zelf niet gelooft
dat ze met da werkelijkheid overeenkomt. Als
hjj dan ook zjjn antwoord geeft op de vr >ag
Hoe staan wjj ten opzichte van de Kerk krjjgt
ge verbluffende oppervlakkigheden te lezeD, en
hier en daar rjjst bjj 't lezen de vraag op
Mijnheer Dorst, bent u eigenljjk niet een in-
dependentist
Dorst vertelt voorts, dat er zjjn, die hem en
de zijnen (hoeveel uit overtuiging in hunne
Kerkbodes als „ongeloovigen" veroordeelen, en
dat anderen weer op gezag van die Kerkbodes
datzelfde doeD.
Eén van tweeënHier schrijft Dorst met
opzet of b® vergissing onwaarheid.
Zoo iets moest D. maar in de pen houden.
Hjj weet heel goed, dat de Kerkbode-redacteurs,
hoewel van meeniDg met hem verschillende,
daarom nog niéts uitspreken omtrent zjjn per-
dooe
HUGO KINGMANS.
11;) (Nadruk verboden.)
Zoo praatte zjj en Marie wankelde even sprak
er met deD advocaat over, die haar bjj hoog en
laag bezwoer, dat hjj haar liefhad, dat het niets
was dan jalousie, die haar vriendin zoo deed
spreken. Zjj moest zich daaraan maar niet storen.
En later, nadat bjj eerst slinksch had geïn
formeerd, of Marie zjjn naam ook had genoemd,
waarvoor hjj doodsbang was, maar wat zjj, tot
z'n groote verlichting, niet had gedaan, gaf hjj
haar den raad dié vriendschap te breken.
Trouwens, dat zou toch spoedig moeten ge
beuren, vond hjj, want zjj was maar een dienst
bode en Marie stond spoedig boven haar.
En toen was het met de vriendschap nit.
Héél spoedig daarop werd Marie winkel
juffrouw.
Toen kwamen de weken, waarin Marie haar
nieuwe betrekking met genoegen vervulde de
weken, waarin zjj zich prettig installeerde op
haar kamer, waar Mr. Van Oostrum baar vaak
bezocht
Toen kwam de tjjd, dat de geachte advocaat
soonljjk geloof. Wie gelooft, dat Jez.us Christus
is Gods Zoon, in de wereld gekomen tot zalig
making van zondaren, is voor ons een „ge-
loovige", een broeder. Ethischer: zjjn ook onze
broedersmaar dwalende broeders. Eu
geen Geref. predikant zal hen onder de „onge
loovigen" rangschikken. Dat weet Dorst ook
wel beter
Intusscben schuift bh' hiermee weer iets op
den rug van die Kerkbode-redacteurs, wat vol
strekt onwaar is. Ea velen bauwen 'them na
Op blz 15 spreekt D. over „Koffiehuistheo
logen" een soort, dat ons niet bekend is,
en dat de schrijver wel nader mocht aanduiden.
In het vervolg laat de schrjjver zich ook uit
over de Vrjje Universiteit, waaruit twee zaken
duideljjk zijn le dat hjj meent, dat het onderwijs
aan de V. U. oorzaak is van allerlei critische
opvattingen.
Dat oppervlakkige praatje doet meer de rondte.
Bewezen wordt 't door niemand. Het is jammer,
dat door zulke praatjes bij eenvoudigen het
vertrouwen in onze Universiteit zou kunnen
worden geschokt. Doch zoolang die beschuldigers
hun beschuldigingen niet duidelijk formuleeren
en waar maken, zal ieder doordenkend gerefor
meerde wel begrijpen, hoe weinig waarde daar
aan te hechten zij evenveel als aan baker
sprookjes.
2e. dat hjj van de Universiteit eigenljjk een
Vrj-Geref. hoogeschool wil maken. „We hooren
bjj elkaar" schrjjft Dorst en laat er op
volgen: „wjj worden voor 't oogenblik op zjj
geduwd, omdat wjj zoo'n klein aantal schjjnen,
maar we moeten eeDS op de toekomst letten".
Het lijkt wel een illustratie bjj de fabel van
den kikvorscb, die zoo groot als de os wilde
zjjn
De bladzijden 20-26, over kerkreformatie
handelende, zouden aanleiding geven om den
schrijver aan te raden eens grondig studie te
maken van Afscheiding en Doleantie. Misschien
dat hij dan van zjjn uit de lucht gegrepen
denkbeelden ©enigermate genezen zal wordeü.
Zjjn pleit voor een Vrjj-Geref. gemeente en
het project, dat bjj daarvan aanbiedt, is een
mengelmoes van allerlei ideeën, o.i. allerminst
voor verwerkelijking ooit vatbaar, zelfs al stonden
d"izenden aan de zijde van den schrijver.
Onwaar is ook de beschuldiging, dat de Geref.
Kerken hare leden zouden verhinderen een
werkzaam aandeel te nemen in den arbeid voor
Gods Koninkrijk.
Juist wordt er altoo9 gevraagd om broeders
en zusters voor allerlei arbeid, b v. Evangelisatie
werk. 't Is niet waar, dat de Gereformeerden
meenen genoeg te hebben aan het ambt in de
Kerken. Het ambt aller geloovigen is j >ist bjj
haar een integreerend de&l van haar bpstaan.
Leuk is bgv. eene opmerking als deze „Vooral
de vrjj-geref'ormeerde vrouw gevoelt dit" (blz.
13)n.l. dat ze in de Geref. Kerken totaal
miskend wordt.
Het vraagstuk van de vrouw in de kerk begint
in de laatste jaren pas tot ontplooiing te komen.
De oplossing zal wel eenigen tjjd duren. Won-
derboomen groeien in een nacbt, maar ver
dwenen even spoedig. En als de vrouw in de
Geref Kerken eene zelfstandige positie verkrijgt,
zal dat organisch groeien en standhouden. Een
weinigje geduld dus, mijnheer Dorst
De indruk van deze brochure in haar geheel
is, dat de schrijver 't wellicht niet kwaad be
doelt, maar zelf nog niet tot rijpe overtuiging
kwam. Ea do beslissende vraag is: „Valt daD,
als hij gerijpt is, de nadruk op het vrij-zjjn of
op het gereformeerd-zjjn
Indien het laatst, dan komt hjj weer tot zjjn
verlaten kerkeljjk instituut. Indien het eerste,
welnu, dan zal hjj ook breken met alle
gereformeerde tradities, waaraan hjj zegt nu
nog te hechten.
Kbrkhof.
ZENDING.
Onder leiding van ds. L. Netelenbos als
Consulent gaat de Zendingsarbeid te Magolang
haar gang. In 't begin van Januari heeft ds.
L. Netelenbos te Blondo aan 17 Javanen den
Doop toegediend, twaalf volwassenen en vjjf
kinderen. Hjj prjjst den opgewekten kring
het masker afwierpdat bjj tooneelspeler-
uit werd
Het had lang genoeg geduurd
Want toen kwam de tjjd, dat zjj hem smee-
kend te voet viel en in haar groote liefde, die
het arme kind nog steeds voor den onverlaat
koesterde, hem bezwoer, haar te trouwen, wilde
zjj niet in schande komen
Toen kwam de bittere, de gal-bittere ont
goocheling
Toen ze daar in de ruwe werkelijkheid werd
geslingerd weggesmeten als een speelbal,
die heeft uitgediend
Daar zat het meisje in radeloosheid, het meisje,
dat God uit haar leven had gebannen, dat daar
moederziel alleen 6tond tegenover haar verleider,
die alle mogelijke moeite deed van haar af te
komen
HOOFDSTUK XII.
In stomme neerslachtigheid zat zjj op haar
kamer
Dan kwamen er weer die buien, wildop-
bruisende, van toorn tegen den ellendeling, die
haar heur eer had ontroofd
Dan kon zjj de vuisten ballen in machtelooze
woede.
Een betrekking had zjj niet. Haar patroon
had haar den dienst opgezegd. Zoo'n slet wilde
hjj niet langer hebben, had hjj hardvochtig
gezegd. Ze moest maar zien, hoe zjj aan don
kost kwam.
Wat was dat?
Wie sprak daar in de kamer, waar zjj toch
alleen zat
van Christenen te Blondo en vindt iets sticht-
lijks in de samenkomsten aldaar.
Do nieuwe kerk te Magelang, die volgens
ds. N. een vrieodeljjken aanblik biedt, zou in
Februari klaar komen en in gebruik worden
genomen. Onder de kerk, in een groot locaal,
heeft ds. N. reeds met de goeroes vergadering
gehouden.
Deze meedeelingen zjjn ontleend aan een
particulier schrgven, door ds. N. aan da. Mer-
ksljjn gericht. Ook uit een harteljjken brief
van een der helpers, in goad Hollandsch ge
steld, bleek dat de verschillende takken van
arbeid in Msgelang goedverzorgd worden
tjjdens de afwezigheid van onzen missionaris.
Kerkhof.
Aan de recruten, die onder de
wapenen moeten komen.
Biunenkort. zult ge onder de wapenen komen.
Veel zal U dan vreemd zjjn en menigeen
ziet met eenige bezorgdheid dien tjjd tegemoet,
omdat ze van dezen of genen hoorden, dat de
„dienst" iets vreeseljjks is.
Mogen wjj U een goeden raad geven
Laat U niet afschrikken door allerlei praatjes.
Het kazerneleven is niet zooals thuis. Ge
hebt er niet wat de ouderlijke woning U gaf,
maar weet dit, Uwe Officieren en Onderoffi
cieren willen daarin gesteund door allerlei
bepalingen van hoogerhand doen wat zjj
kunnen om het verbljjf in de kazerne U zoo
goed raogeljjk te doen zjjn.
Daartoe hebt ge echter ook zelf mede te
werken.
Menig soldaat denkt, dat het flink is zich
als soldaat anders voor te doen dan thuis en
meent, dat een paar vloeken er zoo bjj hooreD,
dat ook hst bidden, bijbellezen, kerk- en cate
chisatie-bezoek niet passen voor iemand die
uniform draagt.
Zulke laffe mannen halen het peil van het
kazerne-leven omlaag.
Laat het met U zoo niet zjjn. Duif vanaf
het oogenblik, dat ge in de kazerne komt, te
laten zien wie ge zjjt en welk beginsel ge zjjt
toegedaan. Durf te bidden wanneer er stilte
gecommandeerd wordt bjj de maaltgden. Durf
deel te nemen aan bet bijbellezen waarvoor een
lokaal beschikbaar is gesteld en waarvoor U
dagelijks tjjd gegeven wordt en breng als ge
opkomt Uw bjjbel en kerkboekje mede. Durf
op te komen tegen zedelooze taal en het vloe
ken, waartegen in het leger ook strenge ver
boden bestaan. Durf te leven zooals ge thuis
desdt Bjj dit alles kunt ge rekenen op den
steun Uwer Officieren en Onderofficieren en
evenzeer op onze medewerking.
Zullen nu op de soldatenkamers een paar
onverschillige ongodsdienstige, wellicht spot
tende militairen den toon aaDgeven of zullen
dat doen de mannen, die een ernstige opvoe-
diDg kregen en in hun leven met God willen
rekenen
Gfi wilt het laatste. Welnu, het hangt van
U af. Toon wie ge zjjt en bedenk, wat
van U wordt verwacht. Uw ouders rekenen
op U en God verwacht van U, dat gjj ge
trouw zult zjju.
Begin Uw diensttijd biddend om Zjjn kracht.
Ten slotte wjjzen we U op de Tehuizen voor
Militairen.
Daar zjjt ge steeds welkom.
In die Tehuizen vindt ge lectuur en ont
spanning. Ge komt er in aanraking met de
organisaties en vereenigingen, die zich ten doel
stellen de Christelijke beginselen in het leger
en op de vloot te verspreiden en de Huisvaders
zjjn steeds bereid U van dienst te zjjn.
Ook wjj zullen U gaarne met raad en daad
ter zjjde staan.
De Raad van Legerpredikanten.
Kerk- en
TWEETAL
te 't Zandt (Gron.)M. Elzinga te Grootegast
S. van Leeuwen te Houwerzjjl.
BEROEPEN
te BerkelH. L. Both te Spjjk
Er was niemand.
Maar er sprak toch iemand
Het angstzweet brak haar uit
„Ga naar huis. Stapel de eene zonde niet op
de ander. Ga terug naar je dorpje. Ga terug
naar je trouwe moeder. Beken je misstap en
ze zal je vergeven. Vergeeft 'n moeder niet
zeventig maal zevenmaal En ga niet alleen met
je smart naar je moeder 1 Ga naar God. den
goedertieren Vader! Wie in oprecht schuld
besef tot Hem gaat, zal Hjj geenszins uitwer
pen. Vertrouw toch niet op menschen.
Zoek je schande niet uit te wisschen op een
wjjze, waartegen Hg vreeseljjk toornt, omdat
het ingaat, Ijjnrecht ingaat, tegen Zjjn geboden
Ga tot Hem met je schande. Verlaat deze stad
en keer terug naar je dorpje. De menschen
zullen je met den viüger nawgzen, maar God
zal je kracht geven, dat te dragen
Gejaagd stond ze op.
Zjj strekte den arm uit, als wilde zjj den
onzichtbare vasthouden.
O, die stem mocht niet weggaan.
Die deed haar zoo goed.
Moeder
Ja, naar huis!
Maar de menschen de menschen wat
zouden ze wel zeggen van Marie {Lokkerse,
die toch niet gezien was op het dorp Ze zullen
je met den vinger nawjjzen, had de stem zooeven
gezegd. Ja en nog veel meer. Ze zou over de
tong gaan, als nooit iemand besproken was
O, neen, dat giög niet!
Daar kwam de stem weer
Weet je dan niet, dat Hjj heeft gezegd
te 's GravendeelA.H. Nieboer te Krabbendjjke
te Vroomshoop: G. H. Dijkstra te Lioessens
te Ouderkerk a.d. YselCand. G Laarman
te Den Haag
AANGENOMEN
naar Leerdam: J. Tholen te Nunspeet;
naar Hollum Cand. D. v. Djjk te
Ooster-Njjkerk.
BEDANKT
voor Pieterburen, voor Achlum en voor Korn-
horn Cand. D. v. Djjk te Oostei-Nijkerk
voor Rotterdam J. Douma te 's Gravenhage
voor Huizum K. Minnema te Garjjp.
jCand. A. Bouma te Middelburg, beroepen
bjj de Geref. kerk te St. Jacoba Parochie,
hoopt aldaar zjjn intrede te doen op Zondag
27 Maart a.s. na bevestiging door zjjn vader,
ds. L. Bouma van Middelburg.
Intree te Gouda ds W. Veder met Matt.
13: 4750, na bevestigd te zjjn door ds. T Sap
metJes. 40:12; te Overschie ds C. J. v. d.
Boom met 1 Cor. 12324, na bevestigd te
zjjn door ds. J. Mulder van Schiedam met Col.
4 17te Oude-Pekela ds. J. D. Heersink met
1 Cor. 113, na bevestigd te zjjn door ds.
Chr. Bruins van Winschoten met Spr. 1317.
Afscheid van Lochem ds. A. Terpstra
met Pa. 331820 te Brouwershaven ds. F.
Tollenaar met Hand. 20:32.
De heer B M. Schuurman te Den Haag
zond bericht aan de St., dat hg niet uit de
Ger. kerk naar de Herv. kerk is overgegaan,
maar alleen zich losmaakte van de Ger. Zending
en in verbinding heeft gesteld met het Ned.
Zendelinggenootschap. Maar dat zou hjj toch
niet gedaan hebben, indien hjj niet met de Ger.
beljjdenis had gebroken Want wat voor reden
zou bjj dan hebben, om vich van de zendiDg
der Ger. kerken los te maken
De toestand van Prof. Baviück bljjft nog
dezelfde.
Onze Vac. schrjjft
„Op de laatstgehouden vergadering van de
VereeDigirg van een School met den Bjjbel te
Hoofddorp, is gevraagd, of ook een vrouw lid
kan zjjn van het bestuur. Het schoolbestuur
heeft zich de beantwoording van die vraag tot
later voorbehouden.
Wjj kunnen ons evenwel indenken, dat ook
op andere plaatssn het al-of-niet zitting nemen
van vrouwen in het schoolbestuur zal over
wogen moeten worden en dan zouden wjj willen
zeggen
Wat is er tegen Hier en daar zal men
moeten komen tot wijziging van statuten en
reglement, maar dit is dan ook alles.
Ook in onze schoolbesturen kunnen onze
vrouwen nuttig werk doen.
Het handwerk-onderwjjs, het onderwjjs dat
speciaal voor onze meisjes van groot belang is,
zal er in de eerste plaats wel bjj vareD. Het
onderwijs zal, gelooven wjj ook, in zjjn geheel
door den invloed der vrouw meer met de practjjk
van het leven rekening honden. Aan het schoon
houden der lokalen zal meer zorg besteed wor-
deD, en ook in de inrichting van de verschil
lende lokaliteiten zullen de vrouwelijke leden
van het bestuur een woordje mee te spreken
hebben".
In Beieren is, naar de Deutsche Volks-
zeituEg schrjjft, een godsdienstige opleving waar
te nemen. Iu de groote steden zjjn de kerken
overvol. School en kerk zjjn nog niet zoo ge
scheiden als b.v. in Saksen. Slechts weinige
onderwijzers weigeren godsdienstonderwijs te
geven. W.
Zondag 6 Maart was het voor de kerken
BorseleDriewegen een bljjde dag, waar hunne
leeraar ds. H. Brouwer, na des morgens beves
tigd te zjjn door ds. R. Brouwer van Baarland,
met de woorden van Coll. 4 vs. 17 welke in
hoofdzaak bevatte de beteekenis en noodzakelijk
heid dezer bediening, en een veelzins moeiljjk
werk, maar toch heerljjk te vervullen in de
kracht Gods, des middags zich verbond naar
aanleiding van de woorden uit 2 Cor. 4 vs. 7.
„Komt allen, die vermoeid en belast zjjt, en Ik
zal u rust geven? Heb-je niet geleerd: „Al
waren uwe zonden als scharlakeD, zjj zullen
wit worden als sneeuwal waren zjj rood als
karmozjjD, ze zullen worden geljjk witte wol
Dacht je, dat die woorden geen beteekenis
hadden, dat zjj een zinledige reeks van woorden
vormdenDie woorden zjjn van Hem, den
Onveranderlijke Zjj zjjn uitgesproken met 'n
intens medeljjden voor den gevallene I O, ga
tot Hem, in oprecht berouwEn Hjj, Die ge
zegd beeft: „Komt, koopt en eet zonder geld
en zonder prgs wjjn en melk", zal je aannemen.
Naar huis
Naar Moeder I
Ja, naar moeder
Naar moeder
Maar naar moeder beteekende naar het dorp,
dat zjj in trotschen overmoed den nek had
toegekeerd.
Naar het dorp
Naar het dorpDat beteekende plots
dacht zjj er aan dat beteekent Jan
Folmer terugzien
Alsof het gisteren was geweest stond hjj
vóór haar. Hjj, de eerljjke, de trouwe, de rond
borstige, met dien teederen oopopslag. Hjj moest
zoeken naar zjjn woorden. Hjj hokkerde. Maar
hjj meende het toch zoo goed. Hjj wilde haar
geven hart en hand, een hart van goud, als zjj
maar wilde aanvaarden. Hjj had haar lief. O,
wat 'n andere liefde was dat, dan die van Mr.
Van Oostrum, den verwoester ven haar levens-
geluk.
En wat had zjj gedaan Zjj had hem met