FEUILLETON.
Een verwoest Leven
Spreekbeurten ds. Merkelijn.
Orde der Werkzaamheden
HUGO KI\GM4\S
Verantwoording van Liefdegaven.
Diaconaal Hulpbetoon.
INGEZONDEN STUKKEN.
Dorkas of Tabitha.
BOEKAANKONDIGING.
G. Schrijver, De lichte Last. Tweede
druk. Uitgave van J. H. Kok te Kam
pen. Prjjs f 3,75. In stempelband f 4,90.
Stemmen des TQds. Tiende Jaargang
No 3, Januari 1921. Utrecht G. J.
A. Rugs.
'tis te hopeD, dat het oordeel van S. ben
althans eenigermate brengt tot nuchtere zelf
beschouwing.
Dan wordt misschien ook nog hun oordeel
over de Gereformeerden ietwat gerectificeerd.
Kebkhof.
Na het inleidend woord van ds. Merkeljjn
bestaat er gelegenheid hem vragen te stellen
inzake den ZendiDgsarbeid, waarvan we hopen
dat gebruik gemaakt zal worden.
Redactie.
Kerk- «n Hihsalnleiw»
DRIETAL
te Apeldoorn: dr. K. Dijk te 's Gravenhage;
D. B. Hagenbeek te Vlaardiogen
en A. Hoeneveld te Njjkerk.
TWEETAL
te Hardenberg F. W. H. Bramer te Hoogeveen
en J. Koelewijn te Dedems-
vaartte Renkum R. E. v.
Arkel te Soest en G. Elshove
te Rotterdam.
BEROEPEN
te Arnhem H S. Bouma te Leeuwarden;
te DelftF. C. Mejjster te Rotterdam
te Herwijnen G. de Jager te Grjjpskerke.
AANGENOMEN
naar StadskanaalP. Bos te Winsum.
BEDANKT
voor 's Gravendeel: G. Verrij te Hellevoetsluis
voor WildervankS. Doornbos te 's-Herto-
genbosch.
Afscheid van Echten ds. J. S. Post met 2
Cor. 13: 11: van Rozenburg ds. H W. Felder-
hoff met 2 Cor. 1311.
Dr. J. H. Bavinck, hulpprediker te Medan,
heeft het beroep naar de Ger. Kerk van Ban-
doeDg aangenomen, en hoopt Juli naar zijn
nieuwe standplaats te vertrekken.
Wegens emeritaat nam ds. D. J. Karssen
te Amsterdam afscheid met Matth. 28 20.
Wegens emeritaat nam ds. J. Breukelaar
te Utrecht afscheid van zijn gemeente meteen
predikatie over 1 Petr. 5 10 en 11.
Tooneelstnkken door studenten. Men meldt
aan De StandaardDe kerkeraad der Geref.
Kerk te Z°ist heeft besloten bij de Hoogleeraren
der Vrfje Universiteit en der Theologische
School te protesteeren tegen het opvoeren van
tooneelstukken door de studenten.
De Ger. Kerk van Kampen bereidt ean
kerkinstitueering te IJselmuiden-Grafhorst voor,
door eenmaal per maand daar dienst te laten
houden.
De predikant der Herv. Gem. ontvangt
van de diaconie f 1,per week ondersteumng
zijn tractement bedraagt f1150. W.
Olfieiëele S«r!fht«ii.
AGENDUM voor de Classicale Verga
dering op Donderdag 20 Januari a.s.
om 10.30 uur in de Gereformeerde
kerk te Terneuzen.
Het Moderamen voor deze vergadering bestaat,
volgens art. 10 H. R uit de Brs
Ds. H. van deb Wal, Praeses.
Ds. A. Thielen, Scriba.
Assessor.
1OpeniDg der vergadering door den Praeses.
2. Nazien en rapport der Credentialen.
doob
5.)
(Nadruk verbodeD.)
HOOFDSTUK V.
Natuurlijk was moeder Lokkerse er niet voor
geweest, dat Marie er heenging, maar zij waste
zwak, om haar dochter te weerstreven, zooals
zij altijd was geweest.
Daarenboven was er de traditie. Op het dorp
was het altijd de gewoonte geweest, dat de boe
renknechts en -meiden vrijaf krijgen om naar de
kermis te gaan. Niet één boer (zelfs geen Chris
telijke durfde van dien regel afwijken. Schijn
baar zag men er geen zonde in.
Marie Lokkerse kreeg dus, evenals het perso
neel van boer Jansen vrjjaf en trok met enkele
vriendinnen naar de kermis in het naburige
stadje.
„Tot het naar de kermis gaan", had het plaat
selijke .neutrale" blaadje (dat natuurlijk in
ieder Christelijk gezin gelezen werdgeschreven,
„behoort een bezoek aan de somnabule"
Zij hadden dat gelezen, Marie en haar vrien
dinnen en zij z-uden er ook eens heen. 't Kostte
maar een onnoozel kwartje. En daarvoor werd-
je dan de toekomst voorspeld.
3. Lezing en vaststelling der Notulen.
4. MededeeliDg van gehouden correspon
dentie.
5. Behandeling der ingekomen stukken.
6. Rondvraag naar Art. 41 K O. En in ver
band daarmede behandeling der voor
stellen en instructiën der kerken.
7. Rapport der verschillende Deputaten.
8. Afdoening van Geldelijke Zaken.
9. Benoemingen Deputaten.
10. Aanwijzing roepende Kerk. Vaststelling
van datum en uur van aanvang.
11. Navraag.
12 Vaststelling van het kort verslag.
13. Sluiting.
Namens de roepende kerk van Axel,
Ds. A. Thielen, Praeses.
F. v. Langeyelde, Scriba.
Axel, 8 Januari 1921.
De classis Zierikzee zal D. V. vergaderen op
Woensdag 9 Januari.
Punten voor 't agendum in te zenden vóór
30 Februari.
Namens de roepende Kerk,
C. J. Wielenga, praeses.
D. Muldeb, scriba.
Ontvangen de extracollecte voor het tekort
in de Zendingskas van Veere f 48,27 en een
nagift van Vrouwepolder f 1,50.
In de vorige verantwoording sloop een fout
io. Bij de totaalsom was de collecte van Grjjps-
kerke niet ingesloten, omdat die pas later mij
in handen kwam. Kebkhof.
Gevonden in de collecte f 2,50 voor de armen
en voorts f21,50 als diverse nagiften voor de
Wintercollecte.
Waarvoor vriendelijk dank zeggen
Diakenen der Geref. Kerk
te Middelburg.
Vlissingen. Onzen hartelijken dank voor de
giften, in de laatste collecten gevonden n.l. ééa
gift van f 10,voor de diaconie en verder een
gift van f25,onder motto uit dankbaarheid,
te verdeelen onder kerk en armen.
Namens den Kerkeraad,
A. A. Roos, Scriba.
Abusievelijk verantwoordde ik vorige week
als ontvangen van Mpj. A. Kerkhof te Souburg
f 1,opbrengst verkocht zilverpapier. Zulks
moet z\jn f 14,40.
De penningm. der Zending op Java,
C. J Hondius Je.
ZENDING.
Middelburg. In dank ontvangen f 0,60 van
br. J. uit het busje van Mej. D. f 3.87en uit
de catechisatiebus Hofpleiokerk f 10,51
Namens de commissie,
L. A. Tange, Penningm.
Met vriendelijken dank ontvangen door
tu8schenkomst van Mej. StevenseGrimsfl,
van br. J.
Mej J. J. db RiddebLaebnoes,
Penniügmeesteresse.
In dank ontvangen een postwissel a f 5,
uit Koudekerke (J. S als nagift voor de col
lecte voor het Tekort-Zending.
Kebkhof.
Ontvangen Collecten van de Gereformeerde
Kerken in de Classe Middelburg
a. voor de Theologische School te Kampen
nagekomen Collecte van Vlissingen f 65,38.
b. Voor de Theol. Fac. a.d. Vrije Univer
siteit te Amsterdam van Arnemniden f30,95lA
Domburg f 8,07Gapinge f 7,83Grjjpskerke
f 26,81Koudekerke f 16,24Vs St. Laurens
f 7,67 Meliskerke f 13,63 Oostkapelle f 13,72
Serooskerke f 23,96; Souburg (Oost-en West-)
f21,60; Veere f 17,Vrouwepolder f 10,97 Va
Westkapelle f 4,95Vs Middelburg en Vlissingen
nog niet ontvangen.
Kon het goedkooper Zij waren eerst wel wat
verlegen, de donkere tent binnen te gaan, maar
overwonnen spoedig haar bedeesdheid, 't Was
toch eigenlijk maar een grapje, 't Viel wel wat
tegen, dat zjj niet alle drie tegelijk mochten
komen in de tegenwoordigheid van de hooge
„zieneres" maar enfin, dat kon nu eenmaal niet
anders.
De somnabuliste wist Marie handig uit te
hooreu, zonder dat deze het merkte. Ea het
arme kind werd voorspeld, dat zij spoedig zou
vertrekken naar de groote stad. Weliswaar als
dienstbode, maar dat zou zjj niet zoo lang
blfiven, want zfi zou er een goede partij doen.
Wat heel niet te verwonderen was, want zg was
een te knap meisje om dienstbaar te zjjD, zoo
redeneerde het wijf gluiperig en sluw.
En het hart van Marie zwol van trots. Een
goede partfi zou zjj doen. Dan zou zij op het
dorp eens laten zien, dat zij stond ver boven de
dorpsmeisjes.
Het waarzeggen was afgeloopen, maar de
„helderziende" hield Marie nog wat aan de praat.
Geslepen als het gewetenlooze wjjf was, had zij
gezien, wat vleesch ze hier in de kuip had. Aan
dat meisje was misschien later wel meer te
verdieneD. Die moest zjj op sleeptouw houden I
Zg vertelde dan ook suikerzoet, dat Marie
van het stadsleven zich niet al te veel moest
voorstellen. Het vermoeide zoo, omdat het zoo'n
druk gejaagd leven was. Zij zou haar daarom
een adres geven, waarheen zg kon gaan, als zg
op haar uitgaansavond niet wist, waarheen zich
te wenden. Daar kwamen verschillende meisjes,
die het onder elkaar zeer gezellig maakten. Zjj
Mag ik er bjj de kerken zeer vriendelijk
maar ook ernstig op aandringen, dat Donder
dag 3 Februari a.s. allen de Collecte voor de
kas vau Hulpbehoevende Studenten afdragen
De penningmeester ds. A. H. van der Kooi
verzoekt mg even alarm te blazeD, daar zgn
kas niet alleen leeg is, maar hg ook niet in
staat is den toegezegden steun aan de rechtheb
bende nuit te keeren.
De Correspondent voor de
Classicale Collecten,
A. PüHT.
Middelburg, 13 Jan 1921.
ZENDING.
Met vriendelgken dank ontvangen van Jo
hanna de Ridder 100 halve centen en van
Lijntje van Tatenhove te Gapinge een zakje
zilverpapier en theelood.
Mej C. Littooij,
Molstr. F 90, .Middelburg.
(Buiieti verantwoordelijkheid der Redactie
Naar Hand. 9 3643.
In de scboone havenstad Joppe leefde ten
tg'de van Petrus' prediking een Joodsche vrouw
„Tabitha" genaamd.
„Tabitha" was een Syrische naam ze is ons
echter meer bekend met het Grieksche „Dorkas".
Velen onzer zusterverenigingen noemen zich
met dien naam en terecht, want nu nog na
zooveel eeuwen volgen haar werken haar na.
„Zij was een vrouw", zoo schrijft Lukas, die
vol was van goede werken en aalmoezen Een
voorbeeld voor allen die de Christelijke philan-
tropie beoefenen, daar zg de eerste vrouw was
die door Christus' ge«st bezield in dit liefde
werk uitblonk. Voor Christus' komst waren de
armen er slecht am toe. Teerdeheid jegens
hen kende men niet, denk slechts aan den armen
Lazarus. Eerst ten tjjde van Jezus' omwande
ling werden de Christenen te Jeruzalem ge
drongen om mild en ruim voor hun armen te
zorgen. In Jeruzalem was door Christus' geest
een draag ontstaan om christelijke barmhar
tigheid te beoefenen en ziet, kort daarna was
het in het nabij gelogen Joppe, dat dit teeder-
der vorm aannam. Tabitha was door God ver
koren om dit heerlijk liefdewerk te verrichten.
Zelve schijnt z\j welgesteld te zgn geweest,
maar zg ontzag het niet om bfi haar gaven,
ook zelf werkzaam te zgn om rokken en andere
kleederen te vervaardigen, voor haar arme
zusters. Een beschamend voorbeeld voor velen,
ook onder ons die, nu ja nog wel hun gaven
offeren, maar zelf niet mee hun handen uit de
mouwen steken.
„Dorkas dan werd krank en stierf", zoo
scbrgft Lukas verder. Petrus was te dien tgde
in Lydda werkzaam, en deed daar in Christus'
naam en krocht vele wonderen, o.a. was pas
Eneas genezen die acht jaren lang ziek was
geweest. Men zond nu direct om Petrus in de
stille hoop dat hg haar nog weder kon op
wekken. Wjj weten allen hoe Petrus daar aan
kwam, die weenende vrouwen rondom de baar
waarop het lgk was gelegd. Nu zou de liefde
van Christus het zegel drukken op baar liefde
werk. Door Goddelijke kracht weder in het
leven geroepeij, werd zg nog eens aan de armen
teruggegeven. In de eerste plaats was haar op
wekking een prediking van Christus' macht en
heerlijkheid. Wat zal Dorkas daar ook nadien
van hebben getuigd. Zg mocht haar liefdewerk
nog eenigen tgd voortzetten. Kort te voren had
onze Heiland zich het gewaad laten ontnemen
en hing ontkleed en naakt aan het kruishout,
opdat Hg ons eenmaal zou kunnen kleeden met
witte kleederen der gerechtigheid. Eenmaal in
het jongste gericht zal Hg het ons toeroepen
„Ik was naakt en gij hebt mij niet gekleed".
Hoe konden wg dan onzen Heiland kleeden
Door het onze minste broederen te doen 't zgn
Jezus' eigen woorden en in de opwekking van
Dorkas zien wg, dat Hg met welbehagen op
dit liefdewerk neerziet.
In het kleine stadje Joppe daalde door dit
wonder een kracht des eeuwigen levens neder.
Die Goddelijke kracht heeft aardeehe nood ge-
moest er echter niet over spreken, want ieder
een was daar niet welkom. Er waren zooveel
meisjes, die het met de zeden zoo nauw niet
namen en die mochten daar niet komen Maar
zg vertrouwde wel, dat Marie zoo niet zou zgn.
Zoo praatte het wjjf, strooide het onervaren
kind zrnd in de oogen en stopte haar het adres
toe.
Toen Marie den naam van de stad las, waagde
zij nog te zeggen: „Maar ik weet nog niet, of
ik wel in die stad kom."
„Meisje, spreek de geesten niet tegen", zei de
„helderziende" plechtig, met holle stem, „zg
hebben mjj zooeven verteld, dat ge in die stad
een goede partjj zult doen. Weerstreef die gees-
teD niet, want dat zou u slecht bekomen. Zoek
in die stad een dienst en mjjn voorspelling zal
uitkomen, zoowaar ik Madame Machiovelli heet.
En denk aan het adres, dat ik je heb gegeven.
Daar ben je altjjd welkom."
Marie vertrok Da anderen vroegen nieuws
gierig, wat zjj allemaal wel had voorspeld, omdat
het zoo lang geduurd had, maar Marie zweeg er
over. Later zou wel blgken, wat goede partjj zjj
gedaan had.
„O, niets bizonders", zei ze luchtig, „aan de
voorspellingen van dat wjjf hecht ik geen zier."
Later op den dag maakten zjj kennis met drie
heertjes, die een advertentie hadden geplaatst in
hetzelfde blaadje, dat het gaan naar de somna
bule had aanbevolen, waarin zjj drie „nette"
meisjes vroegen om gezamenlijk de kermis door
te brengen. Maar die vlieger was niet opgegaan.
Onder het motto „kermis" waren geen brieven
gekomen.
lenigd en rjjk en arm in innige liefde saam
verbonden.
Tabitha's streven moet een voorbeeld zjjn voor
alle Christelijke philantropie. Het wjjst ons,
Christenvrouwen, onze schoone roeping. Laat
Dorkas' voorbeeld ons steunen en sterken in
onzen arbeid voor onze vereeniging. 'fc Is ons
door Jezus zelf op de schouders gelegd, in de
eeuwigheid moeten wg het verantwoorden.
Laat de liefde van Christus ons dringen, vele
uren en dagen zjjn wg bezig in onze gezinnen,
hoeveel uren in den dienst van Gods Koninkrijk
Tabitha's leven was vol van goede werken.
Dat deed zjj uit dankbaarheid voor Jezns, die
voor haar was gestorven en zelfs geen steen had
waarop Hjj Zjjn hoofd kon neerleggen. Laat
velen onzer Christenvrouwen daarom met Dor
kas voorbeeld voor zich, door liefde saam ver
bonden met ons dit heerljjk werk verrichten.
Laat ons het doen alleen uit liefde tot Jezus,
die het met welgevallen aanziet en ons onwaar
dige zondaressen eenmaal dan zal toevoegen
Welaan gjj goede en getrouwe dienstmaagd,
kom in de vreugde Uws heeren, want ik was
eenmaal naakt en gij hebt mg gekleed.
Hoewel dit boek in eersten druk veel opgang
had gemaakt, was 't mij onbekend. Met groot
genoegen heb ik dezen tweeden druk gelezen.
Het verwondert me nu, dat niet reeds veel
eerder er een herdruk van verschenen is. Want
inderdaad vereenigt dit boek van Schrijver twee
goede kwaliteiten in zichle als letterkundig
product staat het zeer hoog, 2e als christelijke
roman heeft het zoowel een goede strekking
als een uitnemenden inhoud. Het motto luidt
„Miin juk is zacht en mjjn last is licht". In
treffende tegenstelling wordt in de familie
geschiedenis van Brandt aangetoond hoe
Christenen den last des levens kunnen dragen
en hoe wereldlingen daaronder bezwjjken. De
gouden draad van 't genadeleven komt hier
gedurig schoon aan 't licht. Levendig is de
beschrijving van allerlei gebeuren, 't Is als
een bioscoop in woorden. Natuurgetrouw worden
allerlei gesprekken weergegeven, zoo zelfs dat
woorden van menschen, die wat ruw in den
mond zijn, ook letterlijk worden gegeven. Men
houde evenwel bjj dat alles de hoofdzaak in
het oog. Eu dan heeft Schrijvers roman o.i.
klassieke waarde. Als heel wat Christelijke
verhalen, in dezen tjjd geschreven, reeds lang
uit de herinnering zullen verdwenen zjjn, bljjft
„De lichte Last" Dog een eereplaats behouden.
Deze roman behoeft niet onder te doen voor
de wereldsche, waarmee in sommige kringen
zoo gedweept wordt, maar die een geheel ver
derfelijk moraal prediken. „De lichte Last" is
een geestelijk banket voor letterkundige fijn
proevers, die bovenal stellen de normen van
Gods Woord. Daarom wordt vooral aan onze
joDgeren dit boek van harte ter lezing aanbe
volen. De uitgever zorgde voor nette nitvoering.
En zoo'n een boek van 430 bladzijden com-
pressen druk voor dien prjjs is in onze dagen
waarljjk 'n koopje.
Deze aflevering vangt aan met een zeer lezens
waardig artikel van den heer P. A. Coljjn over
„Versterking van het Christelijk element in
Indië," waarvan misschien een afzonderlijke
uitgave in brochurevorm niet overbodig was
voor velen, die bjj dit artikel belang kunnen
hebben maar „Stemmen des Tjjds" niet onder
oogen krjjgen.
Dr. C- van Gelderen levert een interessante
verhandeling over„het Oudste Letterschrift".
Met minder genoegen troffen we daarna in deze
aflevering aan een dialoog van G. Schrijver
„Da Biecht". Dat is naaparjj van wat moderne
literatuur in haar periodieken tegenwoordig
levert, maar hoort o.i. in ons tijdschrift niet
thuis. We hopen voor dergelijke proefjes voortaan
bewaard te big ven en dat de heer G. Schrjjver
zgn talent op betere wjjze moge besteden. De
Maar 't was toch wel leuk om „op stap te
gaan" met deze drie meisjes, die „van toeten noch
blazen" wisten, naar één hunner lachend op
merkte. En de zaak was gauw beklonken.
Marie vond haar begeleider een hupsche vent,
zoo heel anders dan b.v. Jan Folmer, die haast
niet durfde spreken. Maar deze ratelde er maar
op los, liet haar schateren van het lachen en was
bovendien vrijgevig. Zjj bezochten alle inrichtin
gen op de kermis, gingen naar de sociëteit, die
voor die gelegenheid voor ieder was opengesteld.
Zjj waren zoo aardig, die heertjes, dat zjj er
wel voor zorgden, dat de meisjes de tram ver
liepen. 't Was wel een teleurstelling, vonden zjj,
maar, ach, zoo heel erg was het toch ook niet,
want dan gingen zg naar huis loopen. Het
was toch prachtig weer. En zjj brachten haar
natuurlijk thuis.
Hoe de twee andere dien avond thuis geko
men waren, wist Marie natuurlijk niet, maar wel
dat zjj haar geleider halfverwege de stad en het
dorp een flinken kaakslag had gegeven, die hem
bjjna tegen de aarde deed tuimeleD, omdat hjj
oneerlijke bedoelingen met haar voor had, waar
van zjj niet gediend was
Het arme kind zag toeü, een tipje opgelicht
van den grooten sluier, die hangt over een zon
dige wereld Had zjj die waarschuwing maar
ter harte genomen
HOOFDSTUK VI
Zoovelen zgn er, die onze groote steden niet
kennen.
Niet in dien zin, dat zjj er. niet bekend zjjn,