Een verwoest Leven FEUILLETON. UIT DE PfiBft. Kerk- «n IMhoelnlBawi. Offi«lM« BtrithtoD. frond in de wetenschap van den profeet, dat er voor het volk en het koninkrijk des Heeren een froote toekomst weggelegd is. Daarom kannen deze voorzeggingen ook niet van zulk een geestelijk-minderwaardig gehalte zijn als sommigen hebben gemeend. Zoo is het niet waar, dat de Messias-Kooiog eene over- wegendpolitieke figuur is Wel is het ambt van den koning anders dan dat van den profeet en den priester. Daarom moet men de eenheid der Schrift in het oog houden; er zjjn in het Oude Testament verschillende lijneD, welker samen voeging tot ééa beeld in den Christus wordt aanschouwd. Maar ook in de Konings-profe- tieën staat duidelijk het wonderwerk Gods en daarmede het geestelijke voorop; Zijn rijk is h**t Koninkrijk Gods, al wordt dit ook op Oud testamentische wijze beschreven. Bfl het licht der vervulling verkregen deze profetieën haar volle beteekenis en waarde. Vervolgens verhaalt Spr. de geschiedenis der School in het jaar van zijn Rectoraat. liet aantal studenten bedraagt thans 61. Met den nieuwen cursus zijn 14 voor het eerst iDgeschreveD. Daartegenover staat ook een vermindering met 14. Allereerst valt te gedenken het droeve feit, dat een der studenten door den dood werd weggenomeni Voorts legden il het candidaats- examen af, en 2 vertrokken. Bleef dus in dit Rectoraat het aantal studenten hetzelfde, ver geleken bjj eea vijftal jaren terug is het ver dubbeld toch blijft er met het oog op den nood der kerken nog reden voor de bede, dat de Heere des oogstes arbeiders in Zijnen oogst uitstoote. Aan het slot draagt Spr. het Rectoraat over aan Prof. Dr. T. Hoekstra, en eindigt met den wensch, dat de Theologische School ook in dit nieuwe levensjaar door God worde gesteld tot een zegen voor de kerken en tot eene eer voor Zijnen naam, voor de kerken en tot een eere voor Zijnen naam." Deza uitnemende rectorale rede verdient de aandacht en bestudeeriog allereerst van alle theologen. Er zit een schat van gegevens in, die den predikanten van dienst kunnen zijn, bij de bediening des Woords. Zoo menigmaal stuit de prediker op moeieljjkheden bjj de exegese van Jesajaansche teksten, en heeft dan niet genoeg zaam tijd beschikbaar om van voren aan alles naarstig te onderzoeken. Prof. Ridderbos biedt in deze studie een kostelijk materiaal, zoowel in de rede zelve als in de erbjjgevoegde aan- teakeningen en bijlagen, zoo bijv. de exegese van de Immanuelsprofetie Jes. 7 14 blz. 5961. Oak voor ontwikkelde gemeenteleden is deze rede verstaanbaar, maar ze hoort noodzakelijk thuis op de studeerkamer van iederen Dienaar des Woords. En dan zal de gemeente bij de prediking er de vrucht van plukken en genieten. Kebkiiof. In alle kerkelijke bladen wordt nog uitvoerig geschreven over de mysterieuze wjjze, waarop do leeraar van Driebergen uit ons kerkverband zich losmaakte, terwijl de door hem gegeven verklaring van zjjn handelwijze wel ietwat in het nauw komt door de historie. Leerzaam zou 't wezen uit het verledene van dezen dominee eens allerlei staaltjes aan te halen, welke in lijnrechte tegenspraak zjjn met wat hijzelf belieft de menschen nu wjjs te maken. Ds. Lindeboom uit Amsterdam biedt daarvan een proefje in Noord-flollandsch Kerkblad, uit de dagen toen deze dominee in Leiden den herdersstaf voerde. Aldus schrijft ds. Lindeboom Ds. Wisse heeft met de Gereformeerde kerken gebroken. Deze stap werd niet in overjjlÏDg door hem gedaan, maar was het resultaat, naar hij zegt, van een acht en twintigjarig proces- Bij zjjn afscheid verklaarde hij, nog niet over tuigd te zijn, bij welke kerkelijke gemeenschap bï zich moest voegen. Hij giDg van ons uit, niet wetende waar bjj komen zou Deze onzekerheid heeft echter niet laDg ge duurd. Ruim een week later reeds was de weg, dien hjj te volgen had hem duidelijk. Hjj be richtte aan de classis Utrecht, dat hij was .wedergekeerd tot de Christelijke Gereformeerde Kerk". door HUGO KUMGHAJVS 2.) (Nadruk verboden.) Zoo, dat het ten slotte den ouden dominee te machtig werd en hjj er zich mee giog bemoeien. De eerste weken sloegen zjjn woorden wel in, maar het hart was niet geraakt en weldra ging het leventje van die twee zjjn ouden fanf HOOFDSTUK II. Dus zou Marie Lokkere, als zjj naar de stad vertrok, van de Kerkvoogden en de anderen geen last hebben. 't Zon alleen kunnen gebeureD, dat baas Sinke, vóór zjj wegging, haar moeder een bezoek bracht en haar dan intusschen .kapittelde." Ze zou echter probeeren, „er tusschen uit" te gerakeD, als het zoover wa9. Ze was toch ook geen kind meer 1 't was reeds voldoende vond zjj dat haar moeder haar onder handen nam met haar-gaan-Daar-de stad, toen zjj dat ver langen kenbaar maakte. Daar had baas Sinke niets mee te maken, oordeelde zjj. Hjj nam nu wel, nu de predikant Gfzien in het licht der historie is deze daad al zeer vreemd. Ds Wisse kwam in 1P03 te Leiden. De drie Gereformeerde kerken aldaar waren nog niet inpeDgesmolten. De gemeente, aan welke ds. Wisse zich verbond, was sterk tegen de ineen- smelting gekant, en begeerde van hem, dat hjj daarvoor niet iiveren zou. Het „proces" bovengenoemd had toen reeds elf jaren doorloopen. Maar niets bleek ervan. Ds- Wisse was nu herder en leeraar van een voormalige „kruisgemeente", arbeidde das in een kriDg, die, naar hjj dezer dagen verklaarde, de liefde had van zijn hart, wjjl bjj in een „kruis-gemeente" geboren was en daaraan zjjne geestelijke vormiDg te danken had. Toen echter scheen het „proces" nog niet zoover gevorderd, dat hjj hier rust vinden kon. Integendeel, hjj stuurde terstond op ineen- smeltiDg aan. Zjjn kerkeraad kwam hiertegen op Waarschuwde hem, dat, zoo hjj hiervan niet &fiiet, er scheuring zou komen. Maar ds. Wisse ging door. Zjju ideaal wasin Leiden ééae ongedeelde Gereformeerde kerk. Met al de kracht van zjjn welsprekend woord trachtte hjj zjjne gemeente te overtuigen, dat het naar eisch des Heeren tot ineensmelting komen moest. En hjj vertrouwde, dat de gemeent», die zoo groote belangstelling in zjjne prediking aan den dag legde, bètn wel zou volgen... Van onderschei dene zjjden werd hem verzekerd, dat zjj hier voor niet rjjp waB. Meerderen spraken hun voornemen nit, over te zullen gaan tot de Christelijke Gereformeerde kerk Niets mocht baten. Ds. Wisse köo, om der consciëntie wille, niet anders dan voortarbeiden aan de verwer kelijking van zjjn ideaal. Hjj zette door, onver vaard en onverschrokken. En de ineensmelting kwam tot stand. Maar zjjn kerkeraad naar we meenen, met uitzondering van één ouderling ging niet mee. En het overgroote deel der gemeente bleef den kerkeraad trouw, toen d«ze aansluiting zocht bjj de Christelijke Gereformeerde kerk. Intusschen ds. Wisse had zjjn doel be reikt. De scheuring schokte hem Diet De ge dachte aan „wederkeer" tot de Christelijke Gereformeerde kerk kwam zelfs bjj hem niet op. Wat de gemeente, die hem beroepen had, deed, werd door hem ten sterkste veroordeeld. Toch was het „proces* al elf jaren loopende Wie het vatten kan, vatte het TWEETAL te Hardenberg F.W. H. Bramer te Hoogeveen F. J. Hagen te N. Pekel a te StadskanaalP. Bos te Winsum J. Lugtigheid te Uithuizermeeden. BEROEPEN te Oosterbnd cand. J. H. Kuiper te Kampen te Hardenberg: F. J. Hagen te N. Pekela; te Renkum R. Zjjlstra te Delfshaven te Arnhem: D. Brouwer Hmz. te Heemstede; te MeliskerkeH. Brinkman te We^terlee te KielwindeweerD. Prins te Donkerbroek; te Zuidlaren M. ElzeDga te Grootegast. AANGENOMEN naar Oude Pekela: J. D. Heersiük te Nieuwer- ootd naar Varseveld J. Ubels te Witmarsum naar St. Jacobi Parochie: Cand. A. J. Bouma te Middelburg. BEDANKT voor Bunschoten R. Haitsma te Garst voor Lexmond J. Osinga te Schoonhoven voor Echten, Hollum, Kornhorn, Kruiningen, MeedeD, Molenaarsgraaf, Oo9tburg, Ouder kerk a.d. IJsel en Zuidwolde Cand. A. J. Bouma te Middelburg. Ds. W. Bouwman te Leiden herdacht zjjn 25-jarig ambtsjubileum met 1 Tim. 1:12. Ds. D. J. Karssen van Amsterdam ont ving eervol emeritaat. Onder leiding van den heer Ormel neemt het evangelisatiewerk in de Groote Lindt bjj Zwjjndrecht zulk een vlucht, dat men spoedig tot de iostelling der ambten hoopt over te gaan. gestorven was, de allures aan, of hjj de predi kant was, maar hst zon nog zeer te bezien staaD, of in de toekomst een predikant zou beroep n worden, die van zjjn (Siüke's) richting was Al meer en meer werd in de gemeente ver langd naar een vrjjzinnige prediking, die den menschen voorhoudt, dat ze maar braaf moesten leven en dat het dan wel in orde zou komen. Iedereen, die deugdzaam wilde leven, zou God in Zjjn genade wel aannemen. In de vacature trad dan ook vaak een moderne predikant op, zeer tegen den zin van baas Sinke. Zooals vanzelf spreekt, gaf dit optreden ver deeldheid in de gemeente. Een groepje scheidde zich af en vormde een apartje, dat vergaderde bjj één hunner in de ruime kamer. Er werd gemom peld, dat baas Sinke, hoewel hjj Kerkvoogd was, zich verbazend tot dat clubje voelde aan getrokken Marie's moeder was ook steeds van de part jj, reeds van het begin af aan. Dat had Marie Diet verwonderd. Maar zjj ging niet mee. Zjj was in de „Groote Kerk" gedoopt, had er belijdenis af gelegd en naar die Kerk zou zjj bljjven gaan. Temeer, omdat de „nieuwe richting" twee maal per Zondag bijeenkomst hield en ia de Hervormde Kerk gebeurde dit maar éénmaal. Dat vond Marie trouwens ook voldoende. Waar was in den Bijbel te lezen, dat er op Zondag tweemaal godsdienstoefening gehouden moest worden Maar enfin, ze ging nu weg van dit praat- jes-nest-van-een-dorp met z'u oneenigheid in kerkeljjke zaken. Wjjlen de heer M. v. d. Laan te Kollnm heeft aan de Ger. kerk aldaar zjjn woonhuis met tuin en boomgaard vermaakt, en aan de diaconie f 4000. Afscheid van Numansdorp ds. E. J. v. Voorst met Hebr. 13 20—21. Te Roermond is onder leidiDg van ds. H. Dekker van Venlo de Ger. kerk geïnsti tueerd deze sprak over 1 Cor. 1 9. Ds. G. Elshove te Rotterdam herdacht zijn 25-jarig ambtsjubileum met Habakuk 3:2; ds. J. Sybracdy te Stiens zjjn 30-jarig ambts- feesfc met 1 Cor. 1 23—24. De Part. Synode van Noord Holland, in buitengewone vergadering bjjeen heeft onge grond verklaard de bezwaren van een broeder uit lJmuiden tegen de weder beroepbaarstel ling van den heer R. W. HuiziDg. Iadien nu de classe Franeker van dezelfde gedachte is, zal de heer HuiziDg eindeljjk in de kerk van Harlingen kunnen worden bevestigd. De raad der Geref. Kerk van Bsrgen op Zoom wenscht bjj de eerstvolgende candidaats- stelling en verkiezing van kerkeraadsleden te komen tot het benoemen van een „jeugd- ouderling". Ds. G. Wielenga te Rotterdam hield voor de onderling en-conferentie aldaar een referaat over het huisbezoek. Hjj ontwikkelde daarbjj de volgende stellingen, die waard zjjn ook onder ons te worden overwogen. I. Het huisbezoek heeft ten doel den gees telijken welstand van den enkelen gelooyige te bevorderen en daardoor te arbeiden aan den bloei van het geheel der Gemeente. Het komt als zoodanig alleen tot zjjn recht onder het presbyteriale stelsel van Kerkregeering. II. Het is de taak zoowel van de predikanten als van de ouderlingen. III. Voorwerp dezer verzorging zjjn alle leden der Gemeente, zoowel de jongeren als wie kwamen tot het doen van belijdenis des geloofs. IV. Het is wen8cheljjk, dat de ambtsdragers bjj het huisbezoek het gezin in zjjn geheel ont- moeten, met inbegrip van de dienstbaren, om die leden geestelijk nader tot elkander te bren gen. Alleen voor bijzondere aangelegenheden spreke men hen in privatim. V. De Kerkeraad stelle geen vragenlijst op. Wel hebben de ambtsdragers er zich ernstig rekenschap van te geven, welke onderwerpen besproken moeten worden. VI. Daar het huisbezoek tot de ambtelijke verzorging van de Kerk van Christus behoort, handele men in de eerste plaats over de ver houding van de leden van het gezin tot dia Kerkover het gebruik maken van de genade middelen opvoeding der kinderende ver zorging van de rjjpere jeugd, vooral ook van de kinderen die buitenshuis vertoeven over het bezoeken van Chr. Scholen, jongelings- en jongedochtersvereenigiDgen, enz. VIL Het onderzoek voor het gebruik van het Heilig Avondmaal zal in den regel wel aanleiding geven tot de vraag over de persoon lijke verhouding tot God, het doen en beleven van de belijdenis, geloof, bekeering en heilig making. VIII. Bijzondere aandacht worde gewjjd aan het gebedsleven, de huiselijke godsdienstoefening, het oefenen van de gemeenschap der heiligen. IX. Men legge nadruk ook op de uitoefening van het ambt aller geloovigen het welbesteden van geestelijke en stoffelijke gaven, welke God verleende, tot opbouw van de Gemeente het medeleven en medearbeiden in Evangelisatie en vereenigiDgen. X. Daar de Godzaligheid tot alle dingen nut is, maar ook voor alle terrein des levens eene dure roeping medebrengt, vrage men naar het verkeer in de wereld, naar de maatschappelijke verhoudingen van heer en knecht, vrouw en dienstbare, en het optreden in de christelijke vak- en sociale beweging. XI. Men geve de leden van het gezin ge legenheid om ook zelf vragen te stellen en voorlichting te verzoeken. XII. Voor elk gezin hebben de ambtsdragers met voorzichtigheid te onderscheiden, welke van deze onderwerpen zjj bjj een bepaald bezoek ter sprake zulleD brengen. In den regel beginne men met bet onder IV genoemde. Bjj een Ze ging nu naar een groote stad. Daar had je natuurlijk ook de verschillen, dat sprak van zelf, maar ocb, dat merkte je niet. Bovendien als je daar eens een keer uit de kerk bleef, dan kraaide er geen haan naar. Maar hier. Hier was het in de allereerste plaats moe der al, die er captie op maakte. En den vol genden morgen was het natuurljjk vrouw Bakx, die vau iedereen en tot iedereen wat te zeggen had, die vragen zou: „Was je gister ziek, dat je niet in de kerk was?" En als het eens enkele malen aehtereen voor kwam, dat je de kerk verzuimde, dan had je al gauw den dominee op bezoek Och, 't was een heele goeie man, in z'n leven, daar niet van, maar hjj raakte oud en uit zjjn tjjd! 't Beste was dan ook maar, dat-ie gestorven was. Nu kon de gemeente zich uitleven en zich ontwikkelen in een richting, die zjj wilde. Dat was de eenige oplossing om een gezonden toestand te krjjgen. Zoo volgde Marie den gedacht en gang van boer Jorissen, bjj wien zjj diende Want men meene niet, dat dit allemaal oorspronkelijke gedachten van Marie waren 't Meisje vond het eigenlijk niet de moeite waard, zoo diepzinnig over kerkelijke toestanden na te denken. Den laatsten tjjd had zjj maar ééne gedachte, die haar onophoudelijk vervolgde zoo spoedig mogeljjk uit het dorp, waar het haar begon te verveleD, weg te komen. Dan was ze ook met goed fatsoen af van Jan volgend bezoek sluite men zich bjj het vroeger behandelde aan. XIII. Om de ambtsdragers, welke niet op geleid werden tot den Dienst des Woords, meer tot hun moeilijke taak toe te rusten, is het eisch dat, hetzjj op de gewone vergaderingen van ouderlingen, of op daartoe opzettelijk te houden samenkomsten, de hoofdzaken van Belijdenis en Kerkenorde en van wat tot de herderlijke verzorging der gemeente noodig is, besproken worde. Het adres van onzen missionairen predikant ds. A. Merkeljjn is voortaan te Den Haag, Rjjklof van Goenstraat 63. Kerkkof. Het was voor de Jongedochtersv. „Doet wel san allen* den 89ten December een gezelligen avond, daar zjj weer haar jaarvergadering mocht houden. Ds Bouma was zoo vriendelijk voor dezen avond de leidiDg op zich te nemen. Na psalmgezang en gebed bepaalde zjjn Esrw. ons bjj Lukas 10:3842. Op keurige wjjze werd ons Martha en Maria geteekend. Waar deze zusters ook in verschillen, beiden hebben Jezus lief. Martha wordt door sommigen wel eens te zwart geteekend. Nadat wjj gewaarschuwd werden voor een opgaan alleen in de dingen van dit aardsche leven, wekt spreker ons op om boven alles te zoeken, de hemelsche schatten deelachtig te worden. De presidente gaf een kort verslag van de werkzaamheden in het afgeloopen jaar. Wjj mochten dit jaar 93 kleedingstukken vervaar digen. Aan de aanwezige broeders-diakenen konden wjj 66 stuks goederen ter hand stellen. Als naar gewoonte werden de overige kleeding stukken afgezonderd voor de armen der Geref. gemeente. Wjj brengen onze begunstigsters harteljjk dank voor de milde bijdragen ons ook dit jaar weer geschonken. Bovenal danken wjj den Heere onzen God, die de harten der be- gnnstigsters neigde en ons lust en bekwaamheid schonk om dit werk te verrichten. Een der broeders-diakenen bracht den dank der diakonie over en sprak nog eeoige waardeerende woor den over onz«n arbeid. Nadat ds. Bouma met dankzegging geëindigd had keerden allen zeer voldaan huiswaarts. Met goeden moed gaan wjj D.V. het nieuwe jaar weer ia en van harte hopan wjj dat onze begunstigsters ook nu weer ons zullen steunen met hunne gaven. Namens het bestuur, W. lvc Cointrb, presidente. C. S. Schoon aard, secretaresse. Classinbearten in de Ciassli Zterikzee ever de maanden Januari—Maart 1931. BRUINIS3E 16 Jan. ds. Goedhnjjs 6 Febr ds. Hoek 13 Maart ds. Tollenaar GEERSDIJK: 23 Tan. ds. Runia 20 Febr. ds. Staal 13 Maart ds. Hejj NIEÜWERKERK: 23 Jan. ds. Tollenaar 27 Febr. ds. WieleDga KAMPERLAND 9 Jan. ds. Wessels 20 Febr. ds. Baay 6 Maart ds. Hoek OOSTERLAND: 23 Jan. ds. Wielenga 6 Maart ds. Gosdhnjjs WISSEKERKE: 16 Jan. ds. Staal 20 Maart ds. Wolf Op last der Classis, Ds. F. Tollinaab. Middelburg. Zustervereenigiog „Pböbe" Woensdag 15 dezer hield bovengenoemde ver- eeniging haar gewone jaarvergadering, waarop de vervaardigde kleedingstukken werden over gegeven aan de Diaconie bestaande uit 10 Lakens, 6 Manshemden, 6 Vrouwenhemden, 10 Jonger shemden, 8 Meisjeshemden, 6 paar kousen, te samen 46 stuks. Folmer, die haar ook giDg vervelen. Ocb, hg was een goede sul en een echt boerenmeisje zou wel gelukkig met hem zjjn, daaraan twij felde zjj niet, maar hjj was niets voor haar. Zjj beeldde zich in, dat zjj geen meisje van het land was, hoewel zjj er geboren en getogen was, evenals haar voorouders tot ia talrjjke ge slachten. Maar Marie droeg hartje en hoofdje wat hoog. Ze zou, ze móést nu eenmaal naar een groote stad. Daar zou allicht een betere partjj te maken zjjn, dan Jan Folmer was. Hjj had (even moest zjj nog glimlachen, als zjj er aan dacht) de stoute schoenen aange trokken en haar „gevraagd." Maar voor eens en altjjd had zjj hem te ver staan gegeven, dat hjj nooit op haar behoefte te rekenen. Terneergeslagen had de arme jongen zich van haar afgewend. In z'n keel zat een krophjj kon niet meer spreken. Waaraan had hjj zoo'n minachtende behandeling verdiend? Toen Marie hem zoo zag, had zjj een oogen- blik spjjt van haar wel-wat-harde woorden, wilde zjj hem terugroepen en zeggen, dat het. niet zoo erg was bedoeld, maar dat zjj toch niet op z'n verzoek kon ingaan. Maar die betere opwelling was direct weer verdrongen. Hjj moest eens gaan denken Neen' 't was maar beter zoo. Nu wist hjj 't in «énen en zou haar niet meer lastig vallen. En hjj viel haar ook niet meer lastig, hoewell ze, daar beiden bjj denzelfden boer dienden, elkaar dageljjks spraken. Dat hjj zich echter niet meer aan haar gelegen liet liggen, verdroog

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1920 | | pagina 2