voorm. Sluiting 4 uur 's nam. Bewjjs van toegang kost 25 cent, en zal in iedere kerkelijke gemeente tot onze Classe behoorend, verkrijgbaar worden gesteld; en op 22 Sept. aan de entree van het park. Als sprekers hopsn op te treden Ds Nie- boer (Zendingsdep onzer Classe.) Onderwerp „Gebed'en Zending'{. Ds. Lauwers van Brussel (onderwerp nader te melden.) Ds. Merkelijn gaf nog geen be paald onderwerp op en Prof. S. O. Los, on derwerp, „Het donkere Afrika.". Kuphonia van Vrederust zal 't gezang begeleiden. Rillands Zangkoor en „Sursum Corda" van Bergen op Zoom beloofden eenige Zendigsliederen a Capella te zingen. Het drukken van Programma's en den tekst der liederen zou meer dan f 100 kosten. We zagen daar vanaf en raden daarom aanbreng een kiein psalmboekje mee. In 't Coehoornpark zijn vele zitplaatsen en kan men tegen billijken prijs consumptie be komen. Aan een boekentafel zal Zendingslectuur ten verkoop worden aangeboden en voor de Zen ding zal 2 maal worden gecollecteerd breng dus een vollen buidel mee. De ZendiDg biedt u hier iets, veel zelfs, maar vraagt: uw gave, uw aanwezigheid op dien dag, en bovenal uw gebed. Stroome het bezoekers, uit onze Classe in de eerste plaats, uit geheel Zeeland, uit Brabanten geve de Heere ons Zijnen onmisbaren zegen. Allen die meeleven met het werk te Mage- lang verlangen natuurlijk onzen Ds. Merkelijn en zjjne gade te zien, de hand te drukken hem te hooren van zjjn ruim 8-jarigen arbeid, welke reeds een rijken zegen bracht. Als opwekking nog noodig mocht zijn om op 22 September op te gaan naar Cowhoorn- park te Bergen op Zoom, zijn we bereid een vaardiger pen te vragen. Dit weten we: de jeugd is reeds enthousiastmaar ook de ouderen mogen niet ontbreken. Namens de Commissie bovengen. F. Boon, Secretaris. P. S. Sommige Zendingsfeesten ontaarden in onzen tijd. Dit mag onder ons niet zjjo. Er is stof tot dank, tot blijdschap Maar onze dank onze blijdschap zjj geheiligd. Wie op 22 September een uitgaansdag zonder meer be doelt, blijve buiten 't Coehoornpark. Generale Synode van de Gereformeerde Kerken. Zitting 1 September 1920. De Praeses deelt mede, dat is ingekomen een voorstel, door verschillende leden der Synode onderteekend, om rapporten uiterlijk zes maan den vóór de bjjeenroeping der Gen. Synode te doen verschijnen. Dit voorstel wordt aange nomen. Dr. de Moor leest het rapport van de le Commissie over de wijze, waarop het getuigenis zal uitgaan tot de Kerker. Besloten wordt 1. het Getuigenis, waartoe 1.1. Vrijdag be sloten werd, te doen uitgaan van deze Synode 2. eene Commissie van drie broeders (een Hoogleeraar, een Dienaar des Woords en een Ouderling) aan te wijzen, die zoo spoedig mogelijk de Synode diene met een concept daarvan 3. dit concept in druk te doen ronddeeleD. Voortgezet wordt de bespreking over het lidmaatschap der studenten van de N. C. S. V. Hierover voeren nog het woord Prof. Grosheide, Dr. de Moor, Ds. Breukelaar. Prof. Ridderbos, Dr. v. Es, Prof. Aalders, Dr. Keizer en de Rapporteur. Nadat door de Commissie was overgenomen een amendement van Ds. v. d. Munnik en door de Synode was verworpen een voorstel van Dr. Dijk en Dr. Keizer, om „uit te spreken, dat het niet op den weg der Synode ligt, om maatregelen te treffen tegen het deel nemen aan deze vereeniging", worden aange nomen de conclusies, zooals de Commissie ze voorstelt, behalve dat nog wordt toegevoegd het le gedeelte van een amendement van Dr. de Moor, „hun dit lidmaatschap ten zeerste ontraden*. Het geheele voorstel, zooals het nu aangenomen is, luidti De Synode, kennis genomen hebbende van de voorstellen der Particuliere Synode van Fries land (N. G.) en de Classis Harderwijk inzake ile deelneming van Geref. studenten aan de N. C. S. V., besluit: a. op grond van de in het rapport genoemde overwegingen te verklaren dat, bij alle waar deering van het goede, door de N. C. S. V. bedoeld en gewerkt, voor Geref. studenten aan het lidmaatschap van de N C. S. V. groote bezwaren verbonden zijn b. er bij alleü, die geroepen zijn aan onze Geref. studenten leiding te geven, op aan te dringen, dat zij den studenten deze bezwaren onder het oog brengen en hun dit lidmaatschap ten zeerste ontraden. Dr. Hania rapporteert over het verkrijgen van den doop voor de kinderen of van het H. Avondmaal voor zich zelf, van dezen of genen in Indië, die geen lid is van eene Geref. Kerk, doch vertoeft ter plaatse, waar wel eene Geref Kerk is en om den Doop of het Avondmaal vraagt. Dit praeadvies ziet eerst onder de oogen de vraag, of de Synode op dit verzoek moet ingaan, herinnert, o.m. aan het besluit van deze Synode aangaande bediening van het H. Avondmaal in stichtingen en aan het advies van Prof. Rutgers in een dergelijk geval gegeven op de Generale Synode van Amsterdam in 1908. De Synode besluit overeenkomstig het uitgebrachte praeadvies 1. Wanneer in Indië, in de verstrooiing, leden van andere kerkelijke gezindten tijdelijk vertoeven op plaatseD, waar zij geene kerk van eigen belijdenis vinden, zich bij onze kerken of miss. predikanten aanmelden, om hetzij den H. Doop voor hunne kinderen, hetzij voor zichzelf den toegang tot het H. Avondmaal vragen, niet zonder meer alle aanvragen b®- hooren te worden afgewezen 2. dat echter voor het verkrijgen van den H. Doop voor de kinderen of van het H. Avond maal voor zich zelf, in het algemeon deze voorwaarden worden gesteld: c. dat zijn levenswandel onbesproken isen d. dat hij zicb, gedurende den tijd, dien bij tfr plaatse waar hij den Doop of het Avondmaal verkrijgt, vertoeft, zich daar ook aan het kerkelijk toezicht onderwerpt; en 3. dat met het oog op de eigenaardige om standigheden die zich hierbij kunnen voordoen, de bijzondere gevallen door dezen kerkeraad op den miss. predikant ter plaatse moeten worden beoordeeldwaarvoor dan nog desgewecscht advies worde ingewonnen bij de Afzonderlijke vergadering", van miss. dienaren of bij de classe Batavia. De praeses noodigt prof. Ridderbos, ds. Land- webr en oud. van Dorp uit, een concept te wdlen opstellen van het „Getuigenis*. In de plaats van prof. Bavinck, die bericht zond, de Synode niet meer te kunnen bijwonen, wordt tot lid van de le Commissie benoemd het praeadviseerend lid prof. Kuyper. Aan de orde wordt gesteld het advies over het „Leerboek*. Rapporteur is dr. van Es. Aan de bespreking nemen deel prof. Hoekstra, oud. van Dorp, prof. Lindeboom en ds. de Geus. Nadat bij de discussie gebleken is, dat er be hoefte bestaat aan meerder licht over de kwestie, of één leerboek voor catechisatie en school, dan wel twee leerboeken voor ieder van beide af zonderlijk zullen worden opgesteld, wordt de zaak naar de Commissie terug gewezen, om met het oog daarop de conclusies nog eens te overwegen. Dr. de Moor brengt rapport uit over het verzoek van den kriDg van belangstellenden inzake verbetering van het kerkgezang". Nadat over dit rapport door prof. Lindeboom het woord is gevoerd, wordt na het aanbrengen, van een wijziging ia de voorgestelde overweging als volgt besloten De Generale Synode, kennis genomen heb bende van de „kleine verzameling Nieuw-Tes- tamentische kerkliederen', haar aangeboden door den „kring van belangstellenden in de verbetering van ons kerkgezang" en van het daarover ingediende rapport en de daarover gevoerde discussie, oordeelt, afgedacht van de vraag, of door haar besloten zal worden, stappen te doen tot uitbreiding van den bundel „Eenige Gezangen", de genoemde proeve als zoodanig niet te kunnen aanvaarden en besluit, daarvan aan dezen kring kennis te geven. Ds. Renting rapporteert over de voorstellen, om te ontwerpen een „formulier voor h.-t af leggen van openbare geloofsbelijdenis ter toe lating tot het Heilig Avondmaal". Bejloten wordt drie Deputaten te benosmen aan wie wordt opgedragen, enkele vragen te coLcipiëerenj welke aan de Kerken zullen worden aanbsvolen, om bij het afleggen der openbare belijdenis te worden gebruikt, en dienaangaande op de eerst volgende Generale Synode rapport uit te brengen Dr. Hania leest het rapport van Deputaten tot verbetering der predikantstractementen en daarna ds. H. Metering dat van de Commissie van praeadvies aangaande deze zaak. Na eene bespreking, waaraan deelnemen prof. Greijdanus, dr. de Moor, ouderl. Francken, ds. A. Brouwer, prof. Hoekstra en de rapporteurs, wordt besloten: le. dezen Deputaten, en met name hun scriba dr. J. Hania, dank te zeggen voor den gezegenden arbeid door hen verricht 2e. hare blijdschap en dankbaarheid uit te spreken a. over de, blijkens het verhoogings- cgfer van de tractementen in deze drie jaren, door de kerken bewezen groote offervaardigheid b. over het feit, dat door een onbe kend comité een som van f 20.000.op zoo nobele wijze voor deze zaak ter be schikking werd gesteld 3e. Voor de komende driö jaren opnieuw deputaten te benoemen met mandaat, om in de tot dusverre gevolgde lijn werkzaam te zijn tot verbetering der predikantstractementen, ei 4e. hen de vrijheid te verleenen, om, nadat de weg in het gestipuleerde onder letter K c. der Acta Synodi van Rotterdam aangewezen, zonder het gewenschte resultaat is bewandeld, van al de Kerken ééns per jaar eene bijdrage te ver zoeken, ten einde het inkomen der predikanten dat Dog beneden f2500 is bij gebleken behoefte, te kunnen suppleeren. Zitting 2 Sf-ptember 1920. Aan de orde komt de arbeid onder de ver strooide Gereformeerden in Ned. Indië. Eerst wordt het rapport van Deputaten voor deze zaak voorgelezen door ds. Dijk daarna door ds. van Andel het rapport van de praedviseerende Commissie. Overeenkomstig laatstbedoeld rap port besluit de Synode le. goed te keuren de handelingen der Depu taten 2e. opnieuw Deputaten voor de verzorging van „de verstrooide Gereformeerden in Nederlandsch Indië* te benoemen, ten getale van acht 3e. aan deze Deputaten op te dragen a. voor dezen arbeid gelden te verzamelen, en namens de Generale Synode aan de Gerefor meerde Kerken in Nederland ééne collecte per jaar voor dit doel te vragen en de inkomende gelden te beheeren b. voort te gaan met de uitvoering van wat voortvloeit uit de reeds genomen beslissingen inzake Medan en Bandoengen aan deze kerken ook verder steun te verleeneD, indien uit de over te leggen bescheiden de noodzake lijkheid daarvan bigkt c. op een daartoe strekkend gemotiveerd verzoek, ook aan andere Gereformeerde Kerken in Ned.-Indië voor de geestelijke bearbeiding van de verstrooide Gereformeerden steun te verleenen, voor elke kerk tot een bedrag als naar het oordeel der Deputaten ad hoe noodig zal zijn en de staat der kss zal toelaten d. te doen wat verder in het belaüg van dezen arbeid noodig zal blijken e. de kosten hunner huishoudelijke uitgaven te betalen uit de door hen beheerde kas. Daarna leest ds. van Andel het praeadvies van dezelfde Commissie over de instelling van het ambt van „pandita" (Inlandsche predikant) Da Synode besluit le. goed te keuren de handelingen in dezen van de Deputaten voor de zending; 2e. het advies der Deputaten als leiddraad aan te wijzen, wanneer men op het zendingsterrein zal overgaan tot de instelling van het ambt van dienaar des Woords. Ds C. L. F. van Schelven leest zijn rapport over de behartiging van de belangen der Nederlandsche Gereformeerden bij de Over heidspersonen in Duitschland. Daarna leest ds. Koopmans het rapport van de praedviseerende commissie, overeenkomstig hetwelk de Synode besluit, ds. C. L. F. van Schelven dank te zeggen voor zijn rapport en voor den arbeid door hem verricht. Vervolgens wordt door ds. H. Meijering ge lezen het rapport van Deputaten voor de Gene rale Kas voor hulpbehoevende Kerken. Daarna leest Oud. D. de Bruyn het rapport van de praedviseerende commissie. Nadat de 3e conclusie is teruggewezen naar de commissie voor nader advies, worden de vol gende voorstellen der commissie aangenomen le. Deputaten dank te zeggen voor hun met zooveel nauwkeurigheid verrichten arbeid en te dechargeeren van hun beheer. 2e Den staat van ontvangst en uitgaven als bijlagen op te nemen in de Acta. 4e. Het mandaat van de Deputaten dezer kas te continueeren, met name ook wat betreft de hulp aan den Em. Pred. Ploos van Amstel te verleenen, (volgens Acta Gen. Syn. van Rot terdam). 5e. Den kerken op te wekken, met het oog op de steeds meerdere noodzakelijke uitkeerin- gen voort te gaan, naar den aangenomen regel voor deze kas te blijven collecteeren en deze gelden geregeld te doen afdragen door de Classis of Provinciale deputaten hiervoor aan gewezen. Prof. Kuyper rapporteert over de voorstellen aangaande het overgaan van predikanten tot een anderen staat des levens. Nadat Prof. Bouwman hartelijk instemming met het rapport heeft uitgesproken, besluit de Synode met de grondgedachten, die in dit rapport zijn uitgesproken hare instemming te betuigen en het in hare Acta op te nemen, opdat het als leiddraad voor de Kerken moge dienen, opdat zjj weten zullen hoe in dergelijke gevallen te handelen in en voorts uit te spreken le. dat de Generale Synode onverzwakt wenscht vast te houden aan het beginsel in Art, 12 K. O. uitgesproken, dat een Dienaar des Woords, eens wettelijk beroepen zijnde, zijn leven lang aan den kerkedienst verbonden blijft, waarom het hem niet geoorloofd zal zijn zich tot een anderen staat des levens te begeven zonder groote en gewichtige oorzaken 2e dat de Generale Synode, gelet hebbende op het droeve feit dat in den laatsten tijd meermalen Dienaren des Woords niet alleen buiten maar ook in onze Kerken hun ambt hebben neergelegd om een beroep te kiezen, dat geldelijk voor he i voordeeliger was, de Dienaren des Woords met ernst op het hart binde, dat het hun niet geoorloofd is op der gelijke gronden het heilig ambt door Christus hun toebetrouwd te verlaten, waaraan zij echter evenzeer de vermaning tot de Kerken toevoegt om niet door te karige bezoldiging van hare Dienaren tot zulk een zondige daad aanleiding te geven 3e. dat de Generale Synode der Classen, die naar Art. 12 K. O. geroepen zijn hun oordeel uit te spreken over de grootte en het gewicht van de oorzaken, die zulk een overgang tot een anderen staat des levens alleen wettigen, ver maant om aan dit Artikel gestrenger de hand te houden en zoodanig verzoek om uit den kerkedienst ontslagen te worden niet anders toe te staaD, dan wanneer naar haar oordeel daartoe dwingende gronden aanwezig zjjn. 4e. dat de Generale Synode aau het verzoek om nader te omschrijven, wat onder deze groote en gewichtige oorzaken te verstaan is, opdat ia dezen meer uniformiteit kome, moeilijk vol doen kan, omdat de gevallen daarvoor te onder scheiden zijn en elk geval afzonderlijk moet behandeld worden 5e. dit de Generale Synode echter wel van oordeel is, dat in het vervolg zulk een verlof om tot een anderen staat des levens over te gaan niet zal geschonken worden door de classis alleen, maar dat daarbij zal gevraagd worden de approbatie van de deputaten der Particuliere Synode, weshalve zjj besluit Artikel 12 K. O. aldus aan ta vullen, dat daarbij moet gevraagd worden Welk oordeel de Classis niet zal uit spreken zonder kennis en approbatie van de Deputaten der Particuliere Synode 6s. dat de Classen niet liehtvaardiglflk den naam en eere van een Dienaar des Woords zullen laten behouden aan Dienaren, die hun ambt verlaten, om tot een ander beroep over te gaan, maar zich houden zullen aan den regel, dat zulk een voorrecht alleen behoort geschonken te worden aan zulke Dienaren, die geroepen worden tot een anderen dienst ten bate van de Kerken iri het algemeen of tot een zoodanigen arbeid, die een geestelijk karakter draagt en met de roeping tot de prediking van het Evangelie in verband staat. Eveneens rapporteert Prof. Kuyper over het bezwaarschrift van dr. A. A. van Schelven tegen de besluiten van de elassis Middelburg en de Part. Syn. van Zeeland, waardoor hij losge maakt werd van de kerk van Vlissiogen. De Synode besluit De Generale Syaode der Gereformeerde ker ken, vergaderd te Leeuwarden, kennis genomen hebbende van het bezwaar schrift van Prof. dr. A. A. vbd Schelven te Haarlem, bjj haar ingezonden tegen het besluit van de classis Middelburg en van de Parti culiere Synode van Zeeland, waarbij hem wel geoorloofd werd wegens groote en gewichtige oorzaken tot een anderen staat des levens over te gaan, maar niet vergund werd de eere en naam eens Dienaars te behouden overwegende, dat het behoud van den naam en eere van een Dienaar des Woords rechtens volgens Art. 13 K. O. alleen toekomt aan zulke Dienaren, die door ouderdom, ziekte of anders zins onbekwaam geworden zijn tot hun dienst, maar ingeval een Dienaar des Woords den kerkendienst verlaat, om zich aan een ander levensdoel te wijden alleen als voorrecht en bij wijze van uitzondering door de Kerken behoort verleend te worden overwegende, dat in dit speciale geval de Classis Middelburg terecht heeft geoordeeld, dat voor het verleenen van dit voorrecht geen genoegzame grond is, daar het hoogleeraarschap in de Letteren kwalijk vereenigbaar kan worden geacht met het behoud van de ambtelijke positie van predikant en daardoor ook een niet onge vaarlijk precedent zou worden gesteld overwegende, dat de gronden, die door Prof. dr. A A. van Schelven hiertegen in zijn be zwaarschrift aangevoerd, niet steekhoudend zijn, ook al erkent de Synode, dat de ongelijke behandeling van deze gevallen door verschillende Classen voor hem een „uitzonderingspositie" geschapen heeft, die voor hem „krenkend* kan worden geacht, waarom de Synode ook gaarne voldoen wil aan zijn verzoek om algemeene beginselen aan te geven van de toepassing van Art. 12 en 13 K. O., besluit de besluiten van de classis Middelburg en van de Particuliere Synode van Zeeland te handhaven en mededeeling van dit besluit te doen aan Prof. dr. A. A. van Schelven, de classis Middelburg en de Part. Synode van Zeeland. Prof. Ridderbos brengt verder rapport uit over de voorstellen aangaande de verhooging der emeritaats-traktementeu. Het volgende besluit wordt genomen De Generale Synode overwegende a dat sinds de Generale Synode van Utrecht in 1905 de noodzakelijke kosten voor levens onderhoud met tenminste 100 pCt. zijn gestegen, b. dat vrijdom van belasting evengoed als genot van pastorie of vergoeding van huishuur zakelijk behoort tot het traktement, besluit le. het te Utrecht 1905 en te Amsterdam 1908 aan de kerken iüzake art. 13 K. O. gegeven advies, zoover betreft de vaststelliDg van het bedrag der emeritaatsgelden en der pensioenen, aldus te wijzigen, dat: a. al de daarin genoemde geldsommen worden verdubbeld, waarbij de aandacht erop wordt gevestigd, dat dus ook in de zinsnede „dat bij een traktement van f1350 of daarboven in elk geval het pensioen niet minder dan 3/ö mag bedragen van dit trak tement" inplaats van 1350 moet worden gelezen 2700. b. aan de zinsnede „en bij de berekening van het traktement wordt het vaste gel delijke bedrag, ingeval de predikant boven dien nog het genot had van pastorie of vergoeding van huishuur, met 20 pCt. ver meerderd" wordt toegevoegd: „waaraan ingeval de predikant vrijdom van belasting genoot, nog wordt toegevoegd de som, die deze vrijdom in het afgeloopen kalenderjaar bedroeg 2e. de kerken op te wekken, de thans uitge keerd wordende emeritaatsgelden en pensioenen (liefst met terugwerkende kracht minstens tot 1 Juli 1920) zoodanig te verhoogen, dat ze in overeenstemming zijn met de tegenwoordige oeconomische verhoudingen. Ze beveelt daartoe aan, zoover de betrokken kerken thans trakte menten uitkeeren, die geacht kunnen worden aan de behoeften van den tegenwoordigen tijd te voldoen, de emeritaatsgelden en pensioenen met deze traktementen in evenredigheid te brengen. De Synode besluit nog een voorstel van dr. Dijk in behandeling te nemen aangaande de uitkeering van vol pensioen aan predikanten bij invaliditeit. UIT DË PËBil. In de „Groninger Kerkbode" kwam de vorige week een Brief voor, die ook in onze Zeeuwsche kringen wel eens mag gelezen en overdacht worden. Daarom nemen we dien in zijn ge heel hier over. Amice frater. Wij moeten op onze hoede wezen tegen de ethische mooidoenerij van onzen tijd. Het gaat weer net als in de dagen van Groen. De ethischen zijn weer druk bezig om ons het jonge geslacht te ontfutselen, vooral het stu- deerende jonge geslacht. Men heeft het in zonderheid op het calvinisme gemunt, en kan als het er op aankomt met den vrijzinnige veel beter opschieten. Eb de geest van onzen tijd helpt hier een handje mee. Men heeft genoeg van het materialisme en vindt een beetje mystiek en wat vage gods- n. dat de aanvrager in z\jn eigen ker- kelijken kriDg tot het laten doopen van zijne kinderen zonder getuigen en tot het gebruik van het H. Avondmaal is toege laten b. dat zyn persoonlijke geloofsovert <i- ging overeenkomt met de Chr. geloofsbe lijdenis inzake de hoofdstukken der Chr. religie

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1920 | | pagina 2