Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland
34e Jaargang.
Vrijdag 23 April 1920.
No 7
Redacteuren Ds. L. BOUMA te Middelburg en Ds. G. F. KERKHOF te Oost-Souburg,
lasfi MmrïmDl R. J. i. d. ÏEEI, J. 0. IIELEMM, F. I s. I ESÖE, B. S3EIJER, H. P. N. G. DE WALLE sb F. ff. J. WOLF.
UITGAYB VAN DE
PERSVBRBBN1GING ZBEUWSCHB KERKBODE.
Adr«e v» ds Administratie
Firma L1TTOOIJ OLTHOFF, >flddslbnrg.
DIT HET W(KJ IIIX
OVERTUIGING VAN ZONDE,
GERECHTIGHEID EN OORDEEL.
Wie het zoet van Jezus' nabijheid ge
niet, wil Hem altijd bij zich houden. En
de gedachte, ver van Hem of zonder Hem
te moeten leven, ia ondraaglijk zwaar
voor wie Jezus liefheeft. En al weten wij,
dat Jezus dicht bij ons kan zijn en wij bij
Hem, ook al is Hij lichamelijk nu hoog
daar boven in den hemel en al zijn wij
beneden op de aarde, toch kan al wie
Jezus als zijn Zaligmaker kent, zich ge
makkelijk voorsteilen, wat smart het voor
de jongeren van Jezus moet geweest zijn,
toen Hij zei, van hen te zullen scheiden.
De droefheid daarover vervulde hun hart.
Geen wonder. Maar ook geen wonder,
dat Jezus hen nu in die smart komt
troosten. Want, waar Hij zonder omwegen
de harde werkelijkheid laat zien aan zijn
discipelen, daar doot Hij ook, voor wie Hij
liefheeft, de bron der vertroostingen vloeien.
Waar Hij zei,,I k ga u verlaten," daar
zei Hij ook, dat de Trooster komen
zou. Geen ellende zoo groot en geen ge
dachte zoo neerdrukkend, of er is een
volkomen tegenwicht in den Goddelijken
troost, dien Jezus ons biedt.
In Johannes 16 troost Jezus Zijne disci
pelen over Zijn ophanden zijnd heengaan
mot de belofte van den Trooster. Let
daarop eensHij troost met een be
lofte. Met wat Hij eerst later doen zal.
Met een belofte sterkt en troost Hij
ook nu nog altijd Zijn volk. Gods volk
kan nu eigenlijk nog alleen bij de belof
ten leven. En dat zal zoo blijven tot aan
het eind der dagen. Met Zijne beloften
houdt de Heere ons vast en staande. We
kunnen niet leven bij de dingen, die we
zien, maar bij de komende dingen, bij de
beloften, bijN het geloof in de waarachtig
heid van hetgeen Hij ons heeft toegezegd
en beloofd.
Maar zullen we nu in die Goddelijke
beloften een genoegzamen troost hebben
voor leven en voor sterven, dan is 't
noodig niet alleen, dat die beloften er zijn,
maar dan is 't ook noodig, dat die belof
ten ons toespreken, ons op het hart ge
bonden zijn, dat die beloften Gods in
Christus ons dragen en ons kracht instor
ten. En daarvoor zorgde Jezu3 nu ook bij
Zijn discipelen. Hij was de auteur van de
beloften, Hij gat ze, Hij zei vooruit, wat
Hij doen zou, maar bovendien zorgde Hij
ervoor, dat de jongeren die beloften aan
grepen in het geloof en dat ze erdoor
werden versterkt, verkwikt en opgebeurd.
Hg troostte ze ook met de beloften.
Doch, wanneer Christus nu heengegaan
zou zijn van Zijn discipeleu, wie zou dan
bewerken, dat zo die beloften indachtig
bleven on erdoor werden bemoedigd en
gedreven tot vaste hope. Ook dan zou
Christus het doen, maar dan door den
Heiligen Geest, dien Hij zenden zou,
door dien anderen Trooster, die bij hen
blijven zou in eeuwigheid.
Het was wel moeilijk te verstaan voor
de discipelen en het leek hun wel onge
rijmd toe, dat Jezus' heengaan hun gewin
was, »doch", zei Jezus, »Ik zeg u de waar
heid, het is u nut, dat ik wegga, want
indien Ik heenga, zoo zal ik den heiligen
Geest tot u zenden en Die, gekomen zijnde,
zal de wereld overtuigen van zonde en van
gerechtigheid en van oordeel". Ja, 's Hee-
ren heengaan bracht gewin, groot gewin
n.l. de komst van den Geest, Die ervoor
zorgen zou, dat temidden van een wereld
vol haat en vijandschap het evangelie van
Jezus Christus niet vergeefs zou worden
gebracht door Zijn getuigen. Die geest zou
komen doen, wat Hij nu nog immer doet:
de wereld overtuigen.
Er is een geest uitgegaan, al van oude
tijden af, al van 't begin der schepping
Gods, om heel de wereld te verleiden.
Te verleiden tot zonde, aan te sporen rus
teloos tot overgave aan en tot volharding
bij het leven der zonde. De zonde wordt
door de menschen gediend onder aandrij
ving van een geest. Een geest, die heel
de wereld aanzet om alle ongerechtigheid
te doen, om te lasteren en te vloeken, om
don Sabbath te schenden en te rebel-
leeren tegen de machten, om ontucht an
zingenot te zoeken, om hebzucht te be
drijven, om te liegen, te bedriegen en te
stelen. Om alle zonde te zoeken en het
evangelie der genade van Jezu3 Christus
te verachten en te bestrijden. Om te sma
len en te spuwen, den »infame", om de
conscientiëa te smoren en 't oordeel weg
te denken en van ganscher harte te vol
gen de goden van den tijd. Om te ver
blinden, en te verharden en te misleiden.
Die geest werkte van ouds. Die geest werkt
nog. Er is een geest uitgegaan om heel
de wereld te verblinden. Maar er is ook
een andere geest, een Geest, die uitgaat
om de wereld te overtuigen van zonde,
van gerechtigheid en van oord:el.
De Heilige Geest overtuigt de wereld
van der wereld zonde. Die geest is het,
welke do menschbeid tot de kennis van
haar zonde brengt. Hoe di8 Geest dat doet,
laat ik nu eens daaralleen zij dit gezegd,
dat de Geest daarbij gebruik maakt van
de Heilige Schrift, van de prediking der
apostelen en profeten, van de onderwijzing
in het Woord. Maar hoe dan ook, de Geest
des Heeren brengt de overtuiging bij aan
de wereld, van hare zonde. Van het on
miskenbare feit der zonde, van de groote
zondes c h u 1 d, van de bittere, wrange
zondev r u c h t.
Maar merkt nu opJezu3 zegt, dat de
Heilige Gee3t de wereld overtuigt van één
zonde, die eigenlijk de zonde is, de groote
allesbeheerschende zonde der wereld, zóó
groot, dat ze alle verder bewijs van zonde
overbodig maaktde zonde dor C h r i £r
tusverwerping.
»Van zonde", zoo lezen we in vers 9,
»omdat ze in Mij niet gelooven". Met an
dere woorden Do Heilige Geest doet on
weersprekelijk aan de wereld zien, hoe
zondig zij is door ze te doen zien het kruis
van Christus, dus haar ongeloovig verwer
pen van de gave van Gods gena. Daar is
volgens dit woord geen grooter zonde der
wereld dan dat de wereld gezegd heeft en
zegt: weg met Jezus. Daar is geen zonde,
die ontzettender gevolgen heeft dan het
ongeloof. Want hoe zullen zij ontvlieden,
die geen acht slaan op zoo groote zalig
heid. Der wereld zonde zijn vele en zwaar.
Maar wanneer men recht ontdekt wordt
aan zijn zonde, leert men het ongeloovig
verwerpen van het evangelie der vrije ge
nade Gods in Christus als de groote zonde
zien. Natuurlijk wordt die overtuiging van
zonde alleen daar door den Heiligen Geest
gewerkt, waar het evangelie kwam. Van
daar dat Christus van die overtuiging der
wereld door den Geest ook spreekt als een
belofte, die na Zyn hemelvaart komt.
Ten tweede overtuigt de Heilige Geest
de wereld van gerechtigheid. Om
de wereld van zonde te overtuigen, legt
Hij aan het hart, wat Jezus der wereld
was en laat Hij het kruis zien en om te
overtuigen van gerechtigheid leidt
Hij ons wederom tot Christus en laat Hij
ons Zijn hemelvaart zien. De menschelijke
gerechtigheid, die voor God bestaan kan
en die in allen deele beantwoord aan Gods
eisch is in de wereldgeschiedenis na den
val nergens gezien dan in Christus. Zijn
gerechtigheid is de eenige menschelijke
gerechtigheid, voor God bestaanbaar en
daarmee moet dan ook een zondaar nood
zakelijk bekleed worden, zal bij voor den
rechterstoel Gods kunnen verschijnen, zon
der te worden verdoemd. Maar wie zal de
wereld daarvan nu overtuigen. Dat n.l. de
menschelijke gerechtigheid alleen in Chris
tus ligt, die daarom aan de rechterhand
Gods is geplaatst Dat zal de Heilige Geest
doen. Daarom zegt vers 10Die zal de
wereld overtuigen van gerechtigheid, om
dat Ik tot Mijnen Vader henenga en gij
zult Mij niet meer zien.
In de derde plaats overtuigt de Geest
de wereld van oordeel, omdat de overste
dezer wereld geoordeeld is. De wereld
buiten Jezus staat onder de heerschappij
van Satan. Satan is de overste dezer we
reld. Maar hij is alreeds geoordeeld. Hij,
Satan en zijn rijk. N.l. door Christus, Die
gekomen is om de werken des duivels te
verbreken, om uit de duisternis te trekken
tot Zijn wonderbaar licht, en om ze te
ontrukken aan Satan en weer te brengen
tot God. Hij heeftj den Satan den kop
verplet. Satan zal buiten geworpen worden
en allen die hem dienen. Het oordeel is
geveld over den overste der wereld en 't
wordt volvoert door den Zone Gods. Maar
wie zal de wereld daarvan overtuigen
Dat konden de discipelen niet. Eu dat kan
geen prediker. Maar Jezus zeide De Hei
lige Geest zal komen en die zal de wereld
overtuigen van een oordeel, van een af
rekening met de wereld, waarvan men
even zeker kan zijn als Jezus den Satan,
den overste der wereld als een bliksem
uit den hemel zag vallen.
Er zijn dingen, waarvan de ééne mensch
den anderen kan overtuigen. Maar wie zal
een mensch van de waarheid Gods over
tuigen, als die mensch zóó in de leugen
zit verstrikt, dat hij de waarheid niet kan
zien. Wie zal iemand overtuigen van zonde,
van gerechtigheid en van oordeel En wie
zal een volk daarvan overtuigen. En wie
de volkeren altegaar En wie de wereld
De Geest zal het doen, dien Jezus verwierf.
De Heilige Geest overtuigt de wereld
van de waarheid des evangelies. Bij den
rondgang van 't evangelie onder de vol
keren gaat de Geest mee om te overtuigen.
Nu moet ge echter goed verstaan. Die
overtuiging der wereld van zonde, gerech
tigheid en oordeel, die door den Geest
wordt gewerkt, overal, waar de bediening
des Woords kwam, heeft tweeërlei uit
werking. Soms leidt ze tot g e 1 o o f en
bekeering, soms gaat die overtuiging ge
paard met verharding. (Hetgeen ook
weer niet buiten den Heiligen Geest om
gaat.) De genoemde drievoudige overtui
ging heeft niet altijd een zaligmakende
werkiüg. Ja, meestal zelfs niet. Ze wordt
gevonden bij geloovigen, zoowel als bij
ongeloovigen. Die overtuiging wordt heel
het leven daar uit gewerkt, en wel bij
allen, die het evangelie kennen. Die over
tuiging is daar ook, waar we ze misschien
niet zouden verwachten, is menigmaal
waar de lippen anders spreken. Ze is
dikwijls verborgen. Ze komt bij gansch
ODgeloovige en Goddelooze menschen in
heel bange oogenblikken wel eens onge
dacht naar buiten, b.v. in huu sterven.
Soms evenwel ook nooit. Tenminste in dit
leven niet. Want eens zal 't anders zijn.
Als Jezus wederkomt. En als de Christen
volkeren voor Zijn rechterstoel verschijnen
moet. Dan zal blijken, dat die overtuiging
ook daar door den Geest Gods was ge
werkt, waar men ze niet erkende en er
zich over heen zette. Want deze over
tuiging van zonde, gerechtigheid en oor
deel mag niet vereenzelvigd worden m.i.
met het onweerstandelijke zaligmakende
werk des Heiligen Geestes in de harten
der verkoornen. Waar die overtuiging is,
is nog niet het geloof. Bij Judas Is-
karioth was overtuiging van zonde en van
de grootheid der schuld, die op hem rustte
en er was ook overtuiging van gerechtig
heid, want bij beleed, dat bij onschuldig
bloed verraden had en er was overtuiging
van oordeel, maar bij ging verloren. Een
mensch kan tegen zijn overtuiging iD, den
weg des verdorfs kiezen.
Het evargelie heeft altijd een uitwerking.
Daarvoor zorgt de Heilige Geest. Het
werkt óf geloof en zaligheid óf verharding
tegen de overtuiging, tegen de consciëntie
in. Hot is een reuke des doods ten doode
of een reuke des levens ten leven. Want
de Heilige Geest is gekomen, om de heele
wereld te overtuigen.
F. J. YAN DER ENDE.
Opmerking: De hier gevolgde opvatting
van Joh. 16 814 volgens welke de be
doelde overtuiging des Geestes niet altijd
zaligheid uitwerkt, maar ook door verhar
ding kan gevolgd worden, is o.a. verdedigd
in Ger. Theol. Tijdschrift 17e jaarg. p.
62 v.v.
Zeeuw sche Kerkbode.
Abonnementsprijs: per kwartaal bjj vooruitbetaling 90 cent.
Afzonderlijke nummers 7 cent.
Advertentieprijs i 15 cent per regelbij jaarabonnement van
minstens 500 regels belangrijke redactie.
Berichten, Opgaven Predikbeurten en Advertentiën tot
uiterlijk Vrijdagmorgen te zenden aan de Drukkers
LITTOOIJ OLTHOFF, Middelburg.
„En die, gekomen zijnde, zal de wereld
overtuigen van zonde en van gerech
tigheid en van oordeel."
Joh. 16 8-11.