Een God van liefde. FEUILLETON. Gezag. De Zeeuwsche Bondsdag Ktrk- «n KokMlnltawa. Offielëele Barl«ht«n. Verantwoording van Liefdegaven. HUGO KINGHANS. Te midden van de verwarring zullen de Paaschklokken luiden en het geroep zal weer klinken de Heere is waarlik opgestaan en is van Simon gezien. Hg is de opstanding en het leven en Hg heeft het leven en de on- verderfelgkheid aan 't licht gebracht. Welk een boodschap aan een wereld, waar alle leven kwgnt en de dood heerscht. Zg is er op be rekend om de harten te doen ontbranden en ware geestdrift te wekken. Maar hoevelen zui len ook nu moeten zeggen wjj hooren haar wel, maar wg gelooven haar niet. Inplaatsvan te luisteren naar het evangelie zullen ze op vergaderingen van allerlei aard hooren naar de wijzen der wereld, die wanen, dat zg buiten God en Zgn Woord om de volkeren breDgen kunnen naar het land der belofte. En zg die op de wateren van het leven drgven zullen de feestdagen gebruiken om het ver gankelijk zingenot te zoeken naar de aloude leusLaat ons eten en drinken en vroolgk zgn. Op de tuimelplaatsen van het vermaak zal het vol zgn. Doch we verwachten van u betere dingen en gij zult weer met de vrouwen gaan naar den hof van Jozef waar de grendels verbroken werden en de steen afgewenteld. Gij zult hooren naar het woord des Engels en gij zult zien op Hem, die den dood heeft overwonnen. Dat is goed. Ga eens uit de wereld met al haar leed en trek al uwe gedachten saam om ze te vestigen op het heil dat de derde morgen ons predikt, opdat gg versterkt wordt in 't geloof dat het licht triumpheeren zal over de donkerheid en het leven over den dood en het graf. Dit kan ons alleen bemoedigen en staande houden en dit doet ons heenzien over het treurig heden naar den morgen waarop geen nacht meer zal volgen. Alleen zorg er voor, dat ge u niet vergenoegt met te denken, dat ge ver afstaat van hen, die den Christus verwerpen, maar zie in dat gein waarheid buiten Jezus niet leven kunt, opdat ge Hem moogt zoeken en niet rusten, vóórdat ook Hg u de vreugde des heils doet genieten en ge zeggen kunt: Ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mg en wat ik nu leef, dat leef ik door den Zoon van God, die zich voor mg heeft overgegeven. Boüma. VIII, Wg, Gereformeerden, zgn anti-revolutionair, ook in ons huisgezin, ja allereerst in ons huis gezin. De gehoorzaamheid aan het gezag wordt in hét huisgezin geleerd. Ouders voeden hun kinderen op tot gehoorzaamheid. De gehoor zame kinderen in het gezin worden later ook de beste onderdanen der Overheid. Voor elk volk ligt er dan ook een groote zegen in indien de kinderen door de ouders zóó opgevoed worden, dat zg alle over hen gesteld gezag leeren eerbiedigen. Daarop ziet o.i. de belofte Gods aan het vgfde gebod gehecht„opdat uwe dagen verlengd worden in het land, dat u de Heere uw God geven zal". Een volk, dat van kindsbeen af geleerd heeft te gehoorzamen, is van een langdurig volksbestaan verzekerd, De vreeze des Heeren leert de onderdanen het gezag eerbiedigen en steunen en handhaven, en dat waarborgt vanzelve de instandhouding van staat en maatschappij. Vandaar dan ook, dat in dit opzicht, de op voeding der kinderen van zoo groot belang is. De taak der ouders is hun kinderen te leeren gehoorzamen. Zg hebben het recht van zeggen schap over hunne kinderen. Zg mogen en kunnen hen bevelen en gehoorzaamheid eischen. Maar tevens moeten die ouders laten bemerken, dat zg zeiven evenals hunne kinderen leven in_gehoorzaamheid aan een Hooger Gezag. Om Godswille moeten de kinderen leeren hunnen ouders gehoorzaamheid te bewijzen. De vreeze des Heeren is het beginsel van alle wijsheid, van alle goede praktijk in het dagelgksche leven. Wordt buiten de vreeze des Heeren om gehandeld, dan is er ook van opvoeding tot gehoorzaamheid geen succes te wachten. Wel wat kras, maar toch waar, schreef Ds. Haspels eens .Er wordt geklaagd over de kinderen, maar is het te verwonderen Als den kinderen geleerd wordt, dat de hemel leeg is en dat vreeze en eerbied te hebben voor God nog wel goed is voor neepjesmutsen, hebben dan die kinderen niet groot gelijk, als zg ook dat lastige vgfde gebod eens afschaffen of liever nog voor de variatie het eens omkeeren Ouders, rekent toch bg 't opvoeden uwer kinderen dagelijks met dien onveranderlgken grondregel der H. Schrift.De vreeze des Heeren is het beginsel der wijsheid". Alleen indien gg daarvan uitgaat, zult gij de rechte gehoorzaamheid en eerbied voor 't gezag bij uw kinderen kunnen aankweeken. Dat is noodig voor heel het toekomstige leven in de maat schappij. Gehoorzaamheid is noodzakelijk voor de saamleviDg. En dan vsrstaan we onder ge hoorzaamheid nietgedwongen iets doen niet met weerzin iets verr'chten wat gij hun op draagt, want dat is geveinsde onderworpenheid. Een kind moet iets niet doen of laten omdat het bang is voor uw dreigementen, maar omdat 't gewillig buigen leert voor uw wil, en wel ziedaar de diepste grond.... omdat 't gewillig buigen leert voor Gods wil. Het spreekt vanzelf, dat gij dus niet met allerlei wispelturige bevelen uw kind moet tergen. De Schrift zegt ook: .Gg, vadersver wekt uwe kinderen niet tot toorn". Beveel, wat God wil, dat gij bevelen zult. Verbied, wat God wil, dat gg aan uw kind verbieden zult. Op die manier wordt gehoorzaamheid gekweekt. Er zgn van die ouders, die van 's morgens vroeg tot 's avonds laat bevelen uitdeelen aan hun kinderen, maar hun bevelen zijn zóó wei nig ernstig gemeend, dat zg eigenlijk niet eens de opvolging ervan verwachten. Als 't al te bar loopt, varen ze dan eens op heftige wijze uit. Zoo ondermijnt een ouder zgn eigen gezag. Het kind vindt zoo'n bevel iets van minder waarde. Het stoort er zich niet bizonder aan. Welnu, dat is juist de manier om kinderen langzamerhand aan ongehoorzaamheid te wen nen. Heel die reeks van bevelen en vermanin gen gaan dan het eene oor in en het andere oor uit, zonder dat er de minste notitie van wordt genomen. Feitelijk gaat 't kind dan zgn eigen gangetje. De heer P. Oosterlee schrgffc in zgn onlangs verschenen brochure.Opvoeding tot gehoor zaamheid" o.a. de volgende wel behartigens waardige opmerking .De oorzaak der ongehoorzaamheid zit wer kelijk minder bij de kinderen dan bg hen die gebieden. Als inplaats van een klaaglijk ser moen van een lange reeks óf bedreigingen öf verwijten, waarbij bedaarde naturen en heftige karakters vaak op dezelfde wijze worden be handeld, men op natuurlijken toon zijn wil kenbaar maakt, als men den indruk gevestigd heeft, maar hoogst zelden te gebieden, maar dan ook onverbiddelijk te zijn, wat de volvoe ring betreft, zullen de gevallen van verzet, de gevallen, waarin het kind wel geen .neen" zegt, maar .neen" doet, veel minder talrjjk worden". Hebt ge niet wel eens een vader gezien, die met zgn netjes aangekleede kinderen voor pleizier ging wandelen, en elke tien stap pen aan één van zgn spruiten een bevel deed hooren Netjes loopen recht voor je uitkijken geen handen in de zakniet schoffelenpet recht! enz. enz. waarlijk, dat is de manier niet om op te voeden tot gehoorzaamheid. Die wandelende vader hseft maanden en jarenlang in huis zijn plicht niet gedaan, want anders kon hg wel op straat wandelen met zgn kin deren zonder te commandeeren als een sergeant een troep recruten. Leuk is, en leerzaam tevens, wat de heer Drewes schrgfo in zgn mooie boek, waarvan ik hoop dat gg 't kent of gelezen hebtWij en ons huis' ,Als ge begint met de goede tucht, wanneer: uw kind nog klein is, dan behoeft ge later niet tot harde maatregelen uw toevlucht te nemen. Maar verzuimt ge uw plicht in den aanvang, dan komt ge tot de zotste dingen. Ik ben eens in een gezin geweest, waar de kolenbak boven op een penantkastje stond. Anders zaten de jongens er altijd aanIk ben ook in een gezin geweest, waar een klein jon getje alleen speelde in een kamer, waar op een kleine hoekétagère allerlei snuisterijen stonden. Het kind kwam er niet aan. Hoe dat kwam De eerste moeder wist niet te doen gehoorzamen, de laatste wel. Het was natuurlijk, dat het kleine kind naar den kolen bak kroop, zoowel als het andere naar de étagère. Maar de moeder van nummer één verbood en zorgde er niet voor, dat haar ge bod werd gehoorzaamd, terwgl de moeder van nummer twee er wel voor zorgde. Luisterde het kind niet, dan werd het eenvoudig opge nomen en buiten de kamer gezet. Dat ging niet altijd even zachtzinnig, maar het behoefde niet zoo vaak herhaald te worden. Moeder was vast beslotende étagère moest blijven staan en het kind moest er afblijven. Dat leerde het kind gauw genoeg maar het kostte de moeder eenige dogen van onafgebroken oplettendheid. Dat kan nu eenmaal niet anders. Als ge een kind hebt, dan behoort ge u geheel aan uw kind te geven. Dat wil niet zeggen, dat ge niet anders moet doen, dan altijd bij uw kind zitten en u altijd met uw kind be moeien. Volstrekt nietmaar uw kind mag geen oogenblik uit uw gedachten zgn, en uw moederlijk oog behoort alles te zien, wat er met uw kleine gebeurt en wat uw kleine doet. Dat vergat de moeder met den kolenbak op het penantkastje. Ze was een ijverig, proper vrouwtje, maar ze was beter werkster in haar gezin geweest dan moeder. Haar glimmende nikkelen serviesje had, geloof ik, minstens evenveel haar aandacht als haar kinderen, en haar wasch nog meer. Daarom zette ze den kolenbak maar boven op het penantkastje met een krant er onder voor de krassen, dan be hoefde ze niet op te letten, wat de kinderen uitvoerden, 't Was jammer, want je kunt nu eenmaal niet alles op een penantkastje zetten". Dat staaltje van den onder ons welbekenden paedagoog Drewes kon met vele andere ver menigvuldigd worden. Wat doen vele ouders zotte diDgen, waarbij ze verzuimen hun kin deren op te voeden tot gehoorzaamheid, en de wrange vruchten ervan worden naderhand geplukt in de samenleving in staat en maat schappij. Beginnen we daarom als goede Gerefor meerden bij 't begin„Voedt in uwe gezinnen uwe kinderen op tot gehoorzaamheid, en in de toekomst zal land en volk er wel bg varen Dat is naar de ordinantie Gods. Paasch-Maandag vergadert ons Zeeuwsch Jon gelingsverbond te Goes. Dat is een feest niet voor onze jongelingen uitsluitend, maar voor ons gereformeerde volk in zgn geheel. Spijtig is voor velen, dat de slechte reisgelegenheden niet toelaten, die saamkomst bij te wonen. Toch komt 't kerkgebouw weer, gelgk vorige jaren, overvol. De fiets brengt ieder, waar hij zgn wil, zoo 'tniet al te ver raakt. Op de morgenvergadering zal ook nog een referaat geleverd worden, behalve de huishoudelijke besognes die moeten afgedaan. Vooral de mid dagvergadering, die te 2 uur aanvangt, brengen we onder de belangstellende aandacht onzer lezers en lezeressen. Ga er heen, zoo gij kunt. Want er gaat bezielende en opwekkende kracht van uit. Eerst zal de Zeeuwsche Nestor een tijdwoord spreken. Hg heeft het hart en de ooren der jongelingen, omdat hij heel z'n leven lang met hen heeft meegeworsteld. Dan zal een rede gehouden worden door den Dordtschen dominee Meynen, een bezielend redenaar, een goed stylist, een, die den strijd der jongelingen verstaat en weet te zeggen, wat er in hun hart leeft. Zijn on derwerp „Onze strijd en onze wapenen", zal dan ook ongetwijfeld pakken, inslaan. Broeders en Zusters, gg kunt den arbeid onzer jonge lingen niet beter steunen, dan door in breede rijen naar Goes op te trekken. En door met onze jongelingen mee te leven, zult gij zei ven verjongd en in den levensstrijd gesterkt worden. Kerkhof. DRIETAL te Coevorden F. W. Geerds te Fcharnegoutum N. G. Kerssies te Wezep en T. Gispens te Urk. In den blik van Nelly Jansen merkte Meta op een nameloos verlangen. En dat was er. Maar er was meer. Er was ook een verterend heimwee, dat Meta niet zag, maar dat inwendig pijn deed een warm-kloppende, teer-gevoelend vrouwenhart Het impulsieve, jonge meisje moest er meer van weten.. En als bg het aanspoelen van een groote golf een gejuich opgaat bg de kleinen, wat op Nelly Jansens gelaat een heerlijken glimlach tooverde, vroeg Meta plaats „Waarom is u eigenlijk niet getrouwd Gek, dat zg die nog nooit eerder heeft ge daan Als er toch één is, die een man geluk kig maken kan, dan is het toch wel Nelly Jansen Als er toch één is, die een ware moeder voor haar kinderen zou zgn, dan is het toch wel haar gezellin „Waarom is u eigenlijk niet getrouwd?" Verschrikt keek de gezelschapsjuffrouw haar aan, een oogenblik overvallen door die vraag. Maar dan, zich vermannend Ja, ik vind het ook wel eens eigenaardig, maar er zgn nu eenmaal van die vragen, die niet iedereen in staat is op te lossen". Het was orakeltaal. Meta was nog niets wijzer geworden. Maar zg wilt, dat met dit antwoord alle verder vragen overbodig zou zijn en zg beruste er maar in. „Neen, niet iedereen, maar u wel. Maar ik wil verder niet onbescheiden zijn", zei zgn, dan quasi-onverschillig, maar inwendig teleurge steld. Nelly Jansen voelde dat als bg intuïtie. „Maar, Meta, begrgp-je dan niet, dat het TWEETAL te Groningen J. Douma te Den Haag en C. Lindeboom te Amsterdam te Utrecht: G. R. Kuyper te Haarlem en D. Sikkel te Klundert te GiessendamF. Tollenaar te Brouwers haven en J. de Waard te Ferwerd BEROEPEN te Reeuwjjk-Sluipwgk Dr. Th. Rugs Jr. prop. te Bloemendaal te Kralingen (3e pred. plaats) C. Bouma te Hoofddorp, (Haarlemmermeer) te Wolvega J. Ubels te Witmarsum te Huizum A. Hoeneveld te Ngkerk AANGENOMEN naar SteenwgkC. W. E. Ploos van Amstel te Delft BEDANKT voor Westbroek F. Tollenaar te Brouwers haven voor TienhovenB. v. Halsema te Ballum voor PernisJ. A. Tazelaar te Haarlemmer meer (Oostzgde). Geslaagd voor het cand. ex. theol. a.d. V.U. de heer J. A. Schep van Utrecht. Aan de Ger. Kerk te Harderwijk is door een onlangs overleden lid vermaakt f 500 voor de diaconie en f 500 voor de zending. Wegens het hooge bedrag aan vrijwil lige bijdragen heeft de kerkeraad van Vlissin- gen het collecteeren voor den eeredienst afge schaft en besloten geen zitplaatsengeld meer te heffende plaatsen zijn niet vrij, doch ieder lid heeft recht op een vaste plaats. Voor de armen en voor doeleinden buiten de gemeente blijft men collecteeren. Zoo heeft Vlissingen het ideaal tamelijk wel bereikt. CLASSIS MIDDELBURG. De kerk van Grgpskerke, daartoe aangewezen op de vorige vergadering, roept de kerken der classis Middelburg op ter vergadering op Dins dag 11 Mei e.k des voormiddags 9l/i uur in de Gasthuiskerk. Stukken voor het agendum in te zenden bij de roepende kerk vóór of op Donderdag 22 April. Namens den Raad der Geref. kerk van Grgpskerke, G. de Ja«er, praeses. J. H. Geschierb, scriba. Brouwershaven, 29 Maart 1920. Gisteren maakte onze geliefde Leeraar, de WelEer- waarde Heer Ds; F. Tollenaar aan de gemeente bekend, dat hg na ernstige overweging voor de roeping naar de Gereformeerde kerk te Westbroek had bedankt. Dit werd met groote blijdschap vernomen. Daarmee toch zgn niet alleen een 14 tal dagen van spanning voor Leeraar en gemeente voorbij, maar wat meer zegt, is, dat we nu door de goede hand onzes Gods weer leven mogen in het blijde vooruitzicht, dat Z.Eerw. met Gods hulpe voor onbepaalden tgd voor de gemeente zal mogen in- en uitgaan. De Heere, die ons, onwaardigen, met 't be houd van onzen Leeraar zoo grooteljjks heeft willen beweldadigen, alleen de eere. Dat de teleurgestelde gemeente van West broek Gode moge zwijgen en in afhankelijk heid en in de kracht van Hem, die gezegd heeft: „Uw oog zal Uwen Leeraar zien" mag het zijn met gewenschte vrucht, moge voortgaan in het zoeken van den man Zgns Raads, is de wensch van kerkeraad en gemeente. Namens den kerkeraad, J. Nieuwdobp, scriba. ZENDING. Middelburg. Hartelijk dank aan br. Schoon- aard te Serooskerke die ons een busje deed toekomen van de leerlingen der Christelijke sehool inhoudende f 11,49. Namens de Commissie, L. A. Tange, Penningm. iemand soms moeilijk kan vallen over het ver leden te sprekem?" Meta is reeds weer ontwapend. „Ja, dat begrgp ik. Kom, laten we terug en naar Moe gaan. Maar toch, ik zou het zoo graag weten, niet uit louter nieuwsgierigheid, maar omdat ik van-morgen heb gevoeld, dat ge veel hebt geleden. En dat wilde ik grasg méélgden". Onmerkbaar glimlachte Nelly Jansen. Het was een pijnlijke glimlach Kon iemand en dan nog iemand, als de lucht hartige, onervaren Meta méélgden met diep gevoeld, smartelijk vrouwenlgden „Och, misschien kom-je het nog wel eens te weten", zei ze, toch eenige voldoening geven willen. Meta hoorde het niet eens meer. „Hoera!" schalde zg, „die is eenigwat zgn die lieve schatjes nat!" Een onverwachts-aanrollende golf, die de kinderen op het strand niet meer konden ont wijken, was oorzaak van haar uitgelatenheid. „Méélgden", dacht Nelly Jansen, bitter, even. Terugheerend op haar schreden bereikten de beide meisjes weldra de apartementen, die Mevrouw van der Mandere voor de zomermaan den te Vlissingen had gehuurd. Voor één der openstaande ramen was het gordijn weggeschoven en stond een vrouwen gestalte, toewuivend de beide aankomenden. „Moe wordt al ongeduldig", zei Meta. „We zgn ook lang uitgebleven, vandaag". (Wordt vervolgd). door 3) „Er is alleen één diDg, dat mij bekommert." „Och, ja, dat begrijp ik wel. Toe, bederf nu mgn stemming niet. Ik kan me voorstellen, dot menschen, zooals u bg iets Hoogers moeten leven. Op den dijk hebt u zooeven een tipje van den sluier opgelicht, van den geheimzin- nigen sluier, al weet ik nog niet veel, feitelijk nog niets. Als u uw God niet had, was u niets. Maar, heusch, ik gevoel geen behoefte aan Hem. Ik hou het in dezen heelemaal met Ma." „Ik hoop van harte, dat er een tgd komt, dat je wel behoefte aan Hem zult gevoelen en ik bid voor je, die mg als het ware een dochter geworden bent." Meta vond het bespottelijk, dat iemand voor haar bad, maar zg wachtte zich wel, dit te uiten, omdat zg de gezelschapsjuffrouw van haar moeder, van wie zg dolveel hield, niet wilde grieven en verdriet aandoen. ,'n Dweepster," hadden kennisjes in Den Haag haar wel eens gescholden, maar direct had Meta daarop vlam gevat. „Geen sprake van dweeperg," had zg vinnig geantwoord. „Jullie zult zelden iemand ontmoeten, die zoo welbewust het leven doorgaat. Zg is altgd zichzelf gelijk, wordt zelden boos en kan veel verdragen. Zg is zeer goed ontwikkeld, kan over alles meepraten. Zjj loopt heelemaal niet met haar godsdienst te koop, maar belijdt die, als het noodig is. Ik verbied jullie, zoo over haar te spreken. Zg is de gezelschapsjuffrouw van ma, maar zg is feitelijk meer vriendin. En hiermee basta. Ik wil er niet meer over hooren. Haar kleine voetjes had gestampvoet van ergenis en de kennissen zwegen maar, zagen zelfs met meer respect tegen Nelly Jansen op. Daaraan dacht Meta, toen zg den Nieuwendgk rechts lieten liggen en klauterden tegen de helling, die haar naar den boulevard zou voeren. Vóór de Hollandsche en Belgische loodsen- societeiten rookten de loodsen hun pijpje en tuurden op zeemanswijs de oogen half-gesloten, in zee. Op de binnenplaats van de bomvrije kazerne, die zg over de houten ballustrade rond den redoute-toren, waaronder de zee kabbelde, pas seerden, waren soldaten aan het uitvoeren van gymnastische oefeningen. Iets verder] was het strand, vol bonte men geling de gewone dagelgksche badgasten en de ééndagjes menschen uit Middelburg. Het was een gejuich van een kinderschaar, plassend en ploeterend met bloote beentjes in het aan- en afstroomend water. Met welgevallen keken beiden er naar. „Eenig, niet?" vertolkte Meta Nelly's ge dachten. „Heerlijk, zoo met eigen kinders uit te kun nen gaan", was het antwoord.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1920 | | pagina 2