FEUILLETON.
Geëmancipeerd,
Verstandig
Attestaties.
dook
HUGO KINGMANS.
Jö» du begrijpt hij den titel van een boek,
dat bij in een boekwinkel zag liggen „Door
lijden gelouterd". Hij gevoelt nu, dat het kan.
Hij is zelf door lijden gelouterd.
IX.
Kerkhof.
Kerk- en Seheelnlenwi.
Bcrlehtcn.
INGEZONDEN STUKKEN.
De Bond van Nederlandsehe Predikanten be
moeit zich ook al met de zaak-Netelenbos. In
het Orgaan, dat van dien Bond uitgaat, plaatst
het Hoofdbestuur zelfs daarover een officieel
stuk, onderteekend door Dr. M. J. A. de Vrijer
als Voorzitter en D. Boer als Secretaris, waarin
op scherpe wgze wordt afgekeurd de bepaling
van Middelburgs kerkeraad omtrent het aan
den afgezetten predikant toe te kennen wacht
geld, de conditie nl. dat hg gedurende dat
halve jaar niet zal preeken of catechiseeren.
Die Bond noemt dat officieel de „muilkorf»
die aan ds. N. voor den mond wordt gelegd".
Maar dan wordt geheel uit het oog verloren,
dat alle optreden in bijbellezing en catechisatie
van den afgezetten predikant geljjk staat met
een afbreuk doen aan de kerk, welke hg tot
nog toe gediend heeft.
De vergelijking met het wachtgeld dat de
overheid toekent aan hare ambtenaren, totdat
zij een ander middel van bestaan gevonden
hebbeD, gaat dan ook niet door, aangezien de
overheid dat wachtgeld niet zou uitkeeren aan
staatsgevaarlijke personen.
We zouden over dit punt niet geschreven
hebben, maar in hetzelfde nummer van het
„Orgaan" van dien Bond komt de meedeeling
voor, dat het alle dienstdoende predikanten der
Geref. kerken ter kennismaking toegezonden
wordt. Welnu, het officieele artikel over de
Netelenbos-kwestie is o. i wel de beste remedie
tegen het zich aansluiten bij dien Bond of het
zich abonneeren op zijn orgaan.
Bij het afgeven van attestaties wordt door
de verschillende kerken niet altoos de ge-
wenschte nauwkeurigheid in achtgenomen. Er
mag door sommige kerkeraden wel meer aan
dacht gewijd worden aan de beteekenis van
eene attestatie. Dat is niet minder dan een
getuigenis omtrent een persoon, op welk ge
tuigenis men moet aankunnen. Ten opzichte
van het afgevsn van attestaties geldt vooreen
kerkeraad ook het negende gebod: „Gij zult
geen valsch getuigenis geven". Een attestatie
moet dus de waarheid zeggen.
In de classis Breukelen is uitgesproken dat
men daar als kerken wel eens droeve ervaringen
opdeed, omdat bleek dat afgegeven attestaties
geheel en al in strijd waren met de werkelijk
heid. Eq met name werd geklaagd, dat uit de
grootere kerken attestaties komen, die niet juist
blijken te zijn.
Met die klacht uit de classis Breukelen gaan
ook wij accoord. Niet één enkele maal, maar
gedurig weer komen personen uit grootere
kerken naar de kleinere kerken met een blanco
attestatie, dat zg gezond zijn in de leer en voor
zoover bekend onbesproken in den wandel.
Bezocht men dan zulke broeders en zusters
in de kleinere gemeente eens aau huis, dan
komt men soms tot allertreurigste ontdekkingen.
De officieele weg zou dan zijn den betrokken
kerkeraad ermee in kennis stellen, dat hij geen
zuivere attestatie afgaf. Maar dat baat voor
zulk een concreet geval dan toch niet meer.
In 't algemeen genomen doen de dorpspredi
kanten en -ouderlingen de ervaring op, dat in
de steden eigenlijk lichtvaardig goede attesta
ties worden afgegeven, aangezien de broeders
die ze afgeven de vertrekkende personen in het
geheel niet kennen.
Onlangs ondervond ik het volgende
Uit een der groote steden komt iemand mst
(Auteursrecht voorbehouden)
9).
Verlicht staat bg op en denkt aan Hélène.
Als zij straks thuiskomt zal hij naar de woon
kamer gaan. Hij zal haar vriendelijk goeden
avond zeggen. Hij zal een praafje gaan maken
over het weer en over andere onverschillige
dingen. Als zjj onvriendelijk is, zal hij niet boos
worden tenminste hij heeft om kracht ge
beden, het niet te worden maar lijdzaamheid
behouden.
Hij gaat in zijn stoel zitten en neemt nog
maals zijn Bijbel.
De regen klettert tegen de ruiten.
„Mevrouw van Lankeren
Op haar toe treedt een lang gebouwd heer
en vraagt„Mevrouw van Lankeren
„Dat ben ik," zegt ze opgewekt.
Hij stelt zich voor als de echtgenoot van de
goede attestatie in. Ik bezoek dien broeder. En
wat blijkt nule. dat hij in geen jaren ter
kerk kwam2e, dat hij een nog ongedoopt
kind had van meer dan anderhalf jaar oud.
Toch kwam hij met blanco attestatie over. Nu
is de vraagHoe kan op den duur aan zulke
attestaties, als de grootere kerken ze zoo ge
makkelijk afgeven, eenige waarde gehecht
worden
Zeker, het zal in grootere kerken uiters*
moeilijk zgn alle leden te kennen. Maar vóór
een attestatie afgegeven wordt, diende dan toch
wel eenig onderzoek ingesteld te worden door
de opzieners van de wijk. waarin dat gemeen
telid woonde, of metterdaad de vertrekkende
broeder of zuster in alle opzichten kerkelijk
heeft meegeleefd. Het zal niet voorkomen bij
een kleinere kerk, dat iemand vertrekt naar
elders met een nog ongedoopt kind van ander
half jaar zonder dat er iets van vermeld wordt
op do attestatie.
De classis Breukelen wees als geneesmiddel
voor de groote steden aan het parochiestelsel.
Dat ware o. i. een stap in de goede richting,
maar we zijn nog niet zoover, dat in onze
stadskerken daartoe wordt overgaan. En in dion
tusschentijd moeten de kleinere kerken toch
eenigermate zekerheid hebben, dat de attestatie
welke bg haar inkomeD, betrouwbaar zijn.
Daarom lijkt ons voorloopig de gewenschte
maatregel, dat kerkeraden in grootere plaatsen
beginnen met zelve eerst terdegen te iüformee-
ren alsvorens zij een attestatie invullen en
onderteekenen.
Dan zal hun getuigenis beter conform de
werkelijkheid zijn en komen de predikanten en
ouderlingen in kleinere kerken niet voor aller
lei droevige verrassingen te staan.
TWEETAL
te Woudsend A. J. Fanoy te Oostzee;
J. Tonkens te Lutjegast.
BEROEPEN
te Voorthuizen H. Popma te Oudega
te Genemuiden :H. Drost cand. te Dedemsvaart
te MiddelburgD. B. Hagenbeek te Vlaar-
dingen (B.)
te Molenaarsgraaf-Brandwijk A. H. v. d. Berg
te Opperdoes.
AANGENOMEN
naar Alteveer J. Bosch te Steenwgk.
BEDANKT
voor OudegaJ. Bosch te Steenwijk
voor Vries D. B. J. v. d. Meulen te Oostermeer.
Ds. R. Brouwer te Baarland herdacht zgn
25-jarig ambtsjubileum met 1 Tim. 11112.
Het is algemeen bekend, dat vele pre
dikanten een bijbaantje hebben, om hun helaas
al te dikwijls schrale inkomen wat te vermeer
deren. Eukele van zulke bijbaantjes leveren op
zichzelf reeds een uitstekend bestaan op. Ds.
de V. te Odjjk deelt in het orgaan van den
Bond van Ned. Predikanten daarvan een tref
fend staaltje mede.
„En nu het derde baantje dat ligt geheel
buiten de lijn van ons ambt de dominee
speculant in effectende dominee-spaarkas
agent ds dominee-verzekeringsinspecteur. Gis
teren kwam een ambtenaar van een bank,
terwijl ik niet thuis was, mijn vrouw vragen,
of ik geen zin in zoo'n agentschap zou heb
ben, Antwoord: neen. Of mevrouw er dan geen
zin in had. Antwoord neen. Maar weet u wel
presidente der Hilversumsche afdeeling van de
Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht. Zgn vrouw
is verhinderd te komen, waarom hg de eer op
zich heeft genomen, haar van den trein te halen
en haar te verwelkomen.
Terwijl hij dit zegt, ziet hij met bewondering
d8 knappe dame tegenover zich aan.
„Ik vind het heel aardig van u," zegt Hélène.
„U hebt toch wel voor een rijtuig gezorgd,
want het is verbazend slecht weer, niet?"
„Natuurlijk, Mevrouw, dat is in orde."
Een oogenblikje later ratelt het rijtuig over
de keien, om spoedig stil te staan bjj de woning
van de presidente.
De vrouw des huize3 verwelkomt haar hartelijk.
„Neemt me niet kwalijk. Mevrouw, dat ik niet
aanwezig was aan het station. Een dienstbode
heelt me plotseling verlaten, 't Is een plaag
tegenwoordig."
„Ik bemoei me nooit met de dienstboden,"
zegt Hélène dan. „En bjj mg loopen ze nooit
weg."
„Mama, Henk vraagt, of u komt," roept één
der kinderen, de deur opensmgtend.
„Kan dat niet wat zachter, Annie zegt haar
moeder. „Kom, geef Mevrouw eens een hand."
Het aanvallige goudlokkige kind treedt op
Mevrouw Van Lankeren toe en geeft haar de
hand, maar zegt onmiddellijk weer: „Henk
vraagt of u komt, Mama. Hg heeft zoo'n pijn."
„Wie is Henk, lieve vraagt Hélène.
„M'n broertje, mevrouw. Hg is altgd ziek en
heeft soms zoo'n pgn."
„Ach, mag ik er eens heengaan vraagt zg
dan, de moeder aanziend.
dat collega N. van uw man dit jaar als ver
zekeringsinspecteur f 10 000 (tienduizend gul
den) verdiend heeft?
Maar ook het agentschap van een Spaarkas
legt den agent geen windeieren
In hetzelfde nummer van bovengenoemd
Orgaan doet ds. v. Dorp van Gendringen het
volgend voorstel: Voor de eerstvolgende ver
gadering van onzen Bond zou ik een voorstel
willen ;doen. We schaffen een phonograaf aan
en laten van een aantal collega's het geluid
opnemen, dat ze bg hun preek hebben. We
maken een honderdtal opnamen, een bekwaam
spraakleeraar sorteert ze en zoekt er de tg-
peerende uit. Vermoedelijk komt hg niet over
het dozgn, want de variatie is niet zoo groot.
Met dit dozgn houdt hg een voordracht op onze
vergadering over den preektoon.
De kerkeraad van den Haag publiceert
het volgend stukje, dat ook wij gaarne over
nemen: Tot zijn groote teleurstelling vernam
de kerkeraad, dat bij een ingesteld onderzoek
een aanmerkelijk aantal meer dan de helft
der hier in garnizoen liggende militaireD,
tot de Goreformeerde Kerken behoorende, niet
in het bezit van een bijbel bleken te zgn.
Die jongelieden waren dus naar de residen
tie getogen zonder gewapend te zijn met Gods
Woord.
Voorwaar een betreurenswaardig feit»
Indien ergens, dan mag voorzeker wel in de
kazernes voortdurend herinnerd worden aan de
waarschuwing van den Psalmist
„Waarmede zal de jongeling zijn pad zuiver
houden? Als hg dat houdt naar Uw woord".
De kerkeraad meent aan deze droeve erva
ring bekendheid te moeten geven en roept bg
deze de medewerking van ouders en Jserke-
raden iö, opdat deze ongewenschte toestand,
waarin voor onze militairen zooveel gevaar is
gelegen, zoo spoedig mogelijk een einde neme
en ook voor het vervolg worde voorkomen.
Aan de Theol. School te Kampen slaagde
voor het cand. ex. 2e gedeelte de heer D.
Scheele van Terneuzen.
Intree te Enschedé ds. H. Meulink met
Ez. 3 1, na bevestigd te zgn door ds. P. Zgl-
mans van Uergelo met 2 Cor. 3 6a.
Baarland. Woensdag 17 December 1.1. was
het voor de Geref. Kerk alhier een dag van
bigde herinnering. Haar herder en leeraar de
WelEerw. ds. R. Brouwer hield 's namiddags
in de Geref. Kerk te dezer plaatse naar aan
leiding van zgn 25-jarig Ambts-jubileum een
gedachtenisrede. Hg deed dit aan de hand van
het Schriftgedeelte uit 1 Tim. 1 11 en 12, ont
vouwde voor een aandachtig luisterende schare
deze tekstwoorden, gaf Gode alleen de eer voor
de zegeningen die hem werden geschonken ook
in zgn ambtelijk werk daarbg zichzelven op
't diepst vernederende.
Na de rede werd de jubilaris door ouderling
D. Meulenberg namen kerkeraad en gemeente
toegesproken, die daarbg het genoegen had
den jubilaris namens kerkeraad en gemeente
aan te bieden een waschtafel met toebehooren.
Door de Jongelings Vereeniging werd hg bg
monde van haar voorzitter aangeboden een
rookstel. Ook de Geref. Jongedochtersvereeni
ging bood hem als blijk van waardeeriDg haar
geschenk aan bestaande uit oen theetafel.
Hierna sprak ds. P. van Djjk van Heinkens-
zand hem namens de Classis Goes toe, terwgl
ds. R. J. van der Veen van Goes het woord
tot hem richtte namens de collega's.
Br. Bakker als afgevaardigde uit den kerke
raad vertegenwoordigde de Geref. Kerk van
Haamstede die hem namens genoemde kerk zgn
gelukwensehen overbracht.
„Ja, zeker. Annie breDg Mevrouw eens bg
Henk. U weet niet hoe lastig het is." dit tot
Hélène, „zoo'n zwak kind te hebben."
Bg Hélène komt het moederlgk gevoel boven.
Zij gaat met de kleine Annie, die haar ver
trouwelijk een hand geeft, naar boven, naar de
kinderslaapkamer.
Op de trap zegt de kleine, wereldwijs„Ik
vind u veel liever dan Mama. Mama bemoeit
zich haast nooit met Henk. En het is toch zoo'n
lief, geduldig ventje."
Hélène voelt een steek.
„Mama bemoeit zich haast nooit met Henk."
En zij bemoeit zich haast nooit met haar
eigen Charles!
Zg wil het kind toeroepen „Kind, hou op,
ik ben niets liever dan je Mama," maar ze
houdt zich in.
Zoo'n kind leeft met het oogen'olik. In de
kamer heeft het in de mooie oogen van de
dame een medelijdend blik gezien. En verder
een onmiddellijk bereid zijn, om naar het zieke
ventje te gaan. Dat heeft het kinderhartje, dat
zooveel van broer houdt, goed gedaan.
Zg bereikten de slaapkamer van den kleinen
Henk. Gesteund door kussens zit het ventje,
verlangend starend naar de deur.
Verwonderd ziet hij Hélèna aan.
„Dag vent. Je kent me natuurlijk niet, hé?
Ik ben mevrouw van Lankeren uit Amsterdam."
„Komt u vanavond spreken vraagt hg dan.
„Ik heb het gehoord?"
„Ja, ik kom vanavond spreken."
„Dan gaat Mama zeker ook naar die ver
gadering
Blijkbaar aangedaan dankte de jubilaris de
gemeente, en Jongelings-en Jongedochters ver
eeniging voor hun aangeboden stoffelijke ge
schenken, dankte daarna ook alle sprekers voor
de goede woorden tot hem gericht.
Kerkeraad en feestcommissie, afgevaardigden
der kerken en leden der gemeente gaven na de
Godsdienstoefening blgken van hun belangstel
ling door met den jubilaris en diens familie in
feestelijke stemming met hen samen te zgn.
Namens den kerkeraad,
H. Scmout, Scriba.
OostkapelleVrijdagavond 1.1. hield de Meis-
jesvereeD. op Geref. grondslag „Martha" haar
eerste Jaarvergadering met begunstigers en
begunstigsters. De Presidente opent met te la
ten zingen Ps. 103 1 en sprak vervolgens een
welkomstwoord tot de aanwezigen, waarna
door haar de leiding werd overgegeven aan
haar echtgenoot ds. Vollenhoven. Zgn Eerw.
las Luc. 10 vrs 3842 gaf een uiteenzetting
van het zelve en ging voor in gebed.
Daarna kwam het verslag van de Secretaresse
en vervolgens van de lste en 2de Penningmees-
teresse, hetwelk alles met aandacht werd aan
gehoord. Vervolgens werd de avond gezellig
door gebrncht waarop elk der leden iets ten
beste gaf. De Vice-Presidente gaf na een ver
slag van hetgeen vervaardigd was hetzelve aan
de br. diakenen over, waarna gelegenheid werd
gegeven hetzelve te bezichtigen. Een 60 stuks
(klein en groot) kleedingstukken lagen netjes
ten toon. Door één der Diakenen werd den
dank daarvoor uitgesproken en een zegen toe-
gewenscht.
Van kerkeraadswege werd eveneens een
bemoedigend woord ten beste gegeven. Seroos-
kerke was vertegenwoordigd door twee barer
leden, die ook hun beste wenschen totMartha"
richtten. Afwisseling van zang, voordracht en
samenspraak, en verkwikking voor het lichaam
waren bg beurte aan de orde. Ook nog een
leuke felicitatie van de Jongeling Vereen, kre
gen we te hooren. Tot eindelgk de tgd van
scheiden daar was. De voorzitter dankte voor al
hetgeen was gedaan, liet zingen ('k Wil u o
God enz.) en eindigde een der Ouderlingen met
dankgebed. Dankbaar en voldaan keerde eeu
ieder huiswaarts.
Namens het bestuur,
H. M. Vollenhoven, Presidente.
J. de Kam Ad., Secretaresse.
Middelburg. Vrgdag, 17 Dec. mocht de Chr.
Jongedochters vereeniging „Doet wel aan allen
enz." haar jaarlgksche uitdeeling houden. Door
ds. Bounia werd deze samenkomst geopend
door te laten zingen Ps 138 vers 1 waarna
ZEerw. voorging in gebed. Daarna bracht de
Presidente verslag uit over het afgeloopen jaar.
Er werden dit jaar 84 stuks kleedingstukken
vervaardigd waarvan 69 stuks aan de Diaconie
(waarvan 2 broeders aanwezig waren) werden
overhandigd en 15 stuks werden uitgedeeld
aan de Oud Geref. armen.
Vervolgens sprak de heer de Kam namens
de Diaconie zgn dank uit voor het goede werk
dat weer dit jaar gedaan werd. Verder werd de
avond gezellig doorgebracht, nadat ds. Bouma
nog een woord gesproken had en met dank
zegging geëindigd had, gingen we allen huis
waarts.
Tevens betuigen wg onzen hartelgken dank
aan onze begunstigers en begunstigsters die
ons ook dit jaar weer in staat stelden dit werk
van barmhartigheid te verrichten en wg bevelen
onze vereeniging bg den voortduur in hunne
liefde aan opdat wg het volgende jaar met
blgdschap onzen arbeid mogen hervatten.
Namens het bestuur,
M. Le Cointre, Presidente.
M. Hubregtse, Secretaresse.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Kampen, November 1919.
L. S.
Het Studentencorps aan de Theoligische
School te KampeD|„Fides Quaerit Intellectum"
heeft, ondanks de vele bezwaren, die de tegen
woordige tijdsomstandigheden medebrengen,
toch besloten de anloude gewoonte te volgen
Klagend-verwgtend klinkt die vraag en
Hélène ziet hier kinderleed, dat ontzettend diep
wordt gevoeld.
Zg denkt aan Charles, haar gezonden jongen,
dien zg verwaarloost voor haar werk, dat zg
meent te moeten doen.
De kleine Annie verlaat de kamer.
Impulsief bukt Hélène zich over het ventje
en kust het, vol medelgden.
Tranen springen het kind in de oogen.
„Arme jongen, heb je het zoo eenzaam?"
vraagt ze dan.
„Mama komt zoo weinig hier," zegt Henk
met door tranen verstikte stem, ,en ik heb
soms zoo'n pgn. De dokter zegt, dat ik niet
meer kan genezen en dat vind ik zoo vreeselgk.
Onlangs hoorde ik Mama tot Papa zeggen
„Henk is ean lastpot." Maar dat is niet waar.
Ik klaag niet zoo veel, maar soms is de pgn niet
uit te staan.
Snikkend verbergt het ventje zich in de
kussens.
Vol medelgden is Hélène.
Zg tracht het ventje zoo goed mogelgk te
troosten, maar zg gevoelt wel, dat het niet
gelukt.
„Ik zou zoo graag willen, dat Mama eens
voorlas," ging het ventje plots weer voort. „Dat
geeft wat afleiding. Maar Mama is altgd weg."
Fel-beschuldigend klinkt het Hélène in de
ooren.
Weer denkt zg aan Charles.
(Wordt vervolgd).