FEUILLETON. GELOUTERD, KEBKELIJK LEVEN, De toekomst Zjjn de moeilijkheden, waarmede de volkeren worstelen, de barensweeën, welke een nieuwe en groote tjjd aankondigen of zijn het krank- ten, welke het leven bedreigen en de toekomst versomberen De een heft een loflied aan in de verwachting, dat de volkeren weldra den weg zullen zien, waarlangs zjj van kracht tot kracht zullen voortschrijden en waarlangs zjj een hoogte zullen bereiken, welke tot dusver ongekend was, De ander wil daarvan niets weten en laat een klaagtoon hooren, welke ons doet verstaan dat hjj nog geen licht ziet. Al tijd z\jn er optimisten, die van geen zwarig heden willen weten en die moedig afgaan op het licht, dat toch wel eenmaal komen moet. Zjj zjjn er op uit om hun medemeuscheii te bemoedigen en hen warm te maken voor groote plannen. Ofschoon zij tienmaal teleurgesteld uitgekomen zijn, toch blgven zij guustige ver wachtingen koesteren. De bekende van JSeden, wiens boek de kleine Johannes algemeen ge lezen is, wil niets minder dan een geheele nieuwe godsdienst invoeren, welke aller bjjval zal oogsten Merken kan men nog wel, dat hij aan de christelijke tinten de voorkeur geeft, maar hij wil er toch ruimte in hebben, zoodat heiden en Mohamedaan en Jood er genoegen mee nemen kunnen. Het ideaal, dat hem daarbij voor oogen staat, is een licntstad, waarvan de teekeningen reeds klaar zijn. Ge lijk weleer de Israëlielen opgingen naar de heilige stad, zoo zullen alle volkeren straks opgaan naar deze plaats van stille en eerbie- dige godsvereenog. Het is inderdaad merk waardig dat zulk een denkbeeld in een brein kan opkomen en nog merkwaardiger, dat iemand daarvan met groote geestdrift kan sprekeD. Hg toch heeft zoo menige illusie reeds zien breken tegen de rots der harde werke lijkheid en het blijkt, dat hij nog niets geleerd heeft. En nu weet ik wel, dat we hier te doen hebben met een man van een zeldzaam opti misme, maar wie nu eenmaal lust heeft aan dergelijke luchtkasteelen, waarom zou hij ze dan niet zoo grootsch en indrukwekkend bou wen als het maar kan. Het komt op een weinig meer of minder waarlijk niet aan. Wanneer men eenmaal onnoozel genoeg is om er aan te gelooven, moet het wel een prachtig gezicht zijn, indieu men op deze wjjze zgu idealisme weet te belichamen. Dat kinderen zoo fantasee- ren kunnen, kan er nog door, maar dat man nen, die het leven kennen, en de geschiedenis nagingen, zoo spreken, is toch eigenlijk niet verantwoordelijk. Het is mij niet ontgaan wat zjj antwoorden ter rechtvaardiging van hun ge drag, want zjj zeggen zonder een ideaal komt er heelemaal niets van terecht en als de vol keren er nu maar eens toe kwamen om het te willen benaderen, dan was er reeds veel ge wonnen. Het allerbedroevendste van al zulke utopiëa is, dat er geen rekening gehouden wordt met met den waren God, die zich dui delijk genoeg aan zjjn menschenkiaderen open baart. Anders zou men kunnen zeggen heeft iemand lust aau zulk spel, het zij hem gegund, maar nu het gepaard gaat met terzfldezettiog van den Schepper, die zegt: Mijn raad zal be staan, is het door en door bedenkelijk. Over wat er komen zal op staatkundig en sociaal gebied willen we thans het zwjjgen be waren. Het is ons echter wei duidelijk, dat zg die zoo hoopvol voor eenigen tjjd gestemd waren minder luid roepen. Maar ik zeide, dat er ook anderen zjjn, die somber gestemd zijn. Verkeerd echter is het om alles over een kam te seheren. Het is mg meermalen opgevallen dat sommigen, die steeds geklaagd hebben over slechte tjjden, zeer oud kunnen worden en daaruit leid ik af, dat ze het nog niet zoo kwaad hebben gehad. Ik wil maar zeggen, dat het ook een gewoonte kan zijn zonder d it men •r veel van gevoelt of er diep van overtuigd is. Deze laat ik op dit oogenblik buiten beschou wing en ik zou wel willen, dat hun aantal snel afnam, want zg doen in den regel nooit iets anders dan elke noodige actie verlammen. Maar overigens is er wel aauleidiog om de toekomst niet al te rooskleurig in te zien De dooe REIN OUD. Het gezin van Barend, den visscher. IV. Maar hjj was toch niet afkeerig van den godsdienst. Hg giDg trouwer ter kerk dan de meeste dorpelingen en bezocht altgd de catechi satie. Daar was de dominé altjjd zeer tevreden over hem Dat alles was toch genoeg? Genoeg? Och ja, bg Gerard wel. Van een strgd om in te gaan, wist hg niets af. Daar vroeg hg niet naar. Wedergeboorte en bekeering waren niets dan gdele klanken voor hem. Van het zoeken naar het smalle pad ten leven waarop veel kruis ons deel is, doch het einde den hemel, was geen sprake. Aeb, de hemel was zjjn hart. Alle heerlijk heid zocht hg slechts op aarde. Aan de somber heid van den dood dacht hg niet. Ea als er een sterfgeval in 't dorp hem aan de broosheid van den mensch herinnerde trachtte hg alle zwartgallige gedachten te verzetten, tig steunde alleen op zgn fatsoen, op zgn plicht-doen, op zgn braafheid. Hg geloofde dat alle3 wel te recht zou komeD, als hg eerlgk was, ieder het zgne gaf en zgn godsdienstplichten waarnam. Dat zou voor Eeltje ook wel genoeg zgn. Het gezelschap gaat ter jacht. Vrooljjk baud des Heeren is laDgen tgd uitgestrekt ge weest over de volkeren oorlog, honger en krank- ten hebben ontzacheljjk veel ellende aangericht, en nog is er onrust en woeling. Als de oor- deelen Gods op de aarde zgn, leeren de kin deren der menschen gerechtigheid. Is het merk baar, dat overheden en volken terugkeeren tot de wet en het getuigenis. Verleden week las ik, dut er nog nooit zoovelen de kerken in Moskou bezocht hadden dan tegenwoordig en ik wil het graag gelooven Het is zelfs te hopen dat het een b9gin van waarachtige bekeering is, maar ik heb geen enkele grond om het te mogen verwachten. Bij alle godsdienstzin, welke nog voorkomt in onderscheidene landen, zgn het de beginselen der revolutie, welke krachtig in 't leven der volkeren doorwerken. Velen maken er propaganda voor, alsof het welzgn van een mensch er van afhing. Daarvoor moet het oog open bg allen, die nog niet buigen voor Hem, die geweldiger is dan de bruischende rivieren, opdat zg met meer trouwen gver dan tot dus ver staau mogen onder de Banier welke de H. Geest opgericht heeft. Er is zooveel aardsch- gezindheid, zooveel laksheid, zooveel geeste lijke traagheid, zoodat men vaak den indruk krggt, dat er slechts enkelen zgn, die den ernst van deze dagen verstaan. Ontwaak gg die slaapt, en laat Christus over u lichten Bouma. VCSOK DIS JEUGD, De maand is weer om, neefjes en nichtjes. Je hebt zeker al zitten popelen van oögeduld, hé? Nu, ik ook hoor! Want als ik al die stralende gezichten zoo voor me zie, dan gaat er wat in mg om. Dan zou ik iedere week wel willen praten in de Kerkbode met jullie. Maar dat gaat nu eenmaal niet en zoo moeten jullie en ik ons tevrednn stellen met zooals het nu gaat. Eu 'tgaat best. Zoo'n beeije spanning naar wat er zal komen, mag ik wel Dat is wel eens fjjn, nietwaar. 'k Heb anders mgn portie gehad, hoor, deze keer. Wat een werk Zoo'n zestig opstellen nazien, dat is me wat, zeg En er waren groote bg, hoor. 't Verveelde mg anders geen oogen blik. 'k Heb ervan genoten, zooals jullie thuis bent in de Bjjbelsche geschiedenis. Dat is tot jullie eer gezegd. Wat een knappe familie heb ik. Om trotsch op te worden. Ja, ja, je zult je ooin nog jjdel maken. De briefjes zgn een weinig in 't gedrang ge raakt met al die drukte. Nu, dat begrjjp ik. Een van mgn neefjes schreef rag, dat zgn vingers zeer deden van 'tschrjjven. Neef, ik beklaag je. Een paar leukerds onder jullie waren erg bang voor me. Waarom Wel, omdat ik te veel werk zou hebben en dan kon ik liet zeker niet allemaal nazien Aardig, hé? Wel, wel, wat een bezorgdheid. Dank je vrien delijk, hoor! Maar deuk er om, je oom is sterk en niet bang van een beetje. Ga dus gerust je gang, lieve neef en nicht. Hoe meer hoe liever. Ik zal jullie tenminste deze keer niet te veel raadsels geven, dan kunnen jullie eens wat meer van jezelf schrjjven. Daar heb ik nog een zweetertje voor over. Zakdoeken om het af te vegen, heeft je tante nog wel voor me, die legt ze dan wel bg mgn werk, in geval van nood. Sommigen hebben haar vereerd met de groeten aan haar en dat vond ze erg leuk. Vele groeten van haar terug. Eeu van mgn neefjes zond mg zgn portret. Dat vind ik nog eens aardig. Als jullie een portretje te veel hebt, ccb, doe het dan in je brief. Dan weet ik precies, hoe jullie er uitziet en dan heb ik jullie allemaal bg me in de kamer. Ik heb nu al plezier! Nu wat anders. Eakele nichtjes hebben me gevraagd, of ze onder een sckuilnaumpje moch ten schrgven. 'k Heb er niets op tegen, als je tenminste aan ing maar je echte naam en je adres opgeeft. Dan schrgven mgn nichtjes mg maar *ens, welk naampje zg willen hebben. Ieder geeft mg dan op een bloemennaam. En de neefjes! Wel, voor hen heb ik ook wat. Die zoeken ieder voor zich den naam van een boom Dan kan ik neefjes van nichtjes onderscheiden. In den volgenden brief hoor ik dan wel van jullie, hé? Je behoeft dus niet verlegeu te zjjn met wat je mg moet schrgven. blaffen de honden. De blanke loopen der ge weren glimmen in het zonnelicht. De nevel is opgeklaard. Alleen boven de kreek hangt nog een dun waas dat echter geleidelijk opge rold wordt en verdwijnt, tot genoegen der jagers, die van een vrg uitzicht houden. Op het jacht terrein verstommen de gesprekken want elk heeft nu alleen aandacht voor het wild. Dirksen draagt een lange stok om de geschoten hazen op te hangen. Gerard draagt een tweetal groote tasschen voor het waterwild. Nu en dan blaffen de honden en dan knallen er schoten die langzaam wegsterven over het water. Nu eens wordt een eend, dan een snip of haas getroffen en de vroolgk blaffende honden dragen den buit naar hun meester, die dezen aan Gerard Dirksen overreikt. Zoo vliegt de tgd om eu moet er aan bet koffie-drinken gedacht worden. Daartoe gaan allen naar den inham der kreek, naar het schoone plekje van Barend, die deze dagen met de zjjnen geijverd heeft om het voorname gezelschap waardig te ontvangen Het is voor den jonker altgd een genot met d-n verstandigen Barend te praten en hg acht hem tienmaal meer dan de oude Van Balen in zgn kruiperige dienstwaardigheid. Want Barend toont waar- digen ijver, doch Van Balen denkt er slechts aan goed betaald te worden. Gerard moet nu zgn plan ten uitvoer brengen. Eenigszins ver ward en verstrooid komt hg bg Barend aan. Zal hg een gunstige gelegenheid hebben om Eeltje te vragen En hoe zal de afloop van het gesprek zgn? Ja, Gerard kan zgn hart uitstorten. Onge- Als je nu mgn brief leest, zal het weldra Paschen zgn. Een heerlgk feest voor ons, ook voor mgn neefjes en nichtjes, „üe Heere, is waarlijk opgestaan". Die juichtoon moet ook in jullie harten leven. De Heiland is ook voor jullie opgestaan. En Hg wil jullie allen eenmaal bg Zich hebben. Ge hebt den Heere Jezus allen lief, nietwaar Dat is Hg waard, want, o, hg heeft zooveel voor ons allen ge daan. Geen oogenblik mag je zonder Hem leven, steeds moet je bidden tot Hem. Je weet toch wel, dat Hg steeds bidt voor ons aan 's Vaders rechterband? Weet je wel, welk een voorrecht wg allen hebben, dat dit alles aan ons wordt verteld? In de kerk, op de school en thuis. Zoovele kinderen missen dat en toch is het meer waard dan al de schatten der aarde. Want nu zullen ook wg éénmaal opstaan en vraag dan aan uw Heiland of Hij ook u zoo gelukkig wil maken, dat ge deelen zult in Zgn heerlijkheid. En dat wil Eg en dat zal Hg We zouden daarover nog lang kunnen spre ken met elkaar, maar je hebt dat zoo goed in je opstel gezet, dat ik wel gerust kan zeggen mgn neefjes en nichtjes leven mee in ons heerlgk Paasch-Evangelie. En de wensch van je Oom Bram is, dat jullie je geheele leven daarin zult volharden. Eu nu nog iets. Weet je wel, wie deze maand jarig is? Wat een vraag, oom Bram, hoor ik al zeggen. Wie zou dat nu niet wetenOnze Prinses Juliana natuurlijk. Juist. En ze heeft nog wel een kroonjaar. Dat wil bg ons ia Zeeland iets zeggeD, hé? Een extra cadeautje, meisjes en jongens vragen om een gezellig feestje te vieren, want zie je, 10 jaar worden, dat is bg ons wat buitengewoons. Zou de Prinses dan ook meisjes mogen vragen Ik denk zoo bg mijzelf van wel. Ze zal ook wel heel veel cadeautjes krggen. En ook erg big zijn, want Prinses Juliana is precies een kind als jullie, hoor! Ea wg zgn big met Haar. Want als er over Oranje gesproken wordt, dan zgn we er bg Nederland is door Oranje geworden, wat het nu is. OraDje heeft ons geholpeü, altjjd. In tjjden van grooten nood en ellende. Zgn beste zonen heeft het opge offerd voor ons. Daarom klopt ons hart voor dat geliefde Huis. Daarom spreken we er altgd met eerbied en liefde over. Begrijp je nu, dat er menschen zgn, die dat vergeten zgn of liever, vergeten willen, wat de OraDje's voor ons hebben overgehad? 'tls schandelijk, héMaar onze Koningin en onze Prinses kunnen er zeker van zgn, dat wg voor hen op zullen komeD, nietwaar? Oranje Boven! Oranje Boven! Dat zullen we roepen, als de Prinses jarig is. De sjerpen om en een groote Oranjeknoop op de borst! Vanzelf! Maar we zullen nog meer doen den 30sten April. We zullen ook bidden voor ons Vorstelijk Huis en voor de Prinses. Dat het nog lang over Nederland mag regeeren, bovenal, dat ook zg Jezus zal liefhebben. Neefjes en nichtjes, je oom Bram zingt op 30 April vast het Wilhelmus en jullie doen mee Ik vond het wel aardig, om bg de raadsels deze keer er eens ééu te doen, die betrekking heeft op onze vorstelijke familie. Dat moeten jullie allemaal vinden, hoor? Ocb, och, wat zit je oom Bram op zijn praatstoel, vind je ook niet. 'k Ga er eens uit scheiden. Maar eerst zal ik je toch moeten meedeelen, nietwaar, wie een boek krggen voor het beste opstel. Ja, dat is een lastig geval voor je oom geweest. Eindelijk, na veel peinzen heb ik er eenige uitgenomen En mijn andere neefjes en nichtjes zullen daarmee wel genoegen nemeD, nietwaar Houdt maar moed Enkele nieuwe neven en nichten hebben zich weer aangemeld. Van harte welkom in ons midden. Er kunnen er nog möer bg. De kamer is nog niet volNog lang nietEu denk nu maar goed aan alles wat ik jullie medegedeeld heb. Dan boor ik wel van jullie, hé? Omdat ik geen plaats meer heb, zal ik de volgende maal eens veel aandacht aan de briefjes besteden Ziehier dan de prjjswinners 1. Leendert Uyterschout, Zwolsche weg 220, Apeldoorn ('t Loo), E. Gerdes: Uit de Duinen. merkt vei laat hg het gezelschap en zoekt Eeltje op, die alleen in de keukeu is. Met mannen moed gaat hg recht op het doel af, vertelt van zgn denken aan haar, van zgn verlangen om haar te zien, kortom, vraagt Eeltje. Het meisje is outhutst. Zg dacht bgna nooit over een engagement en allerminst aan ver- keering met een bepaald persoon. Ea nu zoo plotseling te worden gevraagd, is iets overstel pends. Het lokt haar wel aan, wat Gerard zegt. Ook mag zg Gerard wel lgdeD. Zg keut hem heel goed, zooals al de dorpelingen. Eu woont zg wat ver weg, ze komt genoeg op het dorp om ieder te kennen. Zg weet wel, dat haar vader Gerard een flinken jongen viodt, vanwien alleen maar jammer is, dat hg zich wat te veel verbeeldt. Maar dat zal met de jaren immers wel veranderen Toch kan zg zoo maar geen jazsggen. Hier moet ernstig nagedacht worden, hier is lang durig beraad noodzakelijk. Ook moet vader geraadp'eegd worden. W ant hoe zou zg ooit iets kunnen besluiten zonder vaders raad of wil. Ze deed het nimmer. Gerard vindt het heel best, dat Eeltje zjjn aanzoek wil overdenken. Meer kon hg met verlangen. Hjj is niet vlakweg afgewezeD en dat is al veel. Het andere zal wel terecht komen. Na het gebruik der koffie neemt hjj met grooter opgewektheid aan de jacht deel. Een zjjner uitgedachte plannen Eeltje te bezitten heeft goede kans verwezenlijkt te worden. Ja, was het niet het voornaamste deel van zjjn toekomst-ideaal. Al het andere moest en zou vanzelf volgen. Was hjj straks 2. Johannes Francke, Dijk 28a, Vrouwepolder. Dr. A. Kuyper: Verjaardagalbum. 3. Mien Littoojj, Heerengracht M 40, Mid delburg, Johanna BreevoortHet huis op den heuvel. 4. Maria Karman, B 111, Coljjnsplaat, C. BrouwerMaarten Luther. 1. Raadsels van Oom Bram. |e njnjpl i i i|n|n|s|e!e u g n r_ w g s d" I m d:kidjnlo|z|G|p!vla|o| Verplaats de letters in dit kruis zoodanig, dat gjj een bede ver- krjjgt voor Koningin en Prinses. S. Mijn eerste twee heeft God gegeven Hjj heeft geen lust in leed en smart. De beide laatsten zjjn van 't leven De teek'nen van een droevig hart. Doch soms ziet men hun heldren schjjn Als het eerste groot de beide voorsten zjjn. N.B. Het eerste is't tegengestelde van smart. 3. I Vul de ledige velden zóó iD, dat da middelste loodlijn de middelste horizontale en ljjn twee beroemde Israë litische tgdgenooten vermea. Voorts moeten de andere vakken ingevuld worden met: le. een bloedverwant van Abraham 2e. een goede kennis van aartsvader Jacob, met wie bg dagelgks omging; 3e. eene der Egyptische vroedvrouwen 4e. bet bovengedeelte van een berg. 4. Mérk eens op de Apostel Paulus Door des Heeren Geest geleid, Noemt in een van zjjne brieven Mjj de hoop der zaligheid. Wis acht gg 't ook raadselachtig, Dat ik duin dien en soldaat. Denk maar na, dan zult gg 't vinden 't Is geen domoor, die het raadt. En nu aan deö slag! Voorwaarts Marsch Oplossingen worden ingewacht vóór 25 April a s. Na dien datum worden geen brieven meer aangenomen. Goed begrepen Anders kan je Oom niet op tjjd klaar komen, zie je. Denk om adres, leeftijd, echte naam en scbuilnaampje. Allen een gelukkig Paaschfeest, hoor Hartelijke groeten van Oom Bram. 11 Aan Oom Bram 1 ^c- 1 p/a Firma Littoojj Olthoff, Boek- en Handelsdrukkerij, Jeugd. Middelburg. tamelijk afgetrokken, nu fluit hij lustig een deuntje, nu is hg een en al vrooljjkheid, zoo dat de jonker zgn verandering opmerkt en hem toevoegt: „Bg Birend heb ja zeker extra van de koffie gesnoept, je zgt tenminste erg monter geworden". Ja, in Gerard is het al opgewektheid. En met zekerheid schiet bg zjjn geweer af als in zgn nabijheid wild wordt opgejaagd en hg raakt het meestal zoodat hg op dezen dag de meeste vogels heeft geschoten en van allen een pluimpje ontvangt. Welgemoed gaat Gerard 's avonds ter ruste met de schoonste idealen in het hart. Anders is het bjj Eeltje. Deze dag brengt verandering in haar tot heden zoo rustig leven. Tot hiertoe was dat leven zoo vlak, en een voudig, zoo zonder bruisching, altjjd gelijk. Wel was het een heerljjk leven geweest. Wat is schooner dan de liefde die hier heerschte, dan de harmonie die noch door vader, noch door de broeders werd verstoord Alle vier hadden ze zich bejjverd voor en aan elkaar het beste te geven, en waren daarin goed geslaagd. Ea nu kwam Gerard van Balen, met zgn allergewichtigste vraag Wat hield liet beant woorden dier vraag niet in O ja, zjj kon neen zeggen? Maar mocht zjj dat? Zjj zou niet kunnen vergeteD, nimmer, de woorden die in volle waarheid emotioneel haar waren gezegd. En dan wat lachte haar volgens Gerard niet toe. Burgemeester zou hjj worden, zei hjj. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1919 | | pagina 2