Kerk- en Sehoolnlenwi. Berichten. Verantwoording van Liefdegaven. BOEKAANKONDIGING Kan een kwade boom ooit goede vruchten voortbrengen Kon uit het zaad van haat en wrok en onverschilligheid, tegen al wat Chri stelijk is, ooit een gouden, rijke oogst van zegen en vrede ontkiemen? NeeD, of wij leven onder het regiem van het kapitalisme of het socialisme de waarachtige vrede moet van binnen uit ontkiemen. En de menscb, die in harmonie met God en zich-zelf leeft, stijgt op, zoo waarachtig als tweemaal twee vier is De Christelijke arbeidersvrouw heeft ont zaggelijk veel vóór boven hare lotgenooten. Ten 1ste, omdat zij een horizon heeftwaar het voor een mensch zonder God grauwe duisternis is. Z\j is een lidmaat van Christus en dus Zijner zalving deelachtig. Zy heeft gemeenschap aan Zijn lijden, maar ook aan Zijne heerlijkheid. Dit aardsche leven is het voornaamste niet. Integendeel het is maar een klein gedeelte van haar eeuwig bestaan. Het is slechts eene korte beproeving, die ras voorbijgaat, zoo roemde eens eene doodarme moeder tegen mij. 2de. Zyj wil zich zelf als een\levend dankoffer Gode offeren. Het zoudebesef, alles verbeurd te hebben, maakt haar weinig eischend en nederig. 3de. Zij tracht met eene vrije, goede concientie ie leven. Dus verricht zij al haar werk onder Gods oog al reinigt zij haar kleeren, al schilt zij de aardappelen, al boent zy den vloer. Dus doet zij alles goed en trouw en zuinig, want er mag niets verloren gaan. Zij bedisselt haar kleine huishouden met ernst, heeft geen tijd, hare kostbare uren te verbabbelen, bij de buren te klagen. Vanzelf ryst haar leven op een hooger plan. 4de. Zij beziet haar kinderen niet als slacht offers van proletarisme, maar als panden, haar door God loebetrouwd. Dus komt er bij de na tuurlijke moederliefde het element van God- ook-in-de-opvoeding-te-dienenhaar kinderen op God te wijzen. Dat verhoogt den levenstoon. Kinderen, die een werkelijk vrome moeder zyn r\jk .geweest, plukken daarvan de vruchten, tot hee oordeel of voordeel tot hun laatste levenuur. 5. Er komt ondanks al de zorgen en al de omringende herrie rust in haar leven. De inner lijke rust straalt naar buiten, dat geeft den vermoeiden werkman een gevoel van vredige aangenaamheid. Zij heeft een God, Wien zij haar zorgen klaagt, vanzelf treft den arbeider, haar man, geen bits verwijt voor te weinig loon. 6. In het vieren van den wekelijkschen Rustdag ligt een onnoemlijke zegen Ik spreek wederom uit meeleven. Ik ken een Christelijk gezin waar de man om de drie a vier weken werken moet. Is vader weg, dan houdt het gezin nog den feestdag, al voelt ieder het gemis. Maar met hoeveel spanning en liefde wordt vader dan des avonds verbeid? Vergelijk een christelijk en een onchristelijk gezin. In 't eerste kost het wel een beelje zelfover winning, om bijna op denzelfden tijd op te staan als in de week. Want er gaan zooveel mogelijk gezinsleden naar de kerk. Maar een maal buiten, wat verheugt vader zich met zijn kinderen. Rustig hoort hij Gods Woord, dat waarlijk niet buiten zijn steer valt. Het Evan gelie is juist de troost der armen en God wil hun kracht en leven zijn. Vader rust in dien tijd naar ziel en lichaam. Thuis vindt hij later de koffie klaar, ze smaakt, al is ze een beetje slap of droezig. Kan het even, er is een koekje bij, al is het slechts goedje van een cent of acht het ons. Doet er niet toe. 't Is fees'elyk. Dan is in dien tijd het middagmaal bereid. Het beste van heel de week Men viert den dog des Heeren, ook in kost en kleeren", zegt moeder, 's Middags gaat men gezamenlijk uit, of geniet van een kopje thee. Soms gaat moeder 's morgens óók naar de kerk. Of anders 's avonds. Vader springt even handig met de kleintjes om als moeder Ik heb een opperman, met knuisten als een hamer, zijn kind wel een echoone luier aan zien spelden. En hij deed het patent. Zondagavond is het glorieuurtje van de rust. Laat er eens een harmonica huilen, of een ellendige gramafoon de buurt met zijn geluid vervullen. „Kom laten we 't raam maar toe doen," zegt de vrouw gemoedereerd. „De tobbers hebben niet anders." Zij voelt zich rijk in God. Neem nu den Zondag van een arbeidersgezin zonder God. 't Gezin slaapt lang, er is Zater dagavonds wel geen gejacht en gevlieg, om „gepoetst" te zijn voor het naar-bed-gaan, want vader heeft vergadering, of nam in de kroeg een borrelmaar zoo verstrijkt ook de halve Zondag rusteloos met poetsen en plassen. De Christenwerkman heeft uit den Bijbel voedsel voor zijn geest gehaald, (ieder volkskenner is overtuigd van de opvoedende kracht des Bijbels) de andere bleef in zijn sfeer van sjouwen en ploeteren, soms timmert hij wat of leest een platvloersche krant. Eindelijk gaat de werkman uit, moeder blijft in den rommel zitten, „'tls voor mij nooit Zondag." Al woonde er eerst begeerte in het gemoed, om eens naar buiten te gaan, die lust gaat verloren. Omdat hij of zij proletariër is Neen, omdat zij gespeend zijn aan alle hooger levensbeginsel. Zoo gaat de dag voort, deels in verveling, deels in ergernis. Neemt de arbeidersbeweging de plaats van den godsdienst in, dan ontbreekt toch de innerlijke bevrediging, de bewuste arbeider, die God niet kent. is nog ellendiger dan de onbewust voortsukkelende proletariër. Rust ontbreekt en vooral de innerlijke vrede. Zoo stuwt de Christelijke arbeidersvrouw vanzelf en onwillekeurig haar man vooruit en naar boven. Is hij het niet eens met haar, dan komt toch haar vrouwendeugd hem ten goede. Gaat hij mede met haar dan heerscht er on danks de armoede liefde en vrede in het gezin. Hij ziet er beter, gelukkiger uit dan zijn neer- geduwden kameraad, verschijnt ook knapper j in de kleeren, is door zijne ru3t helderder van geest, heeft betere manieren. In veel gevallen tijgt de man frisscher aan den arbeid en trekt 8 hij den aandacht van zijn meerderen. Hij krijgt 8 zelfrespect en dwingt achting af. Op een gegeven moment blinkt hy uit in dit of dat, en de brug tot eene betere positie is gelegd. Nu wil ik volstrekt niet beweren, dat het alleen Christelijke werklieden zijn, die carrière maken. Dat zou een domme en dwaze stelling zijn. Ook godsdienstlooze menschen gaat het vaak goed in d^ wereld. Ja, nog sterker, een christen heeft soms met nog meer tegenslag te kampen dan zij. Wat ik zeggen wil, is dit: De proletariër behoeft geen plant zonder wortel te zijn, die leeft zonder den toevoer van levens sappen. Ook in de huidige kapitalistische maat schappij leeft eene groote kern van arme luyden, saamgehokt in ongezonde straten, zonder lucht, die toch niet verschrompelen en doodgedrukt worden, maar een rijk gemoedsleven leiden. Dat zijn geen uitzonderingen. Evenmin als het in andere stonden een uitzondering is, als de mensehen Christelijk leven. De religie zet de materie niet op zij. Integen deel. Gods Woord dringt er juist op aan, dat het aardsche ernstig en getrouw worde verricht. De Heiland leerde ons evengoed bidden: Onze Vader, die in de hemelen zijtUw Naam worde geheiligd, als Geef ons heden ons dagelijksch brood. De Christelijke arbeidersvrouw heeft dit vóór boven hare lotgenooten, die den zegen van den godsdienst derven zjj weet en voelt, dat de godzaligheid een groot gewin is, met vergenoe ging, 1 Timotheus 6 vers6:„Want wij hebben niets in de wereld gebrachthet is openbaar, dat wij ook niet iets daaruit kunnen dragen, maar als wy voedsel en deksel hebben, wy zullen daarmede vergenoegd zijn." Eens beklaagde ik eene arme proletariërs vrouw over hare groote zorgen, 'k Was toen nog een jong meisje. Wat was haar antwoord „Kind, je weet niet, hoe nuttig het me was ik weet vernederd te worden, ik weet ook overvloed te hebben, alleszins en in alles ben ik onderwezen, beide verzadigd te zyn en hon ger te lijden, ik vermag alle dingen door Christus, die mij kracht geeft." Filippensen 4: 12—13. Dat vrouwtje had zeventien kiuderen gehad en heel haar leven steeg het weekloon van haar man niet boven de negen gulden in de week. V Christus, die om onzentwille is arm gewor den en nu leeft in eeuwigheid, om voor Zijn volk te bidden en hen eenmaal tot zich te nemen in koninklijke heerlijkheid, met lezen Koning in geestelijke gemeenschap te staan, dat heeft de Christelijke arbeidersvrouw vóór op hare lotgenooten, die den zegen van den godsdienst derven. Ik heb nog nooit gezien den rechtvaardige verlaten, zijn zaad zoekende brood." Johanna Breevoort. BEROEPEN te SliedrechtA. Schippers te Doesburg te Haarlem R. E. van Arkel te Soest te DrachtenK. v. Anken te Pernis. BEDANKT voor Willemstad E. J. v. Voorst te Driewe gen c. a. voor Hylaard H. Brinkman te Glanerbrug voor Heinkenszand H. Brouwt-r te Schoondijke voor HoofddorpK. v. Anken te Pernis voor Werkendam (A)A. Andree te Schoon hoven. Afscheid van Knijpe ds. D. v. Dijk met Psalm 138 8c. De Midd. Crt. meldt„Op Walcheren wordt, behalve door de openbare onderwijzers, ook door de Christel, onderwijzers een salaris actie gevoerd. De afdeelingen „Walcheren" van de vereeniging van Christel onderwijzers en die van de Unie hebben samen een circu laire gezonden tot alle schoolbesturen met verzoek om salarisverbetering der onderwijzers. Het resultaat is „dat geen enkel bestuur aan de ge noemde afdeelingen op de circulaire antwoordde' 't Is haast niet te gelooven, dit berichtje. Wij verwachten dan ook tegenspraak. Ons dunkt, dat de schoolbesturen te goed weten, dat er nood heerscht bij onze onderwijzers, om zoo te handelen. Afscheid van Donkerbroek ds. J de Waard met Hoogl. 4 16. De Deputaten voor de correspondentie met de Hooge Overheid, die namens de Geref. kerken met afgevaardigden van de Protest. Christ, kerken in ons vaderland in overleg hadden te treden over een gemeenschappelijk te houden ure der verootmoediging en des ge- beds, hebben aan de kerken bericht, dat over eengekomen is de morgengodsdienstoefening van Zondag 7 Oct. a s. daartoe te bestemmen. Ds. L. Aalders, geestelijk verzorger op de stichting „Vrederust", is ongesteld. Daar hy waarschijnlijk gedurende langen tyd zyn werk niet zal kunnen verrichten, wendt men pogin gen aan, om hem ty del ijk te doen vervangen door een theologisch candidaat. Onwillekeurig vraagt men zich af, of een candidaat tot dit veeleischende werk in staat zal zyn. De heer D. J. Couvee beroepen pred. te Ridderkerk is toegelaten door de classe Baren- drecht tot de bediening des Woords en der Sacramenten. Ds. A v. Dijken te Overtoom hield naar aanleiding van zyn 25-jarig ambstjubileum een rede over 1 Cor. 15 10. De lessen aan de Theol. School te Kam pen werden door Prof. Hoekstra geopend met een rede over„Verstand en Intuïtie". Heinkenszand. Van den WelEerw. heer ds. H. Brouwer H.Mz. te Schoondijke ontvingen wij het teleurstellend bericht dat Z.Eerw. heeft gemeend voor de roeping naar deze gemeente te moeten bedanken. Bekrone de Heere dit besluit met Zijnen zegen en geve Hy ons spoe dig den man Zijns raads. Namens den Kerkeraad, L. van Vessem, Scriba. Borssele, 30 October 1917. Zondagnamiddag 30 Sept. maakte onze geachte leeraar ds. van Voorst de gemeente bekend, dat hij voor de roeping naar Willemstad had bedankt. Dat des Heeren zegen over dit voor ons ver blijdend besluit moge rusten, is de wensch van kerkeraad en gemeente. Namens den Kerkeraad. P. Fraanjk, scriba. Aan de Kerkeraden in de Classis Middelburg. De Kerkeraden van Middelburg en Oost- en West-Souburg, daartoe door classisbesluit aan gewezen, noodigen de kerken in de classis Middelburg uit, mede te helpen aan de appro batie der beroeping van ds. A. Scheele te Veere naar Kapelle-Biezelinge, op Maandag ]5 Oc tober a.s., des avonds te 7 ure in de Consistorie der Geref. kerk te O. en W. Souburg. Namens den kerkeraad te Souburg, J. Sturm, Scriba. Souburg, 5 October 1917. CLASSIS MIDDELBURG. De kerkeraad der Geref. kerk van Gapinge roept de kerken der classis bijeen ter vergade ring op Woensdag den 14 November 19'7. Stukken voor 't agendum worden ingewacht tot 20 October a.s. bij den scriba. Namens de roepende kerk, J. K. Veehulst, Praeses. J. Louwerse Wz., Scriba. Gapinge, 3 October 1917. Driewegen4 Oct. '17. Zondagmorgen moch ten wy tot onze blijdschap definitief van onzen leeraar ds. van Voorst vernemen, dat hy na ernstig beraad vrijmoedigheid had gevonden voor het beroep naar Willemstad te bedanken- De Heere stelle hem bereids tot zegen in Zijn werk onder ons en vervulle onze harten met dankbaarheid. Namens den Kerkeraad. J. de Muijnck, Scriba. In dank ontvangen van eene zuster der ge meente f 50 voor de kerk en f 50 voor de armen. C. J. Hondius, Penningm. Zending. Ontvangen voor kerkbouw Magelang f250 van de Classis Middelburg en f 31,30 van ds. H. Brouwer te Schoondijke, opbrengst Zen- diugsrede te Zaamslag. C. J. Hondius, Penningm. Jakob, de Gansteling Gods, door Idsardi. Uitgave van de Vereeniging tot be vordering van Christelijke Lectuur. Kampen. J. H. Kok. 1917. Dit tweede boek van V. C. L. hebben we voor een groot deel met belangstelling en stich ting gelezen. Idsardi levert niet alleen Schetsen uit het Friesche dorpsleven, maar ook omge werkte bijbellezingen. Het boek over Abraham, de pelgrim Gods viel een goede ontvangst te beurt. Ons lijkt Jakob nog beter bewerkt. Er staan vele praktische opmerkingen in, die goeden stuur kunnen geven aan het geloofs leven. Bijv. blz. 223 over de erfenis: „Hier geeft Jakob een zeer beschamend voorbeeld aan vele belijders (zie Gen. 32 5) Hoe menig maal gebeurt het niet, dat om een erfenis of een deel daarvan de familieband verbroken wordt. Omdat de een by den ander meent ten achter gesteld te worden, 't Ging wellicht maar om eene kleinigheid, een enkel souvenir, of ook het ging om klinkende munt waarvan men in de kerk zoo vroom kon zingen: „Goud en zilver is als slijk", maar toen het op den dag der boedelscheiding om het hebben en het houden te doen was, kwam er zulk eene ver wijdering tusschen de harten, dat voor altyd de gemeenschap verbroken werd". Idsardi kent het leven, ziet zijn kwalen en biedt als arts met het goede medicyn uit Gods Woord. Vele treffende staaltjes zouden we uit Jakob kunnen aanhalen. Doch men leze het boek, dat verdient in al onze gezinnen binnen te komen. Goede winterlectuur. 'n Flauwigheid als op blz. 255 over de stomme „e" achter het woord „Heer* ontsiert dit ove rigens mooie boek. Dat is een stokpaardje van sommige derderangs-theologen. Prys voor niet- leden f 1,90 ingenaaid, f 2,50 gebonden. Lather. Herinneringen by het vierde Eeuwfeest der Kerkhervorming door H. A. van dee Mast. V. C. L. 3e boek. Kampen, J. H. Kok. Afzonderlijk f 1,20 ingen. f 1,70 geb. De schrijver, die reeds bekend is door zyn handboekjes over Kerkgeschiedenis en Vader- landsche geschiedenis, heeft in deze levensbe schrijving van den grooten Hervormer zyn naam gehandhaafd. Het boekje leest prettig en geeft nauwkeurig de voornaamste gebeur tenissen uit Luthers levenzijn jeugd, als monnik, openbaar optreden, te Rome, te Wit tenberg, bij den aanvang der Hevorming, voor den Rijksdag te Worms, op den Wartburg, terug in het strijdperk Luthers arbeid en stryd, Luthers huiselijk leven zyn denkbeel den over opvoeding en onderwijs Luther als dichteren tenslotteLuthers dood. Een zeer geschikt boekje, maar niet vooral te jeugdigen bestemd, meer voor de rijpere jeugd. Het uiterlijk is ook aantrekkelijk. Het plaatje Luther met den doctorshoed" zou ons nu niet aanstonds aan den Hervormer doen denken. Een ander beeld leeft in de harten van 't volk. Stemmen des Tflds. Afl. 10—11. Aug Sept. 1917, Utrecht, G. J. A. Ruus. Een prachtaflevering van 282 bladz. met recht een Reformatie-nummer genoemd, dat een 7 tal studies levert van superieure waarde. Dr. Pont geeft een schets van dr. Maarten Luther, en toont aan dat het niet juist is van de „duistere" middeleeuwen te spreken, aangezien die ook in vele opzichten eene voorbereiding voor de Hervorming boden. De zielsworsteling van Luther wordt treffend juist uitgebeeld. Dr. H. II. Kuijper beschrijft „de Reformatie in Neder land", waarin hy aantoont dat er van eene oorspronkelijke, zelfstandige, echt-Nederland- sche reformatie niet kan gesproken worden. We hebben haar te danken aan invloeden van buiten, die op ons volksleven hebben inge werkt aan Luther danken we den stoot, aan een Pool de organisatie onzer Kerk; aan Bul- linger de stichting van het volk door zyn „Huysboeck", aan Calvijn de leiding in bet kerkelijke leven. Het Calvinisme oefende over wegenden invloed. Dr. A. Eekhof beschrijft in een derde artikel „de Reformatie in de verschillende landen", kiest positie tegenover Roomsche en Socialistische historiebeschou wingen. Duidelijk wordt het karakteristieke onderscheid geteekend in de verschillende lauden tusschen de Luthersche en de Gerefor meerde reformatie. Dan volgen opstellen over de Reformatie en de cultuur door Prof. Aalders, de Ref. en do staatkunde door dr. J. Th. de Visser, de Ref'. en het economisch leven door prof. Diepenhorst, en de Ref. en de toekomst door Prof. Slote- maker de Bruine. Ieder dezer hoogleeraren bood op zyn speciaal terrein een keurig artikel. De beschouwingen zyn verscheiden. Tojh levert het geheel een kyk op de beteekenis der Her vorming, gelijk we dien tot nog toe uit andere geschriften niet ontvingen. De uitgever deed goed met deze aflevering van waarde ook afzon derlijk verkrijgbaar te stellen. De Apocriefe Boeken. Afl 6-8. Compleet f 2,40 ingenaaid, f 3,10 ge bonden. Werd oorspronkelijk op 9 afleveringen ge rekend, 't gehe l beslaat er slechts 8; do prys is ook lager. De uitgave is uitnemend ver zorgd. Ieder kan nu weer kennis nemen van den inhoud dier boeken welke in oude bijbels nog wel werden afgedrukt, maar in de nieuwere niet meer. Kerkhof. Ik zal handhaven. Naar het Engelscli van Majorie Bowen (Gabrielle vere Cambell), Lid der Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde door M. F. de Bas. Zesde druk. Je Maintendrai, wapenspreuk aau het Huis van Oranje-Nassau. Uitgave van D. A. Daahen te 's Gravenhage. Het bevreemdt niet, dat er van dit werk reeds een zesde druk noodig is, want het vond dadelijk een gunstig onthaal by velen. Het handelt over het tydvak van onze vaderland- sche historie, dat voor ons volk zoo droevig was, en dat ons land tot den ondergang scheen te zullen brengen. Het begint met ons de idealen van Joan de Witt te teekenen en het eindigt met Willem van Oranje, welke in het hachelykste oogenblik tot stadhouder werd uitgeroepen en die den moed niet opgaf, al zag het er nog zoo donker uit. De schrijfster is zeer thuis in onze historie en verstaat de kunst om wat er destijds in de harten en hoofden van velen omging zoo te beschrijven, dat wie eenmaal begint te lezen bezwaarlijk kan op houden. Het boek bestaat uit drie gedeelten en is vol handeling. Alle eentoonigheid ontbreekt er en de personen welke zy opvosrt, leven en boezemen belangstelling in. Voor den een ge voelt men sympathie en voor den ander het tegenovergestelde, maar welken indruk zy ook makeD, we leveu met hen mede en oude her inneringen uit onze geschiedenis worden ver levendigd. Thans is dat werk uitgegeven in klein, han dig formaai en iu een heel aardigen band ge vat. De druk is ofschoon natuurlijk ook kleiner goed helder. Het Christendom in Woord en Beeld, door D. B. Rogge, bewerkt door Prof. dr. H. M. van Nes. Uitgave van J. M. Bredée's Boekhandel en Uitgevers-Maat schappij te Rotterdam. Deze aflevering geeft eerst de voortzettiug van het artikelDe Katholieke kerk na de eeuw der Hervorming en ge-ft daarna het be gin van een ander „Piëtisme en Verlichliug". Het is een genot om zulke bladzijden te lezen, want het papier is zoo goed, de letter zoo helder en de inhoud zoo leerzaam. In deze aflevering komt een plaat voor, die voorstelt den val van Babel welke zoo'n fijne teekening aanbiedt. Zy geeft de gedachte der H. Schrift over deze ingrijpende gebeurtenis zoo aanschouwelijk weer, dat ge genoopt wordt nog eens op de onderscheidene bizonderheden te letten. Voorts vindt men er nog de portret ten van Gellert, Lavater, Gottfried, Arnold, Pascol Hamann, Arndt, Lsibnitz, Francke, Zinzendorf en Spangenberg. Hier is het nuttige met het sohoone ver- eenigd. Bouma,

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1917 | | pagina 2