Een geheel nieuwe
zending Parapluies,
in alle modellen en prijzen
aangekomen. lederen dag
voortzetting opruiming Pa
rasols aan spotprijzen bü
Noordstraat bü het Post
kantoor Middelburg.
„Het vrouwen-kiesrecht voor
Gods Woord."
Ke?k- Schooliilenwi,
Ofildëale Berichten.
Verantwoording van Liefdegaven.
INGEZONDEN STUKKEN.
Zoiidagirnst.
Idvsrtonflëss.
PIETERNELLA WISSE,
Pieter Cornell's Boone Pz.,
Waarom laat hy liet aan een zijner gemeen
teleden over een gravamen in te dienen
Waarom doet hij het zelf niet?
De Heere geve, dat spoedig onze kerkelijke
atmosfeer gezuiverd worde.
Eu dat wy ds. Netelenbos behouden mogen.
Maar met de erkentenis van zijnentwege te
hebben gedwaald.
Het boetekleed ontsiert niet.
In de „Geref. Kerkbode voor Drente en
Overysel," geeft ds. W H. Gispen Jr van
Zwolle week aan week beschouwingen over
de zaak-Netelenbos, onder den titel „Hoor en
Wederhoor."
De vorige week stond daarin o.a. het vol
gende te lezen
Nu z\jn er wel menschen die „maling" heb
ben aan de „juristerij," en zich misschien ook
niet bekommeren om de Kerkenorde. Ze wanen
zich er boven verheven. Ze zijn te ruim en te
vrij om zich aan dergelijke ordeningen voor
het kerkelijke leven te binden. Maar eigenaardig
is het, dat zulke „vrije" geesten op een ander
oogenblik, op een andere wijze tegen de Ker
kenorde handelend anderen in hun vrijheid op
zeer willekeurige wijze willen beperken.
Zijn we wel ingelicht, dan moet ds. Netelen
bos, toen te Middelburg nog een A-, B- en C-
gemeente bestonden, een aantal lidmaten van
zijn eigene gemeente, die niet meer zjjn predi
king wenschten te volgen en bij A en B kerk
ten, hebben willen schrappen als leden, zoodat
de classis tusschenbeiden heeft moeten komen
om dit kerkelijk onrecht te keeren.
Maar voor zichzelf eischt men het recht op
om ongestoord en vrij eene godsdienstoefening
te leiden in de Herv. kerk tegenover de Geref.
kerk ter plaatse
II.
De tweede bewijsgrond, waarop de bepleite
meening rusten zou, werd gezocht in hetgeen
de apostel Paulus aan de kerken van Galatië
schreef.
In Gal. 3: 28 lezen we toch„Daarin is nog
Jood noch Griek, daarin is noch dienstbare
noch vrije, daarin is geen man en vrouw, want
gij allen zijt één in Christus Jezus." Hieruit
nu waande men te kunnen afleiden, dat op
staatkundig terrein, waar het de toekenning
van politieke rechten gold, de vrouw niet
langer bij den man behoefde achter te staan,
uit welken hoofde derhalve ook aan de vrouw
ten onzent, evenals aan den man, het Kiesrecht
voor de Staten-Generaal behoorde te worden
toegekend.
Waarvan handelt hier de apostel? Van het
naar buiten tredende leven Stellig niet. Er
wordt hier uitsluitend gesproken van den band
tusschen de verloste ziel en den Verlosser. Nu,
in dit verband, spreekt 't vanzelf, dat er van
aardsche onderscheidingen geen de minste
sprake komt. Of ge arm of rjjk zijt, doet er
dan niet toe. Zoowel de arme als de rijke wordt
door het geloof, uit wedergeboorte opkomend,
lid van het geestelijk Lichaam, waarvan Chris
tus het Hoofd is. Evenmin maakt het ten deze
verschil, of er sprake is van een kindekeinde
wieg, dan wel van een grijsaard of hoogbejaarde
vrouw. En juist zoo valt ten deze ook alle
onderscheid weg tusschen een geloovige dienst
bode en een man van hooge wetenschap. Hier
iu deze aardsche bedeeling, hebben alle deze
onderscheidingen haar afdoende beteekenis,
maar in het eeuwig Koninkrijk valt dit alles
weg. En niet of ge man of vrouw zijt, arm of
rijk, geleerd of ongeleerd, maar eeniglijk of
ge kind van God zjjt, beslist hier.
Dit beaamt uiteraard elk geloovigemaar
wat ter wereld heeft dit nu in dit aarsche po
litieke leven met het Kiesrecht uitstaande.
Vanzelf niets hoegenaamd, en zelfs is het in
hooge mate bedenkelijk, het ook maar zijdelings
daaraan te willen verbinden. Dit toch leidt er
van zelf toe, om ook op allerlei ander terrein
het onderscheid tusschen arm en rijk, geleerd
en ongeleerd, laag of hoog van positie te doen
wegvallen, en eer men er op denkt, bij de
Anabaptisten uit te komen, die er steeds op uit
waren, om de verhoudingen van het Koninkrijk
Gods reeds in het aardsche koninkrijktot gelding
te willen brengen.
Vraagt ge nu daarentegen aan dien zelfden
Paulus of hij zulk een toepassing van de een
heid in Christus op het aardsche leven toelaat,
dan komt juist Paulus tegen alle pogen van
dien aard, niet het minst wat de gelijkheid
tusschen man en vrouw betreft, zoo kras mogelijk
op. Naar Corinthe schreef hij (zie 1 Cor. 14
34)„Dat uwe vrouwen in de gemeente zwijgen,
want het is haar niet toegelaten te spreken,
maar bevolen onderworpen te zijn". Zoo ook
heet het in 1 Tim. 2 11„Een vrouw late
zich leeren in stilheid, in alle onderdanigheid,
maar ik laat aan de vrouw niet toe, dat ze
leere, maar wel dat zij in stilheid zij". Vandaar
de zoo besliste uitspraak, dat de vrouw aan
den man onderdanig moet zijn, want de man
(in het huwelijk) is het hoofd der vrouw". Is
het nu alzoo zelfs in het kerkelijk en in het
huwelijksleven, hoe zou dan ooit de uitspraak
van Gal. 3:2S op het publieke leven, en met
name zelfs bij het Kiesrecht, kunnen doorgaan
Wat zelfs^ in huis en hof, in de kerk en onder
de geloovigen ten stelligste is uitgesloten, t.w.
de gelijkstelling in conditie en rechten tusschen
vrouw en man, hoe zou dit ooit anders dan in
volstrekte tegenspraak met het apostolisch ge
tuigenis, op het publieke leven in den Staat
zijn toe te passen.
En niet anders staat het ten slotte met het
beroep op Genesis 127, in de Eerste Kamer
als „een prachtplaats" geprezen, waaruit op
geheel afdoende wijze blijken zou, hoe elk
terugdringen van de vrouw binnen de grenzen
van haar eigen leven, en het haar ontzeggen
van staatsrechtelijke macht, met de Heilige
Schrift in openbaren strijd is.
Over dit beweren vooral kunnen we kort
zijn. In de beide eerste hoofdstukken van Gene
sis vinden we tweeërlei bericht over de origine
van den mensch in zijn geslachtelijke onder
scheiding. In Gen. 127 komt ons zonder eenige
andere onderscheiding het bericht toe, dat God
de mensch schiep, man en vrouw, naar zijn
heilig Goddelijk beeld. Hier staat ge derhalve
voor de uitkomst van het gansche Scheppings
proces. Een generale, bijzondere samentrekking
voor wat de schepping van den menschaangaat
juist zooals we in Gen. 2:1, 2 de samentrek
king vinden voor heel de Schepping
Daar toch staat: „Alzoo zjjn volbracht de
hemel en de aarde en al hun heir, en als nu
God op den zevenden dag volbracht had zijn
werk dat hij gemaakt had, zoo heeft hij op
den zevenden dag gerust van al zijn werk dat
hij volbraht had". Eerst was onderscheidenlijk
de Scheppingsorde van de zes dagen vermeld,
en daarop volgde deze conclusie.
Ten opzichte van den mensch nu ging het
omgekeerd. Ten opzichte van den mensch wordt
eerst het algeheele resultaat in Gen. 1 27 be
richt, en daarna in Gen. 221 v.v. de speciale
volgorde opgegeven, waarin zich de schepping
van den mensch, in de duïteit van man en
vrouw, voleindde Die in Adam eerst als be-
slotene vrouw ontvangt nu een zelfstandig, doch
andersoortig bestaan dan de man erlangde.
Eva zou Adam ter hulpe zijn. In onderling
verband zijn Gen. 127 en Gen. 2 21 v.v. dan
ook metterdaad prachtplaatsen, alleen maar,
met geen letter of syllabe bieden ze ook maar
eenige aanwijzing, dat aan de vrouw staatkun
dige rechten op gelijken voet als aan den man
zouden zijn toe te kennen Er staat niets van,
en er staat niets in, waaruit dit zou zijn af te
leiden.
In Israel heerschte algemeen stemrecht voor
de groote volksvergadering want ieder manlijk
Israëliet was er rechtens lid van. Alle vrouwen
daarentegen waren van dit politieke recht ten
eenenmale uitgesloten. Matig was de ook poli
tieke heerschappij van de priesterorde uit de
Levieten, maar ook hierbij is van een vrouw
als priesteresse geen oogenblik sprake. Aan
de vrouw was een zeldzaam hooge eereplaats
naast, en ten deele zelfs tegenover, den man
toegewezen, doch altoos zoo, dat de man het
hoofd en de vrouw zijn hulpe was. Wending
kwam in deze verhouding eeniglijk bij het
sterven van den man, als gezinshoofd, zoo hij
een weduwe achterliet. Dan toch werd die
weduwe gezinshoofd en giDg van haar gezag
uit. En zelfs bij het leven van haar man was
er bij de vrouw reeds gezagsuitoefening, mits
dan over de kinderen in het gezin en over
de dienstbaren. Zelfs kon zulk gezag voor
de jonge kinderen reeds op een dienstmaagd
worden overgedragen. Toch is het opmerkelijk,
dat zelfs bij het Kindeke Jezus, als Herodes
zijn dood zoekt, niet de moeder, maar Jozef
door den Engel bezocht en ge'ast wordt, om
naar Egypte te vluchten. Zie 't in Matth.
120 v.v.
De vrouw had een eigen voortreffelijkheid,
die de man miste, en bij geen volk is die eigen
levenskant van de vrouw kostelijker uitgekomen
dan b\j de vrouw in Israel; maar die kant was
niet de politieke kant van het Staatsleven, en
h\j raakt in niets aan het Kiesrecht.
{De Standaard).
TWEETAL
te De Krim C. J. v. d. Boom te Uithuizer-
meeden
T. L. Kroes te Coevorden
te Koudekerk a.d. Ryn R. Hummelen te Hee
renveen
P. Nomes te Fijnaart
te BolnesK. J. Kapteijn te Giessendam
Dr. J. G. Ubbink te Monnikendam.
BEROEPEN
te OldehoveU. Ubbens te Enumatil
te WillemstadD. J. Couvée cand. te Rotter
dam
te 's-HertogenboschB. v. d. Werf te
Dokkum (A)
te Leidschendam D. J Couvée cand. te Rotter
dam
te 's-Gravenland E. J. v. Voorst te Driewegen;
te O. en N. BildtzijlJ Gootjes te Eugwierum
te Koudekerk a.d. Rijn R. Hummelen te Hee
renveen.
AANGENOMEN
naar BerkelJ. H. Telkamp te Ter Aar
naar Uithuizen: D. v. Dijk te Knijpe
naar Ulrum E. v. d. Laan te Onstwedde.
BEDANKT
voor Hijlaard J. de Waard te Donkerbroek;
voor BeetgumH. Popma te Oudega.
Dankbaar, maar niet voldaan. De ver
slaggever van De Standaard inzake de N.C.S.V.
is zoo vriendelijk geweest te antwoorden op
onze twee bezwaren, de vorige week geuit.
Van de lezing van Prof. Kohnstamm over
„De hedendaagsche mensch en de kerk" be
weert hij, dat niet een breeder verslag gepu
bliceerd kon worden, en de discussie droeg
herhaaldelijk zulk een zuiver persoonlijk karak
ter, dat 't niet wenschelijk was dit te publi-
ceeren. Wij kunnen naar zjjn schrijven echter
gerust zijn, daar de Gereformeerden hun be
ginsel zuiver poneerden, en verschillende de
baters erkenden, dat de Gereformeerden alleen
een echt kerkbegrip hadden. Vooral deze laatste
opmerking verheugt ons.
Minder tevreden zjjn wij over 't antwoord op
onze tweede bedenking. De verslaggever be
richt ons dat, naar hij weet, geen enkele Ge
reformeerde naar de naastbijzijndo Geref. kerk
geweest is (pl.m. 5 K.M. afstand), en dus allen
wel geweest zullen zijn bij de godsdienstoefe
ning, door dr. Harrenstein geleid. Waarom zij
niet naar de kerk gingen, zegt hy niet„by
een oordeel daarover dient men wel in aan
merking te nemen en te kennen het milieu,
waarin men op dergelijke conferenties geplaatst
is, de stemming en de verhoudingen onderling
van deelnemers aan de conferentie". Indien
echter het milieu, de stemming en de verhou
dingen zoodanig zijn dat het kerkbezoek er
door wordt tegengehouden, is o.i. de N. C. S.
V. geoordeeld.
Opmerkelijk is voorzeker het berichtje in
De Standaarddat men overweegt voor de
Gereformeerden in de N. C. S. V. een aparte
conferentie te beleggen. Wellicht dat dit de
eerste stap wordt van een breken met de N.
C. S. V.
De jonge kerk van Velseroord overweegt
de mogelijkheid een predikant te beroepen.
De Kerken en de vrede. Zooals wy reeds
mededeelden, benoemde de syn. commissie der
Ned. Herv. Kerk een commissie, bestaande uit
Prof. dr. S. D. van Veen, ds. K. Timmers en
ds. A. A. Cremer Rzn., om „het initiatief te
willen nemen tot een getuigenis tegen het ge
weld van den huidigen wereldoorlog."
Op 3 Juli j.l. waren byna alle protestantsche
kerken en kerkgroepen tegenwoordig en van
den hoogeerw. bisschop der R.-K. Kerk was een
zeer sympathiek schrijven ontvangen, waardoor
het zeker is, dat de R.-K. Kerk ook van haar
kant alles zal doen om in haar breede kringen
met de Protestantsche Kerken een zelfde doel
na te jagen.
Nader verneemt het Utr. Dbl. dat Woensdag
de commissie van redactie voor bedoeld wereld
adres aan de Protestantsche Kerken in het
dienstgebouw der Ned. Herv. Gem. te Utrecht
vergaderde. Deze commissie bestaat uit de
heeren Prof. dr. Van Veen, Prof. dr. Bavinck,
ds. Hooykaas van Amersfoort, Mr. dr. Schok
king van Leiden en G. Renkema Ezn., van
Utrecht.
Op een a.s. Maandag te houden vergadering
zal het adres worden vastgesteld. (Stand
Jachin. De 43ste algemeene vergadering
van de Geref. Zondagssehoolvereen. „Jachin"
wordt Woensdag 25 Juli gehouden in het
gebouw „Irene", Keistraat 2 te Utrecht.
Aan de orde is o.a. de verkiezing van twee
bestuursleden en van twee secundi, daar de h.h.
D. Mulder en P. Koster periodiek aftreden.
De heer H. Scholtens Kz. directeur eener
Geref. Kweekschool van Onderwijzers te Rotter
dam, zal spreken over „Jan Ligthart en de
Zondagsschool", volgens de volgende leidende
gedachten
a. In Ligthart heeft de persoonlijkheid ge
tracht. het beginsel op zy te zetten.
b. In den Zondagsschoolonderwijzer moet de
persoonlijkheid het beginsel dienen.
c. Het tegenovergestelde streven zou onze
leerlingen tot ons en niet tot den Heiland
brengen en onze persoonlijkheid een beletsel
doen worden voor hun behoud.
ZENDINGSDAG Woensdag 25 Juli a.s-
des namiddag* te lVs ure op de weide
van den Eerzamen De Buck onder
Koudekerks.
Orde der Sprekers.
1. Opening door ds. G. F. Kerkhof.
2. Ds. S. Groeneveld, van Terneuzen
„De Zending en de Oorlog".
3. Ds. D. Sikkel van Klundert
„Komt het Koninkrijk?"
4. Ds. W. W. Meynen, van Dordrecht
„Het voorbeeld van den Meester".
5. Sluiting.
Cantine in eigen beheer.
Bergplaats voor fietsen.
Muziek van het chr. Fanfarecorps te Middel
burg.
Toegangs bewys (tevens programma) a 15
cent voor 1 volwassene of voor 2 kinderen.
De Commissie tot regeling van
den Zendingsdag.
De Plaatsencommissie houdt zitting Dins
dag 24 Juli a.s. des avonds van 89 uur in
de consistorie der Noorderkerk (boven).
Kegeling Vacatuurbeurten in de classis
Middelburg.
GAPINGE.
7 Oct. '17 ds. Warmenhoven.
28 Oct. ds. Scheele.
18 Nov. ds. Toebes.
19 Dec. ds. Wolf.
30 Dec. ds. v.d. Ende.
KOUDEKERKE.
10 Sept. ds. de Kruyter.
14 Oct. ds. Wolf.
11 Nov. ds. Runia.
GRIJPSKERKE.
16 Sept. ds. Veen.
21 Oct. ds. Netelenbos.
18 Nov. ds. v. Schelven.
VLISSINGEN.
2 Sept. ds. Bouma.
7 Oct. ds. Kerkhof.
4 Nov. ds. Wielenga.
DOMBURG.
11 Nov. ds. de Kruyter.
9 Dec. ds. Bouma.
AARDENBURG.
Aug. ds. v.d. Ende.
Namens voorn. cl.
K. Veen, Dep.
Kerkbouw te Magelang.
Met hartelyken dank bericht ik de gift van
1, van J. K. te Poortvliet en van de Zen-
dingsvereeniging te Oostkapelle f 10,
J. D. WrELENGA.
In dank ontvangen door ds. Wolf van
de Zendings-Commissie te Vrouwepolder de
som van f 5.
Ds. Bouma.
{Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Hooggeachte Redactie
Uit het zwijgen van den broeder, dien ik,
door middel van Uw blad, vóór 14 dagen
vraagde het bewys te leveren, dat myn Vader,
ds. A. Littooy, te Arnemuiden eene godsdienst
oefening heeft geleid in de Herv. Kerk tegen
over de Geref. Kerk daar ter plaatse, mag
geconstateerd worden, dat hy zulks niet kan
bewijzen. Uit de aanteekeningen door myn
Vader nagelaten, blykt er dan ook niets van.
In vriendelijke overweging geef ik onzen
broeder voortaan voorzichtiger te zjjn, vooral ten
opzichte van personen. Ik vertrouw dan ook
van hem, dat hy als eerljjk man deze woorden,
ter plaatse waar hy ze uitte, zal intrekken.
Met vriendeljjken dank, hooggeachte Redac
tie, voor de plaatsing dezer regelen,
Uw dw. br.
A. D. Littooij Az.
Middelburg, 1G Juli 1917.
Voor a s. Zondag is de volgende
apotheek opengesteld
Te MIDDELBURG die van don heer
G. K. A. Nonliebel.
Te Vlissingen die van den heer G.
C. Baert.
Heden overleed zacht en kalm,
na een smartelijk doch geduldig
lyden, tot ons aller diepe droefheid
mijne onvergetelijke Echtgenoote
en myner kinderen zorgdragende
Moeder
in den ouderdom van 50 jaar en
byna 9 maanden. Allen die haar
gekend hebben zullen beseffen wat
wy in haar verliezen. Geve de Heere
ons genade om in Zyn ondoorgron-
delyken wil te berusten.
JAN HUIJSMAN Az.
en Kindeeen.
Grypskerke, 17 Juli 1917.
Heden overleed na eene ernstige
ongesteldheid, tot diepe droefheid
van my, myne wederzydsche Ouders,
Broeders, Zusters en verdere Fa
milie, myn innig geliefde Echtgenoot
in den ouderdom van 34 jaar en
ruim 5 maanden, my nalatende 2
kinderen te jong om hun zwaar
verlies te beseften. De Heere die
geen rekenschap geeft van Zijne
daden doe ons in Zynen heiligen
wil berusten.
Uit aller naam,
Wed. P. C. BOONE—Mesu.
Arnemuiden, 19 Juli 1917.
Deze strekt tot eenige en alge
meene kennisgeving.
Voor de talrijke blijken van deelneming
ontvangen bij de ziekte en het overlijden
van onzen geliefden Vader, Behuwd-
Groot- en Overgrootvader,
ABRAHAM GOEDBLOED,
betuigen wy onzen innigen dank.
Namens de familie
JAC. GOEDBLOED.
Gapinge, 20 Juli 1917.