UIT I>E PERS. Gemengde huwelijken. Kerk- en Sehoolnieuw* Offidëüle Berichten. Gereformeerde Kerk van Middelburg C Verantwoording van Liefdegaven. Kerkbouw Magelang. INGEZONDEN STUKKEN. In verband met bovenstaand onderwerp beeft men my een vraag gedaan, waarop ik gaarne heel duidelijk het antwoord wil trachten te geven. Men heeft my gevraagd, of er in een huwelijk tusscken een geloovige en een niet-geloovige sids-gemeenschap kan bestaan Zonder aarzelen antwoord ik hier op zeer zeker My zyn voor beelden bekend van gemengde huwelijken, waar in de ongeloovige man zielsveel hield van zyn Godvreezende vrouw. Uit kracht van deze innige genegenheid liet hy haar in alles vry, en werd de opvoeding der kinderen ook geheel aan haar overgelaten. Wat zulk een man dan in zijn vrome wederhelft boeit, is niet louter zinnelijke liefde, maar er bestaat waarlijk liefde van ziel tot ziel. Haar karakter en hoedanigheden hebben zyn hart gewonnen. Echter vergete men niet, dat in zoodanig huwelijk toch nooit anders sprake zal kunnen wezen dan van natuurlijke liefdewelke zich nimmer zal kunnen verheffen tot het peil der geestelijke liefdewelke alleen maar mogelijk is tusschen geloovigen, die elkander, zooals Paulus schrijft in Ef. 5., liefhebben indenHeere. Dat is uitgesloten, tenzy deongeloovigeman of vrouw wedergeboren wordt en zich tot God bekeert. Hoe iünig en teeder die natuurlijke liefde ook zyn moge, welke zy voor elkander gevoelen, in het allerinnigste en teederste leven zyn zy ge scheiden, en verstaan ze elkander niet. In datgene, wat de zielen het allernauwst vereenigt, het geloof des harten, blijven ze vreemdelingen voor elkander. In wat voor den Christen het hoogste leven is, en waarin hy het meest be hoefte heeft aan gemeenschap en samenstem- ming, wandelt de geloovige in het gemengde huwelijk vereenzaamd, onbegrepen, zonder hulpe tegenover zich. Vandaar dan ook de ernstige waarschuwingen der Schrift om toch niet aan te gaan een verbintenis, waarin het hoogerede geestelijke liefde, aan het lagere, de natuurlijke liefde wordt ten offer gebracht. Anders staat het met een huwelijk tusschen twee geloovigen, behoorende tot onderscheidene kerken. Hier kan ongetwijfeld geestelijke liefde bestaan. Hier kan zijn een elkander lief hebben in den Heere. De bezwaren tegen zulk een huwelijk zijn meer van praetiscken aard. Indien niet één van beiden toegeeft, dan staat men voor het feit, dat in het kerkelijk leven ieder zyns weegs gaat. De man gaat naar zyn kerk, de vrouw naar de hare. De man draagt by hiervoor, de vrouw draagt by daarvoor. De man ijvert voor zyn vereenigingeD, de vrouw voor de hare. Het geestelijk beginsel, waaruit zij leven is wel ééu, maar de sfeer, waarin zy verkeeren en zich bewegen, is verschillend. En ook onwillekeurig mengt zich daaronder, wanneer beiden wat warm zyn, lichtelijk een zekere rivaliteit, een wedijver uit jaloerschheid, een meer of minder merkbare, prikkelbare gevoeligheid. Maar bovenal is het gedeeld kerkelijk leven in zulk een huisgezin niet zonder bedenking voor de opvoeding en karaktervorming der kin deren. In de jeugd moeten lijnen worden ge trokken. Het is zulk een zegen voor het kind, wanneer het zyn ouders leert kennen als één in alles. Kinderen hebben behoefte aan vaste leiding, aan zekerheid. Indien vader 's Zondags den eenen weg opgaat en moeder den anderen kantindien het kind 's morgens met vader mee mag naar zyn kerk en 's avonds met moeder naar haar kerkindien broer by den eenen dominee en zus by den anderen ter catechisatie gaat, dan worden er geen rechte lijnen getrok ken, die onder 's Heeren zegen voor het volgend leven van het kind de richting bepalen. Dit zyn enkele practische bezwaren, zy zou den nog kunnen worden vermeerderd, welke men kan inbrengen tegen het huwelijk van geloovigen, behoorende tot een verschillende kerk. Waarlijk het geschiedt niet uit enghartig kerkisme of uit hoogmoedige onverdraagzaam heid, wanneer rusteloos wordt aangedrongen om by het aangaan van een huwelyk niet bui ten de kerkelijke grenzen te gaan. Maar het geschiedt in de heilige overtuiging, dat in het huwelijksleven van den christen eenheid in het hoogste en edelste de eerste eisch behoort te wezen, en dat ook voor den gezonden wasdom maakt toch vindingrijk. „Hoe zou je het vinden," vroeg hy eensklaps, „als je Mina morgen medenam? Me dunkt, het kleine ding zou het wat aardig vinden in zoo'n groote stad „Dat denk ik ook, en wat meer is, ik zou het prettig vinden klonk het dankbaar. „Ik vond het te kinderachtig om het te zeggen, maar om nu eens rond voor de waarheid uit te komen, wil je wel gelooven dat ik er tegenop zag als tegen een berg, om een heelen dag van haar af te zyn? Ik ben nog nooit van myn leven zoo lang van haar af geweest „Maar waarom zei je dat dan niet Dan waren we immers al eerder op het denkbeeld gekomen om haar mee te laten gaan Je moet nooit iets voor my verbergen, je moet me alles wat je denkt gerust zeggen, en met zoo'n ge dachte nooit alleen blyven rondloopen. Nu had ik eens niet op dat denkbeeld moeten komen, zou je dan toch alléén gegaan zyn?" „Ja, want ik was eerlijk gezegd bang, dat jc het raar zoudt vinden „In 't geheel niet. Ik kan het integendeel goed begrijpen en best plaatsen. Ik vind man en vrouw moeten geen geheimen voor elkaar hebben, maar alles open en eerlijk samen be spreken. In ieder geval is 't nu al afgesproken, Mina gaat morgen mee wat zal 't kleine ding bly zyn. 'fls jammer dat ze al slaapzanders zou ik 't haar nog even gaan vertellen „Nu, 't is dan misschien maar beter, dat ze al naar bed is, want anders kon ze vast den slaap niet gauw vatten, louter van plezier dat zy morgen op reis mag. Kinderen slapen altijd der kerk eenheid in het godsdienstig en ker kelijk leven van zoo hooge beteekenis zyn. De bezwaren, aan het gemengde huwelijk verbonden, worden dan ook door de personen in kwestie, wauneer het ernstige menschen zyn, zeer goed gevoeld. Meer dan een heeft het mij eerlijk beleden gedurende myn ambtelijken arbeid. Natuurlijk zyn er ook, die er weinig of niets van gevoelen. De geloovige man geeft soms de leiding geheel over in de handen van de ongeloovige vrouw, of de geloovige vrouw past zich geheel aan by den ongeloovigen man. Deze droeve gevallen van geestelijke zwakheid en onmacht zyn er, helaas. De niet-geloovige is dan de sterkste, die de zwakkere geloovige aan zich onderwerpt. Maar heeft men daarentegen te doen met personen van een standvastig karakter, van een krachtigen wil, van een sterke overtuiging, dan kan het niet anders, of ook by de meest harte lijke, natuurlijke liefde en de innigste genegen heid gevoelen beiden toch, dat zy als vreem delingen eenzaam naast elkander voortleven in die dingen, waarin voor den mensch ten slotte toch ligt de hoogste waarde van zyn bestaan. Nimmer kunnen ze hand in hand het binnenste heiligdom ingaan. Wat immers juist de rykste weelde is van het huwelyk tusschen twee kin deren Gods Hun één-zyn in het naderen voor het aangezicht van den God des levensGees telijk leven zy gescheiden. En dat wordt juist daar het meest gevoeld, waar de natuurlijke liefde een zeer innigen band van genegenheid heeft gelegd. Dan is de geestelijke scheiding een levenssmart, die te dieper gevoeld wordt, naarmate er minder over wordt gesproken een verborgen kruis. Waarbij een stille wandel in ootmoedige Godsvrucht, en een gedurig gebed om bekeering voor den geliefde, soms tot roem van Gods groote barmhartigheid nog uitkomst hebben gegeven. Asser Kerkbode. Laman. BEROEPEN te Krimpen a.d. Lek: J. B. Jansen te Zeven huizen (Z.H.); te EdeR. E. v. Arkel te Soest te BolnesJ. D. Heersink te Nieuweroord. AANGENOMEN naar Hattem dr. J. Brinkman te Yelp; naar HoogvlietA. Taal te Bruinisse naar BarendrechtH. A. Munnik te Bun schoten BEDANKT voor Sliedrechten Koudekerke dr. J. Brinkman te Velp voor LandsmeerK. Bakker te De Krim voor Werkendam A: P. Bos te Delfzijl; voor BoskoopG. R. Kuiiper te Alblasserdam; voor GrypskerkeG. H. Dijkstra te Lioessens. Te Scheveningen worden ernstige pogin gen aangewend de Geref. kerken A en B te vereenigende kans hierin te slagen schynt groot te zyn. De kerk te Yelseroord is geïnstitueerd. Ds. R. W. Huyzing van Ymuiden sprak naar aanleiding van Hebr. 12 23a. 't Zielental is ongeveer 400. De doopsgezinde predikant van Baard (Fr.) zegt 't predikambt vaarwel en treedt als ad junct-commies ter secretairie van Leeuwarden in dienst. 't Geref. Tractaatgenootschap Filippus mocht in 1916 o.a. 1700 scheurkalenders ver spreiden onder de militairen. De Koningin gaf een gift voor dit doel van f 25. Ds. J Mulder van Gorinchem vraagt voor deze zaak dringend om steun. De Blindenvereeniging „Bartiméus", pen- ningm. de heer J. Dienske te Maassluis, mocht van den kerkeraad van Amsterdam (Zuid) een gift van f 10,ontvangen. Een merkwaardige advertentie bevat (niet De Zeeuw, maar) de Midd. Crt.„Ondergetee- kende beveelt zich aan voor Oefenaar, catechi satie, zieken- en huisbezoek in een Yrye Ge meente. Moerdijk, A. J. Schage". Het is wel duidelijk, dat de Geref. kerken niet van hem onrustig als ze weten dat hun den volgenden dag een pretje wacht. Ik weet nog heel goed hoe dikwijls ik 's nachts wakker werd in de nacht vóór myn verjaardag. En wat spookten we dan 's morgens vroegOnze lieve moeder was zoo goed niet, of ze moest er uit om ons aan te kleeden, we waren gewoonweg niet meer te houden Ja, we hebben die goede ziel heel wat moeite en last bezorgd, en nu, nu doen onze kinderen het ons op hunne beurt „Ja, zoo is het, en die gedachte vooral moet ons geduld leeren oefenen jegens onze kinderen. Als kind kent men geen zorgen en lykt het leven spelof men z'n ouders al eens wat ver driet aandoet en ongehoorzaam is, ach, een kind is gewoon dat zoo licht te tellen, en toch hoe bedroeft zoo iets het ouderhartzei Volders. „Evenzeer bedroeft het Gods Vaderhart in den hemel zoo wy Zyne geboden gering achten en de zonde zoo gemakkelijk doen „Zoo is hetwél hem, die dan ook tot God mag naderen als tot een lief hebbenden Vader die ons onze zonden en schuld vergeven wil door het bloed en de offerande van Zyn Eenig- geboren Zoon. Indien wy Jezus maar tot onzen Borg en Middelaar hebben, dan kunnen wy vrijmoedig tot God gaan. Die My liefheeft zal van Mynen Vader geliefd worden, zeide de Heere Jezus zelf tydens Zyne omwandeling op aarde." (Wordt vervolgd.) profiteeren mogen, tenminste, de man zal ons wel niet onder de „vry'e* gemeenten rekenen. Ook is opmerkelijk, dat deze man, die toch een christen zal willen wezen, van een niet- ehristelyk blad gebruik maakt om een betrek king in het Koninkrijk Gods te zoeken. Een zeer rare man. Ds. F. G. Petersen van Veendam herdacht zyn 25-jarig ambtsjubileum met 1 Cor. 3 11-15, en ds. G. L. Goris van Overschie met 1 Cor. 3 9. Intree te Brouwershaven eand. Fr. Tol lenaar van Zaamslag met Ef. 6 19, na be vestigd te zijn door ds. B. Meyer van Ierseke met Hand. 10 33b. By den kerkeraad "der Geref. kerk van Groningen A. is een verzoekschrift ingediend door 350 belijdende leden om de plaatselijke ineensmelting te bevorderen. De Geref. kerk te Blya ontviug uit de nalatenschap van den heer Idzerda f 1000. Afscheid van Terwispel, wegens vertrek naar Lochem, ds. A. Terpstra met 1 Thess. 2 1. Bevestigd te Wateringen ds L. M. Wynia door zyn vader ds. M. L. Wynia van Neye- mirdum met Matt. 13 52des middags deed hy zyn intrede met Ez. 34 31. Brouwershaven16 Januari 1917. Zondag j.l. (14 Jan.) was het voor de Gereformeerde gemeente alhier een blijde dag. Toen toch werd zy, na ternauwernood 15 maanden herderloos te zyn geweest, door Gods gunst in het bezit gesteld van een eigen Leeraar. Bedoelde leeraar, de WelEerwaarde Heer Fr. Tollenaar werd in de morgengodsdienst- oefering door den WelEerwaarde Heer ds. B. Meijer van Ierseke tot zyn dienstwerk ingeleid, waarbij onder meer een gloedvolle leerrede werd uitgesproken naar aanleiding van Han delingen 10 33b. In de namiddag-godsdienstoefening verbond onze nieuwe leeraar zich plechtig aan de ge meente, daarbij ontvouwende Efeze VI 19. De grondtoon daarvan washet onbekwaam zyn van zichzelven voor de gewichtvolle taak die op zyn schouders was gelegd en behoefte aan het gebed der gemeente. Toespraken werden door Z.Eerw. gehouden totden bevestiger den kerkeraadden con sulent den burgemeester en de gemeente. Daarop voerde het woord de consulent, de WelEerw. Heer ds. Z. Hoek van Zonnemaire, die namens den kerkeraad van Brouwershaven, de zusterkerk van Zonnemaire en de classe- kerken aan ds. Tollenaar het welkom enz. toe riep, en die, nadat hy uitgesproken was, de gemeente verzocht om den nieuwen leeraar de zegenbede uit Psalm 134 toe te zingen. Na het dankgebed van den leeraar werd nog gezongen Psalm 72 11, waarmede de plech tigheid was afgeloopen. De door heerlijk win terweer begunstigde, ook van heinde en verre en in grooten getale opgekomenen konden zich nu (naar wy hopen met een dankbaar hart voor het gehoorde op dezen dag) huiswaarts begeven. Namens den kerkeraad, J. Nieowdorp, Scriba. Van heden af is 't adres van den kerkeraad ds. Tollenaar. De classis Zierikzee zal D.V. vergaderen op Woensdag 21 Februari. Punten voor 't agen dum in te zenden vóór 7 Februari. Namens de roepende kerk, J. Sybesma, praeses. D. Mulder, scriba. Middelburg C. De zitplaatsen-commissie houdt zitting Dinsdag 23 Januari a s., des avonds van 89 uur. Herplaatsing wegens misstelling. Wykverdeeling voor de brs Ouderlingen: J. Janse de wyken A, K, L. J. Joosse S, T. C. Verhage B, E, G, H. C. Weeda C, D, F, I. D. Davidse P, U, V. J. Coulon N, O. A. van Dyk M, Q. L Melis R, Zand en VI.weg. Voor de brs Diakenen J. Damen de wyken T, U, V. D. Sietzema A, B, C, D. J. Geervliet M, N. G. P. Wattez Jr. K, Q. A. Maas O, S. M. Maas R, Zand, N.VIis.weg. J. Corré H, I, P, L. J. G. Stevense E, F, G. KORT VERSLAG van de vergadering der Classis Goes, gehouden op Donderdag 11 Jan. 1917. Ds. v. d. Veen opent de vergadering. Ge zongen wordt Ps. 138 1 en gelezen Ps. 138. Z.Eerw. spreekt een hartelijk welkomstwoord. Ily spreekt zyn leedwezen uit over het vertrek van ds. Bramer en zyn blijdschap over het blyven van ds. de Jager in de classis. Door ds. Dam en br. A. Geelhoed worden de lastbrieven nagezien, waaruit blijkt, dat alle kerken wettig vertegenwoordigd zyn. Ds. Bramer neemt als adviseerend lid zitting. In het moderamen nemen zitting ds. Doekes, praesesds. Meyer, scriba en ds. de Jager, assessor. De assessor leest de notulen der vorige ver gadering. De ingekomen stukken worden voorgelezen en behandeld. Ds. v. d. Veen brengt rapport uit over het afscheid van ds. Knoppers van Kapelle B. en ds. de Jager over dat van ds. Bramer van de kerk van Heinkenszand. Een rapport van br. Quakkelaar inzake ont vangen gelden voor ds. PI. v. A. te A. wordt voorgelezen, terwijl deze zaak bij den voortduur in de liefde der kerken wordt aanbevolen. In de vacatures, ontstaan door het vertrek van ds. Bramer, geschiede de volgende benoe mingen Voor de collecte Vrye Universiteitds. Dam. Voor art. 13 D. K. O.ds. v. Voorst, primus, ds. Meyer, secundus. Voor secundus-kerkvisitatords. de Jager. Vacature-beurten worden als volgt geregeld 's Gravenpolder de D D.de Jager, Meyer, v. d. Veen, van Voorst. Wemeldinge de D.D.v. d. Veen, v. Voorst, Dam, Doekes. Kruiningen de D.D.Doekes, de Jager, Meyer. Kapelle-Biezelinge de D.D.Meyer, de Jager, Doekes. Heinkenszand de D.D.Dam, Doekes. De collecten worden geind. Pauze. Met het zingen van Ps. 84 3 wordt de vergadering heropend. De Zendingsdeputaat bespreekt enkele zaken aangaande de Zending o. m. de Zendingsdag. De classis besluit by vernieuwing een Zen dingsdag te houden. In de Commissie tot regeling en voorberei ding worden benoemd de D.D.Doekes, de Jager en Meyer en oudl. br. G. de Jager en C. Oranje. Rondvraag naar art. 41 geschiedt, waarbij enkele dingen ter sprake worden gebracht. 's Gravenpolder ontvangt ds. Dam en Hein kenszand ds. de Jager tot consulent. Volgende vergadering 19 April, roepende kerk Kruiningen. Ds. Bramer neemt op hartelijke wyze afscheid van de classis; de praeses betuigt hem den dank der classe voor al den arbeid door hem verricht en wenscht hem de zegen des Heeren toe. De vergadering zingt staande Ps. 134 3. De assessor leest de korte notulen en de praeses sluit de vergadering op de gebruikelijke wyze. Op last der classe, G. de Jager, Assessor. Met vriendelyken dank ontvangen uit de busjes voor „Sanatorium Sonnevanck" f 12,50 verzameld te Souburg en Ritthem. En voor de Zending capsules van Mej. D. en Mej. L. Mej. A. Kerkhof. Gevonden in de brievenbus een gift van f 2,50 van N. N. te Souburg. G. F. Kerkhof. ZENDING. Middelburg C. Met vriendelyken dank ont vangen van N. N. f ,60. Namens gecommitteerden, B. Lahr, penningm. Middelburg A. Door bemiddeling van br. Walraven ontvangen 50 cent voor de winter- collecte. Uit de collecte ontvangen f 2,50 met bijschrift 24, 25 en 31 December en een gift van f 10, met bijschrift: voor de armen. Voor alles har telijk dank. De Diakenen. {Buiten verantwoordelijkheid der Redactie. BARTIMEÜS. Zooals uit het eerste jaarverslag blijkt, breidt het leden- en contribuantental van de vereen. „Bartimeus" zich langzamerhand uit. Ook werden grootere en kleinere giften ons toege zonden, waarvoor we gevers en geefsters dank baar zyn. Inzonderheid echter dient van den arbeid van mej. F. van der Werf te Meppel melding te worden gemaakt. Werd door haar ten vorigen jare f 1238 bijeengebracht, dit jaar was het bedrag, door haar ingezameld, niet minder dan f2260. Zij heeft dus binnen twee jaar het kleine kapitaal waarover „Bartimeus" te beschikken had, mtt f3498 mogen ver meerderen. Het bestuur van „Bartimeus* is mej. v. d. Werf voor haren arbeid ten zeerste dankbaar, en we twijfelen niet of allen, die met ons zoo gaarne ook een instituut voor onze blinden in 't leven zouden zien geroepen, zullen zich met ons over deze uitkomst verblijden. Zy heeft ons met de hulpe des Heeren en met den zegen op haren arbeid verleend, een stap nader tot de oprichting van een instituut ook voor onze blinden gebracht. We mogen ook niet nalaten onzen dank te betuigen aan predikanten en kerkeraden en aan allen, die mej. v. d. Werf op haar collecte- reizen hebben bijgestaan. Door deze uitkomst verblijd en aangemoedigd, zal haar zeker, als zy weer voor „Bartimeus" op reis gaat, den bijstand, dien zy behoeft, niet worden onthouden. Gemeld bedrag kwam uit de Noordelijke provinciën. Moge het ook de Zuidelijke op wekken om „Bartimeus" met warme harten en milde handen te gedenken. De kleinste gift zal ons aangenaam zyn. Vooral echter aan leden en begunstigers hebben we groote be hoefte. J. Dienske, penningm. Maassluis, Dec. 1916.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1917 | | pagina 3