GEREFQBMBERD HU Ie KAMPEN. Verantwoording van Liefdegaven. INGEZONDEN STUKKEN. Nagekomen Advertentie. tweeden missionairen predikant. Dat de broeders in Zeeland en Brabant zich van lieverlede op een zoodanig verzoek voorbereiden, is echter alleszins gewenscht. Ik wil eindigen met een tweeledig verzoek allereerst laat steeds de Zendingsarbeid alhier een plaats in uw gebed innemen en wil daarbij onze Javaansche Christenen, die reeds toege bracht werden en onze helpers niet vergeten. En in de tweede plaats zorg mee dat we hier in Magelang een geschikte lokaliteit krijgen voor onze velerlei samenkomsten, We hebben een kerkje broodnoodig Met f 10,000 zijn we geholpen. Met hartelijke groete als steeds, t. t. A. Merkelijn. Kerk- en JSclioolnieuws, TWEETAL te WaarderK. J. Kapteijn te Giessendam J. Waterink te Appelscha, te WezepA. Terpstra te Terwispel N. Postema te Beilen. te Jutrijp-HommertsW. Goedhuis teWeesp; O. N. Oosterhof te Hijlaard BEROEPEN te TwijzeiK. Winkelman te Loenen aan de Vecht. BEDANKT voor ArnhemJ. Schoonhoven te Delfshaven voor SchoonoordD. B. J. v. d. Meulen te Sellingen voor Nieuw-DordrechtM. Post te Gees voor Oldenboorn H. A. Kievits te Oldenhove voor Strijen: D. Steenhuis te lJselmonde; voor GrypskerkeJ. H. Beumee te Stedum. Intree te Rotterdam ds. G. Wielenga, over gekomen van Zwolle, met 1 Cor. 1 2325, na bevestigd te zijn door ds. J. D. Wielenga van Middelburg, met 1 Petr. 2 5. Intree te Kockengen ds. J. Visser, over gekomen van Zuid wol de, met 1 Col. 1 27 en 28, na bevestigd te zijn door ds. R. v. d. Kamp van Breukelen met Mal. 2 7. In het nieuwe kerkgebouw der Geref. kerk te Kapelle Biezelinge zal eerlang ook een nieuw pijporgel worden geplaatst, waarvan de ver vaardiging is opgedragen aan den heer A. S. J. Dekker, orgelfabrikant te Goes. AGENDA voor de 27e Centrale Diaconale Conferentie, D.V. te houden te Am sterdam op Woensdag 6 September 1916, in het Gebouw van de Maat schappij voor den Werkenden Stand, Kloveniersburgwal 87-89. Aanvang 's morgens 10 uur. 1. Opening der Vergadering. 2. Lezing der Notulen en Presentie-lyst. 3. Verkiezing van Comité-leden. Aan de beurt van aftreding zijn de Comité leden, die gekozen zijn voor de provinciën Friesland, Drente, Gelderland, Noord-Hol'and en Zeeland. De aftredende broeders Jb. de Graaf en M. Quakkelaar zyn niet in het dia kenambt gebleven en derhalve naar de gewoonte onder ons niet herkiesbaar. Het Comité stelt de volgende candidaten Voor Zeeland P. H. Wessels, Goes L. Kloosterman, Heinkenszand. 4. Rapport der Commissie, door het Comité benoemd, inzake de deelneming der Diaconieën aan den arbeid der Armenraden. 5. De roeping der Kerk inzake de verzor ging van hulpbehoevende ouden van dagen. Het Comité. Inleiderds. T. Ferwerda van Amsterdam. 6. Een hulpbehoevende broeder of zuster moet op medisch advies iu eene inrichting worden verpleegd. Mag de Diaconie de kosten dier verpleging overdragen, ook wanneer zij zelve de middelen daartoe heeft, aan een Burgerlijk Armbestuur, zonder verzaking van ons beginsel? Diaconie der Geref. Kerk te Zeist. 7. Van een huisgezin, dat bijna geheel hulpbehoevend is, behoort de vader met het grootste gedeelte der kinderen tot de Ned. Herv. Kerk, en de moeder met de andere kin deren tot de Geref. Kerk. Hoe moeten onze diakenen, naar roeping en plicht, in de gegeven omstandigheden met dit gezin handelen Diaconie der Geref. Kerk te Leerdam. 8. Welke verplichtingen behoudt eene Dia conie ten opzichte van een vertrokken onder steunde, die meermalen naar een andere plaats is verhuisd, meermalen onder een andere Dia conie heeft geressorteerd, en thans voor Dia conale rekening in een Stichting ter verzorging is opgenomen Diaconie der Geref. Kerk te Haarlemmermeer (Oostzijde). 9. Een weduwe, met hare twee jeugdige kinderen bij hare onbemiddelde ouders inwo nende, wordt door de Diaconie gesteund. Bin nenkort vertrekt deze zuster naar een andere Al heel gauw was het sneedje veroberd en ging een tweede denzelfden weg. Ook vrouw Jansen liet het zich goed smaken, hoewel zy zich niet veel tijd gunde met het oog op Mina, die z\j niet gaarne aan de avondlucht blootstelde. Vrouw Zwart, die dit vermoedde, stelde de weduwe Jansen gerust en beloofde haar, Mina goed in haar groote doek te rollen. Zoo gezegd zoo gedaan. Het drietal bevond zich nu spoedig weer op weg naar huisGer- rit vroolyk babbelend naast zijne moeder, Mientje half ingedommeld, goed in de groote zwarte doek gepakt, op den arm harer moeder. Zoodra zij thuis kwamen werd de kleine uitgekleed en onder de wol gestopt. Het kind, dat moe gespeeld was, bemerkte haast niet meer dat zij in bed gelegd werd. Evenwel ver zuimde haar moeder niet, de oude houten pop naast haar te leggen. (Wordt vervolgd). Gemeente, om daar als dienstbode werkzaam te zijn, terwijl zy haar kinderen onder de hoede en verzorging harer ouders achterlaat. Hoewel wij besloten hebben deze weduwe te blijven helpen, toch zouden wy gaarne het oordeel der vergadering willen vernemen omtrent de vraagwelke Diaconie behoort in 't vervolg steun te verleenen, die in de plaats, waar zy haar kinderen heelt achtergelaten, of die ter plaatse, waar zy zich gaat vestigen Diaconie der Geref. Kerk te Almelo. 10. Sluiting. Officieels JBericliten. Kamperland. J.l. Zondagmiddag hield onze geachte leeraar een gedachtenisrede naar aan leiding van het 50-jarig bestaan der gemeente. Z.Eerw. had tot tekst gekozen ps. 122 en hield een rede over de liefde van den geloovige tot het huis des Heeren. Ie. Zooals zy in dezen psalm wordt bezongen. 2e. Zooals zy in onze harten moet zyn by de herdenking van Gods daden. Deze liefde tot 's Heeren huis en dienst woonde in de harten van hen die God heeft verwaardigd de kerk te dezer plaatse te stich ten. hadden den dienst des Heeren lief en begrepen dat die niet op de rechte wijze kon uitgeoefend worden zonder den uiterlyken vorm. Hun getal was klein, maar hun geloof was groot. Met 22 leden is de Chr. afgescheiden gemeente gesticht onder leiding van ds. Middel en ds. Veenstra. God bewerkte het hart van menschen die buiten hem stonden om hun te helpen op stof felijk gebied. De toestand was op godsdienstig en kerkelyk gebied hier van dien aard dat zuivere prediking der Gereformeerde leer drin gend noodzakelijk was. Het is opmerkelijk dat men hier zoo laat met deze zaak begonnen is. In 1834 is de afscheiding ontstaan en in 1866 is hier pas een afgescheiden kerk gesticht. Is dit toe te schrijven aan het afgelegene van dit oord, of aan het gebrek van helder inzicht in de noodzakelijkheid van het Gereformeerd kerkelyk leven. Wij weten het niet. Hoe dit echter zij, op Gods tijd is het geschied dat de Heere Sion gegrond heeft opdat de bedrukte Zijns volks daar een toevlucht zouden vinden. En nu heeft God deze kerk staande gehouden en uitgebreid. Zynen grooten Naam zy eer en lof. Wy verkeeren nog altyd met ons ker kelijk leven in een zeer eigenaardigen toestand. Van Hervormde zyde roept men ons toe: Gy zyt ons al te rechtzinnig en van zoogenaamd Oud Ger. standpunt meent men dat we niet rechtzinnig genoeg zyn, omdat we het Woord Gods verkondigen in eenen vorm die voor dezen tyd geeischt wordt. Wy worden door dit ver schillend oordeel der menschen in het minst niet geschokt, integendeel besluiten wy er uit dat we ons op het standpunt bevinden dat Gods Woord eischt en zeggen met Nehemia wy Zijne knechten zullen ons opmaken en bouwen en God van den hemel zal het ons doen gelukkenZoo stemt het verleden ons tot innigen dank en roept het heden tot bly- moedigen arbeid, terwijl we de toekomst hoop vol tegengaan. Wat zal die toekomst baren voor de ge meente Gods te dezer plaatse? Wy weten het niet. Wij hebben wel de belofte des Heeren dat de poorten der hel Zyne gemeente niet zullen overweldigen, zoodat er altijd eene gemeente van Christus op aarde zal zyn, maar dit sluit de mogelijkheid niet uit dat de kandelaar van een plaats kan geweerd worden en het Ko ninkrijk Gods kan weggenomen en aan een ander volk gegeven worden. De 7 gemeenten van KI. Azië zyn daarvan getuige. Daarom aldus spreker besluiten we onze rede met de woorden van Paulus 1 Cor. 15 58 Zoo dan enz. God geve dat gij de volgende wenken moogt behartigen 1. Hebt de gemeente des Heeren hartelijk lief en zegt met den dichter van Psalm 137 Indien ik u vergete o Jeruzalem, zoo vergete myn rechterhand zichzelve. Myne tong kleve aan mijn gehemelte zoo ik aan u niet gedenke, zoo ik Jeruzalem niet verheffe boven het hoog ste mijner blijdschap. 2. Toont de liefde tot de kerk vroeg in de harten uwer kinderen en kleinkinderen opdat het nageslacht in 's Heeren wegen wandelen en door ryken zegen daaraan verbonden in de ruimste mate genieten. 3. Bidt om den vrede van Jeruzalem. In uwe gebeden mogen de ambtsdragers en de gemeente een ruime plaats innemen en behar tig zoo het Woord des Heeren en van Paulus 1 Thess. 3 1. 4. Onderzoekt u zeiven gedurig of ge een levend lid der kerk zyt en houdt u onder den dienst des Woords en der Sacramenten opdat gij u meer en meer van dat leven moogt be wust worden. 5.t Strijdt voor het geloof dat eenmaal den heilige overgeleverd is. Blijft by de waarheid Gods en de Heere zal by u blyven. 6. Hoopt volkomelyk op de vervulling van de belofte des Heeren aan de gemeente te Filadelfia toegezegd. Die overwint ik zal hem maken tot een pilaar van den Tempel myns Gods en hy zal daar niet meer uitgaan en ik zal op hem schrijven den Naam myrs Gods en den Naam der stad myns Gods, namelijk dat Nieuwe Jeruzalem dat uit den hemel van mynen God afdaalt en ook mynen nieuwen Naam draagt. Koudekerke. De kerkeraad bericht aan de kerken in de classis „Middelburg" dat ds. L. van Loon op Zondag 27 Augustus e.k. in de middagdienst afscheid hoopt te nemen van de Gereformeerde Kerk alhier. Kerken, welke zich, by die gelegenheid, door een paar deputaten wenschen te vertegenwoor digen, gelieven zulks zoo spoedig mogelijk te melden. J. Maas, Scriba. Oostkapélh'. Zondag 13 Augustus na afloop der godsdienstoefening, maakte onze geliefde leeraar ds. C. J. de Kruyter, tot onze blijd schap aan de Gemeente bekend dat hy vrij moedigheid had kunnen vinden, om voor de roeping die hy van de kerk te Bleiswyk had ontvangen te bedanken, doch nu een roeping had ontvangen van de Gereformeerde kerk, te Hendrik-Ido-Ambacht. Schenke de Heere ook voor deze roeping, ZynWelEerw. licht en wysheid, om te be sluiten verder onder ons zyn gezegen den arbeid voort te zetten. Namens den Kerkeraad, J. de Voogd Wz Scriba. Grijpskerke. De Wel Eer w. Heer ds. J. H. Beumee, pred. der Ger. kerk te Stedum, heeft voor de roeping naar Grypskerke bedankt. Namens den kerkeraad, J. H. Geschiere, Scriba. Ontvangen door tussehenkomst van ds J. D. Wielenga fl.gevonden in de collecte Geref. kerk Serooskerke voor kerkbouw Magelang. C. J. Hondius. Weer een steentje. Van een oud-lid der Geref. kerk van Mid delburg A, nu buiten Zeeland woonachtig, ont ving ik met hartelijken dank fl,voor de te bouwen kerk te Magelang. J. D. Wielenga. Voor Kerkbouw te Magelang. Zendingscoramissie Axel f 50, Gevonden in de collecte te A. 18 Juni - 10, idem 16 Juli - 2,— Uit het nikkertje in de consistorie - 2,85 Van N. N. te N. - 10,— idem - 5, Van drie lieve zusjes, 100 opgespaarde halve eenten, door haar vader gebracht - *1, Van de Hoofdeomm. voor het Z.-Vl. Zendingsfeest - 200,— Totaal f 280,85 Voor de School te Magelang: Gevonden in de collecte te Schoond. f 2,50 idem 2 Juli te A. - 1, Tezamen f 3,50 Komt, broeders en zusters in Zeeuwsch-Vlaan- deren, elk wat en Gods werk te Magelang vordert, tot ons aller blijdschap en inzonderheid tot blijdschap van ds. Merkelyn. Zeer belangstellend ben ik, welke giften er verder zullen inkomen. Kinderenziet de spaarpot eens na. Wacht niet al te lang, om me iets te zenden. J. H. Lammertsma. Is dit goed De corrector. Schoolhulp voor Zeeland en N.-Brabant De eerste zilverlingen voor den nieuwen cursus zyn: binnen, waarvoor ik zeer dankbaar ben. Van br. L. B. te Gr. f 2,—van br G. Kr. te Kr. f 2,50van br. J. V. te Kr. f 2,50van br. J. L. v. E. te Kr. f 2,50. Gift van een on bekende, geteekend A. Z. f 10,Gift van br. P. B. te R. f 2,50. Gift van een lid der ge meente te Y. f 25, Een mooi lijstje om te beginnen, een goede inzet, 't Komt goed van pas, want dit jaar hebben wy ook meer uit te geven, daar wy ook meerderen steun verleenen. Ik doe diar- om met volle vrijmoedigheid een beroep op allen, die iets kunnen en willen geven tot ondersteuning van minvermogende jongelingen uit Zeeland en N.-Brabant, die opgeleid wen schen te worden tot dienaar des Woords. G. de Jager, Penningm. Wolphaartsdyk, 17 Aug. 1916. Vlissingen, 17 Aug. '16. In dank aan de broeders en zusters ontvangen voor 't orgelfonds over de maand Juni de som van f 11,847s en over Juli fl2,90V2. Namens den kerkeraad, A. Roos, Scriba. Ontvangen in de collecte van 1.1. Zondag f0,50 met bijschrift: een steentje voorde kerk te Magelang. Diakenen Middelburg C. Ontvangen collecten van de Gereformeerde kerken in de Classe Middelburg, voor de Theol. Fac. ad. Vrye Universiteit te Amsterdam. Arnemuiden f 7,27 Domburg f 7,85 Gapinge f3,86; Grypskerke f 19,Koudekerke f 21,851/«; St. Laurens f3,95; Meliskerke f 9,21 Vs Mid delburg A f 19,50Vs Middelburg B f 13,72; Middelburg C f32,44Va Oostkapelle f 14,40 Serooskerke f 32,157s Souburg (Oost en West) f 15,73; Veere f 14.41; Vlissingen f 23,927s Vrouwepolder f 6,78L/2Westkapelle f 1,95. De corresp. voor de Class. Collecten, A. PüNT. Middelburg, 17 Aug. 1916. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie Aan C. J. C. te Middelburg, die ik voor alsnog myn broeder noem al gelijken wy niet zooveel op elkaar, zoo vind ik toch als onbe krompen in myn oordeel, nog wel trekken van overeenkomst. Maar terzake, veel bijkomstigs voorbijgaande in uw schrijven, stel ik de vraag, waar zit nu eigenlijk ons verschil Zeker niet dat ik zoogenaamde belijdenis en wandel genoeg acht ter zaligheid want dat het hart er bij te pas komt, wisten wy en alle lezers wel, eer u dit in No. 20 van dit blad schreef, ook wel dat onder bevindelijke kennis meer verstaan wordt dan zoogenaamd weten. Ons verschil zou dan kunnen liggen in de vraagwat moet er ge kend worden, wat moet er aan het hart ge beuren. Deze vraag beantwoordt de Zaligmaker met te zeggen gijlieden moet weder geboren worden of zyn. Nu komt de vraagwaaruit mogen wy afleiden, dat die of die beleider wedergeboren is? En dan sta ik zeker op bybelschen grond en heb onze vaderen met de belijdenisschriften aan myn zijde, als ik zeg uit belijdenis en wandel. Ik mag toch zeker niet van u veronderstellen, dat u een subjec tieve maatstaf durft gebruiken en op indrukken afgaat, want zulk een maatstaf in de hand van my en u is niet betrouwbaar, ja zelfs een ziender als Elisa de Thisbiter onderschatte het Ketal. Zulk een maatstaf is zeker nog minder vertrouwbaar dus meer feilbaar dan belijdenis en wandel, want karakter en wijze hoe God ons geleid heeft. Omgeving en tijdsomstandigheden spelen daarin een veel te groote rol. Maar misschien kan ik u gerust stellen en gunstiger voor mij stemmen, als ik eens zeg wat door my onder een rechtzinnige belijdenis verstaan wordt, en begin dan te zeggen de natuurlijke mensch begrijpt niet de dingen, die des geestes Gods zyn, hy kan ze niet verstaan, omdat zy gees telijk onderscheiden worden, hoe kan men nu belyden wat men niet verstaat, zoo iets zyn dan ook maar klanken, napratery althans in dit geval, maar dan meen ik ook dat de meesten zoo niet alle zulke belijders zelfs dan ook wel weten, dat zulks weten, kennen of belyden hun hart koud en onveranderd laat. Zulken behoeft men dan niet te waarschuwen voor zelfbedrog, die blyven dus in ons verschil buiten bespreking. En wat nu betreft de ver lichten uit Hebreën 6Paulus zelf kende die niet voor ze openbaar werden. Er zyn dan ook volgens 1 Timotheus 6 menschen wier zonden te voren openbaar zyn, maar van som migen volgen ze naen van anderen zal God zelf openbaar maken wat er in zit. Ik wil maar zeggen ons menschelyk oordeel is zeer beperkt en feilbaar, maar God zal op Zyn tijd alles openbaren, ook wie Hy hier in Zjjn kerk en dienst gebruiken kan en wil, de gemeente kan in het kiezen ook der Ambtsdragers feilen. Uw zydelingsche raad, ook aan my, om te bidden om geesteslicht om het kostelijke van het snoode te onderscheiden was dus niet over bodig, maar evenwel daar niet op zyn plaats, want ik wist ook wel, dat de rijke jongeling toen zeker nog niet was wat hy wezen moest, maar zoo iets deert my niet, want ik ben op dat gebied niet zoo prikkelbaar. In de hoop, dat u het ook niet bent durf ik de opmerking makenik mag toch niet bidden om een soort ziendersblik buiten Zyn woord om, want om tot een getal van duizenden geveinsden of Ilypokrieten of schijnheilige mondbeleiders te komen, moet men er toch een soort optelsom op na houden, A een, B twee enz. en zie, myn broeder, voor zoo iets ben ik bang. En nu is het wel noodig om op tyd en wyze voor zelfbedrog te waarschuwen, maar het zy nog eens gezegd wat my in uw schrijven bijzonder tegenstond, was de toon en de geest in uw schrijven. De Zaligmaker zeide tot de belij dende farizeën, wier vijandschap ook openbaar was„hoe zult gij de helsche verdoemenis ontvlieden"maar tot de schare, die zeker ook wel met den zuurdeesem van farizeisme besmet waren: „tenzij uwe gerechtigheid overvloediger zy als die der schriftgeleerden en farizeën, gy kunt het Koninkrijk Gods niet zien". Wel eenig verschil in toon en geest, niet waar Ach, myn broeder, als men geen vreemdeling is geweest in Egypteland zoo kent men het gemoed des vreemdelings en weet wat het is zielsbenauwd te zyn, her- en derwaarts geslin gerd te worden. Als wet en geweten ons perst en aandrijft tichelsteenen te maken zonder stroo, zie dan gaat het ons ter harte tegen zulke sukkels harde woorden te spreken. Sukkels, ja maar stoute sukkels, want het is geen eer voor ons als de Heere wegen9 onze onkunde, tegenstand en ongeloof een harde weg moet houden. En daarom, lezers, bondelingen, Verhardt u niet, wilt liever zingen 'k Laat mij door U, myn bonds-God leiden En voor den Hemel toebereiden. Gy kunt alleen myn hart doorgronden, Gy kent myn nooden en myn zonden, Ik wou mij zelf eens beter maken, Maar scheen al meer van pad te raken. Ik wou voorheen het zélf probeeren Myn hart voor u te verneêren, Maar 't is mij toen alras gebleken Ik zélf kon myn hart niet breken. Ik heb het werk toen opgegeven My zoo ik was aan U gegeveD, Gy hebt het uit mijn hand genomen Het zal nu wel in orde komen, Het zal dus nu wel beter gaan O, had ik het maar eer gedaan. Vraagt men nu my past u dit laatste op u zelf toe, dan antwoord ikals dit eens zoo was, wie had dan het recht om te zeggen dat zulks uit myn belijdenis en wandel niet blijkt Maar daarmee is niet gezegd, dat ik of zulke belijders nu ook bijzonder heiligen zyn, min der nog de vraag gesteld wie overtuigt ons van zonde en dwaling, neen, niettegenstaande ons vertrouwen schamen wy ons voor God en menschen. Ach dat wy het meer deden Waarom ik nu op het laatst zoo zonderling schrijf? Om de menschen te leeren meer waar te zyn en uit te komen voor hetgeen zy meenen te zyn en alzoo de genade hun geschonken niet te miskennen. De redactie hartelijk dankende voor de plaatsing, Biggekerke. Job Wissb Mz. Het 2e Toelatingsexamen zal D.V. worden afgenomen op VRIJDAG 1 SEPT. Opleiding voor Theol. School, Universiteit, Technische Hoogeschool te Delft, enz. Aangifte bij den Rector, Dr. J. J. ESSER.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1916 | | pagina 3