Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland 29e Jaargang. Vrijdag 13 Augustus 1915 No 33. UIT HET WÖOR1). Redacteuren Ds. L. BOUMA te Middelburg en Ds. G. F. KERKHOF te Oost-Souburg. Vaste MedewerkersD.O. R. J. v. d. VEEN, J. 0. WIELENGA, F. J. v. d. ENOE, A. D. C. KOK, J. H. LAMMERTSMA, L. v. LOON, D. POL en F. W. J. WOLF. Abonnementsprijsfranco aan huis per half jaar 70 cent. PERSVEREENIGING ZEBUWSCHE KERKBODE. Adres van de AdministratieA. I). LITTOOIJ Az. Middelburg. DE AFGEZONDERDE ZIJNER BROEDEREN. IV. De dag, dat Jacob zijn zoon Jozef uit zendt naar Sichem, om inlichtingen te winnen aangaande den welstand der broe ders en der kudde, is de dag, dat Jacobs God Jozef nog wat verder zenden wil dan naar Sichem, namelijk naar 't voor hem bestemde koninklijk gebied. Naar Egijpte was de reis, die Jozef maken zou en die beginnen zou dien eigen dag, volgens 't reisplan, dat God ontworpen had. Jozef zelf kende dat plan niet, vóór dat hij aan kwam in Egypte, en Jacob ontdekte het eerst vijftien jaar later. En al de menschen, die volgens dat plan handelend optreden en het helpen uitvoeren, doen dat met miskenning van dat plan of tenminste in argelooze onwetendheid ten opzichte van den opzet Godsslechts hun eigen voor nemen en inzicht volgend. Zelfs de broe ders, die Jozef opzettelijk naar Egypte verkoopen, weten niet, wat ze doen en zien niet, dat ze bezig zijn tot in bijzon derheden alles klaar te maken voor Jozefs reis, zooals de Heere die te voren geregeld en besloten had, voor Jozefs reis naar Egypte. 't Is niet alleen zoo bij Jozefs reismen kan er op aan, dat alle menschelijk han delen een onderdeel vormt van een God delijk plan, dat veel verder gaat dan men schelijk uitdenken, en ook hooger en hei liger is. Achter ieders leven en achter ieder levensdoel schuilt een hooger opzet, een wil, een bestek van Eén, Die in een heid van plan en doel alle dingen samen bond en ze ondergeschikt, dienstbaar maakt aan het door Hem gestelde einde. Men kan er op aan, als menschen hunne rede nen hebben voor wat ze doen, de Heere Zijne redenen heeft om dat menschelijk doen te ordineeren. En die redenen waren bij Jozefs reis naar Egypte vol van heer lijkheid en vol van genade ook voor die zelfde menschen, die zulke slechte redenen haddendie Goddelijke redenen waren vol van heerlijkheid voor Jozef, maar ook van behoudende en ontfermende liefde tot een groot maar onwaardig volk, ja tot vele volkeren, want Jozef werd afgezon derd van de broederen, opdat Gods zege ningen zouden rusten op alle broederen. En nu moge de leiding, waardoor God de Heere onzen levensgang en onze levens richting bepaalt, niet zoo wonderbaar zijn en niet zoo buitengewoon als bij Jozef als men 't wel beziet, zijn alle Gods ge dachten, ook in ons gewone leven te be speuren, vol van genade en recht en wijs heid en heerlijkheid; en we zullen dat eerst dan recht verstaan, als we eenmaal ons leven in panorama zien, gelijk dat van Jozef thans. Er sprak ongetwijfeld vrees en bezorgd heid uit de opdracht, die Jacob aan Jozef gaf, toen hij hem naar Sichem zond. De naam Sichem zal, na de bloedbruiloft, daar gevierd, wel een ontrustenden klank voor Jacob hebben behouden, waarschijnlijk. En hoewel daar ook de uitreddende hulpe van den Machtige Jacobs was gebleken, als Jacob weet, dat de patriarchen in de buurt van Sichem de kudde weiden, weet hij, dat er gevaar dreigt, minder denkelijk van de zij der Sichemieten, dan wel van die zijner zonen zelve. En zoo zond Jacob Jozef uit. Van den kant, vanwaar inderdaad de beproeving over den aartsvader komen zou, vermoedde hij echter blijkbaar niets. (Zoo gaat het dikwijls). Anders had hij Jozef zeker niet gezonden, 't Kan zijn, dat hij na Jozefs droomen meende te mogen ver trouwen Naar Gods bedoeling zullen de broeders Jozef vast niet overheerschen. Doch, hoe het zij, Jozets reis naar Sichem bracht een keerpunt, een crisis in het patriarchale leven, een crisisnaar den schijn ten kwade in waarheid ten goede. Eenigszins op gelijke wijze als het te voren was geschied bij den moord van Sichem. Met hoe smartelijke ervaringen voor Jacob toen alles gepaard was gegaan en hoeveel afbreuk d$ heele geschiedenis scheen gedaan te hebben aan den Naam des Heeren, hoe zeer het geleek, dat alles slechts kwaad had uitgewerkt, het was alles toch omgekeerd ten goede geweest. Er was toen een groot heil ge wrocht. Jacobs huis is toen gered geweest, want er is toen, wat noodzakelijk was, een scheur getrokken tusschen Kanaan en Israël en de vermenging, die ten onder gang van het Bondsvolk ware geweest, is gestuit. De groote crisis moest echter nog volgen. En die kwam nu, nu Jozef naar Sichem werd gezonden door Jakob. Bij die crisis zou 't nu op dezelfde wijze toegaan of liever die crisis moest hetzelfde uitwerken, maar nu in het groot. De scheur, die scheiding waarborgde voor goed tusschen Kanaan en Israel moest volkomen worden doorgetrokken. Want Israel zelf, heel Israel moest afgezonderd worden van alle volken van den aardbodem, om aan zijne bestem ming te kunnen beantwoorden, om in den afgezonderde zijner broederen«, bij uit nemendheid, in den Christus Gods, tot zegen en behoudenis te zijn voor de aarde. Voor dat groote doel, de afzondering van Israel en daarin van den Christus Gods moest nu Israel naar Egypte om daar te worden gevormd als zelfstandig eigen volk, en daar te worden gelouterd in den vuri- gen oven. En voor dat doel, van hoogeren aard, ging God de Heere nu een andere, een oeconomische crisis beschikken, die 't maat schappelijk leven van heel 't Oosten, ge slachten door, beheerschen zou7 jaren hongersnood en brood in Egypte. En voor dat doel zond Hij nu in voorbereiding op die crisis, den man uit, die regeeren zou, als 't regeeren zoo moeilijk was, Jozef, den afgezonderde zijner broederen. En daarom zond onder Gods leiding Jacob zijn zoon naar Sichem, maar zond de Heere hem verder, op welwillende aanwijzing van een man in zijn eenvoud zond Hij hem naar Dothan, den grooten heir weg der volkeren, en door den nijd der patriarchen verkracht, werd Jozef daarom geslingerd naar de voet van den troon, waarop hij zitten zou. F. J. VAN DEN ENDE. Aan de Daders en Opvoeders van kinderen, J. D. Wielenga. Prediking onder Militairen II. Afzonderlijke nummers 3 cent. Advertentieprijs 15 regels 30 centiedere regel meer 5 cent Familieberichten 10 cent per regel. UITGAVE VAN DE Berichten, Opgaven Predikbeurten en Advertentiën tot uiterlijk Vrijdagmorgen te zenden aan den Drukker A. D. LITTOOIJ Az., Middelburg. Jozef nu werd naar Egypte af gevoerd. Gen. 39 1. Z E ID I N G. De Zendingsstudie-Raad heeft, in aansluiting met „Kleine kleuters in de Zendingslanden", van welk boekje wy in dit nummer een recensie geven, een circulaire gericht aan de ouders en opvoeders van de kinderen, waarvoor dit boekje geschreven is. Wy ontleenen er het volgende aan, dat waard is overwogen te worden. „Het is moeilyk, om kleine kinderen iets te doen verstaan van de behoefte der volkeren aan het Christendom, want wy kunnen hun hier niet vertellen van de gruwelen en wreed heden van het heidendom. Wij kunnen slechts trachten een liefdevol medeleven met het gekleurde ras tot stand te brengen, dat in later jaren het ingewortelde vooroordeel tegen, en den afkeer voor dat ras, overwint. Dit toch reeds is een groot doel, om den kindergeest te doordringen van de waarheid, dat alle volken kinderen zijn van den Hemel- schen Vader. Vooral in dezen tyd is zulks van bizondere beteekenis te achten. In verband hiermede, bedoelt deze uitgave een proeve te zyn van goede opvoedende Zen- dingslectuur voor kinderen, zoowel ten dienste van het Zendingsonderwys op Zondagscholen en in de eerste klassen der Lagere Scholen als, en niet het minst, ten gebruike in de ge zinnen. Men kan de verhalen aan de kinderen ver tellen of voorlezen, alsook het boekje zelf den (ouderen) kinderen in handen geven. Verder verdient het aanbeveling, om aan de kinderen gelegenheid te geven de belangstelling en het medeleven in hen gewekt, ook te kunnen uiten zy zullen over het gehoorde vragen doen of het zelf (aan anderen) willen terug verteller ook zullen zy het meer plastisch willen uit drukken, door het een of andere in het verhaal te willen uitteekenen naar eigen trant en keuze of wel door van kneedklei, papier enz., een huis, een Afrikaansche of Eskimosche hut, een kano, een koraaleiland enz. te maken er zullen er zyn, die zich gedrongen zullen voelen iets voor die kindertjes in verre landen te willen doen en geven, en hen in hun avondgebedje willen gedenken. By verstandige leiding, is het hier genoemde van zeer veel beteekenis. Het gebied van de verbeelding is het ryk van het kinddat kun nen wy het niet ontnemen veeleer moeten wy het helpen, om zyn verbeelding te beheerschen en te besturen. Dit is maar niet in het algemeen waar wy moeten dat ook in toepassing brengen by de Zen iingsopvoeding der jeugd. Ook daarbij moeten wy het kind doen zien „al wat liefelijk is, al wat welluidt", opdat het dat „moge be denken" en het navolgen. Daartoe moge onder Gods zegen dit boekje een bruikbaar hulpmiddel zyn." We hebben allereerst, met namen en data voor oogen, gezien dat er gedurende den tyd der mobilisatie, die achter ligt, door middel der prediking nog al wat is gearbeid onder de militairen in Zeeuwsch-Vlaanderen oostelijk deel. Zoo vele malen als er is opgetreden, zóó vele malen is dat optreden vermeld, omdat de sprekers daarop recht hadden. Ook ter wille van de waarheid was het noodig, daarop het volle licht te laten vallen. Geschiedde dit niet, dan kon het den schijn krijgen, alsof er voor de geestelijke verzorging der Protestantsche militairen oostelijk deel door middel der pre diking tot dusver niets geschiedde, en die schijn nu was, blijkens de opgave der gehouden preek beurten, niet geheel overeenkomstig de nuchtere feiten. Verder moet worden uitgesproken, dat pre diking onder de militairen hier in de grens plaatsen van groote beteekenis is, maar dat er m. i. toch iets is, dat in beteekenis nog uitgaat boven de prediking in den afgesloten kring der militairen. Meer nog dan het gaan van een predikant tot de militairen is in Z. Vlaanderen noodig, dat alle middelen ten einde toe worden beproefd en alle wegen ten einde toe worden bewandeld, om de militairen op Zondag tot de gemeente des Heeren te brengen. Niets is scha delijker voor het geestelijk leven onzer jonge mannen, dan dat zy aan de uiterste grenzen van ons gewest geheel uit het verband met de gemeente des Heeren worden uitgerukt, en er voor hen niets anders overblijft dan kameraad schappelijke omgang. Dat losrafelen van den band met de gemeente des Heeren is zelfs niet door aparte prediking goed te maken. Daarom moet liet zóó lang mogelijk worden voorkomen. Eén van de wegen, die daartoe kan worden bewandeld, is, om op officiëele wijze zich in verbinding te stellen met een plaatselijken com mandant en op zyn welwillendheid een beroep te doen, opdat deze vergunningen voor bijwoning van de godsdienstoefeningen en het vieren van het H. Avondmaal in de dichtsbyzynde Geref. kerk zóó ruim verleene, als het maar eenigszins met de belangen van den dienst vereenigbaar is. Bovendien hebben de militairen nu en dan een „verlof-Zondag", en deze is als vanzelf aan gewezen om te worden doorgebracht in den kring van de broeders en zusters in het geloof. Dan mogen ze weer de weelde smaken met het volk des Heeren heel den dag gemeenschappelijk God te dienen en met sommige huisgezinnen eener gemeente mede te leven, vanwaar zy 's avonds, versterkt in het geloof en verkwikt door het voelen van den broederband, met dank in 'thart aan God weer heengaan naar hun kantonnement. Voor zoover er des Zondags in het kantonne ment moeten achterblijven, die geen wachtdienst hebben, vinden deze als vanzelve hun verzamel plaats in hun Tehuis. Ook in hun Tehuis moet het op velerlei wyze uitkomen, dat het Zondag is. Het is uitvoerbaar, dat op een bepaald uur een gedeelte uit den Bijbel wordt gelezen en besproken door een der militairen, na vooraf gegaan gebed en gevolgd door dankzegging. Hulst geeft hierin een navolgenswaardig voor beeld. Verwerpelijk is het ook niet, dat door een der oudste of der leidende broeders een predicatie, b.v. uit „Menigerlei Genade" gelezen worde. Wie predicatiën noodig heeft, kan zich wenden tot den kerkeraad der Geref. kerk te Axel. Behalve deze arbeid dient er op verschillende grensplaatsen, waar en zoodra zulks uitvoerbaar is, voor de militairen te worden gepreekt, en wèl by voorkeur niet op Zondag, tenzij Zondags avonds, maar by voorkeur midden in de week. Op het program van actie inzake den arbeid der prediking staat, in aansluiting aan hetgeen tot nog toe is geschied, voor de komende maan den het volgende le. prediking eiken Zondagavond te Zuiddorpe door de zorg van de kerk van Axel, die daarbij den steun zal inroepen van predikanten, die dienst doen tijdens de bestaande vacature, ter wijl door de welwillendheid van ds. de Walle te Zaamslag de diensten, als geen predikant van elders aanwezig is, met den pastor loei te Axel naar gelykheid van lasten zullen worden ver deeld 2e. prediking eiken Woensdag te Nieuw Na men door een combinatie van Hervormde en Gereformeerde predikanten (de laatsten in breeden zin genomen), waarvoor twee Woens dagen in de maand een predikant van over de Schelde, allereerst de dichtstby wonenden, wor den uitgenoodigd, en nu en dan ook een pre dikant uit een buurt, vanwaar nogal militairen herkomstig zyn, hetzij in hetzij buiten Zeeland terwijl de twee of drie resteerende Woensda gen de diensten beurtelings zullen worden vervuld door de samenwerking van een zeven tal predikers in Z. Vlaanderen oostelijk deel, waaronder vier Gereformeerden en drie Her vormden 3e. prediking, mogelijk geworden sinds de laatste troepenverplaatsing, eiken Woensdag te Hulstin verband met het optreden van pre dikanten te Nieuw-Namen, zoodat op denzelf den dag in deze beide kantonnementen op een verschillend uur dezelfde prediker het Evangelie zal brengen. In deze drie plaatsen, Zuiddorpe, Nieuw- Namen en Hulst, kunnen we dus spreken van geregelde predikdienst. Thans zou kunnen worden gezegd, wat nog meer op het program van actie kan worden geplaatst. Maar het verdient de voorkeur om

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1915 | | pagina 1