ZENDING.
De Zending en de Oorlog.
Kerk* en Schoolnienwa.
Ofliciëele Berichten.
Verantwoording van Llefdagayaa.
Sclioolliulp voor Zeeland en Noord Brabant
INGEZONDEN STUKKEN.
Prediking onder de Militairen.
BOEKAANKONDIGING.
ze maken er solferpriemen van, om den naaste
tot lichtvaardigheid en booze lusten op te wek
ken. Sommigen kiezen zulke lichte stoffen
dat ze er het lichaam kwalijk mede kunnen
beschutten tegen de koude. Men laat de klee
deren vastmaken als harnassen met stiksels en
andere dingen, zoodat men er ingepend en
vastgesnoerd zit en bezwaarlijk de hand boven
het hoofd kan brengen, evenals de heidensche
afgoden, die zich niet bewegen kunnen en de
poppen, die men in de kramen verkoopt
„Wat zoudt ge zeggen van een kleermaker,
die een kleed moest afleveren en, bevindende,
dat men hem veel te veel stof had gegeven,
maar alles gebruikte en aldus een veel te groot
kleed maakte? Zoudt ge hem niet om zijn
dwaasheid bestraffen? Nu dan, gij rijken, God
heeft u zooveel goederen gegeven, niet opdat
gij uw kleed veel te groot maken, maar opdat
gij, voor u zeiven nemende, wat gij noodig
hebt, van uw overvloed mildelijk aan de armen
geven zoudt. Zij moesten zich schamen, die
zich oppronken met kostelijke en overdadige
kleederende vrouwen, die zulke vreemde
fatsoenen van kappen en hooge toe en op haar
hoofden zetten en daarmede zelfs naderen dur
ven tot de tafel des Heeren, waar men zjjn
nederigheid gedenkt."
„Daar zit gij met borduursels, zeer kostelijk
gewrocht, in kleederen van satijn, fluweel, da
mast en andere stoffen, zeer kunstig op alle
manieren doorhakkeld en doorsneden, behangen
met goud, zilver, koralen en nog vele andere
versiersels.
Tot schande van de rijken moet ik zeggen,
dat de armverzorgers van hen dikwijls veel
minder ontvangen, dan van eenvoudiger lieden.
Hoe dat komt, is licht te verklaren. Zij moe
ten geborduurde borsten laten maken, waar
het goud, en de paarlen dik opliggen. Ze
moeten ringen koopen van ettelijke honderden
ponden. Ze moeten kostelijke maaltijden en
banketten aanrichten.
Ziet men niet, dat onze dochteren daarheen
trippelen met opgerichten hals, met geblankette
aangezichten, met kostelijk geborduurde schoe
nen aan de voeten?"
„Maar gedenkt er aan, dat de hand des
Heeren is opgeheven. De Spanjaarden zullen
komen om hun Spaansche, de Franschen om
hun Fransche, de Italianen om hun Italiaansche
kleederen te rooven. Amsterdammers, weest
gewaarschuwd en neemt een voorbeeld aan
Antwerpen."
Asser Kerkbode.) Lam an.
Is er grooter tegenstelling denkbaar dan
tusschen wereldoorlog en wereldzending
In den oorlog spant de mensch alle kracht
in, om te verwoesten en te vernielen de vijand
moet ter aarde worden geworpen van zijn goed
en heerlijkheid worden beroofd. Door het werk
der Zending zoekt de christen zijn naasten te
verheffenhij wil de wereld het middel ter
redding en zaligheid bekend maken behoudenis
van zondaren is het ideaal dat hij zich voorstelt
de Zending is het licht des vredes bij uitne
mendheid.
Dat deze tweeoorlog en Zending, elkander
op allerlei wijze raken, ligt voor de hand, en
van onderscheiden zijde heeft men reeds een
onderzoek ingesteld naar den invloed van den
oorlog op het Zendingswerk. De N R. Ct. o.a.
wijst op een boek van dr. Schmidlin, „Die Christ-
liche Weltmission im Weltkrieg". En om veler
lei oorzaak is het van belang te weten, hoede
wereldzending en de wereldoorlog op elkander
inwerken.
Natuurlijk zijn er die hopen, dat de oorlog
het werk der Zending voor goed nekken zal
het zijn zij, die de Zendiug haten, die luid pre
diken dat de heidenen gelukkig zyn met hun
godsdienst, en krachtig betoogen, dat het Mo
hammedanisme gelijkwaardig aan het Christen
dom is. Een oorlog maakt aan veel verkeerd
heden, onderling gekibbel, vooroordeelen enz.
een eindevernietige dan een kogel uit Bertha",
of een bom uit een vliegmachine al dat feme-
lig Zendingsgedoe.
Anderen gaan niet zoover. Het zijn zij, die,
volgens de terminologie van de N. R. Ct, „de
onmiddellijke vruchten der Zending slechts
matig waardeeren", en deze instelling alleen
steunen „vanwege de gelegenheid, die zij biedt
ter bevordering der internationale en inter-
confessioneele eenheid".
„De Zending slijpt de scherpe kanten der
richtingen af, brengt de groote godsdienstige
waarheden op den voorgrond, toont met achter
stelling der dogmatische formules de Christe
lijke liefde in de praktijk en geeft door dit
alles althans nog eenigszins een beeld van de
ééne heilige, algemeene Christelijke kerk, waarin
de Christenheid sinds de opstelling der aposto
lische belijdenis heet te gelooven."
Wij, die Christus' kerk liefhebben en de
Zending met alle kracht voorstaan, stellen om
nog andere redenen belang in de verhouding
tusschen „Weltmission" en Weltkrieg". Want
de verhouding is niet zoo gunstig. Uiterlijk
geoordeeld legt de Zending het af, en wint het
kwaad van den oorlog het.
Enkele malen schreven wij reeds over het
harde lot van verbannen of verwonde of te
wapen geroepen Zendelingende Duitsche en
Fransche Zending hebben dan het meest te
lijden. Ook berichten de Zendelingen ons, hoe
droevig den oorlog werkt op de gedachten der
inlanders over de christen-natie's„het chris
telijk moordbedrijf verlamt de christelijke ge-
loofspropaganda". Tevens breekt de oorlog
allerwege den broederband, waardoor de ge-
loovigen van verschillende volkeren op 'tZen-
dingsveld vereenigd zijn. En dan zwijgen wij
nog van het verminderen van de inkomsten,
waardoor menig Zendingsgenootschap zich ge
noodzaakt ziet zijn arbeid in te krimpen, terwijl
die arbeid zoo noodzakelijk moest uitgebreid.
De N. R. Ct. wijst echter ook nog op een
veelszins uit het oog verloren smartelijk gevolg
van den oorlog bij de bespreking van boven
genoemd boek; in dit boek toch wordt „de
werkelijk weldadige godsdienstige toon" tel
kens allerpijnlijkst onderbroken „door die van
wereldlijken haat en droevige verblinding ge
tuigende aantijgingen tegen den vijand", ge
paard gaande met den daarbij behoorende ont
boezemingen van dwaze zelfverheffiog en een
zijdige vad^rlandsvergoding, aan welke wij in
deze oorlogsmaanden meer en meer gewend zjjn
geraakt". Hoe moeilijk is het toch om den
belager van het vaderland zonder haat te be
strijden
De oorlog heeft niet alleen nadeelige gevolgen.
Zulk een wereldgebeuren werkt, hoe kan dit
anders, ook heilzaam. Maar al te veel hebben
Zendingsgenootschappen van andere landen, met
name van Engeland, de Zending aan een be
paalde staatkunde verbonden, en misbruikt tot
teling van nationale ideeën de Zending dient
dan om de macht der overheid te bevestigen,
en steunt wederkeerig op die macht der over
heid. Deze oorlog leert echter zulk een steun
los te laten, en alleen in het Woord zelf
den Heiligen Geest en in den voorbeeldigen
levenswandel zijn steun te zoeken.
Zoo ooit dan nu ziet de Zending zich de
vraag van den psalmdichter voorgehouden
Vest op prinsen geen betrouwen,
Waar gij nimmer heil bij vindt;
Zoudt g' uw hoop op menschen bouwen
J. D. wlelenga.
TWEETAL
te DriesumF W. Geerds te Oldekerk en
J. Tazelaar te Lutjegast.
BEROEPEN
te Rilland-BathJ. H. A. Bosch, cand te
Almkerk
te berooskerke (W.)H. S. Bouma te Hoogeveen
te HelmondG. M. v. Rennes te Dussen
te Gaast en PiaamG. Scheepsma te Roode-
school
te RaamsdonkH. N. Basoski te Moerdijk
te Pieterburen: Z. Hoek te Zonnemaire
te Tzum: G. D Scheepsma te Roodeschool.
AANGENOMEN
naar Beekbergen J. L. Jaspers te Moordrecht
naar SchoonrewoerdM A. v. Pernis te
Heerjansdam
naar AndelJ. H. A. Bosch, cand. te Almkerk.
BEDANKT
voor Broek op LangendijkH. Meulink te
Hendrik Ido Ambacht;
voor Rotterdam en voor Batavia: J. Thijs
te Hattem;
voor EnterL. H. Duin te Zweeloo
voor LekkerkerkM. A. v. Pernis te Heer
jansdam
voor Vrijhoeve-CapelleH. N. Basoski te
Moerdijk
voor Genderen, voor Spijkenisse, voor Krom
menie, voor Z.-Beijerland en voor Rilland-
Bath J. H. A. Bosch, cand. te Almkerk.
Ds. A. Knoll te Nieuw-Loosdrecht heeft
emeritaat aangevraagd wegens 40-jarige ambts
bediening.
In zijn „Nieuwe Brieven" schrijft ds. W.
H. Gispen o.a- de volgende, zeker niet onjuiste,
opmerkingen
#Wel is het een eigenaardig verschijnsel, dat
bij afgevaardigden naar de Synode's de ouder
lingen uit dorpskerken zoo ruim vertegenwoor
digd zjjn tegenover de ouderlingen uit de stads
kerken. Ik geloof niet dat dit is omdat die
broeders zooveel bekwamer of zooveel vrijmoe
diger zijn dan de stads-ouderlingen. Het zal
wel wezen omdat uit de dorpskerken meestal
dezelfde broeders ter classis komen en de stads-
ouderlingen soms éénmaal in de vier of vijf
jaren.
Of dit nu altijd bevorderlijk is voor den goe
den gang van zaken en tot verlevendiging van
de discussie's weet ik niet Maar het feit ligt
er nu eenmaal toe en er zal ook wel weinig
aan te veranderen zijn.
In nummer 13279 van „De Standaard"
komt een advertentie voor van een Geref. pred.
die met zijn tractement niet voorzien kan in
de behoeften van zijn groot gezin en nu vraagt
om een hem passenden arbeid voor bijverdien
ste. Droevig, dat zulk een advertentie noodig is.
De vrouwelijke predikant der Doopsgezinde
gemeente te Boven-Knype, mej. A Zernike, se
dert 5 Nov. 1911 aldaar werkzaam, heeft tegen
1 Oct. a. s. ontslag aangevraagd omdat zij zal
overgaan tot een anderen staat des levenszij
treedt nl. in den echt met een kunstschilder.
Te trouwen is haar beter dan te preeken
De heer E. J. van Voorst, ber. pred. te
Borssele, hoopt 15 Aug. zijn intrede te doen
na bevestigd te zyn door ds. G. Doekes van
Nieuwdorp.
Intree te Veenendaal ds. A. Rolloos, over
gekomen van Lekkerkerk, met Jac. 1 21
(laatste gedna bevestigd te zjjn door ds.
Teerink van Amersfoort met Judas 102223.
Wjjlen mevr. de wed. D. H. Smelt heeft
gelegateerd aan de School met den Bijbel te
Vriezeveen f2000 en aan die te Sibculo f 1000,
alles vrij van successierechten.
Afscheid van Oosthem wegens emeritaat
ds. M. Visser met Hebr. 1320 en 21.
Intree te Schoondjjke cand. Brouwer van
Watergraafsmeer met Joh. 1 29, na bevestigd
te zijn door ds. J. Douma van Watergraafsmeer
met Efeze 6 15.
In de Noorderkerk te Leeuwarden werd
ten bate der Geref. kerk f 500 en voor de
armen dier kerk f 1000 gecollecteerd.
De Ned. Zendingsvereeniging ontving een
gift van f 1000, en voor het tekort f 450en
ook nog f 3000 van Mevr. de Wed. A. v. Vol
lenhovenvan Staveren en Mej. E. v. Vollen
hoven ter nagedachtenis van wijlen de heer
A. v. Vollenhoven, hun echtgenoot en broeder.
Voor den bouw van de 5de Christ. School
te Leeuwarden zijn als giften ingekomen f 1500
en f 500, terwijl nog meerder geld is toegezegd.
Dinsdag 21 en Woensdag 22 Sept. wordt
D. V. te Utrecht de jaarvergadering gehouden
van de Vereeniging van Predikanten van de
Geref. Kerken in Nederland. Als referenten
zullen optreden Prof. Grosheide van Amsterdam,
ds. Elzenga van Kampen, ds. Bouwman, ds. van
Herwerden van Rhoon en de veldprediker ds.
Hagen.
Twee dingen vallen op in deze aankondiging
allereerst het getal referenten5 sprekers is
toch inderdaad te veelen dan ontbreken in
deze geleerde rij onze weleerwaarde zeergeleerde
heeren, onze doctores theologim et philosophise,
wij willen met deze opmerking natuurlijk niet
in het minst tekort doen aan de geleerdheid
van bovengenoemde broeders.
Schoondijke, 1 Aug. Heden was het voor de
gemeente alhier een vreugdevolle dag. Na een
vacature van slechts ruim drie maanden werd
de tot ons overgekomen herder en leeraar, de
Eerw. Heer H. Brouwer H.Mz., tot zijn dienst
werk ingeleid door den WelEerw. Heer ds. J
Douma van Watergraafsmeer, naar aanleiding
van Efeze 6 15. In een gloedvolle rede toonde
Z.Eerw. aan, hoe een goed krijgsknecht van
Christus te strjjden heeft, de voeten geschoeid
hebbende met bereidheid van het Evangelie
des vredes.
Des namiddags verbond zich onze nieuwe
leeraar plechtig aan de gemeente met de woor
den van Joh. 1 29. In een boeiende rede zette
Z.Eerw. keurig uiteen, wat van de gemeente
gevraagd en wat van den D. d. W. geëischt
wordt.
Aan het einde werd Z.Eerw. namens Kerke-
raad en gemeente een hartelijk welkom toege
sproken door ouderling Joh. Risseeuw, waarna
op diens verzoek de gemeente hem toezong
Ps. 20 1. Daarna werd Z.Eerw. toegesproken
door den Consulent, den WelEerw. Heer ds.
H. Z. de Mildt van Oostburg, namens de kerk
van Oostburg en ook mede namens de Classis
Axel, waarna ook op diens verzoek hem door
de gemeente werd toegezongen Ps. 134:3.
Beide malen was ons kerkgebouw vol.
Namens den Raad der Kerk,
A. J. Leenhouts, Scriba.
N.B. Voortaan is het adresDe WelEerw.
Heer Ds. H. Brouwer.
CLASSIS ZIERIKZEE.
Vergadering der Classis Zierikzee D. V.8Sept
e. k. op gewone tijd en plaats. Punten voor het
agendum in te zenden vóór 22 Augustus bij
den eerstondergeteekende.
Namen de roepende Kerk van
Zierikzee,
Ds. J. Sybesma, Praeses.
D. Mulder, Scriba.
Moerdijk, 3 Aug 1915. Heden vernamen wij
dat onze geachte leeraar bij de roeping Vrij
hoeveCapelle nog een roeping ontviug van
de Geref. Kerk te Raamsdonkveer.
Schenke de Heere Z.Eerw. licht en wijsheid
om een Hem welbehagelijke keuze te doen.
Onze bede is dat wij naar onze innige begeerte
des harten onzen zoozeer geachten leeraar mogen
behouden en het des Heeren wil en weg is om
zijn gezegenden arbeid onder ons voort te
zetten tot verdere bloei en opbouw van dit deel
zijner kudde aan deze plaats.
Namens den Kerkeraad der Geref. Kerk
van Moerdijk,
H. de Korte, Scriba.
Serooskerke WMet overgroote meerderheid
der stemmen beroepen de WelEerw. heer ds.
H. S. Bouma te Hoogeveen. Onze bede is dat
Z.Eerw. den man van Gods raad moge zijn voor
onze gemeente en wij eerlang verblijd mogen
worden door Zijne daden.
Namens den Kerkeraad,
J. Louwerse Cz., Voorz.
Js. Goedbloed, Scriba.
Onder hartelijke dankzegging aan de vrien
delijke gevers deelen wij de volgende ontvangen
giften mede
Van C. P. V. te K. f 18,50
Van Jac. V. te K. f 2,50
Door ds. T. Bos van N. N. f 100,
Inzonderheid die laatste gift was een heer
lijke verrassing. Bezwaard waren wij, hoe wij
in September aan onze verplichtingen zouden
kunnen voldoen, maar door deze koninklijke
gift is ons bezwaar weggenomen. Het doet
aangenaam aan, dat velen metterdaad toonen
mede te willen helpen aan de opleidiug van
a. s. Dienaren des Woords.
Vinde het goede voorbeeld, thans gegeven,
veel navolging. Daartoe houden wij ons ten
zeerste aanbevolen.
De penningmeester,
G. de Jager.
Wolfaartsdijk, 26 Juli 1915.
{Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
Geachte Redactie.
Vroeger dan ik had gedacht dat het noodig
zou zijn, zie ik mij genoodzaakt over boven
staande zaak iets te moeten schrijven.
Allereerst mijn dank aan ds. K. voor zijn
waardeerend onderschrift. Echter mag ik dien
aangaande zeker nog wel even iets opmerken,
n.l. dit. Ds. K. betreurt het dat ik niet vóór
de Particuliere Synode de zaak op het tapijt
bracht. Ik wilde dit echter niet doen, omdat
ik redelijkerwijze veronderstellen mocht dat zij
zelve deze hoogst urgente zaak op haar agendum
zou plaatsen. Daarin werd ik echter teleur
gesteld. Ik verwonderde mij er over. Doch
die verwondering klom toen ik het laatste No.
van dit blad las.
Daarin toch wordt van de zijde van ds. Lam-
mertsma van Axel gezegd dat het met de pre
diking nog al aardig goed gaat in Z. Vlaanderen.
De bedoeliDg van dat stuk is klaarblijkelijk
het mijne te verzwakken of sterker nog te ont
kennen. Hoewel mijn schrijven geheel gene
geerd wordt, is de strekking toch duidelijk ge
noeg.
Ik meen dat ds. L. de Gereformeerde Kerken
geen dienst met dat schrijven gedaan heeft.
Immers de aangehaalde bewijzen zijn van min
der goede kwaliteitze bewijzen slechts wat
ik schreef, n.l. dat er nog o zoo weinig voor
de militairen door onze Gereformeerde kerken
gedaan werd. Want al haalt ds. L. er zelfs
een leerend ouderling der oud-Gereformeerde
Kerk bij en al noemt hij herhaaldelijk dezelfde
namen om een groote lijst te krijgen, het resul
taat is dan toch maar dat op de 4 plaatsen in
Z. Vlaanderen, waar nu ongeveer 50 weken
militairen gedetacheerd lagen slechts 6 maal
een Gereformeerd predikant is opgetreden tegen
12 maal een Hervormd predikant en 3 maal
een Oud-Geref. broeder Ik zonder natuurlijk
van de kantonnementen uit Axel en Zuiddorpe.
Gewaardeerd dient dat te Zuiddorpe door den
kerkeraad meestal eens per Zondag des avonds
een predikant preekt.
Is dat nu reden om een zeker geruststellend
stukje te schrijven? Heusch, M. de R. ik wist
niet dat onze Gereformeerde kerken zooveel bij
de Hervormde kerk ten achter waren als me nu
bleek, door het schrijven van ds. L.
Ik hoop dan ook ten zeerste dat onze Gere
formeerde kerken het stukje in dien zin zullen
opvatten.
Het spijt mij intusschen dat het stuk geschre
ven is. Want ik vrees nu maar al te zeer dat
de kerken zullen wachten totdat er „eens bij
hen zal worden aangeklopt", gelijk ds. L. schrijft.
Nog iets moet my als besturend lid in onzen
Bond van J. V. op Geref. Gr. van het hart,
waar ds. Lammertsma aan de waarheid tekort
doet door te beweren dat er voor de militairen
door verschillende organisaties iets gedaan wordt
„en eerst geruimen tijd later" ook door het
initiatief van den Ned. Bond van J. V. op G. G.
Ds. L. weet beter. Hij weet of kan weten
dat het Bondsbestuur direct alarm geblazen
heeft en de plaatselijke Vereenigingen, ook die
te Axel, daarop Tehuizen openden. Reeds in
September kwam ds. Vonkenberg, de Voorzit
ter van dien Bond, in Z. Vlaanderen en stichtte
daar een Provinciaal Comité, waarvoor de ambt
genoot van ds. Lds. Chr. Bruins, tot voorzit
ter gevraagd werd. Waartoe nu dat geruimen
tijd later? Waartoe om persoonlijke redenen
in den weg te gaan staan, waar aller samen
werking, door waardeering verlichtzoo noodig is?
Inderdaad M. de R., het spijt me dat ook
dezen arbeid weer in stilte tegengewerkt wordt.
Met dank voor de plaatsiug,
Uw dw.,
J. P. KöGELER.
Middelburg, primo Augustus 1915.
Frank Gbrickb. Van het Slagveld der Na
tiën. AR 1 en 2.
's Gravenhage, D. A. Daamen. Compleet
in 25 afl. a 10 cent. Met 300 fraaie
illustraties geteekend naar oorspron
kelijke foto's door Jan Rinke.
Dit boek zal tegen 't najaar als eerste
deel van de Bibliotheek voor Hoofd
en Hart verschijnen.
Op den omslag een sprekend vignet met
het welbekende onderschrift„Vliegt de blauw
voet storm op zee
Aan de uitgave werd bizondere zorg besteed.
De teekeningen zyn aardig, sluiten niet aan
bij den tekst, staan feitelijk op zichzelf.
't Is geen eentoonig relaas van oorlogsfeiten.
Maar een levendig verhaal van persoonlijke
indrukken van den schrijver. De titel zegt:
behelzende tal van pesoonljjke herinneringen,
reisbeschrijvingen, stemmingsbeelden, indruk
ken, opmerkingen, beschouwingen, anecdoten
en verhalen over 't land van België, zijne be
volking en hare levenswijs tijdens den nog
woedenden oorlog".
Frank Gericke weet te boeien. Hy zelf heeft
België in de oorlogsmaanden naar alle zjjden
doorkruist en zjjn nauwe connectiën met velen
die aan den strijd hebben deelgenomen, stellen
hem in staat, een schat van allermerkwaar
digste bizonderheden mee te deelen.
Verschillende soldatenbrieven, die naar hun
inhoud zuiver historisch zyn, worden erin op
genomen.
Geen objectieve beschrijving dus, maar een
subjectieve. Met het aantrekkelijke daarvan,
maar ook met het onvermijdelijke eenzijdige.
De eerste 32 bladzijden lazen we met klim
mende belangstelling.
Als heel 'fcboek zoo is, wordt 't gretig ver
slonden.
De uitgever zegt niet te veel, als hy 't noemt
een Volksboek, dat zoowel den eenvoudigen
als den meest instellectueelen lezer „pakt".
Tegen 't najaar zal 't compleet zyn.
Kerkhof.
CORRESPONDENTIE.
J. J. W. te R. Het abonnement loopt tot
October a. s. Het kwartaal JuliOctober moet
nog betaald. Gelieve my daarvoor f 0.35 te
zenden. De Administratie,