Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland No 14, UIT HET WOORD. 29e Jaargang. Vrijdag 2 April 1915 Redacteuren Ds. L. BOUMA te Middelburg en Ds. G. F. KERKHOF te Oost-Souburg. Vaste MedewerkersD.D. R. J. v. d. VEEN, J. 0. WIELENGA, CHR. BRUINS, F. J. v. d. ENOE, A. D. C. KOK, J. H. LAMMERTSMA, L. v. LOON, D. POL en F. R. J. WOLF. Abonnementsprijsfranco aan huis per half jaar 70 cent. UITGAVE VAN DE PERSVEREENÏG1NG ZEEUWSCHE KERKBODE. Adres van de Administratie: A D. LITTOOIJ Az. Middelburg. OPSTANDING. »Hij is opgestaanDat was de blijde tijding, door een afgezant des hemels, het eerst aan vriendinnen des Heeren gebracht en telkens, als de paaschmorgen aanlicht, is het voor de strijdende kerk een be hoefte, om in den geest die vriendinnen van Jezus te vergezellen, die in den vroe gen morgen zich heenspoedden naar den hof van Jozef van Arimathea. Wat was er geschied? Als een onweerstaanbare held, die uit den diepen slaap, waarin hij na langen, bloedigen strijd verzonken was, met ver nieuwde kracht ontwaakt, zoo is de Heere uit zijn doodslaap met de onvergankelijke kracht eens nieuwen levens ontwaakt en verrezen Geen joodsche wacht en geen stadhouderlijk zegel konden zijn graf ge sloten houdenNeen, maar sidderde de aarde van ontzetting toen op den Vrijdag het Godslam geslacht werdbeving greep haar aan, toen, met den Zondagmorgen, de zon des levens zoude opgaan Er is een Engel neergedaald in schitterend ge waad en heeft den steen van het graf ge wenteld en de dienaren van de machten des doods zijn gevloden. De vrouwen nu, als ze, tot de grafstede genaderd, hare, met droefenis bezwaarde oogen opheffen zien den zwaren steen, die haar onderweg zoozeer bekommerde, afgewenteld en met de vaardigheid der liefde de rotsgroeve ingegaanwat is het dat haar oogen aanschouwen? Zij vinden het lichaam des Heeren niet maar zien een jongeling bekleed met een lang wit kleed. Wat zouden ze, zoo niet voor zulk een glans de oogen neerslaan maar ook wat mogen ze hier niet ver wachten »Vreest niet"zoo luidt zijn woord, »gij zoekt Jezus den Nazarener, die ge kruist wasHij is opgestaan, Hij is hier niet; ziet de plaats, waar ze Hem gelegd hadden." Is het een toestand van waken of van droomen waarin ze zich bevinden? Een oogenblik slechts en zij beseffen de wer kelijkheid van wat haar omgeeft en het wordt haar te moede, als dringt niet alleen de stem van den engel tot haar ooren maar ook de stem van haar Jezus tot haar hart in »ik ben opgestaan ik ben waar lijk opgestaan Hoe is nu de nacht der smart in een dag van vreugde veranderdHaar oogen, door tranen verdonkerd, aanschouwen het heerlijkst lichtOntroostbaar bedroefd beweenden zij haar Jezus als een doode en in de groeve Zijns doods worden ze met de blijmare Zijns levens begenadigd. Ze zijn gekomen om de laatste eer der liefde te bewijzen aan Zijn lijk en ze gaan heen met een hart, van verlangen vol, om den vriend harer ziele weder te zien. En verrassing bij verrassing, vreugde bij vreugdeZij hebben Jeruzalem nog niet wéér bereikt, ja, ze zijn wellicht den hof nog niet uit, of daar hebben zij het »weest gegroet"reeds uit des Heeren eigen mond mogen hooren en in aanbidding aan zijn voeten mogen neerzinken »Hij is opgestaan"dit is de juichtoon harer harten dit is het middelpunt van haar denken en gevoelen dit is de blijde mare die ze in den kring van vrienden en vriendinnen gaan verkondigen »Hij is opgestaan" dit is de blijde tij ding, die in den kring van Jezus' vrienden en vriendinnen met vreugde verkondigd en ontvangen is tot op den huidigen dag en daarin met blijdschap zal ontvangen worden, zoolang er zondaars zullen zijn, die door de genade van den verheerlijkten Middelaar de kracht Zijner opstanding in hun harten ondervinden Wat zegt het dat de Heere is opgestaan Het zegt dat de gekruisigde en gestorven Jezus in hetzelfde lichaam waarin Hij stierf is opgestaan van de dooden, zoodat Hij zijn vrienden kon voorgaan naar Galilea, in lichamelijke gestalte met hen den weg kon betreden, de teekenen van nagelen en speer in Zijn handen en voeten en zijde hun kon toonen en door hem gezien, ge hoord en getast werd. Het zijn dezelfde stem,dezelfde liefdeblik, dezelfde zegenende handen. Het was dezelf de Hoogepriester, die achter het voorhang sel inging, en dezelfde die uitging uit het heilige der heiligeJa, evenals Israels hoogepriester op den grooten verzoendag met het bloed van het zoenolïer achter het voorhangsel verdween om, na het sprengen des bloeds, weer voor het volk te verschijnen, zoo had het voorhangsel van dood en graf onzen Hoogepriester een korten tijd aan het oog der Zijnen onttrokken, maar daarna kwam Hij weder uit, om hen te zegenen met de overwinning van den dood en met de kroon des eeuwigen levens. Waarin bestaat de heilrijke vrucht zijner opstanding voor zijn volk? Toen de Sabbath voorbijgegaan was, hadden de vriendinnen specerijen gekocht, opdat zij kwamen en Hem zalfden. Zij wilden Hem zalven in Zijn dood. Maar Hij was opgestaan om haar en al zijn volk van alle eeuw met de specerijen ten eeuwi gen leven te zalven, die Hij vóór Zijn Sabbatksruste in het graf, hun gekocht had ten prijs van zijn bloed. Zijn specerijen zijn geen voortbrengselen der aarde, maar van het Eden des hemels geen kruiden van vergankelijken geur, maar wier bloei en geur in eeuwigheid blijven. Kostelijker zalve, dan waarmede het hoofd van Aiiron of David werd over goten, heeft Christus voor Zijn gemeente verworven, de zalving des hoofds en des harten met den Geest der genade, der ver troosting, des vredes en des eeuwigen levens. Al wat Hij zijn volk aan schuld vergiffenis en zaligheid door zijn zoendood gekocht heeft, dat wil Hij hen in geloof en blijdschap des harten deelachtig maken door den Heiligen Geest. En opdat hen dit geschiedde gaf Hij hen in Zijn opstanding het voldingend bewijs, dat Hij als de ge trouwe Heiland voor de Zijnen leeft, die Zijn kracht steeds tot hunne zaligheid be steden zal. Hij stond op om zijn leven wekkende kracht met der daad aan de Zijnen te toonen. Hij zelf is het die hen in zich ten nieuwen leven doet opstaan. Al uw kleederen zijn mirre en aloë en kassie« zoo heet het van den grooten Koning in den 45sten der psalmen. En waarlijk van den edelsten geur zijn de kleederen onzes Konings,gelijk Hij uittreedt uit de elpenbeenen paleizen des doods. En om geheel het lichaam Zijner Kerk in zich met den mantel der gerechtigheid te klee- den, gaat Hij uit. Zijne zalving maakt Hij zijn leden deelachtig, opdat zij aan den geur van liefde en gerechtigheid als de Zijnen gekend worden, Hij zalft hen tot Koningen, die óók den dood overwinnen, tot priesters, die zich Gode ten dankoffer wijden en tot profeten, wier lust het is de deugden Desgenen te verkondigen, die hen uit den dood tot het leven gered heeft Het was zeer vroeg op den eersten dag der weke, dat de vrouwen tot het graf kwamen Zij kwamen daar, met den op gang der zon Maar om een tijdperk van nieuw leven over het aardrijk te doen lichten, was de zon des heils toen reeds aan de kimmen verrezen. Nu Hij uit de dooden is opgestaan, is Hij krachtig be wezen te zijn de Christus die de woorden heeft des eeuwigen levens en die even machtig is als genadig om rust te geven aan alle vermoeiden en belasten, die tot Hem de toevlucht nemen. Wat, o geloo- vigen zou er nu niet aan u vervuld wor den? De gekruisigde Heere, die ten nieuwen leven voor u opstond, heeft niets minder met u voor, dan door Zijn Woord en Geest u hier van de duisternis der zonde te be vrijden en u eens, onder al de geheiligden te doen wandelen in het licht der volko- mene zaligheid. En zooals de zon het groote licht is tot heerschappij des daags, zoo is Hij, die uw Licht is, Koning in het rijk der genade. »Hij heerscht van de zee tot de zee en van de rivier tot de einden der aardezoo lang er de zon is, zal zijn Naam van kind tot kind worden voortge plant alle heidenen zullen Hem welge lukzalig roemen" 1 Zijn mosterdzaad zal worden tot een boom, die alle landen overschaduwtüf zou de overwinnaar van den dood, de vorst des levens de wa teren der door hem ontsloten heilfontein niet leiden om allerwege het dorstige te verkwikken en de woestijn te doen bloeien als een roos? Zou Hij zijn woord niet vervullen, Zijn werk niet voltooien? Dat zal Hij zoo waarlijk als Hij opgestaan is. Hij leeft en regeert om het gelaat van 't aardrijk te vernieuwen. Wel heeft zijn vernieuwende kracht nog niet overal de afgoden doen vallen, maar zij houdt niet op de machten des doods te bestrijden en nieuwe triumfen te behalen. Eens zal het wezen: »ziet Hij heeft alle dingen nieuw gemaakt" 1 En Hij is gereed om ieder zijner geloovigen op hun gebed den zegen Zijner liefde meer en meer te doen ondervinden en de dankbare wederliefde in hun harten te sterken. En hoe meer hun dit geschiedt, des te meer heerscht ook het licht der hope en der blijdschap in hun hart en met des te meerder kracht staat het nieuwe leven tot Gods verheer lijking in hen op Bovendien, eens komt de ure, dat de verrezen Jezus al de Zijnen in heerlijkheid doet uitgaan uit den schoot der aarde, en dat die dan nog leven in een punt des tijds worden veranderd. «Wie zal ons den steen van de deur des grafs afwentelen"? Zoo spraken de vrou wen Maar de steen was reeds afgewenteld. Jezus was opgestaan, om in zijn heerlijk leven de steenen van menigerlei bezwarenis voor de zijnen uit den weg te ruimen, en om den steen of wat ook hun stofdeel bedekken moge, weg te nemen en hunne lichamen in gelijkvormigheid aan zijn ver heerlijkt lichaam te doen uitgaan uit het stof des doods. Uw graf zal wellicht niet met een steen gedekt worden, waarin uw naam gebeiteld staatindien gij maar als een, die in dit leven met Christus gekruisigd was, in den Heere ontslapen zijt, zoo is het de hand des Heeren die dan uw stofdeel dekt. Ook dat stof rust in zijn trouwe 1 En eenmaal zal Hij daarover opstaan 1 Eens wordt Hij van den hemel in heerlijk heid geopenbaard. Hoe ontzachelijk zal zijn wederver schijning zijn. Dan worden de krachten der hemelen bewogen, Hij zelf daalt neer met de stem des archangels en met de bazuin Gods. Zijn eigene opstanding be vestigt ook dit zijn woord »dat allen, die in de graven zijn, Zijn stem zullen hooren en zullen uitgaan." Aarde en zee geven dan hare dooden weder, en uit deonver- derflijke kiem in dit ons, overigens verder felijk lichaam, verrijst het heerlijk lichaam, door welks hereeniging met de ziel de ge- heele mensch hersteld wordtHoe wonder baar heerlijk en tot wat onuitsprekelijke heerlijkheid zal te dien dage de verrijzenis zijn van allen, die hier in Christus ten nieu wen leven opgestaan zijn. In- de heerlijkheid van hem, die het Hoofd is, is de heerlijk heid zijner leden gewaarborgd. Maar die zijn liefde en heerlijkheid miskennen en in hun zondegraf dood blijven, die zullen naar het woord des Heeren uitgaan tot de opstanding der verdoemenis Lezer klopt ook uw hart van liefde voor Jezus, zooals dat dier vriendinnen, die in den vroegen morgen heengingen naar Zijn graf Zij hadden hem lief in Zijn dood, en gij, hebt gij hem lief in Zijn leven als den Heere, die om uw zonden gestorven en tot uw rechtvaardigmaking opgestaan is Gaat ook gij gaarne in den geest naar Zijn graf om daar den rijkdom van Zijn verzoenend sterven en Zijner verrijzenis tot uw troost te overdenken? Dringt uw hart er om aan den levenden Heere de specerijen uwer liefde, den wierook uwer aanbidding, het reukwerk van een nieuw leven in gerech tigheid en heiligmaking toe te brengen? Hoe moest uw ziel zöö verkleefd aan den Vorst des levens zijn, dat gij dage lijks in Hem opstond tot een leven van reinheid en hemelsgezindheid, waarbij uw hart verlangend uitzag naar dat heerlijk land, waar Hij voor al Zijn vrienden en vriendinnen bidt en plaats bereidt en van waar Hij wederkomt om wonderbaar te worden in allen die gelooven. o Hij, die Afzonderlijke nummers 3 cent. Advertentieprijs 1—5 regels 30 centiedere regel meer 5 cent Familieberichten 10 cent per regel. Berichten, Opgaven Predikbeurten en Advertentiën tot uiterlijk Vrijdagmorgen te zenden aan den Drukker A. D. LITTOOIJ Az., Middelburg. „Hij is opgestaan!" Marcus 16 6in.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1915 | | pagina 1